Port of Rotterdam
Gematigde groei containeroverslag
30-10-2008
In de eerste negen maanden van 2008 is de overslag van containerlading in Rotterdam toegenomen met 6% van 77,8 tot 82,4 miljoen ton. De aanvoer nam iets sterker toe dan de afvoer, respectievelijk met 6,9% tot 40,8 miljoen ton en 5,2% tot 41,7 miljoen ton.
In TEU (containereenheden van 20 voet) gerekend bedroeg de overslag 8,2 miljoen stuks. , een plus van 2%. Het verschil tussen eenheden en gewicht is een gevolg van de regulatie van lege containers door de grote terminals.
Beladen - leeg
Meer gedetailleerd (*) bedroeg de overslag van januari tot en met september in duizenden TEU:
2007 2008 Verschil
Beladen 6 257 6 563 +5%
Leeg 1 768 1 662 -6%
Totaal 8 025 8 225 +2%
Vaargebieden (**)
Van de hoofdvaargebieden presteerde in de eerste drie kwartalen Noord-Amerika het sterkste (+12%), gevolgd door Zuid-Amerika (+5%), Azië (+2% tot 3,9 mln.TEU) en Europa (+1% tot 2,7 mln. TEU). Gezamenlijk kwamen de Amerika's tot 1,4 miljoen TEU (+9%). Binnen Europa was sprake van krimp op de 'short sea' routes. De belangrijkste landen hiervoor zijn het V.K. en Ierland, waar de economische teruggang al vroeg dit jaar inzette. De twee landen waren in 2007 nog goed voor ongeveer 2 miljoen TEU. Dit was 52% van de Rotterdamse 'Europese' containeroverslag en bijna 20% van de totale containeroverslag. In omvang volgt daarna het Iberisch Schiereiland waar in de loop van het jaar Spanje, in 2007 nog goed voor 280.000 TEU, werd getroffen. In het noorden hielden Zweden, Noorwegen en IJsland zich tot en met september behoorlijk. De 'feedermarkt' groeide tot en met die maand met een kleine 5%. Deze markt omvat wederom het V.K., maar vooral het Baltisch gebied en dan specifiek Rusland met in 2007 rond 500.000 TEU. Theoretisch zou de groei van de Russische markt het beste/langste overeind moeten blijven. Overigens liep het Europese verkeer naar het eind van het kwartaal sterker terug. Het verkeer met Azië trok juist iets aan. Dit heeft te maken met de traditionele aanvoer voor de feestdagen en de opbouw van volume door de CKYH-alliantie voor de Euromax-terminal.
FEFC, andere havens
Net voor de opheffing maakte de Far East Freight Conference (FEFC) bekend dat de leden (goed voor driekwart van het totale volume Verre Oosten-Europa) in de eerste negen maanden een groei van 1,9% realiseerden op noordelijk Europa. Hoewel dit alleen 'westbound' betrof en er verschillen zijn tussen het Rotterdamse "Azië" en het vaargebied van de voormalige FEFC, komt het Rotterdamse beeld goed overeen met het meer algemene beeld. Hier zal Hamburg, ook met veel Aziëlading, ook in de buurt komen. Antwerpen en Bremerhaven, beide sterk op Noord-Amerika, zouden hogere groeicijfers (moeten) kunnen noteren.
Verhouding tot 2007
Ter vergelijking was de situatie/ontwikkeling in 2007 (totale overslag 10,8 miljoen TEU) in Rotterdam:
TEUx1000 +/- 2006 Aandeel totaal
Azië 4 855 17% 45%
Europa 3 985 10% 37%
Amerika 1 683 14% 16%
Gevolgen teruggang
De rederijen reageren op de huidige malaise onder andere door capaciteitsbeperking. Maersk Line en de New World Alliance (APL, Hyundai. MOL) schrappen een volledige Aziëdienst. Samen met de al gestaakte dienst van ZIM haalt dit wekelijks 18.000 TEU (-6,5%) capaciteit uit de containervaart tussen noordelijk Europa en Azië. De CKYH Alliantie zet kleinere schepen in in een dienst tussen Noord-Amerika en Europa (-15.000 TEU op jaarbasis). Het valt te verwachten dat andere rederijen/diensten volgen. Hier staat tegenover dat UASC en Hanjin de start van een nieuwe dienst China-noordelijk Europa doorzetten en dat CMA CGM zijn capaciteit op Zuid-Amerika juist verdubbelt. In het algemeen zal Rotterdam in de aangepaste vaarschema's opgenomen blijven worden. Het ladingverlies blijft dan beperkt door het overhevelen van lading naar andere diensten van een rederij/alliantie of door 'slotdeling'. Het opheffen van een dienst slaat wel direct terug op de omzet van bunkerolie. Een (groot) schip van een dienst op Azië bunkert al snel 7000 ton in Rotterdam. Het opheffen van een dienst scheelt op jaarbasis zo'n 350.000 ton en kost de bunkersector, bij een prijs van zo'n $325 per ton (op 23 oktober), een omzet van ongeveer 110 miljoen dollar. Veel bunkerolie wordt ingevaren vanuit Rusland en daarom nemen ook de inkomsten uit havengeld af. Deze ontwikkeling komt bovenop de al eerder dit jaar ingevoerde besparing op brandstof van rederijen door langzamer te gaan varen. Omdat ook in Azië langzamer wordt gevaren en diensten worden geschrapt, vermindert ook de export van bunkerolie via Rotterdam.
(*) Zie uitgebreide cijfers in aanhangsel
(**) Cijfers op basis van telling op scheepsniveau. Er kunnen daardoor afwijkingen zijn met de, veel later beschikbare, officiële CBS statistieken op basis van douanegegevens. Short sea: containers met Europese oorsprong en bestemming. Feeder: containers met een intercontinentale oorsprong/bestemming die aansluitend met een kleiner schip worden vervoerd. Een aantal diensten/rederijen heeft zich gespecialiseerd in één van deze twee mogelijkheden, maar er zijn ook gemengde diensten. De vermelde hoeveelheden en percentages zijn daarom niet exact.
© Havenbedrijf Rotterdam N.V. http://www.portofrotterdam.com/mmfiles/kwartaaloverslag_3e_kw_cijfers_containers_ned_tcm26-57505.pdf
Kwartaaloverslag 3e kw cijfers containers Ned (38.26 Kb)
Zie het origineel