Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer


* Idee VROM: platform voor eigen initiatieven

Parel van Integratie 2008

28-10-2008

Toespraak van minister Vogelaar van Wonen, Wijken en Integratie bij de uitreiking van de "Parels van Integratie", 28 oktober 2008 in WFCC Den Haag.

Dames en heren,

Dank u wel voor het mooie boekje. Het is hier allemaal weer prachtig voor elkaar de zaal, de informatiemarkt, het boekje. Wat jammer toch dat je als minister altijd zo weinig tijd hebt, want ik had zo graag de demonstratie streetdance gezien!

De uitreiking van de Parels van Integratie is in haar vierjarig bestaan echt uitgegroeid tot hét integratie-evenement van het jaar. Met als centrale vraag: "Wat werkt nu écht in de praktijk?" en met als doel dat we allemaal van elkaar kunnen leren. Ik ben dan ook vereerd dat ik voor de tweede keer de Parels van Integratie mag uitreiken.

In één dag kan iedereen die betrokken is bij integratieprojecten in zijn stad of buurt zien hoe ze het bij de collega's doen. De informatiemarkt laat elk jaar weer een divers geheel van succesvolle, vernieuwende projecten zien als inspiratiebron voor iedereen. Ik gebruik met nadruk het woord "inspiratiebron". Ik geloof namelijk niet dat wat in de ene stad of buurt goed werkt, klakkeloos ergens anders kan worden overgenomen.

De omstandigheden in buurten lijken vaak op het eerste gezicht op elkaar, maar zijn toch net weer even anders. En de kracht van deze projecten schuilt natuurlijk ook hierin, dat de mensen het zélf samen hebben bedacht, in de eigen stad en met de eigen buurtgenoten. Maar anderen kunnen zich er wel door laten inspireren, het idee zo boetseren dat het past binnen de eigen omgeving. Als de ervaringen ergens anders goed zijn, is de kans van slagen groter. En als je dat boetseren dan samen doet, met de eigen buurtgenoten, maak je het toch je eigen project.

Want dat is waar het in de kern om gaat: samen actief aan de slag in de buurt. En dat is ook dit jaar het thema van de Parels van Integratie: actief burgerschap. Het mooie van dat thema vind ik, dat het aangeeft dat integratie iets is waar je wat voor moet doen. We moeten samenwerken met het accent op wérken.

We leven in Nederland met heel verschillende mensen bij elkaar. En dan is het niet de kunst om te kijken naar wat ons scheidt want dat zie je meestal zo wel, daar hoef je niet veel voor te doen. Het is de kunst om te kijken naar wat ons bindt, te zoeken naar gemeenschappelijkheid.

Gemeenschappelijkheid die vaak zo simpel te vinden is in gedeelde belangen. Want we willen allemaal werk dat bij ons past. We willen allemaal wonen in een veilige wijk. We willen allemaal met respect worden behandeld. En we willen allemaal dat onze kinderen het beter krijgen dan we het zelf hebben gehad. Als we daar samen aan werken, ons daar samen voor inzetten dat vind ik actief burgerschap.

Ook in eigen huis doen wij trouwens aan actief burgerschap: er is net een bijeenkomst geweest van ambtenaren van mijn ministerie, en andere ministerie die bereid zijn taalcoach te worden. Ruim 250 mensen zijn geïntereseerd! De taalcoaches, ik hoef u dat waarschijnlijk niet uit te leggen, zijn onderdeel van de campagne met de mooie titel: De Nederlandse taal verbindt ons allemaal.

Actief burgerschap is dus ook het thema waar het Comité van Parelvissers dit jaar speciaal naar heeft gekeken. En daarbinnen naar drie aspecten:

* is dit project in het belang van iedereen in de buurt,
* leidt het ertoe dat mensen actiever worden in de wijk,
* en bevordert het de emancipatie van mensen die dat nodig hebben.

Dit jaar gaat het dus niet in de eerste plaats om integratie op zichzelf, maar om projecten die het samenleven in de wijk bevorderen. Je zou kunnen zeggen dat het gaat om projecten die concreet invulling geven aan het motto van dit kabinet Samen werken, samen leven. Als je dan kijkt naar de zes genomineerde projecten, dan zie je dat ze dat ieder op een andere manier doen. Straks krijgt u een filmpje te zien, waarin ze allemaal worden gepresenteerd, maar ik wil er toch vast iets over zeggen.

Om te beginnen doet het me deugd dat van de zes genomineerde projecten er twee projecten zijn die vallen onder de regeling ruimte voor contact die ik heb ingesteld om de samenwerking tussen burgers met diverse achtergronden te stimuleren. Het gaat om Jolo uit Rotterdam en Vooruit uit Amsterdam, die allebei het gedeeld belang vooropstellen van burgers van verschillende afkomst.

Bij JOLO zijn het jongeren die bemiddelen bij conflicten tussen wijkbewoners en het project Vooruit in Amsterdam-West houdt in dat studenten in de sociale wetenschappen gratis in de buurt mogen wonen, in ruil voor vrijwilligerswerk. Dit zijn voorbeelden van projecten waarbij het talent van jongeren goed benut wordt. Het project JOLO ken ik ook goed: ongelovelijk hoe professioneel die ongeren kunnen bemiddelen!

Maar de andere vier projecten zijn niet minder inspirerend. Bij de Kunstexpress zijn het studenten van de Hogeschool Utrecht die zich aanmelden als "maatje" voor kinderen in een wijk in Amersfoort. De studenten laten zien wat ze zelf doen en ze laten de kinderen zien wat zij kunnen, welke creatieve talenten ze hebben.

Atana in Zuid-Limburg zorgt ervoor dat organisaties ook eens ándere gezichten in het bestuur krijgen. Bij de Volkstuinen in Roermond houden flatbewoners samen een moestuin bij. En via het project Spraaksaam in Breda krijgen allochtone moeders Nederlandse les op de school van hun kinderen met een autochtone moeder als "taalmaatje". Wat alle projecten gemeen hebben is, dat ze op zoek gaan naar het gemeenschappelijk belang. Want het succes is pas echt blijvend, als iedereen er wat aan heeft.

Het is zo makkelijk om schamper te doen over dit soort projecten. Kinderen steunen in hun creativiteit, studenten onderbrengen in een vergrijsde wijk is dat geen weggegooid geld? En wat levert dat nou op? Het antwoord is: heel veel. Juist bij integratie geldt de uitspraak Kleine stappen, groot effect. Echte integratie regelen we uiteindelijk maar voor een deel met wetten; de inzet van de mensen zelf is veel belangrijker.

Een allochtone moeder die haar angst overwint en het huis uitgaat, Nederlands leert en actief wordt in de buurt dat is niet alleen voor haarzelf een enorme stap, maar de buurt wordt er ook beter van. En datzelfde geldt voor elk kind dat zelfvertrouwen krijgt, omdat het zijn talenten ontdekt.

Het zijn juist de kleine stappen die de aanzet kunnen geven tot verandering, als ze maar goed worden gebruikt. Joop den Uyl had daar een mooie uitdrukking voor: "muizen hebben kleine pootjes maar lange staarten". Het zijn juist de kleine veranderingen die grote gevolgen kunnen hebben.

Dames en Heren,

U wilt nu natuurlijk heel graag weten welk project de winnaar is van de Parels van Integratie 2008. Maar u moet nog even wachten, want van elk van de zes genomineerden is een mooi filmpje gemaakt dat u nu te zien krijgt...

KunstExpress Maatjesproject in Amersfoort en Zeist is dé Parel van Integratie 2008