D66
Meer continuïteit in cultuurbeleid
29 oktober 2008
D66-Tweede Kamerlid Boris van der Ham wil dat het kabinet meer doet om
de continuïteit in het cultuurbeleid te waarborgen. Van der Ham pleit
bij de behandeling van de Cultuurbegroting voor 2009 ook voor meer
theatergezelschappen in de basisinfrastructuur, aandacht voor de
creatieve economie en extra middelen voor films en animaties.
Onzekerheid wegnemen
Van der Ham wil dat het kabinet de onzekerheid waarin veel
cultuurinstellingen nog steeds verkeren, wegneemt. "Zij weten veelal
nog steeds niet waar ze aan toe zijn en welke middelen ze krijgen voor
hun kerntaken", aldus Van der Ham. "Door de nieuwe
cultuurnotasystematiek, de invoering van het profijtbeginsel en de
kredietcrisis gaan veel instellingen een onzekere periode tegemoet. De
minister moet die onzekerheid wegnemen."
Meer theatergezelschappen in basisinfrastructuur
De sociaal-liberaal pleit ook voor meer theatergezelschappen in de
basisinfrastructuur. In steden als Amsterdam en Rotterdam zou een
tweede theatergezelschap een volstrekt logische stap zijn, omdat daar
historisch gezien altijd meerdere toneel- en muziekgezelschappen zijn
geweest. Van der Ham: "Deze gezelschappen kennen een rijke traditie in
het ontwikkelen van talent en engageren van publiek. Dus waarom in de
grote steden niet een tweede theatergezelschap? Toelating zou niet -
zoals nu - op louter geografische gronden moeten gebeuren."
Geen lange termijnstrategie
De creatieve economie verdient volgens D66 ook meer aandacht. Die
wordt door verschillende experts gezien als motor binnen de
kenniseconomie, maar nu blijkt dat de regering aan de cultuur- en
economieprogramma's van het vorige kabinet geen vervolg zal geven.
"Alle continuïteit is weg. Het kabinet heeft weer geen lange
termijnstrategie", aldus Van der Ham.
Extra investeringen in films
Tot slot wil Van der Ham ook extra investeringen in films en
animaties. "Ondanks alle mooie ambities, komt er weinig geld bij. De
middelen voor het Filmfonds zijn voor de komende vier jaar niet
toereikend. Daarbij is de Nederlandse animatiefilm een goed
exportproduct. Die positie moeten we behouden en waar mogelijk
uitbouwen. Dus waarom geen extra investeringen in die sector."