Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

Schoolloopbaan weinig effect op criminaliteit

27 oktober 2008

Oud-vmbo-leerlingen met een problematische schoolloopbaan zijn relatief vaker betrokken bij criminaliteit dan oud-vmbo'ers die een vervolgopleiding doen. De schoolloopbaan speelt echter een veel minder grote rol dan factoren die al tijdens de middelbare schooltijd aanwezig zijn. Dat concluderen de onderzoekers Weerman, Wijkman en Van der Laan, allen werkzaam op het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving.

Is er een samenhang tussen de loopbaan na het verlaten van het vmbo en crimineel gedrag? Verhoogt schooluitval het niveau van criminaliteit? Om antwoord te kunnen geven op deze en andere vragen namen de onderzoekers opnieuw een enquête af bij een aantal oud-vmbo-leerlingen die al eerder tijdens hun schooltijd door de onderzoekers waren ondervraagd.

Uit het onderzoek, getiteld `De wisselwerking tussen schoolloopbaan, wangedrag en delinquentie buiten school', blijkt dat het algemene niveau van delinquentie van de ondervraagde jongeren na het verlaten van het vmbo hoger ligt dan ten tijde van het vmbo. Jongeren met een problematische schoolloopbaan, schooluitvallers en jongeren die geheel of gedeeltelijk zijn gaan werken, zijn relatief vaker betrokken bij criminaliteit dan jongeren op een vervolgopleiding. Werkende, werkloze en spijbelende jongeren plegen bovendien meer delicten dan schoolgaande jongeren. Het verschil in delinquentie tussen schoolgaande jongeren en jongeren met een problematische schoolloopbaan blijkt echter grotendeels te verklaren door andere oorzaken van criminaliteit.

De belangrijkste verschillen zijn al tijdens de middelbare schooltijd aanwezig. Factoren zoals `foute' vrienden, bepaalde opvattingen over de wet en een lage zelfcontrole hebben een grotere invloed op de kans op crimineel gedrag na de schooltijd dan factoren die samenhangen met de opbouw en aard van de schoolloopbaan.

Ook is het zo dat de ene vroegtijdige schoolverlater de andere niet is. De keuze om te gaan werken in plaats van naar school te gaan hoeft voor het gedrag niet ongunstig uit te pakken. De onderzoekers adviseren om maatwerk te bieden bij de aanpak van vroegtijdig schoolverlaten en goed te kijken naar de individuele achtergronden van de uitval.

Weerman, Wijkman en Van der Laan voerden het onderzoek uit voor het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving, een nationaal onderzoekinstituut van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Het wordt sinds de start in 1992 mede gefinancierd door het Ministerie van Justitie. Het project maakt deel uit van een langlopend onderzoek onder middelbare scholieren naar hun probleemgedrag binnen en buiten school, de omgang van scholen met dat probleemgedrag en de rol van leeftijdsgenoten en leerling-netwerken bij jeugdcriminaliteit.

Boekgegevens

Weerman, F.M. & M.D.S. Wijkman, m.m.v. C.C.J.H. Bijleveld, T. Ros, S. Naeije, A. Ros, R.M. Kok, J. van Enter & P.H. van der Laan (2008). Delinquentie en wangedrag na het vmbo. Een onderzoek naar de relatie tussen schoolloopbaan, schoolverzuim, uitval en probleemgedrag. Leiden: NSCR. Verkrijgbaar voor belangstellenden via nscr@nscr.nl, tel. 071-5278527, www.nscr.nl

..............................


Noot voor redacties