'Ik heb de liefde liefgehad'. Het leven van Alice Nahon
Datum: 27 oktober 2008
Promotie: E.J.J. van der Aa, 16.15 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5,
Groningen
Proefschrift: 'Ik heb de liefde liefgehad'. Het leven van Alice Nahon
Promotor(s): prof.dr. J.W. Renders, prof.dr. G.J. Dorleijn
Faculteit: Letteren
Beeld dichteres Alice Nahon moet bijgesteld
Promovendus Manu van der Aa schreef een biografie over het leven van
Alice Nahon. Hij concludeert hierin dat het beeld van deze
vroegtwintigste-eeuwse Belgische dichteres drastisch moet worden
bijgesteld. Hij komt met nieuwe feiten over Nahon die een heel ander
licht op haar werpen. Volgens Van der Aa heeft de dichteres zelf
meegewerkt aan het creëren van haar imago van `sentimenteel
kwijnmeisje'. Ook gaat hij in op haar onconventionele liefdesleven.
Behalve Guido Gezelle heeft geen enkele Vlaamse dichter meer bundels
verkocht dan Alice Nahon (1896-1933). Haar poëzie werd ook enthousiast
onthaald door de literaire kritiek in Vlaanderen en Nederland. Vele
mensen kennen haar nog steeds als de aan tering lijdende dichteres van
de beroemde versregels ``t Is goed, in `t eigen hert te kijken / nog
even voor het slapen gaan'.
Tegenwoordig wordt het werk van Nahon in meer intellectuele kringen
afgedaan als sentimenteel gerijmel of `Gartenlaubepoëzie', zoals Paul
van Ostaijen het noemde. Manu van der Aa besteedt in zijn biografie
onder meer aandacht aan Nahons functioneren in de literaire wereld,
aan haar contacten met onder anderen E. du Perron, Michel Seuphor en
Gerard Walschap, aan haar relatie tot het Vlaams nationalisme en aan
haar voor die tijd onconventionele houding tegenover seksualiteit en
relaties.
Van der Aa's uitgebreide bronnenonderzoek bracht nieuwe feiten over
Alice Nahon aan het licht, waardoor de bestaande reputatie van de
dichteres ter discussie wordt gesteld. Zo kan Van der Aa aantonen hoe
de dichteres vanaf het begin van haar dichterschap meewerkte aan het
creëren van haar imago van `sentimenteel kwijnmeisje', laat hij zien
wie haar talrijke minnaars waren en hoe ze met hen omsprong, en
formuleert hij een hypothese over de ware aard van Nahons ziekte. Haar
poëzie mag dan wel verouderd zijn, het is vrij zeker dat weinig
vrouwen van haar generatie zo'n gevarieerd en boeiend maar vaak ook
ongemakkelijk leven hebben geleid als Alice Nahon, aldus Van der Aa.
Manu van der Aa (België, 1964) studeerde Germaanse filologie aan de
Universiteit Antwerpen. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek bij het
Biografie Instituut van de Faculteit der Letteren aan de
Rijksuniversiteit Groningen. Promotores zijn prof.dr. J.W. Renders en
prof.dr. G.J. Dorleijn. Van der Aa werkt als docent Nederlands aan het
Technisch Instituut Sint-Paulus in Mol, België. Van het proefschrift
is een handelseditie verschenen bij Uitgeverij Lannoo.
Rijksuniversiteit Groningen