Sluiten van coffeeshops onverstandig
23 oktober 2008
Onwenselijk. Zo kwalificeert GroenLinks Kamerlid Naïma Azough de voorgenomen sluiting van alle coffeeshops in Bergen op Zoom, Roosendaal en Terneuzen. De steden willen de coffeeshops sluiten omdat Belgische en Franse drugstoeristen te veel overlast veroorzaken. Azough vreest dat de sluiting van de coffeeshops de straathandel in de hand werkt en dat daarmee de overlast juist toeneemt. Ook is ze bang dat met de illegale handel de grenzen tussen soft- en harddrugs verder vervagen.
Schriftelijke vragen van het lid Azough (GroenLinks) aan de minister van Justitie over de sluiting van coffeeshops in de grenssteden1.
1. Kloppen de berichten (Grenssteden sluiten alle coffeeshops en Ook Terneuzen scherpt gedoogbeleid aan, NRC Handelsblad 23 oktober 2008) dat de gemeenten Roosendaal, Bergen op Zoom en Terneuzen zo snel mogelijk alle coffeeshops binnen hun gemeentegrenzen willen sluiten en dat in de tussentijd het gedoogbeleid wordt aangescherpt met als argument dat landelijk beleid ter bestrijding van de overlast uitblijft?
2. Werken deze maatregelen niet de volstrekt oncontroleerbare illegale handel in softdrugs in de hand, met als mogelijk gevolg dat de scheiding tussen soft- en harddrugs verder vervaagt
3. Vindt u het vanuit rechtstatelijk oogpunt aanvaardbaar om eigenaren van coffeeshops die zich aan de gedoogcriteria houden te onderwerpen aan een rechtsregime dat er feitelijk op neerkomt dat er de facto geen gedoogsituatie meer bestaat?
4. Kunnen gemeenten zelfstandig besluiten om in afwijking van de vigerende OM-richtlijn en de daarin opgenomen gedoogcriteria coffeeshops opleggen dat ze niet 500 gram, maar 300 gram handelsvoorraad mogen aanhouden en dat ze niet 5 gram, maar slechts 2 gram softdrugs mogen verkopen? Zo nee, wat gaat u in de richting van deze gemeenten doen en zo ja, vindt u dan ook niet dat er een grote rechtsongelijkheid kan ontstaan, waarbij er onduidelijkheid kan ontstaan welke regels er nu precies gelden ten aanzien van het gedogen van softdrugs?
5. Krachtens welke regel is het toegestaan om mensen met minder dan 5 gram softdrugs in zijn of haar bezit te registreren? En waarom is er precies voor gekozen om de boetes voor het in bezit hebben van meer dan 5 gram softdrugs te verhogen? Komt deze maatregelen eigenlijk niet neer op het wegpesten van klanten van coffeeshops?
6. Waarom ontbreekt het nog steeds aan een landelijke oplossing voor de achterdeurproblematiek en aan samenwerking tussen de Nederlandse en de Belgische overheid om overlast aan te pakken? 7. Bent u bereid om te onderzoeken of de door de grenssteden ondervonden overlast ondervangen kan worden door de legalisering van de handel in softdrugs?
Den Haag, 23 oktober 2008
GroenLinks