Kamervragen leverbot
23 oktober 2008 - kamerstuk
Kamerbrief waarin de minister antwoord geeft op vragen over de
verhoging van het waterpeil, permanente vernatting van landbouwgronden
en de gevolgen daarvan voor leverbotbesmettingen.
Meer informatie
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
8 september 2008 2008Z01836
2070829130
VD. 2008/2066 23 oktober 2008
Kamervragen over leverbot
Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid
Geachte Voorzitter,
Hierbij doe ik u de antwoorden toekomen op de Kamervragen inzake leverbot gesteld
door de Kamerleden Atsma, Koppejan en Ormel.
1, 2 en 3
Kent u het bericht 'Natuurontwikkeling verhoogt risico leverbot'?1
Deelt u de zorg dat de aanleg van bredere sloten en de verhoging van het waterpeil meer
problemen ten aanzien van dier- en plantgezondheid kan opleveren?
Bent u bekend met de onderzoeken van de STOWA (Stichting Toegepast Onderzoek
Waterbeheer), waarin wordt geconcludeerd dat er slechts beperkte risico's zijn voor de
dier- en plantgezondheid bij ingrijpen in het landschap ten behoeve van waterberging
en/of buffering?
Ja.
4
Kunt u nagaan op welke wijze het onderzoek van de STOWA door de waterschappen
wordt gebruikt? En kunt u daarbij uiteenzetten of de waterschappen ook informatie van
andere partijen ter beoordeling van haalbaarheid en wenselijkheid van plannen
gebruiken?
Op dit moment heb ik nog geen zicht op welke wijze het onderzoek wordt gebruikt.
Zodra ik hierover de informatie heb, zal ik u daarover berichten.
1 http://www.agd.nl/1059068/Nieuws/Artikel/Natuurontwikkeling-verhoogt-risico-leverbot.htm
5
Kunt u uiteenzetten hoe de signalen van de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) en van de
STOWA zich tot elkaar verhouden?
Naar mijn mening is de achtergrond van beide signalen verschillend. In het rapport van
STOWA wordt, naar mijn mening, gekeken naar de effecten van een eenmalige kortdurende
inundatie, daar waar de Gezondheidsdienst voor Dieren de effecten beschrijft van
een meer permanente (grond)waterstijging. Voor de leverbotbesmettingen is met name
de permanente vernatting van landbouwgronden van belang.
6 en 7
Bent u bekend met het feit dat voor melkgevende dieren geen middelen beschikbaar zijn
tegen leverbot, en bent u bekend met de resistentieproblematiek van sommige middelen?
Zo ja, welke rol speelt uw ministerie hierin of welke rol zou het ministerie van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit hierin kunnen spelen?
Ja, het is mij bekend dat er voor melkgevende dieren geen middelen tegen leverbot in
Nederland geregistreerd zijn. In die gevallen van noodzakelijke behandeling kan de
dierenarts onder voorwaarde gebruikmaken van de cascaderegeling (Artikel 22 van het
Diergeneesmiddelenbesluit). Deze regeling maakt het mogelijk andere in Nederland
geregistreerde diergeneesmiddelen te gebruiken of middelen die in een ander Europees
land zijn geregistreerd. Het ministerie heeft overleg gevoerd met LTO Nederland en de
Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde om te wijzen op bovenstaande
mogelijkheid om de cascaderegeling te hanteren. Deze organisaties hebben hun
achterban in het voorjaar van 2008 over de uitkomst geïnformeerd.
Ik ben ook op de hoogte van het bestaan van resistentie tegen bepaalde middelen ter
bestrijding van leverbot. Ook in deze gevallen kan de dierenarts gebruikmaken van de
cascaderegeling zoals beschreven in het Diergeneesmiddelenbesluit.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit