Kamerbrief inzake vergadering van Statenpartijen bij het Internationaal
Strafhof
23-10-2008 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Hierbij doe ik u, ingevolge artikel 5 van de Goedkeuringswet voor het
Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof^1, de geannoteerde
voorlopige agenda toekomen van de Zevende Vergadering van
Statenpartijen bij het Internationaal Strafhof (Assembly of States
Parties, ASP). De ASP heeft dit jaar van 14 t/m 22 november plaats in
Den Haag.
Op 1 oktober jl. trad voor zowel Suriname als de Cook Eilanden het
Statuut van Rome in werking, waarmee op dit moment 108 Staten partij
zijn bij het Statuut. Nederland zal universele dekking van het Statuut
actief blijven bevorderen, zowel bilateraal als samen met de overige
landen van de Europese Unie.
Het Internationaal Strafhof (ICC) kende een bijzonder actief jaar.
In februari 2008 werd een derde verdachte, Mathieu Ngudjolo Chui, aan
het ICC overgedragen. Evenals de twee eerste verdachten, Thomas
Lubanga Dyilo en Germain Katanga, vond de aanhouding en overdracht van
Ngudjolo Chui plaats in het kader van het onderzoek van de Aanklager
in de Democratische Republiek Congo (DRC). De zaken van Katanga en
Ngudjolo Chui zijn inmiddels juridisch gevoegd: beiden worden
verantwoordelijk gehouden voor aanvallen op de burgerbevolking in de
Ituri-regio in 2003. Op 26 september jl. heeft Pre-Trial Chamber I het
merendeel van de aanklachten tegen beide verdachten bevestigd in een
formele confirmation of charges hearing, noodzakelijk voor het kunnen
starten van het inhoudelijke proces.
In april 2008 maakte het ICC bekend een aanhoudingsbevel te hebben
uitgevaardigd tegen een vierde verdachte uit de DRC, Bosco Ntaganda.
Deze is nog voortvluchtig.
Op 24 mei 2008 hebben de Belgische autoriteiten op verzoek van het ICC
voormalig Congolees presidentskandidaat en oppositieleider in
ballingschap Jean-Pierre Bemba Gombo aangehouden. Bemba wordt
verantwoordelijk gehouden voor de wijdverspreide en systematische
aanval van de Mouvement de libération du Congo (MLC) op de
burgerbevolking tijdens het gewapend conflict in de Centraal
Afrikaanse Republiek (CAR) tussen oktober 2002 en maart 2003. Bemba is
de eerste verdachte die is aangehouden en aan het ICC is overgedragen
naar aanleiding van het onderzoek van de Aanklager in de CAR. Op 4
november 2008 is zijn confirmation of charges hearing.
Op 16 juni 2008 hebben de rechters van Trial Chamber I besloten het
proces tegen Lubanga, de eerste zaak van het ICC, (voorlopig) stop te
zetten, waarna op 2 juli is besloten tot de invrijheidstelling van
Lubanga wegens schending van de beginselen van een eerlijk proces. De
directe aanleiding vormde het bewijsmateriaal dat de Aanklager heeft
ontvangen van de VN en andere informatieverstrekkers. Door
vertrouwelijkheidsovereenkomsten met deze informatieverstrekkers heeft
de Aanklager dit materiaal, dat mogelijk ontlastend is voor de
verdachte, niet kunnen delen met de verdediging. Op grond van het
Statuut was hij daartoe echter wel verplicht. Hangende het hoger
beroep van de Aanklager was de invrijheidstelling zonder onmiddellijk
effect. Op 21 oktober jl. hebben de rechters in dit hoger beroep
besloten de schorsing van de procedure intact te houden, terwijl de
beslissing over de invrijheidstelling opnieuw ter beoordeling naar de
Trial Chamber is verwezen. De Aanklager zegt met de VN (en andere
informatieverstrekkers) inmiddels een oplossing te hebben gevonden
voor het probleem, waardoor volgens hem het proces tegen Lubanga
spoedig kan worden hervat.
Op 14 juli 2008 heeft de Aanklager de rechters van het Hof verzocht om
een aanhoudingsbevel voor de Sudanese President Bashir. Het is voor
het eerst dat de Aanklager om een aanhoudingsbevel tegen een zittend
staatshoofd verzoekt. De rechters zullen naar verwachting binnen
enkele maanden een beslissing nemen. Het verzoek van de Aanklager
heeft tot gemengde reacties geleid binnen de internationale
gemeenschap. Een aantal landen en organisaties is fel gekant tegen
vervolging van Bashir. Zij zijn van mening dat het ICC het toch al
broze vredesproces in gevaar zal brengen.
Nederland benadrukt evenwel de te respecteren onafhankelijkheid van
het ICC, alsmede de noodzaak om vrede met gerechtigheid te combineren
en derhalve samen te werken met het ICC. Hierover wordt met partners
nauwgezet gecoördineerd om zoveel mogelijk een eensluidend geluid te
laten horen. Het beginsel dat vrede en gerechtigheid hand in hand
gaan, ligt ook ten grondslag ligt aan het Statuut van Rome en aan de
verwijzing door de VN-Veiligheidsraad van de situatie in Darfur naar
het ICC.
Behalve in de DRC en Sudan, heeft het ICC ook nog aanhoudingsbevelen
uitstaan in Uganda, voor de rebellenleiders van de Lord's Resistance
Army.
De belangrijkste onderwerpen die aan de komende ASP zullen worden
voorgelegd zijn de volgende.
Huisvesting
Het ICC zal zeker tot eind 2014 nog gehuisvest zijn op de huidige
locatie op de Maanweg (de Arc). Vanaf november komt er extra ruimte
beschikbaar in een nieuw gebouw vlakbij dit pand (de Haagsche Veste).
Daarnaast zijn de voorbereidingen voor de nieuwbouw in volle gang: het
terrein van de Alexanderkazerne is door de Statenpartijen en het Hof
enthousiast aanvaard als locatie. Een internationaal
architectenconcours is gaande. En marge van de ASP zal tijdens een
speciaal door Nederland georganiseerde bijeenkomst worden
bekendgemaakt welke drie architecten door de internationale jury zijn
verkozen. Het ICC zal vervolgens met de prijswinnaars onderhandelen
over de gunning van de opdracht. Hoogstwaarschijnlijk zal de winnaar
van de eerste prijs tevens de opdracht krijgen. Dit wordt begin 2009
bekend.
De bouw moet in 2011 beginnen, wil de nieuwbouw in 2014 volgens
planning klaar zijn. Nederland stelt, behalve een terrein en een
architectenconcours, een flexibele, laagrentende lening van EUR 200
miljoen beschikbaar voor de bouw. Tijdens de aanstaande ASP zullen de
Statenpartijen een besluit nemen over de aanvaarding van deze lening.
Budget
Het budget voor 2009 dient te worden goedgekeurd door de aankomende
ASP. Het budget voor 2008 was gebaseerd op de veronderstelling van één
rechtszaak tegen één verdachte, Lubanga. De arrestaties van Katanga
eind 2007 en van Ngudjolo Chui en Bemba in 2008 hebben gezorgd voor
een noodzakelijke ophoging van het budget voor 2009. Nederland steunt
de begroting zoals die door het ICC is opgesteld op hoofdlijnen.
Misdrijf van agressie
Een meer inhoudelijk en diepgaand onderwerp waar de komende ASP zich
over zal buigen, is het in het Statuut op te nemen misdrijf van
agressie, als een van de vier misdaden waarvoor het ICC competent is.
Afgelopen jaar zijn opnieuw kleine vorderingen gemaakt bij de
onderhandelingen hierover. De inzet van Nederland blijft erop gericht
dat deze onderhandelingen bij de Herzieningsconferentie kunnen worden
afgesloten. Het misdrijf agressie behoort zonder meer tot de
ernstigste internationale misdrijven, en het ICC moet daarom
daadwerkelijk rechtsmacht hierover kunnen uitoefenen. Het is echter
alles behalve zeker of over dit complexe onderwerp de komende tijd
overeenstemming kan worden bereikt. Daarbij gaat het onder meer om de
voorwaarden waaronder het ICC rechtsmacht moet kunnen uitoefenen over
dit misdrijf.
Herzieningsconferentie
Het Statuut van Rome schrijft voor dat zeven jaar na de
inwerkingtreding van het Statuut een Herzieningsconferentie zal worden
gehouden. De ASP zal aankomende sessie een definitief besluit moeten
nemen over de datum, duur en locatie. Formeel hebben Uganda en
Argentinië zich voor het gastheerschap opgeworpen, beiden geschikte
locaties uit het oogpunt van universaliteit. New York en Den Haag
gelden als terugvalopties voor het houden van de
Herzieningsconferentie. Deze zal in ieder geval in het eerste half
jaar van 2010 plaats moet vinden.
Hervatting zitting
Van 19 tot en met 23 januari 2009 heeft de eerste Hervatte Zitting van
de 7e ASP plaats in New York. Deze zal in het teken staan van
verkiezingen voor de Committee on Budget and Finance (CBF) alsmede
voor 6 rechtersposities. Voor deze laatste verkiezing is mw. Prof. Mr
Wilhelmina Thomassen, momenteel raadsheer bij de Hoge Raad, één van de
kandidaten.
Mr Thomassen heeft een indrukwekkende staat van dienst als rechter en
is geverseerd in het strafrecht. Verder heeft zij veel internationale
ervaring, onder meer als rechter bij het Europese Hof voor de Rechten
van de Mens. Haar ervaring als rechter en haar internationale ervaring
hebben mede geleid tot haar benoeming als hoogleraar in de
internationale mensenrechten aan de Eramus Universiteit.
Vermeldenswaard is voorts dat Mr Thomassen gedurende haar hele
loopbaan steeds actief betrokken is geweest bij de positie van vrouwen
en kinderen in het recht.
Nederland hecht veel belang aan de verkiezing van Mr Thomassen.
Verkiezing van ervaren rechters kunnen het ICC als instituut helpen
versterken. Daarbij draagt verkiezing van Nederlanders op dergelijke
posities ook bij aan het positieve Nederlandse imago inzake de
bevordering van de internationale rechtsorde, de strijd tegen
straffeloosheid en de bevordering van mensenrechten.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
1: Stb. 2001 343, 17 juli 2001.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken