Beantwoording vragen van het lid Irrgang over de situatie in Bolivia
21-10-2008 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bied ik u, mede namens de minister voor
Ontwikkelingssamenwerking, hierbij de antwoorden aan op de
schriftelijke vragen gesteld door het lid Irrgang (SP) over de
situatie in Bolivia. Deze vragen werden ingezonden op 17 september
2008 met kenmerk 2008Z02587.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, mede
namens de heer Koenders, minister voor Ontwikkelingssamenwerking op
vragen van het lid Irrgang (SP) over de situatie in Bolivia.
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht "Topoverleg in Santiago over onrust
in Bolivia"?1
Antwoord
Het is verheugend vast te stellen dat de Unie van Zuid-Amerikaanse
Naties (UNASUR) een unanieme verklaring heeft uitgegeven waarin de
lidstaten zich solidair verklaren met de regering van Bolivia, de
strijdende partijen oproepen met elkaar in dialoog te gaan en een
commissie hebben ingesteld om hen daarbij te helpen. De Europese Unie
heeft op 19 september een verklaring uitgegeven, waarin zij de
uitkomst van het overleg in Santiago onderschrijft en de eerste
stappen van de strijdende partijen in Bolivia verwelkomt die hebben
geresulteerd in een op 16 september getekend akkoord om een nationale
dialoog op te starten. De Europese Unie was op verzoek van de
Boliviaanse regering op 18 september in Cochabamba aanwezig bij de
eerste gesprekken tussen regering en oppositie.
Vraag 2
Wat is uw oordeel over het uitzetten van de Amerikaanse ambassadeur
door Bolivia en de maatregelen van een groot aantal andere
Zuid-Amerikaanse landen tegen Amerikaanse diplomaten?
Antwoord
Nederland acht het van belang dat meningsverschillen tussen landen
langs de weg van dialoog worden opgelost. Het uitzetten of terugroepen
van ambassadeurs of het beperken van de bewegingsvrijheid van
diplomaten komt die dialoog vaak niet ten goede.
Vraag 3
Kunt u aangeven of en zo ja welke bewijzen er zijn van het aanzetten
door Washington van oppositieprotesten in Bolivia tegen de
democratisch gekozen regering? Op welke informatie beroept u zich
hierbij?
Vraag 4
Wat is u bekend over berichten dat Amerikaanse kogels clandestien
zouden zijn geïmporteerd ten behoeve van (de strijd van) de oppositie?
Antwoord
Hiervan is mij niets bekend.
Vraag 5
Deelt u de mening dat een president die op democratische wijze door
een ruime meerderheid van de bevolking gekozen en herkozen is alle
internationale steun verdient? Zo neen, waarom niet? Zo ja, vindt u de
verklaring van de Europese Raad van 12 september jl. hier een adequate
uiting van? 2) Kunt u dit toelichten?
Antwoord
De EU en de UNASUR hebben in hun verklaringen van respectievelijk 12
en 15 september steun gegeven aan de democratische legitimiteit van
president Evo Morales.
Vraag 6
Steunt Nederland de positie van de OAS in deze kwestie? Zo neen,
waarom niet? Zo ja, op welke manier geeft u hier uiting aan?
Antwoord
De OAS heeft zich net als de EU en de UNASUR ingespannen om de dialoog
in Bolivia op gang te brengen. De partijen die thans als waarnemer bij
de dialoog zijn betrokken (OAS, EU, VN, UNASUR en kerk) werken goed
samen.
Vraag 7
Deelt u de mening van de Argentijnse president Kirchner dat een
herhaling van een door de VS gesteunde coup zoals in 1973 in Chili,
maar dan ditmaal in Bolivia, onwenselijk is?
Antwoord
Ik ben van mening dat elke buitenlandse inmenging in Bolivia ongewenst
is, zoals ook is opgenomen in de verklaring van de UNASUR die door de
EU is onderschreven.
1: NRC next, 15 september 2008
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken