European Union



Brussel, 16 oktober 2008

Vrij verrichten van diensten: inbreukprocedures tegen Duitsland, Oostenrijk, België, Italië en het Verenigd Koninkrijk

De Europese Commissie heeft maatregelen genomen om een einde te maken aan de beperkingen op het vrij verrichten van diensten in vijf lidstaten. De Commissie zal Italië voor het Europees Hof van Justitie dagen vanwege zijn regelgeving inzake verplichte maximumhonoraria voor advocaten. Aan het Verenigd Koninkrijk zal een met redenen omkleed advies worden gezonden vanwege zijn merken- en octrooiregelgeving en aan Oostenrijk vanwege zijn regelgeving betreffende insolventieprocedures. De Commissie zal ook een aanvullend met redenen omkleed advies zenden aan België betreffende de rechten van Europese uitzendbureaus en aan Duitsland betreffende de opleiding van werknemers in de deelstaat Noord-Rijnland-Westfalen. Het met redenen omklede advies vormt de tweede stap in de inbreukprocedure van artikel 226 van het EG-verdrag. Wanneer binnen twee maanden geen bevredigend antwoord wordt ontvangen, kan de Commissie naar het Europees Hof van Justitie stappen.

Italië - Maximumtarieven voor advocaten

De Commissie heeft besloten Italië op grond van artikel 226 van het EG-Verdrag voor het Hof van Justitie te dagen vanwege zijn regelgeving betreffende maximumhonoraria voor diensten van advocaten. De Commissie betwist dat dergelijke bepalingen nodig zijn. De toegang tot de Italiaanse markt voor dienstverleners uit andere lidstaten wordt erdoor beperkt. De toegang tot de rechtspraak en een goede rechtsbedeling wordt er niet door gegarandeerd. Evenmin worden de gebruikers van deze diensten op een evenredige manier beschermd wat het beoogde algemeen belang betreft. De betwiste regelgeving is dus in strijd met de artikelen 43 en 49 van het EG-Verdrag, die respectievelijk de vrijheid van vestiging en het vrij verrichten van diensten binnen de Europese Unie garanderen.

Verenigd Koninkrijk - Verplichting om over een adres in het Verenigd Koninkrijk te beschikken voor de betwisting van merken en octrooien

De Commissie heeft besloten op grond van artikel 226 van het EG-Verdrag aan het Verenigd Koninkrijk een met redenen omkleed advies te zenden vanwege zijn merken- en octrooiregelgeving. Het gaat om wetgeving die voorschrijft dat partijen die naar de rechtbank stappen om merken en octrooien te betwisten, een adres in het Verenigd Koninkrijk moeten hebben. De Commissie vindt dat dit vereiste onevenredig is en in strijd is met het vrij verrichten van diensten zoals gegarandeerd in artikel 49 EG-verdrag.

Oostenrijk - Verplichting om een adres in Oostenrijk te hebben voor elk optreden in insolventieprocedures

De Commissie heeft besloten op grond van artikel 226 van het EG-Verdrag aan Oostenrijk een met redenen omkleed advies te zenden vanwege zijn regelgeving betreffende insolventieprocedures. Het gaat om wetgeving die voorschrijft dat partijen voor elk optreden in of deelname aan een insolventieprocedure een adres in Oostenrijk moeten hebben om documenten te kunnen ontvangen. Volgens de Commissie is dit een indirecte discriminatie op grond van nationaliteit en is dit dus in strijd met artikel 12 van het EG-Verdrag.

België - rechten van Europese uitzendbureaus

De Commissie heeft besloten aan België een aanvullend met redenen omkleed advies te zenden om het te verzoeken niet langer onevenredige voorwaarden op te leggen aan uitzendkantoren die in andere lidstaten gevestigd zijn en diensten in België willen verrichten. Krachtens artikel 49 van het EG-Verdrag zou elk bedrijf dat een dienst verricht in een lidstaat (overeenkomstig de geldende nationale wetgeving) dezelfde dienst zonder belemmeringen in alle andere lidstaten moeten kunnen verrichten. Wat de uitzendbureaus betreft wordt dit principe niet nageleefd, wat leidt tot een beperking van de concurrentie in deze sector. Ook Belgische werkgevers en werknemers die van deze diensten gebruikmaken, kunnen daardoor worden benadeeld. Om volgens de Belgische wet een vergunning te kunnen krijgen, moeten uitzendbureaus namelijk een natuurlijke persoon met woon- of verblijfplaats in België aanwijzen of anders een adres in de betreffende regio hebben als zo'n gemachtigde persoon niet langer vereist is. De Commissie heeft ook kritiek op het feit dat de activiteiten van uitzendkantoren beperkt worden tot het leveren van personeel en dat deze bedrijven een bepaalde juridische vennootschapsvorm moeten hebben.

Het verzoek van de Commissie wordt gedaan in de vorm van een met redenen omkleed advies, dat de tweede stap vormt in de inbreukprocedure van het EG-Verdrag. Wanneer binnen twee maanden na de ontvangst van het advies geen bevredigend antwoord wordt ontvangen kan de Commissie naar het Hof van Justitie stappen.

Duitsland - Permanente opleiding van werknemers - discriminatie van Europese bedrijven

De Commissie heeft besloten aan Duitsland een aanvullend met redenen omkleed advies te zenden om het te verzoeken een eind te maken aan de onevenredige voorwaarden in de wet op de permanente opleiding ("Arbeitnehmerweiterbildungsgesetz") van de deelstaat Noord-Rijnland-Westfalen. Om volgens de Duitse wet een erkenning te kunnen krijgen, moeten opleidingscentra aan criteria voldoen die in strijd worden geacht met artikel 49 betreffende het vrij verrichten van diensten. Daardoor wordt het aanbieden van permanente opleiding door bedrijven uit andere lidstaten onnodig belemmerd of bemoeilijkt.

Het laatste nieuws over inbreukprocedures tegen de lidstaten is te vinden op:

http://ec.europa.eu/community_law/index_fr.htm.