17-10-2008
Directie Personenverkeer, Migratie en Vreemdelingenzaken
Afdeling Asiel- en Migratiezaken
Den Haag
070-348 4802
Oktober 2008
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka
September 2008
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
Inhoudsopgave Pagina
1 Inleiding 3
2 Landeninformatie 4
2.1 Basisgegevens 4
2.1.1 Land en volk 4
2.1.2 Geschiedenis 5
2.1.3 Staatsinrichting 9
2.2 Politieke ontwikkelingen 13
2.3 Veiligheidssituatie 22
3 Mensenrechten 37
3.1 Juridische context 37
3.1.1 Verdragen en protocollen 37
3.1.2 Nationale wetgeving 38
3.2 Toezicht 39
3.3 Naleving en schendingen 52
3.3.1 Vrijheid van meningsuiting 52
3.3.2 Vrijheid van vereniging en vergadering 56
3.3.3 Vrijheid van godsdienst 57
3.3.4 Bewegingsvrijheid 60
3.3.5 Rechtsgang 67
3.3.6 Arrestaties en detenties 70
3.3.7 Mishandeling en foltering 78
3.3.8 Verdwijningen 80
3.3.9 Buitengerechtelijke executies en moorden 85
3.3.10 Doodstraf 86
3.4 Positie van specifieke groepen 86
3.4.1 Plantage Tamils 86
3.4.2 Vrouwen 87
3.4.3 Homoseksuelen 90
3.4.4 Minderjarigen 91
3.4.5 Dienstplichtigen 97
4 Migratieproblematiek 99
4.1 Migratiestromen 99
4.2 Opvang in de regio 102
4.3 Terugkeer 103
4.4 Activiteiten van internationale organisaties 106
Literatuurlijst 107
Kaart van Sri Lanka 114
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
3
1 Inleiding
In dit algemeen ambtsbericht wordt de situatie in Sri Lanka beschreven voor zover
deze van belang is voor de beoordeling van asielverzoeken van personen die
afkomstig zijn uit Sri Lanka en voor besluitvorming over de terugkeer van
afgewezen Sri Lankaanse asielzoekers. Dit ambtsbericht is een actualisering van
eerdere ambtsberichten over de situatie in Sri Lanka (laatstelijk april 2007). Het
algemeen ambtsbericht beslaat de periode van april 2007 tot en met september
2008.
Dit ambtsbericht is gebaseerd op informatie van openbare en vertrouwelijke
bronnen. Bij de opstelling is gebruik gemaakt van informatie van verschillende
organisaties van de Verenigde Naties, niet-gouvernementele organisaties,
vakliteratuur en berichtgeving in de media. Een overzicht van de geraadpleegde
openbare bronnen is opgenomen in de literatuurlijst. Bovendien liggen
bevindingen ter plaatse en vertrouwelijke rapportages van de Nederlandse
vertegenwoordiging in Sri Lanka aan dit algemeen ambtsbericht ten grondslag.
In het algemeen ambtsbericht wordt veelvuldig verwezen naar geraadpleegde
openbare bronnen. Daar waar openbare bronnen zijn vermeld, wordt de tekst in
veel gevallen ook ondersteund door informatie die op vertrouwelijke basis is
ingewonnen.
In hoofdstuk twee wordt ingegaan op recente ontwikkelingen op politiek- en
veiligheidsgebied. Ook is een korte passage over de geschiedenis en de geografie
en de bevolking van Sri Lanka opgenomen.
In hoofdstuk drie wordt de mensenrechtensituatie in Sri Lanka geschetst. Na een
beschrijving van wettelijke kaders en internationale verdragen waarbij Sri Lanka
partij is, komt het onderwerp toezicht op de naleving van de mensenrechten aan de
orde. Daarna volgt de beschrijving van de naleving, dan wel schending van enkele
klassieke mensenrechten. Ten slotte wordt de positie van specifieke groepen,
waaronder minderjarigen belicht.
In hoofdstuk vier komen de opvang van binnenlands ontheemden, activiteiten van
internationale organisaties en de positie van de UNHCR, aan de orde.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
4
2 Landeninformatie
2.1 Basisgegevens
2.1.1 Land en volk
De Democratic Socialist Republic of Sri Lanka is een eiland gelegen in de
Indische Oceaan ten zuidoosten van India. Sri Lanka heeft een oppervlakte van
65.610 vierkante km en kent een tropisch klimaat. Het bestaat officieel uit negen
provincies, met als hoofdstad Colombo.1
De bevolking van Sri Lanka telt ongeveer 21 miljoen inwoners. De belangrijkste
bevolkingsgroepen zijn de Singalezen (73,8%), de Tamils (8,5%) en de moslims
(7,2%).2 De officiële spreek- en schrijftaal is het Singalees. Circa 74% van de
bevolking is deze taal machtig. Het Tamil is als nationale taal 'for public
administration and the conduct of legal proceedings' erkend sinds de invoering
van de grondwet van 1978. Het Tamil wordt beheerst door 18% van de bevolking
en wordt meestal gesproken door de Tamils en de meeste moslims. Naast het
Singalees en het Tamil bestaat er nog een aantal andere lokale talen. Net als het
Engels worden deze lokale talen slechts door een klein deel van de bevolking
gesproken.3
Ongeveer 70% van de bevolking, overwegend Singalezen, hangt het boeddhisme
aan. De overige godsdiensten die Sri Lankanen belijden, zijn het hindoeïsme
(15%, voornamelijk door Tamils), het christelijke geloof (8%) en de islam (7%).4
De boeddhistische Singalezen leven voornamelijk in het zuiden en het centrale
gedeelte van Sri Lanka, terwijl de hindoeïstische Tamils voornamelijk in het
noorden en oosten verblijven. De moslimgemeenschap is vooral woonachtig in de
dichtbevolkte kustgebieden van het oosten. Ook wonen er moslims in het westen
1 Central, North Central, Northern, Eastern, North Western, Sabaragamuwa, Southern, Uva en
Western. Central Intelligence Agency (CIA), The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008,
via https://www.cia.gov, geraadpleegd op 25 juli 2008. Zie ook bijlage 1.
2 CIA, The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008, via https://www.cia.gov, geraadpleegd
op 25 juli 2008.
3 www.ethnologue.com, geraadpleegd op 25 juli 2008.
4 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14
september 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
5
en met name in Colombo. De christelijke gemeenschap is geconcentreerd in het
westen.5
2.1.2 Geschiedenis6
Sri Lanka is sinds 1505 opeenvolgend onder het bewind geweest van de
Portugezen, de Nederlanders en de Britten. Op 4 februari 1948 werd het
toenmalige Ceylon onafhankelijk en sinds de invoering van de nieuwe grondwet in
1978 luidt de officiële benaming Democratic Socialist Republic of Sri Lanka.
Onder de Britten genoten de Tamils een bevoorrechte positie in de Sri Lankaanse
samenleving. Zij hadden kennis van het Engels. In 1956 nam de regering, die
overwegend uit Singalezen bestond, verschillende maatregelen om deze
'disproportionele en invloedrijke positie' van de Tamils te wijzigen. Op basis van
de Official Language Act werd het Singalees als officiële spreek- en schrijftaal
ingevoerd, waardoor het voor Tamils moeilijk werd om (overheids)banen te
krijgen of onderwijs te genieten. De maatregelen zorgden voor spanningen tussen
beide bevolkingsgroepen, resulterend in de eerste ongeregeldheden in 1958. De
relatie tussen beide groepen verslechterde in de jaren '60 en '70. De Tamils
drongen aan op een federaal systeem, maar opeenvolgende regeringen verwierpen
dit verzoek. Ondanks dat het Tamil als nationale taal erkend werd in de nieuwe
grondwet van 1978, bleef de Tamil bevolkingsgroep zich achtergesteld voelen.
Vanwege het onvermogen van politieke Tamil partijen om langs vreedzame weg
een federale staat te bereiken, ontstond er een groeiend verlangen naar een
onafhankelijke staat voor alle Tamils in het Noorden en Oosten7, Tamil Eelam
genaamd. Teneinde dit doel te bewerkstelligen werden verschillende militaire
Tamil groeperingen gevormd. De toename van de spanningen leidde tot een
uitbarsting van gewelddadige rellen in 1983. Duizenden Tamils vluchtten richting
het zuiden van India en honderden Sri Lankanen kwamen om het leven, met name
Tamils, waarvan de meesten stierven tijdens onlusten in Jaffna en Colombo. Na
deze onlusten werd de in 1976 opgerichte Liberation Tigers of Tamil Eelam
(LTTE, ook wel Tamil Tijgers genoemd), met Velupillai Prabhakaran als leider,
de leidende militaire Tamil groepering.
5 Sri Lanka: kroniek van een aangekondigde oorlog, Uitpers, nr. 89, 9de jg., september 2007,
EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007; US State Department, International
Religious Freedom Report 2007- Sri Lanka, 14 september 2007.
6 Informatie in deze paragraaf is afkomstig uit The Economist Intelligence Unit (EIU), Country
Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007; uit de International Crisis Group (ICG), Sri Lanka: The
Failure of the Peace Process, Asia report N° 124, 28 november 2006; en van het Britse
ministerie van Binnenlandse Zaken (Home Office), Country of Origin Information Report, 15
november 2007.
7 In het algemeen ambtsbericht worden de provincies Noorden en Oosten met een hoofdletter
aangeduid. Een kleine letter wordt gebruikt om de regio's noorden of oosten aan te geven.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
6
In 1987 intervenieerde India in het etnische conflict. Er werd een vredesakkoord,
het Indo-Lanka-akkoord, gesloten tussen India en Sri Lanka dat voorzag in de
oprichting van provinciale besturen, waaraan gelimiteerde bevoegdheden werden
gedelegeerd. Een Indiase vredesmacht, de Indian Peace Keeping Force (IPKF),
werd ingezet om hierop toe te zien. De LTTE verwierp echter het akkoord en
hervatte zijn offensief. De IPKF werd hierop ingezet om de LTTE uit zijn
machtsbolwerk in Jaffna te verdrijven. De in 1989 gekozen president Ranasinghe
Premadasa van de United National Party (UNP) was echter openlijk tegenstander
van het vredesakkoord. Hij verzocht de IPKF zich terug te trekken uit Sri Lanka en
begon directe onderhandelingen met de LTTE. Naarmate de IPKF zich verder
terugtrok (afgerond in maart 1990), herwon de LTTE de controle over het Jaffna
schiereiland. Tegen het einde van de jaren '80 leidde de LTTE een de facto staat in
significante delen van het noorden en oosten van Sri Lanka, met eigen
belastingheffingen en een systeem van rechtshandhaving.
Begin jaren '90 braken nieuwe gevechten uit, waarmee een einde kwam aan de
onderhandelingen tussen president Premadasa en de LTTE. De LTTE gebruikte
daarbij steeds meer en grover geweld. Zo werden de Indiase premier Gandhi in
1991 en president Premadasa in 1993 door zelfmoordaanslagen van de LTTE om
het leven gebracht. Het gebruik van extreem geweld zorgde niet alleen voor verlies
van internationaal begrip voor de LTTE, maar ook voor ontevredenheid van de Sri
Lankaanse bevolking over de sinds 1978 regerende UNP. In 1994 kwam na
parlementaire verkiezingen de People's Alliance (PA) aan de macht.8 Diens leider
(tevens leider van de Sri Lanka Freedom Party (SLFP)), Chandrika Kumaratunga,
werd in hetzelfde jaar verkozen tot nieuwe president.
President Kumaratunga opende onderhandelingen met de LTTE met als resultaat
een wapenstilstand op 8 januari 1995. De LTTE maakte daar na vier maanden
echter eenzijdig een einde aan, waarna er in het noorden en oosten van Sri Lanka
wederom felle gevechten uitbraken tussen de LTTE en het leger. In december
1995 heroverde de regering de macht op het schiereiland Jaffna, een
psychologische klap voor de LTTE. Deze reageerde op de toegenomen militaire
druk met het opvoeren van terroristische aanslagen op economische en
burgerdoelen in de rest van het land. President Kumaratunga riep in april 1996 de
noodtoestand uit in Sri Lanka. Voorheen was de noodtoestand van toepassing in
het noorden en oosten van het land en Colombo.
President Kumaratunga werd in 1999 herkozen tot president. Haar partij haalde
tijdens de parlementaire verkiezingen in 2000 net de meerderheid van de stemmen.
Het geweld bleef aanhouden en een jaar nadat het parlement was geïnstalleerd
8 PA is een alliantie tussen de SLFP (grootste partij), de Sri Lanka Muslim Congress (SLMC),
de Lanka Sama Samaja Party (LSSP, Lanka Equal Society Party) en de Communist Party
(CP).
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
7
nam de president onder druk van een motie van wantrouwen het besluit om het
parlement te ontbinden en nieuwe verkiezingen uit te schrijven. In december 2001
werd de UNP uitgeroepen tot winnaar en onder leiding van Ranil Wickremasinghe
als premier vormde de UNP een coalitie met de moslimpartij Sri Lanka Muslim
Congress (SLMC). De coalitie stond bekend onder de naam United National Front
(UNF).
Op verzoek van zowel de Sri Lankaanse regering, als de LTTE, bood de Noorse
regering in februari 2000 haar diensten aan om nieuw vredesoverleg te starten. Dit
resulteerde per december 2001 tot een staakt-het-vuren tussen de LTTE en de
regeringstroepen, gevolgd door een op 22 februari 2002 getekend akkoord waarin
het staakt-het-vuren formeel werd vastgelegd (Cease Fire Agreement, CFA). Het
akkoord committeerde beide partijen aan het creëren van omstandigheden die
'normaal leven' weer mogelijk moesten maken. Dat omvatte onder andere de vrije
doorgang van hulpgoederen naar de conflictgebieden, het verwijderen van door
beide partijen geplaatste landmijnen en het openstellen van belangrijke wegen. De
Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM) onder leiding van Noorwegen, werd
opgericht om toe te zien op de naleving van het akkoord. Vanaf september 2002
vonden onder leiding van Noorwegen vredesbesprekingen tussen de LTTE en
vertegenwoordigers van de Sri Lankaanse regering plaats.
In april 2003 schortte de LTTE zijn deelname aan de vredesbesprekingen echter
op, onder andere uit protest omdat zij niet waren uitgenodigd voor een
internationale bijeenkomst over de ontwikkeling van Sri Lanka. Voor de LTTE
was terugkeer naar de onderhandelingstafel alleen mogelijk indien de regering
akkoord zou gaan met het voorstel van de LTTE voor een interim-zelfbestuur
(Interim Self Governing Authority, ISGA) in de gebieden die al de facto onder de
controle van de LTTE stonden. Hiermee deed de LTTE afstand van zijn eis voor
een eigen Tamil staat.
Het vredesoverleg lag vervolgens nagenoeg stil doordat een onwerkbare relatie
tussen president Kumaratunga en premier Wickremasinghe was ontstaan vanwege
onenigheid over het te voeren beleid ten opzichte van de LTTE. Na een aantal
mislukte pogingen om tot een vergelijk te komen, werden vervroegde
parlementsverkiezingen uitgeschreven die plaatsvonden in april 2004. De alliantie
United People's Freedom Alliance (UPFA) tussen de PA van president
Kumaratunga en het radicale nationalistische-marxistische Janata Vimukthi
Peramuna (= People's Liberation Front, JVP) kwam als overwinnaar uit de bus en
Mahinda Rajapakse werd op 6 april 2004 benoemd tot premier.9 De uitslag van de
9 Later voegden nog een viertal partijen zich bij deze alliantie: de Muslim National Unity
Alliance (MUA), de Mahajana Eksath Peramuna (MEP, People's United Front), de
Communist Party of Sri Lanka (CPSL) en de Lanka Sama Samaja Party (LSSP, Lanka Equal
Society Party).
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
8
verkiezingen werd geïnterpreteerd als afkeuring van het UNP-beleid van
vredesonderhandelingen en als een herleving van het Singalese nationalisme.
In maart 2004 splitsten duizenden manschappen onder leiding van
V. Muralitharan, beter bekend als kolonel Karuna, zich af van de LTTE. Kolonel
Karuna, oud-bevelhebber van de LTTE in de oostelijke districten Batticaloa en
Ampara, beschuldigde de LTTE-leiding van discriminatie van Tamils uit het
oosten. De LTTE beschuldigde op zijn beurt de Karunafactie van samenzwering
met de Sri Lankaanse regering, wat de regering overigens ontkende. De
spanningen resulteerden in gevechten tussen de Tamil facties onderling.
Ondertussen kwam het staakt-het-vurenakkoord meer en meer onder spanning te
staan en gedurende 2004 en 2005 escaleerde het aantal schendingen van het
akkoord. Karuna erkende het akkoord niet, waarop de SLMM zijn activiteiten
staakte in de door Karuna gecontroleerde districten Batticaloa en Ampara.
Ondanks escalerend geweld tussen de LTTE, de Karunafactie en de regering,
werden nog steeds pogingen gedaan om vredesbesprekingen te hervatten.
Op 26 december 2004 werd Azië getroffen door een tsunami. De regering en de
LTTE raakten verdeeld over de distributie van hulp aan de slachtoffers. Onder
grote internationale druk sloot president Kumaratunga uiteindelijk in juni 2005 een
overeenkomst met de LTTE over de afgifte van de hulpgoederen aan de
slachtoffers in de kustgebieden in het noorden en het oosten. De JVP was fel
gekant tegen elke regeling met de LTTE voor hulp en stapte uit protest uit de
alliantie. De alliantie UPFA had zonder de JVP geen parlementaire meerderheid
meer.
In november 2005 vonden presidentsverkiezingen plaats. Premier Mahinda
Rajapakse nam het namens de UPFA op tegen oud-premier Wickremasinghe van
de UNP. Rajapakse beloofde een harde politieke lijn ten opzichte van de LTTE te
voeren en won hiermee de steun van de JVP en de Singalees boeddhistische partij
Jathika Hele Urumaya (JHU). Wickremasinghe nam een milder standpunt in en
was meer hervormingsgezind. Vooral dankzij een door de LTTE op het laatste
moment afgedwongen boycot van de verkiezingen door Tamils in het noorden en
oosten, boekte Rajapakse een nipte overwinning.
In januari 2006 werden op initiatief van de Noorse Speciale Gezant voor het
vredesproces, Eric Solheim, de vredesonderhandelingen tussen de regering en de
LTTE hervat. Er werden over en weer afspraken gemaakt en beide partijen
verklaarden zich nog altijd te committeren aan het CFA. Geen van de partijen
ondernam in de daaropvolgende twee maanden echter concrete stappen om
uitvoering te geven aan de gemaakte afspraken en het geweld nam toe. Het
onderlinge wantrouwen en het toenemende geweld leidden tot uitstel en
vervolgens tot het mislukken van de tweede ronde van besprekingen. Ondertussen
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
9
hielden zowel de regering als de LTTE vol dat het CFA stand hield en dat ze op
zoek bleven naar een politieke oplossing. Na internationale druk stemden zowel de
regering als de LTTE in met deelname aan een nieuwe onderhandelingsronde op
28 en 29 oktober 2006 in Genève. Ook deze onderhandelingen mislukten echter.
Op 29 mei 2006 heeft de EU - in navolging van de Verenigde Staten, het
Verenigd Koninkrijk, Australië en India - de LTTE op haar lijst van verboden
terroristische organisaties geplaatst. Canada volgde begin juni 2006. Gevolg
hiervan was dat alle tegoeden van de LTTE en van leden van de organisatie die
zich in de EU bevinden, bevroren werden. Ook werd het de LTTE verboden actie
te voeren of fondsen te werven. Als gevolg van de plaatsing van de LTTE op de
EU-lijst van terroristische organisaties, eiste de LTTE de terugtrekking van de
SLMM-waarnemers uit EU-landen. Denemarken, Zweden en Finland gaven hier
gehoor aan, waarna de SLMM per 1 september 2006 alleen nog uit Noorwegen en
IJsland bestond.
In juni 2006 nam president Rajapakse het leiderschap van de SLFP over na een
door hemzelf ingediend amendement op het statuut van de partij, waarmee het
leiderschap van de partij automatisch naar het staatshoofd gaat, indien deze van de
SLFP is. Op 23 oktober 2006 ondertekenden de SLFP en de UNP een
Memorandum of Understanding (MoU), dat erop gericht was om de komende
twee jaar samen te werken op 'gebieden die voor het welzijn van het land cruciaal
zijn'. Met de toetreding van achttien leden van de UNP tot de regeringscoalitie in
januari 2007, kwam het MoU echter te vervallen. Met de gelijktijdige toetreding
van de gehele fractie van de Muslim Congres Party (SLMC, zes zetels) verkreeg
de minderheidsregering een meerderheid van één zetel in het parlement.
In oktober 2006 oordeelde de Supreme Court dat door onjuiste toepassing van de
bestaande procedure de samenvoeging van de provincies Northern en Eastern
(Northeastern) in 1987 ongeldig en in strijd met de grondwet was. In januari 2007
werd de splitsing bestuurlijk een feit. In 1987 was onder het Indo-Lanka-akkoord
een provinciaal bestuur voor de twee provincies opgericht. Toen de Indian Peace
Keeping Force (IPKF) zich in 1990 echter terugtrok, verdreef de LTTE de
toenmalige (gekozen) bestuurders, waarna het provinciaal bestuur niet meer
functioneerde. De regering behandelde Northeastern echter als een op zichzelf
staande administratieve eenheid. De eis van de LTTE voor zelfbestuur is
gebaseerd op de idee dat de twee provincies een eenheid vormen waarover de
Tamils zeggenschap moeten krijgen. Voor de LTTE is het ongedaan maken van de
splitsing en het herstel van het territoriale gezag een belangrijke voorwaarde in de
vredesbesprekingen.
2.1.3 Staatsinrichting
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
10
Sri Lanka kent een scheiding der machten met een uitvoerende, een wetgevende en
een onafhankelijke rechterlijke macht.
Sinds het aannemen van de nieuwe grondwet in 1978 heeft Sri Lanka een
presidentieel stelsel dat sterke bevoegdheden toekent aan de president. De
president is staatshoofd en regeringsleider. In de praktijk is de scheiding der
machten buiten werking gesteld door geen uitvoering te geven aan het 17e
amendement op de grondwet en beschikt de president over verregaande
bevoegdheden.10 Hij benoemt (en ontslaat) de leden van het kabinet en schrijft
verkiezingen uit. De president staat tevens aan het hoofd van de strijdkrachten en
de politie. De president wordt door middel van algemene verkiezingen gekozen
voor een periode van zes jaar en is één keer herkiesbaar. Mahinda Rajapakse
vervult sinds november 2005 de functie van president. Ratnasiri Wickremasinghe
vervult de functie van premier. De functie van premier betreft voornamelijk een
ceremoniële rol.11
De wetgevende macht berust bij een volksvertegenwoordiging (parlement), die uit
één kamer bestaat. De 225 afgevaardigden worden, eveneens voor een termijn van
zes jaar, gekozen door 25 kiesdistricten. Het kabinet is verantwoording schuldig
aan het parlement. De laatste parlementsverkiezingen vonden plaats in april 2004.
Naast presidentiële en parlementaire verkiezingen vinden er provinciale en
gemeentelijke verkiezingen plaats.12
Constitutional Council
In 2001 werd unaniem door het parlement het 17e amendement op de grondwet
aangenomen, waarmee de Constitutional Council (CC) in het leven werd
geroepen.13 De taak van de CC is de leden van de Human Rights Commission, de
Election Commission, de Public Service Commission, de Permanent Commisson
to Investigate Allegations of Bribery or Corruption, de Finance Commission, de
Delimitation Commission en de National Police Commission ter benoeming voor
te dragen aan de president.14 De president kan pas op voordracht van de CC tot
benoeming van de leden overgaan. De gedachte achter de implementatie van het
10 Zie verder onder Constitutional Council.
11 CIA, The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008, via https://www.cia.gov, geraadpleegd
op 25 juli 2008.
12 EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007; CIA, The World Factbook - Sri Lanka,
15 juli 2008, via https://www.cia.gov, geraadpleegd op 25 juli 2008.
13 Zie voor volledige tekst van het 17e amendement www.priu.gov.lk, geraadpleegd op 24 juni
2008.
14 Het 17e amendement schrijft ook voor dat de volgende benoemingen pas na goedkeuring van
de CC plaatsvinden: de opperrechter, de leden van de Hoge Raad en het Hof van Beroep, de
twee leden van Judicial Services Commission (de voorzitter is de opperrechter), de openbare
aanklager, de president van de Rekenkamer, de inspecteur-generaal van Politie, de
Ombudsman en de secretaris-generaal van het Parlement.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
11
17e amendement is het bevorderen van de politieke onafhankelijkheid van
vorengenoemde commissies.
De CC bestaat uit tien leden, waaronder de premier, de oppositieleider in het
parlement en de speaker of parliament, die ambtshalve zitting nemen. De overige
zeven leden betreffen eminente personen die genomineerd moeten worden voor
benoeming door de president.15 De leden worden benoemd voor een periode van
drie jaar en zijn niet herbenoembaar. Sedert maart 2005 functioneert de CC niet
meer, omdat de ambtstermijn van zes van de tien leden is verlopen. Vanwege
interne verdeeldheid over de voordracht van het lid door de minderheidspartijen in
het parlement, was het voor de president niet mogelijk om tot benoeming van de
nieuwe leden over te gaan. Na zijn benoeming tot president in november 2005
heeft Rajapakse de impasse doorbroken door zelf tot benoeming van de leden van
de CC over te gaan. De onafhankelijkheid van de CC is met deze actie van de
president teniet gedaan. Daarnaast heeft de president sinds zijn aantreden
unilateraal de leden van diverse commissies en sleutelfunctionarissen benoemd,
waaronder de Human Rights Commission, de National Police Commission,
Inspector General of Police, de leden van de Court of Appeal en de Judicial
Service Commission.16 Ook als gevolg van deze benoemingen is de onafhankelijke
status komen te vervallen van deze commissies en van deze functies (zie ook
paragraaf 2.2).
Rechtssysteem
Het Sri Lankaanse rechtssysteem is gebaseerd op Romeins-Nederlands en Brits
recht en kent meerdere niveaus. Het strafrecht is gebaseerd op het Britse recht en
het civiele recht op het Romeins-Nederlands recht. Het personen- en familierecht
in Sri Lanka verschilt per etnische groep (Tamil, Singalees of moslim).17 Naast de
algemene wet (Common Law) zijn er drie parallelle rechtssystemen die het
personen- en familierecht regelen. Voor de Tamil gemeenschap bestaat er de
Thesavalamay, de Singalezen hebben de Kandyan law en de moslims hebben de
Muslim law. Deze rechtssystemen vinden hun grondslag in gewoonterecht en/of
religie.18
15 Één lid wordt aangewezen door de president, vijf leden worden genomineerd door de premier
en oppositieleider gezamenlijk en één lid wordt voorgedragen door de minderheidspartijen in
het parlement.
16 Human Rights Watch (HRW), Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19,
N° 11(c), augustus 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia
report N° 135, 14 juni 2007.
17 U.S. State Department, Background Note: Sri Lanka, november 2007; U.S. State Department,
International Religious Freedom report 2007-Sri Lanka,14 september 2007; CIA, The World
Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008, via https://www.cia.gov, geraadpleegd op 25 juli 2008.
18 Zie voor uitgebreide informatie www. lankalibrary.com, geraadpleegd op 24 juni 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
12
Gerechtelijke instanties in Sri Lanka worden ingesteld op basis van artikel 105 van
de grondwet. De hoogste rechtsprekende instantie is het Supreme Court (Hoge
Raad) in Colombo. De Hoge Raad behandelt onder meer zaken die de grondwet
aangaan of bescherming van de grondrechten betreffen.19
Onder de Hoge Raad bevinden zich het Court of Appeal (Hof van Beroep) en het
High Court, beide eveneens gevestigd in Colombo.
Het Hof van Beroep is het hof in tweede aanleg en behandelt zaken in hoger
beroep. Het High Court te Colombo behandelt onder meer uitleveringszaken,
zaken met betrekking tot bijzondere wetgeving als de Prevention of Terrorism Act
en de Emergency Regulations in eerste aanleg. De rechtbanken van eerste aanleg
zijn de District Courts en de Magistrate Courts. Het Magistrate Court behandelt
strafrechtelijke zaken, die geen ernstige misdrijven als (poging tot) moord en
verkrachting betreffen. Voor zware misdrijven is het High Court de aangewezen
rechtbank van eerste aanleg. Tegen een uitspraak van het Magistrate Court kan
men beroep aantekenen bij een van de provinciale High Courts. Het District Court
behandelt civiele zaken, waaronder bijvoorbeeld belastingrecht, erfrecht en
huwelijksvermogensrecht. Tegen een uitspraak van het District Court kan men
beroep aantekenen bij het Hof van Beroep.
Rechters van de Hoge Raad, het Hof van Beroep en het High Court worden door
de president benoemd. Rechters van lagere rechtbanken worden benoemd door de
Judicial Service Commission (JSC), die bestaat uit de Chief Justice (opperrechter
van de Hoge Raad) en twee, door de president aangewezen, andere rechters van de
Hoge Raad. Rechters van zowel de Hoge Raad als het Hof van Beroep kunnen na
bewezen wangedrag of disfunctioneren uit hun functie worden ontheven door de
president na een door de meerderheid gesteunde motie van het parlement. Rechters
van het High Court daarentegen kunnen door de president worden ontheven uit
hun functie op aangeven van de JSC. Daarnaast kan de president disciplinaire
maatregelen nemen jegens laatstgenoemde rechters.20
In het door de LTTE gecontroleerde gebied 21 voert de LTTE een 'schaduwstaat',
met een eigen bestuur, veiligheidstroepen, politie en rechtbanken. De rechtbanken
van de LTTE zijn niet erkend als wettelijke instanties waar recht gesproken kan
19 Voor de volledige jurisdictie van de Hoge Raad, Hof van Beroep of het High Court en
overige rechtbanken zie www. justiceministry.gov.lk, geraadpleegd op 24 juni 2008;
Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
20 Zie hoofdstuk 15 en 16 van de Grondwet ( via www.priu.gov.lk);
www.justiceministry.gov.lk, geraadpleegd op 7 juli 2008; US State Department, Country
Report on Human Rights Practices 2007- Sri Lanka, 11 maart 2008.
21 Het gebied dat onder LTTE-controle staat, beslaat grote delen van het district Kilinochchi,
Mullaitivu en voor zover bekend grote delen van Vavuniya. Sedert 11 juli 2007 is het Oosten
(Trincomalee, Batticaloa en Ampara) weer in handen van de regering. Zie verder paragraaf
2.3.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
13
worden. De 'rechters' zijn weinig of niet juridisch geschoold.22 Van een
onafhankelijke rechtspraak is geen sprake, omdat de rechtsprekende instanties
onder auspiciën van de LTTE staan (zie ook paragraaf 3.3.5).
2.2 Politieke ontwikkelingen
De politieke ontwikkelingen tijdens deze verslagperiode (april 2007- juli 2008)
werden beïnvloed door het geëscaleerde geweld tussen de LTTE en de regering
(zie paragraaf 2.3).
Instabiele coalitie
Het besef dat de regering niet meer was geworden dan een coalitie van
uiteenlopende partijen ter waarborg van een parlementaire meerderheid23, leidde
gedurende de verslagperiode steeds meer tot ontevredenheid en weerstand binnen
de partij van de president (SLFP) en leden van zijn kabinet. De machtspositie van
de president, die samen met zijn broers de huidige regering domineert, stuitte ook
steeds meer op weerstand.24 Door een verdeel en heers politiek heeft de president
de touwtjes strak in handen. Samen met zijn drie broers heeft hij de volledige
controle over 80% van het overheidsbudget.
In juni 2007 hebben twee ontslagen ministers van het kabinet van president
Rajapakse zich afgescheiden van SLFP om een nieuwe politieke partij op te
richten, de SLFP Mahajana wing. 25 De SLFP Mahajana ging vervolgens een
22 US State Department, Country Report on Human Rights Practices 2007-Sri Lanka, 11 maart
2008.
23 Zoals beschreven in paragraaf 2.1.2 wordt de regering sinds de parlementaire verkiezingen in
2004 gevormd door de UPFA, die een alliantie vormt tussen de PA en JVP. De JVP trok zich
in 2005 terug uit de UPFA, waarmee de alliantie haar parlementaire meerderheid verloor.
Teneinde kleinere partijen tot zich te binden, zegde de president aan veel parlementsleden
ministersposten toe. Vooral ontevreden leden van de oppositiepartij UNP zijn gretig gebleken
voor deelname aan de regering in ruil voor een ministerspost. Sinds januari 2007 is er weer
sprake van een meerderheidsregering (zie ook algemeen ambtsbericht april 2007). Zo bestaat
het kabinet uit 52 ministers, terwijl 35 parlementsleden een eigen portefeuille hebben
gekregen en 20 anderen een ministeriële post hebben weten te bemachtigen als
plaatsvervanger.
24 De president en zijn broers beheren de belangrijkste portefeuilles. President Rajapakse is
minister van Defensie, Financiën en Natievorming, Gothabaya Rajapakse is de secretarisgeneraal
van Defensie, Basil Rajapakse is aangesteld als adviseur van de president en Chamal
Rajapakse is de minister voor Haven- en Luchtvaartaangelegenheden; International Crisis
Group, Sri Lanka: Sinhala Nationalism and the Elusive Southern Consensus, Asia report
N°141, 7 november 2007; EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007.
25 In februari 2007 werden drie SLFP ministers door president Rajapakse ontslagen wegens
kritiek op het beleid van de president om UNP afvalligen in de regering op te nemen; www.
asiantribune.com, President sacks strongman Mangala Samaraweera and weak man Anura
Bandaranaike, 10 februari 2007; EIU, Country Report Sri Lanka, augustus 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
14
samenwerkingsverband met de UNP aan om als de nieuwe partij 'National
Congress' te participeren in toekomstige verkiezingen.26 Binnen de UNP groeide
de verdeeldheid en vrees onder de leden dat de alliantie hen in de toekomst
belangrijke posities in de regering zou kunnen onthouden. President Rajapakse
speelde hier vervolgens handig op in door nog meer ontstemde leden te
interesseren voor een positie in het kabinet.27
De groeiende onvrede over de gebroeders Rajapakse heeft in augustus 2007 ook
geleid tot de tijdelijke terugtrekking van de Ceylon Workers Congress (CWC) uit
de coalitie. Zij keerden in oktober weer terug in de regering.28
Dankzij de aanhoudende versnippering van de oppositie gedurende de
verslagperiode heeft Rajapakse zijn positie als president verder versterkt.
De rol van de JVP en JHU
Sinds de nationalistische partijen JVP en de JHU Rajapakse hebben gesteund bij
de presidentsverkiezingen in 2005, hebben zij veel invloed kunnen uitoefenen op
de regering. In ruil voor deze steun heeft de regering drie belangrijke concessies
moeten doen: het opzeggen van de wapenstilstand met de LTTE, het intensiveren
van het offensief tegen de LTTE en het minimaliseren van lokaal zelfbestuur voor
de minderheden in Sri Lanka. De JVP werd in oktober 2007 door Rajapakse
uitgenodigd aan de regering deel te nemen. De JVP weigerde vanwege de
inschikkelijkheid van de regering jegens afvallige UNP leden, in de wetenschap
dat de regering vanwege haar minderheidspositie afhankelijk zal blijven van de
steun van JVP.29 Dit kwam tot uitdrukking tijdens de behandeling van de
begroting in november 2007. Een toename van 20% van de defensie-uitgaven kon
alleen worden goedgekeurd dankzij een beslissende stem van de JVP in ruil voor
het eenzijdig verbreken van het staakt-het-vuren door de regering op 2 januari
2008.30 De JVP ziet een militaire aanpak als enige oplossing van het conflict en is
een fel tegenstander van decentralisatie van de overheid en invoering van een
federaal bestuurssysteem in Sri Lanka.
In april 2008 is de JVP uiteengevallen. Groeiende verschillen van inzicht binnen
de partij en een geëscaleerd persoonlijk conflict tussen twee leiders van de partij,
26 EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007; BBCSinhala, SLFP (MahajanaWing), 19
juni 2007.
27 EIU, Country Report Sri Lanka, augustus 2007.
28 EIU, Country Report Sri Lanka, augustus 2007; EIU, Country Report Sri Lanka, maart 2008;
BBCSinhala, CWC tender resignation, 2 augustus 2007; BBCSinhala, CWC "not joining' the
opposition, 6 augustus 2007; The Economist Intelligence Unit VieuwsWire, Wobbly Sri
Lanka: political divisions bode ill for stability, 6 augustus 2007, via www.economist.com.
29 EIU, Country Profile Sri Lanka, oktober 2007.
30 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process,
cluster report november 2007- januari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
15
splitsten de partij in twee facties.31 De splitsing van JVP heeft voor zover bekend
geen gevolgen voor de steun voor de regering Rajapakse.
De extreem nationalistische JHU, waarin boeddhistische monniken een belangrijke
rol spelen, maakt sinds eind 2006 deel uit van de regering. De benoeming van
sleutelfiguren uit de JHU in bestuurlijke en ministeriële functies, heeft een sterk
nationalistisch stempel op het beleid van de regering gedrukt. De JHU is een groot
voorstander van de militaire beslechting van het conflict en is fel gekant tegen de
invoering van zelfbestuur voor de Tamils.32
All Party Representative Committee
In juni 2006 heeft de regering onder internationale druk de All Party
Representative Committee (APRC) in het leven geroepen die de opdracht kreeg
een politieke oplossing binnen de wettelijke en constitutionele kaders te
presenteren voor het conflict in Sri Lanka. Gezien het gebrek aan enthousiasme
van de regering, waren de verwachtingen van het voorstel van deze commissie
over het algemeen niet hoog. De APRC diende te bestaan uit de
vertegenwoordigers van de vijftien politieke partijen in het parlement, maar in de
praktijk is hier geen uitvoering aan gegeven.33 Bovendien oefende de president
inhoudelijk veel invloed uit op de werkzaamheden van de APRC. Zo werd de
oorspronkelijke taakstelling van de commissie aangepast en werden er specifieke
richtlijnen voorgeschreven waaraan het voorstel diende te voldoen.34 In januari
2008 kreeg de APRC de opdracht om de mogelijkheden van decentralisatie van de
overheid te onderzoeken. Op 22 januari 2008 presenteerde de APRC haar politieke
oplossing voor het conflict aan de president.35 De APRC stelde onder meer voor
over te gaan tot implementatie van het 13e amendement36, het houden van
31 BBCSinhala, JVP splits in two, 8 april 2008; BBCSinhala, JVP heading for 'more splits', 18
april 2008.
32 International Crisis Group, "Sri Lanka: Sinhala Nationalism and the Elusive Southern
Consensus", Asia report N°141, 7 november 2007.
33 De APRC bestaat uit de veertien navolgende partijen: SLFP, UNP, JVP, JHU, SLMC, CMC,
MEP, LSSP, Communist Party, All Ceylon Muslim Congress, EPDP, Up Country People's
Front, Western People's Front en het National Congress. De TNA (pro-LTTE) is van meet af
aan niet uitgenodigd voor participatie en de UNP en de JVP hebben zich in een later stadium
teruggetrokken.
34 International Crisis Group, Sri Lanka: Sinhala Nationalism and the Elusive Southern
Consensus, Asia report N°141, 7 november 2007; Centre for Policy Alternatives, Monitoring
factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008;
EIU, Country Profile Sri Lanka, februari 2008.
35 Zie voor de volledige tekst van het voorstel van de APRC en overige aanbevelingen
www.priu.gov.lk, geraadpleegd op 8 juli 2008.
36 Het 13e amendement geeft grote bestuurlijke macht aan de provincies, maar is tot op heden
niet geïmplementeerd vanwege het conflict en het ontbreken van effectieve bestuurlijke
organen op provinciaal niveau. Implementatie zal evenwel niet leiden tot een vorm van
machtsdeling tussen de centrale overheid, provinciaal bestuur en lokaal bestuur.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
16
provinciale verkiezingen in het Oosten, de instelling van een interim-bestuur en
aanwijzing van een gouverneur in het Noorden. Het voorstel bleef echter binnen de
kaders van een eenheidsstaat, die onder druk van de nationalistische partijen JVP
en JHU de ideologische voorkeur van de regering heeft. 37
De partij van de president (SLFP) heeft toegezegd het 13e amendement te willen
implementeren als politieke oplossing voor het conflict. De LTTE, de Tamil- en
moslimpartijen hebben al verklaard dat zij het voorstel van de APRC
onaanvaardbaar achten omdat het niet tegemoet komt aan de wens van zelfbestuur
voor Tamils. Bovendien was de implementatie van het 13e amendement in 1987
reeds toegezegd, maar nimmer tot uitvoering gebracht.38 De JVP en de JHU
vinden het voorstel te ver gaan, omdat zij tegen enige vorm van decentralisatie van
de overheid zijn. De kans dat het parlement uiteindelijk akkoord zal gaan met het
voorstel is derhalve minimaal. Daarnaast kan het voorstel pas in praktijk worden
gebracht, nadat het gehele land onder regeringscontrole is gebracht. Het voorstel
heeft volgens meerdere bronnen dan ook een strategisch karakter. Enerzijds als
signaal naar de internationale gemeenschap dat de regering wel streeft naar een
politieke oplossing. Anderzijds als een vrijbrief door middel van militair geweld
de noordelijke provincie onder controle te brengen. De meerderheid van de
bevolking steunt vooralsnog de koers van de president.39
Constitutional Council (CC)
De CC functioneerde niet in de verslagperiode. Onenigheid tussen de
minderheidspartijen in het parlement over de voordracht van hun lid in de CC,
werd opgelost op 9 januari 2008, toen door de JVP, in overeenstemming met de
TNA en de SLMC, uiteindelijk een lid ter benoeming werd voorgedragen als
vertegenwoordiger van de minderheidspartijen in het parlement.40 De president,
die de CC ziet als een bedreiging en vreest voor inperking van zijn macht, weigert
evenwel tot benoeming van nieuwe leden over te gaan.41 Ook de unilaterale
benoemingen van de president, die zonder tussenkomst van de CC tot stand
gekomen zijn, blijven op deze manier van kracht (zie ook paragraaf 2.1.3).
37 Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights
crisis for Sri Lanka's minorities, december 2007; International Crisis Group, Sri Lanka:
Sinhala Nationalism and the Elusive Southern Consensus- Asia Report N° 141, 7 november
2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia
Report N° 146, 20 februari 2008.
38 Zie ook paragraaf 2.1.2.
39 EIU, Country Report Sri Lanka, maart 2008; Centre for Policy Alternatives, Monitoring
factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008;
EIU, Country Profile Sri Lanka, februari 2008.
40 Daily Mirror, CC deadlock broken at last, 10 januari 2008.
41 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process,
cluster report november 2007- januari 2008; BBC, president urged to appoint CC, 19
februari 2008; EIU, Country Report Sri Lanka, maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
17
Breuk in Karuna- factie
In mei 2007 zorgde een intern conflict tussen de leider kolonel Karuna en zijn
tweede man, tevens de militaire leider, Sivanesathurai Chandrakanthan, beter
bekend als Pillayan, voor een splitsing van de Thamil Makkal Viduthalai Puligal
(TMVP, ook wel bekend als de Karunafactie). De breuk zou zijn veroorzaakt door
een meningsverschil over de aanwending van de financiën van de factie. Kolonel
Karuna werd beticht van verduistering van fondsen en werd door Pillayan
gemaand de groep te verlaten.42 De kaderleden werden in de tussentijd gedwongen
partij te kiezen. Karuna vermoordde en gijzelde kaderleden van Pilliyan. Pillayan
op zijn beurt bezette kampen van kolonel Karuna. Er zijn berichten dat veel
kaderleden het oosten, waar de TMVP actief is, zijn ontvlucht uit angst voor
represailles vanwege hun keuze voor Pillayan, dan wel Karuna.43 Van de 1200
kaderleden van de TMVP zouden zich 800 geschaard hebben aan de zijde van
Pillayan. De overige 400 zouden trouw zijn gebleven aan kolonel Karuna.44
In september 2007 reisde kolonel Karuna af naar het Verenigd Koninkrijk. Daar
werd hij op 2 november 2007 gearresteerd voor overtreding van de Britse
Immigratiewet wegens het in bezit hebben van een diplomatiek paspoort, dat wel
zijn foto bevatte, maar was afgegeven onder een andere naam. Op 25 januari 2008
werd hij veroordeeld tot negen maanden gevangenisstraf wegens
identiteitsfraude.45 Volgens Karuna zou het paspoort zijn afgegeven door de Sri
Lankaanse regering. De broer van de president, de secretaris-generaal van
Defensie Gothabaya Rajapakse, zou hem hierbij van dienst zijn geweest. De
regering heeft evenwel elke betrokkenheid ontkend.46 Na de arrestatie van Karuna
heeft Pillayan de feitelijke leiding van de TMVP overgenomen, maar de loyaliteit
aan Pillayan verschilt per regio. De arrestatie van Karuna leidde tot een toename in
de confrontaties tussen de Pillayan en Karuna getrouwen.47
42 www.lankanewspapers.com, Cracks within Karuna faction, 6 mei 2007; Pillayan gives 'final
warning'to Karuna, 28 mei 2007.
43 Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM), Weekly Situation report, 5-11 november 2007;
Tamil Guardian, factional war grips Karuna Group, 6 juni 2007; Centre for Policy
Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report
november 2007- januari 2008.
44 AFP, Breakaway Tamil faction hit by in-fighting, 9 november 2007; South Asia Intelligence
Review (SAIR), TMVP: Governments Dilemma, 11 februari 2008.
45 BBC, Renegade Tamil rebel jailed in UK, 25 januari 2008.
46 BBC, Rights groups eye jailed Tamil ex-rebel, 25 januari 2008; www.sundaytimes.lk, Britain
unimpressed with government explanation on Karuna Passport, 23 december 2007;
www.sundaytimes.lk, Karuna in London jail, what's next?, 26 januari 2008;The Guardian,
Tamil warlord entered UK on forged passport, 21 december 2007.
47 SLMM, Weekly Situation report, 10-16 december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
18
Diverse mensenrechtenorganisaties- en activisten, waaronder Amnesty
International en Human Rights Watch hebben de Britse autoriteiten verzocht om
vervolging van Karuna wegens mensenrechtenschendingen in Sri Lanka.48 Op 9
mei 2008 werd bericht dat Karuna na het uitzitten van de helft van zijn
gevangenisstraf is overgebracht naar een immigratie detentiecentrum in
afwachting van zijn uitzetting. Het Britse Openbaar Ministerie heeft te kennen
gegeven dat er onvoldoende bewijs is om over te gaan tot vervolging van Karuna
in het VK. Op 2 juli 2008 is Karuna door het VK uitgezet naar Sri Lanka.49 Hij
bevindt zich naar verluidt thans in Sri Lanka, waar is niet bekend.
Gemeentelijke verkiezingen
Op 10 maart 2008 werden na veertien jaar50 weer gemeentelijke verkiezingen
gehouden in het Batticaloa District in het Oosten.51 Naast verscheidene kleinere
partijen hebben de Eelam People's Democratic Party (EPDP), de Eelam People's
Revolutionary Liberation Front (EPRLF), de People's Liberation of Tamil Eelam
(PLOTE), het Sri Lanka Muslim Congress (SLMC), de TMVP en de UPFA zich
verkiesbaar gesteld. De UPFA (de regeringspartij) en de TMVP hebben gedurende
de verkiezingscampagne samengewerkt. De UNP en de TNA hebben de
verkiezingen geboycot omdat zij de verkiezingen als niet vrij en eerlijk
bestempelden.52
De verkiezingen gingen gepaard met veel geweld en intimidatie. Verschillende
incidenten deden zich voor waarbij de TMVP verdacht werd van intimidatie van
potentiële kiezers en bedreiging van kandidaat-leden. Ook was politie in grote
getale aanwezig (6500 extra politieagenten) teneinde de TMVP bescherming te
bieden en eventuele aanslagen van de LTTE te voorkomen. De deelname van de
paramilitaire groepering TMVP aan de verkiezingen riep veel verzet op. De
TMVP wordt verdacht van rekrutering van kindsoldaten, moord en ontvoeringen.
Daarnaast is de TMVP nog niet ontwapend.53 Desondanks heeft de regering op 23
januari 2008 de TMVP als politieke partij erkend en toestemming verleend om te
48 BBC, Rights groups eye jailed Tamil ex-rebel, 25 januari 2008; www.sundaytimes.lk, Britain
unimpressed with government explanation on Karuna Passport, 23 december 2007;
www.sundaytimes.lk, Karuna in London jail, what's next?, 26 januari 2008.
49 BBC, UK transfers renegade Tamil Tiger, 9 mei 2008; BBC, Questions over renegade Tamil
Tiger, 9 mei 2008; HRW, UK: Missed Chance to Charge Sri Lankan Rights Abuser, 9 mei
2008; BBC, Renegade S Lanka leader goes home, 3 juli 2008.
50 De laatste gemeentelijke verkiezingen in Sri Lanka werden gehouden in maart 2006, maar
wederom niet in het Noorden en het Oosten. Vanwege aanhoudende gevechten tussen het
regeringsleger en de LTTE in het Noorden en het Oosten werden de verkiezingen in deze
twee provincies herhaaldelijk uitgesteld.
51 Reuters, Sri Lanka fixes dates for elections in war-torn east, 25 januari 2008.
52 CPA, Fact Finding visit Batticaloa, februari 2008.
53 BBC, Former Tamil rebels set for poll victory, 9 maart 2008; SAIR, Governments Dilemma,
11 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
19
participeren in de verkiezingen. De verkiezingen werden met ruim 70% van de
stemmen gewonnen door de TMVP. In acht van de negen lokale bestuursraden zal
de TMVP het bestuur gaan vormen. De UPFA zal zitting nemen in de
gemeenteraad in Batticaloa.54
Provinciale verkiezingen
Op 10 mei 2008 vonden er na 20 jaar weer provinciale verkiezingen plaats in de
districten Ampara, Batticaloa en Trincomalee in het Oosten. Ook deze
verkiezingen gingen gepaard met geweld. In de aanloop naar de verkiezingen was
er sprake van intimidatie, bedreigingen van kandidaat-leden om zich terug te
trekken en moord. Ter gelegenheid van de verkiezingen ging de PLOTE een
alliantie aan met de politieke partijen EPRLF (Pathmanaba wing) en de TULF en
vormden gezamenlijk de nieuwe partij Tamil Democratic National Alliance
(TDNA).55 Ook hier kwam de TMVP door middel van een alliantie met de UPFA
als sterkste uit de bus. De UPFA en TMVP wisten 20 van de 37 zetels in de
provinciale raad te bemachtigen. De overwinning werd door de regering
geïnterpreteerd als impliciete goedkeuring van haar militaire strategie. De grootste
oppositiepartij UNP, die gezamenlijk optrad met de SLMC, won 15 zetels. De
resterende twee zetels werden bemachtigd door twee kleinere partijen.56
De verkiezingen in het Oosten dienden verschillende politieke doelen. Ten eerste
werd door middel van de verkiezingen de tweedeling tussen het Noorden en
Oosten geformaliseerd. Hiermee werd de territoriale claim van de LTTE
ondergraven. Daarnaast trachtte de regering de internationale gemeenschap ervan
te overtuigen dat het Oosten weer geheel in handen is van de regering en het
burgerbestuur is hersteld. Tenslotte probeert de regering de TMVP te bewegen tot
een vrijwillige ontwapening, door de TMVP een meer politieke rol te laten spelen.
De stabilisatie van het Oosten middels ontwapening van de TMVP vormt echter
een dilemma voor de regering Rajapakse. Enerzijds heeft de regering de TMVP in
het Oosten nodig om de LTTE buiten de deur te houden, zodat zij zich kan richten
op het militaire offensief tegen de LTTE in het Noorden. Een tweede front in het
Oosten kan de regering zich hierbij niet veroorloven. Anderzijds is de vorming van
een democratisch bestel onmogelijk zolang er gewapende groepen actief zijn. De
TMVP heeft evenwel verklaard zich niet te zullen ontwapenen en de regering
blijkt niet aan te dringen op ontwapening. De TMVP wenst pas afstand te doen
54 BBC, Ex-Tamil Tigers win local polls, 11 maart 2008; www.defence.lk, Batticaloa Poll
Results: TMVP wins 8 of 9 local Councils,12 maart 2008.
55 BBCSinhala, New Alliance for Eastern Polls, 30 maart 2008.
56 Reuters, Sri Lankans face crucial vote test in war-torn east, 9 mei 2008; Reuters, Sri Lanka
Government wins key elections in east, 11 mei 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
20
van de wapens na inbedding in de politieke structuur en na te zijn voorzien van
adequate beveiliging.57
Op 23 augustus 2008 werden eveneens provinciale verkiezingen gehouden in de
provincies North Central en Sabaragamuwa. In totaal waren er 77 zetels te
verdelen in de twee provinciale raden. De UPFA won 45 zetels en kwam als
winnende partij uit de bus. Hiermee lijkt de positie van de president verder
versterkt. De belangrijkste oppositiepartij UNP won 29 zetels. De JVP won slechts
drie zetels en verloor daarmee vijftien zetels. De Ceylon Workers Congress
(CWC), de politieke vertegenwoordiging van de Plantage Tamils, verloor haar
enige zetel.
Beide provincies hebben bijna drie miljoen inwoners van vooral Singalese afkomst
en vertegenwoordigen gezamenlijk 15% van de totale bevolking van Sri Lanka.
De verkiezingen zelf verliepen over het algemeen rustig. In de periode
voorafgaand aan de verkiezingen is verkiezingsgeweld gemeld, variërend van
politieke moorden, zware mishandeling tot bedreigingen.
Vredesproces
In het eerste kwartaal van 2007 verhevigden de militaire activiteiten van de
regering tegen de LTTE. Toen de regering in juni 2007 grote delen van het Oosten
heroverde op de LTTE58, bleef er in de praktijk weinig meer over van de Cease
Fire Agreement tussen de regering en de LTTE. Zowel de regering als de LTTE
noemden het akkoord inmiddels al achterhaald.
De Donorgroep Sri Lanka59, die de taak heeft het vredesproces te monitoren,
besprak eind juni 2007 de mogelijkheden om het toegenomen geweld in Sri Lanka
een halt toe te roepen. De besprekingen leverden echter weinig op, nu zowel de
regering als de LTTE openlijk leken te kiezen voor een militaire aanpak van het
conflict. Bovendien heerste er verdeeldheid onder de donorlanden over de aanpak
van de problematiek.60
De regering bleef in de tussentijd verkondigen dat zij openstond voor hernieuwde
vredesonderhandelingen. Begin juli 2007 liet de Noorse Speciale Gezant voor het
vredesproces, Jon Hanssen-Bauer, weten dat hij bereid was te faciliteren bij een
mogelijke hervatting van de vredesonderhandelingen met de LTTE.61 Noorwegen
kon echter niet meer betekenen dan het tonen van de bereidheid de rol als
57 BBC, Former Tamil rebels set for poll victory, 9 maart 2008; SAIR, Governments Dilemma,
11 februari 2008.
58 Zie paragraaf 2.3.
59 De Donorgroep Sri Lanka bestaat uit de belangrijkste donoren van Sri Lanka en wordt ook
wel de Tokyo Co-Chairs genoemd, die wordt gevormd door Japan, de Verenigde Staten, de
Europese Unie en Noorwegen.
60 Oxford Analytica, Sri Lanka: Colombo is defiant on LTTE strategy, 29 juni 2007.
61 EIU, Country Report Sri Lanka, juli 2007; Reuters, Norway says ready to help revive Sri
Lanka talks, 1 juli 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
21
bemiddelaar bij de vredesonderhandelingen terstond op te pakken, zodra de
regering en de LTTE hierom verzoeken. Vanwege het toegenomen geweld was het
voor Noorwegen overigens niet meer mogelijk om toegang te verkrijgen tot LTTE
gebied. De regering gaf Noorwegen geen toestemming om naar het hoofdkantoor
van de LTTE in Kilinochchi te reizen.62 Hierdoor werd de mogelijkheid voor
Noorwegen om als bemiddelaar op te treden verder ingeperkt.
Op 2 januari 2008 verbrak de regering eenzijdig het staakt-het-vurenakkoord met
de LTTE. Formeel ging de beëindiging van de Cease Fire Agreement pas in op 16
januari 2008.63 Een dag na het verbreken van het staakt-het-vurenakkoord, stelde
de regering de volledige ontwapening van de LTTE als voorwaarde voor
toekomstige vredesonderhandelingen. De LTTE reageerde met een dubbele
boodschap op het verbreken van het akkoord. De LTTE dreigde met het opvoeren
van het aantal tegenoffensieven, indien de regering hun de facto staat zou proberen
in te nemen. Tegelijkertijd riepen ze Noorwegen op om als bemiddelaar in het
conflict aan te blijven en deden zij de toezegging aan de Sri Lanka Monitoring
Mission (SLMM) de afspraken in het staakt-het-vurenakkoord volledig te zullen
naleven.64 De regering zag echter niets in het aanbod van de LTTE en sprak
voorkeur uit voor een militaire campagne teneinde de LTTE voorgoed te
verslaan.65 Noorwegen reageerde geschokt op de beëindiging van het akkoord
door de regering en sprak de vrees uit dat de gewelddadigheden verder zullen
toenemen. Formeel heeft Noorwegen zijn rol als facilitator niet opgegeven, maar
onderneemt geen activiteiten, tenzij beide partijen om hernieuwde
vredesonderhandelingen verzoeken. De Donorgroep Sri Lanka heeft ook besloten
te blijven functioneren, zonder hun mandaat, dat strekt tot het monitoren van het
vredesproces te herzien. De Europese Unie riep in een verklaring de regering op
om met een alternatieve politieke oplossing te komen voor het conflict, gericht op
decentralisatie van de overheid, hetgeen zou moeten dienen als basis voor verdere
onderhandelingen.66
De regering houdt een politieke oplossing niet voor mogelijk zolang de leider van
de LTTE, Prabhakaran, nog in leven is. Een politieke oplossing van het conflict
62 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report
N°146, 20 februari 2008.
63 Veertien dagen na de officiële kennisgeving van de regering, gericht aan de ambassadeur van
Noorwegen in Sri Lanka, dat het staakt-het-vurenakkoord is verbroken, wordt het akkoord
pas ongeldig verklaard; International Herald Tribune, Sri Lanka insists rebels to disarm
before further peace talks, 3 januari 2008.
64 Reuters, Sri Lanka rebels ready for any full-scale war, 10 januari 2008; ANP/AFP/RTR,
Tamil Tijgers willen nieuw bestand, 10 januari 2008.
65 Reuters, Sri Lanka rejects Tiger offer to abide by truce, 11 januari 2008; ANP/RTR, regering
Sri Lanka wijst bestand af, 11 januari 2008.
66 BBC, S Lanka truce end worries Norway, 3 januari 2008; AFP, EU urges Sri Lanka to offer
Rebels 'Substantive devolution', 7 januari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
22
wordt pas opportuun geacht als de LTTE is verslagen. De regering beschouwt het
conflict als een strijd tegen het terrorisme, waarbij alle middelen om de vijand te
vernietigen, zijn toegestaan. De LTTE heeft verklaard voorlopig niet in een
politieke oplossing te geloven en toont geen enkele behoefte zelf een aanzet tot
een politieke oplossing te geven. Beide partijen volgen dezelfde logica in deze:
eerst is er een nieuwe ronde van geweld nodig alvorens een politieke oplossing tot
stand kan worden gebracht.
Rol India
India is een groot voorstander van een politieke oplossing voor het conflict en is
pleitbezorger van een federale staatsvorm in Sri Lanka. Met een niet-bereidwillige
regering die een eenheidsstaat en militaire beslechting van het conflict prefereert,
blijft de rol van India echter beperkt tot het aanvaarden van de status-quo. Er zijn
overigens wel berichten dat India de regering militaire ondersteuning biedt via
levering van wapens en training. India zou ten behoeve van het grondoffensief
tegen de LTTE in het noorden ook ondersteuning bieden middels intelligence en
terbeschikkingstelling van radarsystemen. India helpt de regering bovendien bij
het bestrijden van wapensmokkel door de LTTE. India heeft hiertoe een
samenwerkingsovereenkomst met de Sri Lankaanse marine gesloten.67
2.3 Veiligheidssituatie
Gedurende de verslagperiode is de veiligheidssituatie in het gehele land ernstig
verslechterd.68 Het militaire offensief van het leger in het oosten en noorden van
het land, riep een gewelddadige reactie op zijdens de LTTE. Het aantal aanslagen
buiten LTTE gebied nam toe. Burgerdoelen werden hierbij niet geschuwd.
Vanwege het opgelaaide conflict is in het straatbeeld in regeringsgebied veel
politie en leger te zien, met name in Colombo en de grote steden in het noorden en
oosten.
67 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process,
cluster report november 2007- januari 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return
to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.
68 Meerdere rapporten geven een gedetailleerde overzicht van de gewelddadigheden en
mensenrechtenschendingen die gedurende de verslagperiode hebben plaatsgevonden.
Verwezen wordt naar US State Department, Country report on human rights practices 2007
- Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege,
volume 19, N° 11 (c), augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for
"Disappearances" and abductions in Sri Lanka, volume 20, N° 2(c), maart 2008; International
Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007;
International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°
146, 20 februari 2008; Home Office, Country of Origin Information Report, 15 november
2007. Ook verschillende internationale persbureaus (BBC, Reuters, AP, AFP) hebben
(dagelijks) verslag gedaan van de gewelddadige ontwikkelingen in Sri Lanka.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
23
Toename gewelddadigheden
De bombardementen van militaire installaties nabij Colombo door de LTTE in
maart 2007 waren voor de regering aanleiding de militaire activiteiten tegen de
LTTE verder op te voeren. Op 21 april 2007 werd Colombo ernstig opgeschrikt
door een aanval van de LTTE vanuit de lucht.69
In juli 2007 werd het Oosten van Sri Lanka officieel "bevrijd van de LTTE"
verklaard door de regering. De LTTE beweerde dat het verlies van het Oosten als
een bewuste strategische terugtrekking van de LTTE moest worden beschouwd.70
Het behaalde succes sterkte de regering in haar voornemen eveneens de controle
over het Noorden terug te krijgen. Medio 2007 startte het Sri Lankaanse leger een
offensief in de gebieden ten westen en noorden van Vavuniya en ten zuiden van
Mannar.
Op 15 en 16 oktober 2007 vonden twee aanvallen plaats op militaire eenheden in
het Yala National Park. Op 22 oktober 2007 voerde de LTTE een gecombineerde
grond- en luchtaanval uit op een luchtmachtbasis nabij de historische stad
Anuradhapura (200 km ten noorden van Colombo), waarbij ook 21
zelfmoordeskaders waren betrokken. Daarbij werden aan regeringszijde twee
gevechtshelikopters en een onbekend aantal vliegtuigen beschadigd. De
propagandawaarde van de luchtaanvallen was voor de LTTE aanzienlijk. De
regering Rajapakse werd door de aanvallen in grote verlegenheid gebracht nadat
zij herhaaldelijk had beweerd dat de LTTE behoorlijk was verzwakt vanwege de
harde militaire aanpak van het conflict.71
De regering schroefde hierop haar luchtaanvallen op LTTE gebied op en stelde
herhaaldelijk in de media dat het haar doel was de LTTE eens en voor altijd te
vernietigen. De eerste vergeldingsactie kwam op 2 november 2007 toen de
politieke leider van de LTTE, S.P. Thamilselvan, om het leven kwam bij een
aanval door de Sri Lankaanse luchtmacht.
De militaire operaties, zelfmoordaanslagen, bombardementen en vergeldingsacties
namen na het beëindigen van het staakt-het-vurenakkoord op 2 januari 2008 in
aantal en hevigheid toe. Op 8 januari 2008 werd de non-cabinet minister van
Natievorming, D.M. Dassanayake, gedood door een bermbom.72 Op 6 april 2008
69 BBC, Tamil Tigers bomb military base, 24 april 2007; BBC, Tamil Tigers in deadly air
attack, 24 april 2007.
70 BBC, Defiant Tigers cling to last bastion, 16 juli 2007.
71 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°
146, 20 februari 2008.
72 International Herald Tribune, D.M. Dassanayake, a Sri Lankan minister, is killed by bomb, 8
januari 2008; Op dezelfde dag kwam ook het hoofd van de militaire Inlichtingendienst van de
LTTE, Kolonel Charles, om bij gevechten in het Noorden; Tamilnet, Col. Charles laid to rest
in Kilinochchi, 9 januari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
24
kwam de minister van Snelwegen, Jeyaraj Fernandopulle, om het leven bij een
zelfmoordaanslag.73
Geregeld werden aanslagen gepleegd in en rond Colombo en in het zuiden van Sri
Lanka. Steeds vaker werden bussen, treinen en andere civiele objecten doelwit van
aanslagen. Ook de commerciële wijk van Colombo, die aangemerkt is als High
Security Zone, winkels en druk bezochte plaatsen werden hierbij niet ontzien.
Vanaf mei 2008 nam de frequentie van de aanslagen toe. In sommige weken
vonden meerdere aanslagen plaats. Ook in gebieden die onder LTTE controle
staan, vonden aanslagen plaats, waarbij vele burgerslachtoffers vielen. De
aanhoudende luchtaanvallen en anti-guerilla acties van de regering hebben ook een
aanzienlijk tol geëist onder de burgerbevolking, met name in het Noorden is het
aantal ontheemden in 2008 toegenomen. De algemene veiligheidssituatie in de
districten Kilinochchi en Mullaitivu in LTTE gebied in het Noorden is gespannen
en onvoorspelbaar wegens de toegenomen, aanhoudende verhevigde militaire
activiteiten tussen het regeringsleger en de LTTE, waaronder
artilleriebeschietingen en luchtaanvallen.74 (zie verder paragraaf 4.1) De
restricties die de LTTE de inwoners heeft opgelegd op het gebied van
bewegingsvrijheid, zorgen voor een zeer onveilige situatie voor de burgers (zie
ook paragraaf 3.3.4).
In het hele land, en in het bijzonder in Colombo, vonden geregeld
vergeldingsacties plaats, waarbij burgerslachtoffers vielen. Partijen in het conflict
ondernamen militaire operaties met weinig aandacht voor de mensenrechten en
humanitaire rechten van de burgerbevolking in de conflictgebieden. Geregeld
waren gewelddadigheden bewust gericht op burgers.75 De LTTE gebruikte burgers
als menselijk schild. Ook werd de regering beschuldigd van het opzettelijk
beschieten van de burgerbevolking.76 In 2007 zijn als gevolg van het conflict circa
73 Global Insight, Sri Lanka: Sri Lankan Highways Minister Assassinated in Suicide attack by
Tamil Rebels, 7 april 2008.
74 BBC, UN to leave Sri Lanka rebel area, 15 september 2008; IRIN, Sri Lanka: Access to
newly displaced "critical", 8 augustus 2008; BBC, Desperate plight of Tamil civilians, 13
augustus 2008; BBC, Thousands flee homes in S Lanka, 14 augustus 2008; BBC, 'Pain' of
Sri Lanka aid pullout, 23 september 2008.
75 Zie ondermeer Reuters, Motorbike suicide bomber kills 10 in Sri Lanka, 16 mei 2008;
Reuters, Sri Lanka vows to crush rebels as attacks mount, 27 mei 2007; Global Insight, Sri
Lanka: Tamil Tiger Rebels Bomb Train in Sri Lanka Capital, 27 mei 2008,
76 Amnesty International, Sri Lanka: mounting civilian casualties as conflict persists,9 april
2008 via www.amnesty.nl, geraadpleegd op 16 april 2008; Centre for Policy Alternatives,
Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007-
januari 2008; BBC, Tamil rebels 'breaking the law', 15 augustus 2008; Amnesty
International Press Release, Sri Lanka: LTTE, Government endangering lives of tens of
thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
25
3200 personen omgekomen, waarvan 1000 burgerslachtoffers.77 De meeste
burgerslachtoffers vielen aan de frontlinies, bij bombardementen of waren het
gevolg van landmijnen of bermbommen. In 2008 is het aantal burgerslachtoffers
als gevolg van aanslagen sterk toegenomen.
Via de media verkondigt de regering geregeld dat de 'oorlog' tegen de LTTE
voorspoedig verloopt en dat de LTTE uiteindelijk zal worden verslagen.78
Zo werd in juli 2008 door de legerleiding bericht dat de LTTE het grootste deel
van zijn troepenmacht heeft verloren sinds het oplaaien van het conflict in
augustus 2006. Volgens opgaaf van de regering zouden 9000 manschappen van de
LTTE zijn gedood en nog 4000-5000 manschappen zijn overgebleven. De
berichtgeving over het aantal slachtoffers aan beide zijden is echter gekleurd,
omdat onafhankelijke media de toegang is ontzegd tot de frontlinies (zie ook
paragraaf 3.3.1). In juli 2008 kwam het district Mannar weer geheel onder
controle van de regering te staan.79 Begin september 2008 is ook de stad Mallavi
door het Sri Lankaanse leger veroverd.80 De frontlinies zijn steeds meer naar het
Noorden verplaatst en de regeringstroepen behouden naar verluidt het overwicht.
Militaire successen van de regering brengen nu het politieke hoofdkwartier van de
LTTE in Kilinochchi in zicht.81
De veiligheidssituatie in Jaffna en in het Oosten is verslechterd als gevolg van het
militair offensief van de regering tegen de LTTE. Het aantal arrestaties, detenties,
verdwijningen, ontvoeringen en moorden als gevolg van veronderstelde LTTE
betrokkenheid is ernstig toegenomen en het meest schrijnend in Jaffna. Naast het
leger en de politie maakten ook de EPDP en de TMVP zich hieraan schuldig (zie
verder paragraaf 3.3). Ook ontheemden hadden in toenemende mate te maken met
veiligheidsrisico's.82 Volgens de vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van
de VN inzake de mensenrechten van binnenlands ontheemden,Walter Kälin, betrof
77 U.S. State Department, Country Report on Human Rights Practices 2007-Sri Lanka, 11 maart
2008.
78 Global Insight, Sri Lanka: Military Pledges to Defeat LTTE within One Year in Sri Lanka,1
juli 2008; BBC, Tamil Tigers 'defeated' says army, 30 juni 2008; BBC, Sri Lanka 'will
defeat terrorism', 27 mei 2008.
79 Global Insight, Sri Lanka: Military Pledges to Defeat LTTE within One Year in Sri Lanka,1
juli 2008.
80 BBC, S Lanka army 'captures'key town, 2 september 2008; Global Insight, Sri Lanka:
Military makes further advances in retaking Tamil Tiger territory in Sri Lanka, 4 september
2008.
81 BBC, Sri Lanka troops 'near victory', 26 september 2008.
82 South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of
Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on children and
armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri
Lanka, april 2008; UNHCR, Sri Lanka: Serious concerns about security incidents in east, 23
november 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
26
het grootste probleem onder de ontheemden de individuele veiligheid.83 Er zijn
gevallen bekend van ontheemden die slachtoffer zijn geworden van
buitengerechtelijke executies, arrestatie en detentie, razzia's, ontvoering, foltering
en intimidatie door veiligheidstroepen en paramilitaire groepering of gedwongen
rekrutering door paramilitaire groeperingen.84
Jaffna wordt onder controle gehouden door ongeveer 40.000-60.000 militairen
tegenover een bevolking die ongeveer 300.000 mensen telt.85 In Jaffna wonen
voornamelijk Tamils die decennialang onder LTTE controle hebben geleefd en
(gedwongen) wapentraining hebben gehad van de LTTE en/of (gedwongen)
hebben gediend in het LTTE leger.86 Volgens de regering zouden nog ongeveer
15.000 aanhangers van de LTTE in Jaffna zijn. De bevolking in Jaffna wordt
ernstig beperkt in de mogelijkheid het schiereiland te verlaten vanwege de strenge
veiligheidsmaatregelen (zie ook paragraaf 3.3.4).
Strijdkrachten en politie
De politie valt onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Defensie,
Algemene Veiligheid en Recht en Orde. De politiemacht telt ongeveer 65.000
agenten, waaronder circa 5.850 leden van de Special Task Force (STF).87
De president staat als minister van Defensie formeel aan het hoofd van de politie,
terwijl de dagelijkse leiding in handen is van de inspecteur-generaal van politie die
op voordracht van de Constitutional Council (CC) benoemd wordt door de
president. Nu de CC niet meer functioneert, geschiedt de benoeming unilateraal
door de president (zie ook paragraaf 2.1.3). De president is tevens
opperbevelhebber van de strijdkrachten (landmacht, marine en luchtmacht). De
broer van de president Gothabaya Rajapakse is de secretaris-generaal op het
ministerie van Defensie.
De strijdkrachten en de politie krijgen in toenemende mate greep op het bestuur.
De gouverneur van het Oosten is een voormalig viceadmiraal van de Sri
Lankaanse marine. De voormalige inspecteur-generaal van politie, Victor Perera,
is onlangs benoemd tot gouverneur van het Noorden. Bij de provinciale
verkiezingen van North Central en Sabamawaguma hebben zowel regerings- als
oppositiepartijen hoge ex-legerofficieren naar voren geschoven.
83 United Nations Press Release, UN expert emphasizes sustainable and durable solutions for
Sri Lanka's internally displaced persons, 27 december 2007.
84 Zie ook de paragrafen 3.3.6-3.3.9.
85 Een belangrijk gedeelte van de oorspronkelijke bevolking van 600.000 mensen is vanwege
het conflict door de jaren heen vertrokken naar Colombo, het buitenland en andere delen van
Sri Lanka.
86 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°
146, 20 februari 2008.
87 U.S. State Department, Country Report on Human Rights Practices 2007-Sri Lanka, 11 maart
2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
27
De STF is een paramilitaire elite-eenheid van de politie die wordt ingezet bij
antiterroristische operaties. Verder verzorgt de STF de beveiliging van
hoogwaardigheidsbekleders en militaire bases. De STF wordt getraind door het
leger.88 De STF is overwegend in het Oosten gestationeerd, maar bevindt zich
eveneens in gebieden rond de frontlinies bij de districten Mannar en Vavuniya. In
Colombo wordt de STF ingezet tegen LTTE infiltraties en ten behoeve van
persoonsbeveiliging.89 In gebieden die heroverd zijn op de LTTE, is de politie
verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde. In conflictgebieden
wordt evenwel het leger ingezet ter handhaving van de openbare orde.
De Sri Lankaanse strijdkrachten worden gedomineerd door de landmacht die
ongeveer 78.100 manschappen en 39.900 reservisten telt. De luchtmacht en de
marine tellen respectievelijk 15.000 en 18.000 manschappen.90
Het Criminal Investigation Department (CID) en het Terrorist Investigation
Department (TID) van de politie en de militaire inlichtingendienst (Military
Intelligence Corps (MIC)) vallen ook onder het ministerie van Defensie.91
De strijdkrachten en politie bestaan overwegend uit Singalezen, van wie slechts
een enkeling ook Tamil spreekt. Er zijn slechts weinig moslims en Tamils in
dienst.92 De politie en het leger maken dan ook geregeld gebruik van personen die
de Tamil taal wel machtig zijn. Leden van de EPDP en de TMVP worden gebruikt
om LTTE leden en/of sympathisanten te identificeren.93 De STF is in juni 2007
gestart met het aanbieden van taalcursussen Tamil aan de medewerkers. Het
ministerie van Defensie stelt, sinds de herovering van het Oosten in juli 2007,
eveneens te investeren in de werving van meer Tamils en moslims die de Tamil
taal machtig zijn.94 Niet bekend is of dit beleid daadwerkelijk wordt uitgevoerd
c.q. effect sorteert.
Een aparte unit binnen het ministerie van Defensie is het National Civil Security
Department.95 Het National Civil Security Department bestaat uit lokaal geworven
burgers die de politie ondersteunen in haar taak als handhaver van de openbare
88 Home Office, Country of Origin Information Report Sri Lanka, november 2007; U.S. State
Department, Country Report on Human Rights Practices 2007-Sri Lanka, 11 maart 2008.
89 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
90 EIU, Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007.
91 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
92 Volgens een bron is er momenteel slechts 5% tamilvertegenwoordiging binnen de politie ten
opzichte van 40 à 50 % in 1960. Er zou angst bij de regering bestaan voor de werving van
Tamils vanwege hun veronderstelde band met de LTTE of paramilitaire groeperingen.
93 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri
Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
94 Home Office, Country of Origin Information Report Sri Lanka, november 2007.
95 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
28
orde in gebieden die heroverd zijn op de LTTE en waar het burgerbestuur is
heringevoerd.96 Deze burgers werken onder de verantwoordelijkheid van de
politie. Daarnaast worden zij ten behoeve van de veiligheid ingezet in dorpen die
zijn gesitueerd in de nabije omgeving van plaatsen waar gevechtshandelingen
plaatsvinden. De burgers worden ingezet in de eigen woongebieden. Zij zijn
hierdoor bekend met de plaatselijke gebruiken en normen en waarden van de
lokale bevolking. Momenteel zijn er ongeveer 35.000 burgers werkzaam bij deze
dienst. Het personeel wordt opgeleid door de politie en is bewapend. De
minimumleeftijd voor toelating is 18 jaar.
Tamil Makkal Viduthalai Pulikal (TMVP)
Mede dankzij de hulp van TMVP heeft de regering in juli 2007 de controle over
het Oosten heroverd op de LTTE. De TMVP is actief in de districten Ampara,
Trincomalee en Batticaloa in het Oosten. Sinds de TMVP de provinciale
verkiezingen heeft gewonnen in het Oosten en de leider Pillayan is gekozen tot
Chief Minister van de provincie, heeft de TMVP ook het bestuur in handen.97
Pillayan beschikt over een gewapende militie, die uit 1500 leden zou bestaan.
Behalve in het Oosten is de TMVP ook actief in Colombo.98 De TMVP heeft een
nauw samenwerkingsverband met de veiligheidstroepen van de regering. De
veiligheidstroepen maken geregeld gebruik van de kennis van de TMVP over de
LTTE en van hun inlichtingendiensten en troepen, inclusief kindsoldaten, om de
LTTE te bevechten. Gewapende leden van de TMVP worden geregeld
gesignaleerd in aanwezigheid van de veiligheidstroepen van de regering en er
worden gezamenlijke patrouilles uitgevoerd met de politie. Checkpoints worden
geregeld bemand door de veiligheidstroepen van de regering en TMVP
gezamenlijk, waarbij de TMVP, die de Tamil taal machtig is, helpt bij het
identificeren van verdachte LTTE leden of aanhangers van de LTTE.99 Daarnaast
opereert de TMVP ook zelfstandig en maakt zich schuldig aan
mensenrechtenschendingen, rekrutering van kindsoldaten, verdwijningen,
ontvoeringen voor losgeld en bedreigingen, waaraan de regering medeplichtig
wordt geacht omdat zij de TMVP niet hindert in zijn activiteiten. Ondanks dat
getuigen en slachtoffers in staat zijn om TMVP leden te identificeren als dader en
hiertoe specifieke details verschaffen, onderneemt de regering geen actie. De
96 Voorheen heette dit Home Guards, zie algemeen ambtsbericht Sri Lanka augustus 2004.
97 The Hindu, Chief Minister's Forum to be headed by Pillayan, 1 juni 2008; BBCSinhala.com,
Pillayan has 'no time'for Karuna, 4 juli 2008.
98 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri
Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
99 HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, Volume 19, N° 11(c), augustus
2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the
Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri
Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
29
regering ontkent de medeplichtigheid van haar veiligheidstroepen aan de
mensenrechtenschendingen van de TMVP.100
Eelam People's Democratic Party (EPDP)
De EPDP is opgericht in 1987 door Douglas Devananda.101 De EPDP begon
aanvankelijk als een paramilitaire groepering die actief meedeed aan de
gewapende Tamil strijd voor een onafhankelijke Tamil staat. De EPDP is enerzijds
een politieke partij102 en anderzijds nog immer actief als een paramilitaire
groepering die nauw samenwerkt met de regering in de strijd tegen de LTTE. De
LTTE beschouwt de EPDP als een van haar grootste rivalen.103 De EPDP is met
name actief in Jaffna en de overige gebieden in het noorden die onder
regeringscontrole staan en steunt de regering bij haar militaire operaties tegen de
LTTE. Tevens voert de EPDP aanvallen tegen de LTTE of aanhangers van de
LTTE uit en is zij verantwoordelijk voor meerdere mensenrechtenschendingen,
zoals mishandeling, moord en verdwijningen. De EPDP geniet bescherming van
de regeringstroepen.104
People's Liberation Organisation of Tamil Eeelam (PLOTE)
De PLOTE werd opgericht in 1980 door een voormalig lid van de LTTE. In 2002
tekende PLOTE een wapenstilstand met de regering en leverde haar wapens in. De
PLOTE bestaat uit een politieke (Democratic People's Liberation Front (DLPF))
en een militaire vleugel. De DPLF werkt formeel samen met de regering. De
militaire vleugel is sinds de wapenstilstand formeel inactief. Sedert 1992 wordt de
PLOTE door de LTTE bevochten. Er zijn berichten dat de PLOTE nauw
samenwerkt met de veiligheidstroepen van de regering in de strijd tegen de
LTTE. Dit kon gedurende de verslagperiode niet bevestigd worden.105
Tamil Eelam Liberation Organisation (TELO)
100 International Crisis Group, "Sri Lanka's Human Rights Crisis", Asia report N° 135, 14 juni
2007; HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c),
augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and
abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; US State Department, Country
report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
101 Zie voor volledige geschiedenis van de EPDP en een persoonsprofiel van Douglas
Devananda www.epdpnews.com.
102 Tijdens de parlementaire verkiezingen in 2004 won de EPDP 1 zetel in het parlement.
Douglas Devananda is thans de minister van Sociale Zaken en Welzijn in het kabinet van
president Rajapakse.
103 De LTTE heeft in het verleden meerdere mislukte moordaanslagen gepleegd op Douglas
Devananda. De laatste mislukte moordaanslag vond plaats tijdens de verslagperiode in
november 2007.
104 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri
Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische
Akteure in Sri Lanka, december 2007.
105 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
30
De TELO is opgericht in 1979 en komt voort uit een radicale studentengroepering.
Van 1980 tot 1982 sloot ook de leider van de LTTE Prabhakaran zich kort aan bij
de TELO, om vervolgens weer terug te keren naar de LTTE. In 1984 voegden de
TELO, EPRLF en EROS zich samen en vormden gezamenlijk de ENLF. De LTTE
was tot 1986 verbonden met de ENLF. In hetzelfde jaar viel de LTTE de TELO
aan en vermoordde de leider en het grootste gedeelte van de militaire tak. De
LTTE had het vermoeden dat de TELO was opgezet door het Indiase leger om de
controle over de Tamil gebieden en de separatistische Tamil bewegingen te
veroveren. Verzoeningspogingen van de IPKF wilden niet baten. Na het vertrek
van de IPKF uit Sri Lanka in 1990 liet de TELO zich registreren als politieke partij
en deed in 1994/1995 voor de eerste keer aan verkiezingen mee. In 2001 sloot de
TELO zich aan bij de TNA.106 Of de TELO nog actief is als paramilitaire
groepering is onbekend.
Eelam National Liberation Front of Three stars (ENDLF)
De ENDLF is opgericht in 1987 door voormalige leden van de PLOTE, TELO en
EPRLF als een pro-Indiase, militante, separatistische Tamil beweging die zich
afzette tegen de LTTE en andere separatistische Tamil bewegingen, doch ook de
regering.107 Na het vertrek van IPKF uit Sri Lanka kreeg de ENDLF meer een
politiek karakter en verminderde haar paramilitaire activiteiten. (zie ook paragraaf
2.1.2) De ENDLF opereert voornamelijk vanuit India (Tamil Nadu). In 2002
ondertekende de ENDLF een wapenstilstand met de regering en leverde zij haar
wapens in. In 2004 ging de ENDLF een verbintenis aan met de TMVP en treedt
sindsdien op als bondgenoot van de TMVP.108
Eelam People's Revolutionary Liberation Front (EPRLF)
De EPRLF is in 1981 opgericht als een separatistische Tamilbeweging en was
aanvankelijk (tot 1986) verbonden met de LTTE. Met de steun van de IPKF kon
de EPRLF vervolgens blijven bestaan en de activiteiten voortzetten. Na het vertrek
van de IPKF uit Sri Lanka concentreerde de EPRLF zich meer op politieke
activiteiten. Delen van de militaire tak van de EPRLF sloten zich aan bij het Sri
Lankaanse leger ter ondersteuning van de strijd tegen de LTTE. In 2000 splitste de
politieke vleugel zich in twee partijen, maar beide partijen eisten de naam EPRLF
op. Na de splitsing sloot de ene factie zich aan bij de TNA (pro LTTE) en de
andere factie bij de EPDP (anti LTTE).109
Revolutionary Eelam Organisation (EROS)
106 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
107 Sinds de oprichting werd de ENDLF ondersteund door de Indian Peace Keeping Force en de
Research and Analysis Wing (buitenlandse inlichtingendienst) van India. Toen de IPKF zich
in 1990 terugtrok uit Sri Lanka, vertrok een groot deel van de leden mee naar India.
108 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
109 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
31
EROS werd opgericht in 1975 en stond aanvankelijk bekend onder de naam Eelam
Revolutionary Organisation of Students. EROS kwam al snel in contact met de
Palestinian Liberation Organisation (PLO) en zond Tamilseparatisten, waaronder
ook de huidige leider van de LTTE Prabhakaran, voor training naar de PLO.
EROS onderhield ook goede contacten met India en ontving tot 1984 ook daar
militaire training. Van 1980 tot 1989 ondersteunde EROS de LTTE als politieke
raadgever. De LTTE eiste echter van EROS dat zij zich aansloot bij de LTTE,
hetgeen tot versplintering van EROS leidde. Een deel zocht aansluiting bij de
LTTE, anderen verlieten EROS en een kleine eenheid bouwde de huidige EROS
op onder leiding van Shankar Rajee. Na zijn dood in 2005 volgde zijn zoon, Nesan
Shankar Rajee, hem op en besloot een, pro-EPDP en anti-LTTE, politieke koers te
varen. EROS ondersteunt als politieke partij de regering en wordt door de LTTE
bestreden.110
LTTE
Controle over gebieden
Het gebied dat onder LTTE-controle staat, beslaat grote delen van het district
Kilinochchi, Mullaitivu, en voor zover bekend grote delen van Vavuniya.111 Het
district Mannar staat sinds juli 2008 weer geheel onder controle van de regering.112
Ook is de stad Mallavi sinds begin september 2008 weer in handen van de
regering.113
Er zijn naar schatting tussen de 250.000 en 400.000 mensen woonachtig in het
gebied. Zij mogen het gebied niet verlaten zonder toestemming van de LTTE. De
toestemming wordt bovendien pas verleend onder de voorwaarde dat een
familielid achterblijft.114 Personen die het gebied proberen te ontvluchten worden
volgens verschillende bronnen doodgeschoten door de LTTE. Door de
aanhoudende gevechten is moeilijk aan te geven waar de grens loopt tussen
regeringsgebied en de gebieden die onder controle van de LTTE staan. Het reizen
tussen regeringsgebied en LTTE gebied heeft veel weg van het passeren van een
grensovergang tussen twee landen inclusief goed bewaakte grenscontroleposten
alwaar reizigers hun identiteitskaart dienen te tonen, goederen aan een inspectie
worden onderworpen en belasting wordt geheven (zie verder paragraaf 3.3.4).115
110 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
111 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka., december 2007.
112 Global Insight, Sri Lanka: Military Pledges to Defeat LTTE within One Year in Sri Lanka,1
juli 2008.
113 BBC, S Lanka army 'captures' key town, 2 september 2008.
114 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; BBC, Tamil rebels 'breaking the law',
15 augustus 2008; Amnesty International Press Release, Sri Lanka: LTTE, Government
endangering lives of tens of thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008.
115 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state
institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6,
2006.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
32
Sterkte en bewapening
Exacte cijfers over de sterkte van de LTTE zijn niet bekend. De LTTE zou over
circa 35.000 manschappen beschikken, waaronder 1500 elite troepen en
zelfmoordcommando's. Volgens het International Institute for Strategic Studies
telt de LTTE tussen de 8.000-11.000 manschappen.116 De LTTE heeft een eigen
wapennetwerk met aan het hoofd Tharmalingam Shanmugham, ook wel bekend
als Kumaran Pathmanathan of KP. De wapens en munitie worden ten behoeve
van de LTTE door dit netwerk aangeschaft in landen als Afghanistan, Bulgarije,
Birma, Cambodja, China, Cyprus, Griekenland, Hong Kong, Libanon, Nigeria,
Noord-Korea, Pakistan, Zuid-Afrika, Thailand, Turkije, Vietnam en Zimbabwe.
Tamil Nadu in India zou hierbij een centrale rol spelen als transithaven voor het
wapentransport.117 De Sea Tigers (de marine van de LTTE) zorgen voor de
toevoer van goederen vanuit India.
Opbouw en structuur
De LTTE leidt een de facto staat in de gebieden die onder haar controle staan. Het
Sri Lankaanse overheidsapparaat in LTTE gebied functioneert ook nog steeds,
zoals scholen en ziekenhuizen, doch staat onder controle van de LTTE.
Gezondheid en onderwijs blijven zo de verantwoordelijkheid van de regering en
de onderwijzers worden betaald door de regering. Er is echter sprake van minder
financiering en derhalve minder dienstverlening dan in gebieden onder
regeringscontrole.118 De LTTE is onderverdeeld in beroepscommando's die met
hun eigen specialismen onder de verantwoordelijkheid van een
districtscommandant functioneren. De districtscommandanten vallen onder het
directe bevel van de leider van de LTTE Vellupillai Prabhakaran.
De leden van de verschillende commando's zijn ondergebracht bij de politieke of
militaire vleugel van de LTTE en worden verder onderverdeeld op grond van
specialisme. Hoofd van de militaire vleugel is de leider Prabhakaran. Het
hoofdkwartier van de militaire vleugel bevindt zich in het oerwoud van het district
Mullaitivu.119 De militaire vleugel bestaat uit een inlichtingendienst (Tiger
Organisation Security Intelligence Service), een zelfmoordcommando (Black
Tigers), een marine (Sea Tigers) en een luchtmacht (Air Tigers). Het hoofd van de
inlichtingendienst (TOSIS) en de Black Tigers is Shanmuganathan Sivasankaran
116 EIU, Country Profile Sri Lanka 200, 17 juli 2007.
117 Der Spiegel, Spenden für das Tiger-Reich,7/2008; BBC monitoring International Reports,
'Global onslaught' severely affects tiger activities- Sri Lankan Paper, 2 mei 2008 via
www.lexis-nexis.com; www.janes.com, press release: USD 200 million profit margins
maintain sophisticated Tamil Tiger war, 19 juli 2007.
118 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state
institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6,
2006.
119 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
33
alias Pottu Amman.120 Aanslagen tegen personen en/of aanslagen op economische
doelen buiten LTTE gebied worden doorgaans uitgevoerd door de Black Tigers.
Het hoofd van de Sea Tigers is Thillayambalam Sivanesan alias kolonel Soosai.121
De Sea-Tigers zijn vooral actief op zee in het noord-oosten van Sri Lanka.122
De leden van de LTTE krijgen geen financiële beloning. Bevordering van de leden
geschiedt middels het verkrijgen van meer commandoverantwoordelijkheid. Ze
krijgen meer verantwoordelijkheid toebedeeld naar gelang de geleverde prestaties
en niet als gevolg van anciënniteit.123 Ieder nieuw lid moet de gelofte van trouw
afleggen dat alles zal worden opgeofferd voor het organisatiebelang en de leider.
De leden geven hun civiele naam op en krijgen daarvoor in de plaats een "nom de
guerre". Daarnaast krijgen de leden een cyanide capsule, die zij bij zich behoren te
dragen en moet worden ingenomen bij gevangenneming door de vijand. Zo moet
worden voorkomen dat enige informatie over de LTTE bij derden terecht komt.
Een lid van de LTTE mag op grond van een regeling uit 1999 de organisatie niet
meer verlaten.124 Er vindt naar verluidt actieve opsporing van afvalligen door de
LTTE plaats buiten het LTTE-gebied.
De gewapende acties van de LTTE zijn niet alleen tegen de veiligheidstroepen van
de regering gericht, doch ook tegen burgers en andersdenkende Tamils. Hiertoe
behoren actieve en voormalige leden van paramilitaire groeperingen die anti-
LTTE zijn (TMVP, EPDP, EPRLF en PLOTE) en Tamilinformanten die voor de
regering werken. Deze personen worden bedreigd, gevangengenomen of vermoord
door de LTTE.125
De politieke vleugel van de LTTE is verantwoordelijk voor de internationale
propaganda en het bestuur. Het hoofdkantoor is gelegen in Kilinochchi. Na de
dood van het hoofd van de politieke afdeling, S.P. Thamilselvan, in november
2007, heeft B. Nadesan (voormalig hoofd politie LTTE) het leiderschap van de
politieke afdeling op zich genomen. Thamilselvan werd beschouwd als het
publieke gezicht van de LTTE en was na Prabhakaran de machtigste persoon
binnen de LTTE.126 In 1989 richtte de LTTE de politieke partij People's Front of
Liberation Tigers (PLFT) op. De partij participeerde echter nimmer in
120 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
121 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
122 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007;
www.janes.com, Jane's Sentinel examines the success of the LTTE in resisting the Sri
Lankan forces, 4 september 2000.
123 www.janes.com, Jane's Sentinel examines the success of the LTTE in resisting the Sri
Lankan forces, 4 september 2000; Group Profile: Liberation Tigers of Tamil Eelam (LTTE),
27 maart 2007.
124 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
125 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
126 BBC, Public face of the Tamil Tigers, 2 november 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
34
verkiezingen en is niet meer actief. Om hun politieke invloed te versterken,
ondersteunt de LTTE de Tamil National Alliance (TNA). De TNA is pro-LTTE en
heeft de LTTE als enige vertegenwoordiger van de Tamilgemeenschap erkend. De
TNA heeft 22 zetels in het parlement.127
De LTTE heeft zijn eigen politiemacht, de Tamil Eelam Police, met het
hoofdkantoor in Kilinochchi. De politiemacht is opgericht in 1993 en bestaat uit
diverse afdelingen.128 Daarnaast heeft de LTTE eigen wetboeken, rechterlijke
instanties en int het hoge belastingen in de gebieden die onder haar controle staan.
Bij import van goederen in LTTE gebied varieert dit tussen de 20-25%.129
Gedwongen rekruteringen
De LTTE maakt zich nog steeds schuldig aan het gedwongen rekruteren van
kindsoldaten en volwassenen. Sinds 1997 bestaat in het gebied dat onder LTTE
controle valt, de ongeschreven regel dat ieder gezin een kind ter beschikking moet
stellen aan de LTTE.130 De LTTE heeft in 2007 dit "child quota system" gewijzigd
in een "family quota system", hetgeen inhoudt dat ieder gezin één gezinslid,
waaronder ook kinderen, moet afstaan aan de LTTE.131 Er zijn indicaties dat de
LTTE gedurende de verslagperiode het quotum per gezin heeft uitgebreid tot twee
(zie verder paragraaf 3.4.4).132
Tamil-diaspora
Veerakathy Manivannam, ook wel bekend als Castro, is het hoofd van het
International Secretariat, dat verantwoordelijk is voor het goede functioneren van
het wereldwijde netwerk van de LTTE.133 De internationale activiteiten van de
LTTE kunnen grofweg worden onderverdeeld in fondsenwerving, wapeninkoop en
verscheping, publiciteit en propaganda. De LTTE beschikt in Sri Lanka over een
eigen radiostation, televisiezenders en kranten.134 Ook internationaal is de LTTE
127 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
128 Home Office, Country of Origin Information Report Sri Lanka , 15 november 2007.
129 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state
institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6,
2006.
130 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
131 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed
conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka,
april 2008.
132 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process,
cluster report november 2007- januari 2008.
133 BBC monitoring International Reports, 'Global onslaught' severely affects tiger activities-
Sri Lankan Paper, 2 mei 2008 via www.lexis-nexis.com; Daily News, LTTE's global
network suffers setback, 2 mei 2008.
134 Op 27 november 2007 is het officiële radiostation van de LTTE in Kilinochchi, de Voice of
Tigers, bij een luchtaanval verwoest door de regering.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
35
actief middels een internetsite en diverse organisaties die verspreid zijn over de
hele wereld, waaronder de International Federation of Tamils (IFT), de World
Tamil Association (WTA), de World Tamil Movement (WTM) en de Fédération
française des associations tamoules. De Tamil diaspora bevindt zich voornamelijk
in Canada, de Europese Unie (met name in Duitsland, Zwitserland, Frankrijk en
het Verenigd Koninkrijk), de Verenigde Staten en Australië en biedt de LTTE
zowel vrijwillig als onder bedreiging financiële ondersteuning. Op 16 juni 2008
heeft Canada de World Tamil Movement op haar lijst van verboden terroristische
organisaties geplaatst. Steeds meer landen spannen zich in om de internationale,
illegale activiteiten van de LTTE aan banden te leggen. Gedurende de
verslagperiode zijn wereldwijd meerdere personen opgepakt en veroordeeld,
waardoor de internationale fondsenwerving van de LTTE onder druk is komen te
staan.135 Per jaar zou de LTTE tussen de 200 en 300 miljoen US dollar aan
inkomsten ontvangen.136
De LTTE beschikt ook over een eigen wederopbouworganisatie, de Tamil
Rehabilitation Organisation (TRO), die actief is in gebieden die onder controle van
de LTTE staan. In 2007 raakte de TRO in opspraak toen zij ervan verdacht werd
ontwikkelingsgeld en geld dat bestemd was voor humanitaire hulpverlening, te
hebben aangewend voor militaire doeleinden van de LTTE. Hierdoor raakte
Unicef, die de TRO financieel ondersteunde bij haar werkzaamheden, eveneens in
opspraak. Sinds november 2007 is de TRO officieel verboden in Sri Lanka en zijn
de banktegoeden van de TRO bevroren door de regering.137
High Security Zones
Een High Security Zone (HSZ) wordt in beginsel ingesteld door de regering ter
bescherming van een strategisch en/of economisch belangrijk doel, tegen infiltratie
door de LTTE. De grenzen van een HSZ rondom militaire terreinen strekken zich
soms uit tot een straal van vier kilometer vanaf de omringende hekken van het
terrein.138 Het is niet toegestaan om foto's te nemen van een HSZ. Hoogbouw in of
nabij een HSZ is verboden. Er is beperkt of geen toegang mogelijk tot een HSZ.
Gedurende de verslagperiode waren als HSZ in Colombo onder meer aangemerkt
het presidentieel paleis, het presidentieel kantoor, het parlementscomplex, het
ministerie van Defensie en militaire terreinen en het havengebied. In Colombo zijn
gebieden rond de woonhuizen van enkele vooraanstaande personen, bijvoorbeeld
135 Global Insight, Canadian Government adds Sri Lankan Group to List of Banned Terrorist
Organisation, 17 juni 2008; Daily News, LTTE's global network suffers setback, 2 mei 2008.
136 www.janes.com, press release: USD 200 million profit margins maintain sophisticated Tamil
Tiger war, 19 juli 2007.
137 BBC News, US to freeze Tamil charity assets, 15 november 2007.
138 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
36
ministers en rechters, ook aangewezen als HSZ. Er is beperkt toegang mogelijk tot
de HSZ's in Colombo. Men zou deze gebieden kunnen betreden na een intensieve
veiligheidscontrole bij checkpoints.139 Een uitzondering vormt het presidentieel
paleis, dat totaal afgesloten zou zijn voor het publiek.
Op het schiereiland Jaffna zouden zich achttien HSZ's bevinden die grofweg 190
vierkante kilometer zouden omvatten, hetgeen neerkomt op 18% van het
schiereiland. De meeste HSZ's in Jaffna bevinden zich in en rond militaire
kampen of bases en strategische locaties als havens en landingsbanen of in
grensgebieden. In Jaffna is het grootste deel van de HSZ's afgesloten voor burgers
en mag niet worden bewoond. De voormalige inwoners van het gebied wonen in
opvangkampen in Jaffna zelf of het Noorden.
HSZ's komen ook voor in andere delen van Sri Lanka, waaronder Mannar en
Kandy.140 Deze zijn ook beperkt toegankelijk voor burgers.
Gedurende de verslagperiode zijn meerdere gebieden aangewezen tot HSZ op
grond van de noodregelgeving. Op 30 mei 2007 werden Sampur en Oost Mutur in
het Trincomalee district in het Oosten door de president aangewezen tot HSZ.
Iedereen, inclusief de mensen die woonachtig zijn in deze gebieden, werd de
toegang tot deze gebieden ontzegd, tenzij zij schriftelijke toestemming van de
bevoegde gezaghebber hadden. Omdat Sampur en Oost Mutur tegelijkertijd ook
onder de Special Economic Zone (ook wel Free Trade Zone genoemd) van
Trincomalee vielen, werden commerciële activiteiten in het gebied echter wel
toegestaan. Een lokale NGO heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van de
president, omdat er geen sprake zou zijn van enige militaire noodzaak om een
toegangsverbod van 15.000 inwoners tot hun land en eigendom te rechtvaardigen.
Het bezwaar werd afgewezen door de Hoge Raad. De opperrechter Silva deed een
beroep op de NGO geen gevoelige zaken die de nationale veiligheid aangaan voor
het gerecht te brengen.141
139 CPA, A Brief Profile of the Trincomalee High Security Zone and other land Issues in
Trincomalee District, mei 2008.
140 CPA, A Brief Profile of the Trincomalee High Security Zone and other land Issues in
Trincomalee District, mei 2008.
141 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c),
augustus 2007; UTHR, Can de East be Won by Human Culling? Special Economic Zones. An
Ideological Journey Back to 1983, augustus 2007; CPA, A Brief Profile of the Trincomalee
High Security Zone and other land Issues in Trincomalee District, mei 2008;
BBCsinhala.com, Sampur HSZ or FTZ, 30 juni 2007; BBCsinhala, Sampur HSZ 'sensitive'
for judiciary, 30 juli 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
37
3 Mensenrechten
3.1 Juridische context
3.1.1 Verdragen en protocollen
Sri Lanka is partij bij de volgende verdragen en protocollen:
· Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (ICCPR, in
werking getreden op 11 juni 1980), evenals het bijbehorende eerste Facultatief
Protocol waarin het individuele klachtrecht bij het Mensenrechtencomité is
vastgelegd (in werking getreden in 1998);
· Verdrag tegen Foltering en andere Wrede, Onmenselijke of Onterende
Behandeling of Bestraffing (CAT, in werking getreden op 2 februari 1994);
· Verdrag inzake de Rechten van het Kind (CRC, in werking getreden in 1991),
het Facultatief Protocol betreffende de betrokkenheid van kinderen in
gewapend conflict (in werking getreden in 2000) en het Facultatief Protocol
betreffende de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie
(in werking getreden in 2006);
· Verdrag en eerste Facultatief Protocol inzake de Uitbanning van alle Vormen
van Discriminatie van Vrouwen (CEDAW, in werking getreden in 1981,
protocol in 2003);
· Internationaal Verdrag inzake de Uitbanning van alle Vormen van
Rassendiscriminatie (CERD, in werking getreden in 1982);
· Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten
(CESCR, in werking getreden in 1980);
· Verdrag ter Bestrijding van Terrorismefinanciering (CSFT, in werking
getreden in 2002);
· Internationaal Verdrag inzake de Bescherming van de Rechten van
Arbeidsmigranten en hun Gezinsleden (CMW, in werking getreden in
2003).142
· Op 6 februari 2007 heeft Sri Lanka de Paris Principles (principles and
guidelines on children associated with armed forces or armed groups)
ondertekend.143
Sri Lanka is geen partij bij ondermeer de volgende verdragen en protocollen:
· Het Vluchtelingenverdrag van 1951 en het bijbehorende protocol van 1967;
· Het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof. Wel tekende Sri
Lanka in november 2002 een bilateraal akkoord met de Verenigde Staten dat
142 Informatie op de mensenrechten website van de VN, www.unhchr.ch.
143 De Paris Principles behelzen afspraken tegen de inzet van kindsoldaten. Het akkoord voorziet
in onder meer voorkoming van rekrutering en het vervolgen van personen die kinderen
ronselen.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
38
de uitlevering van Amerikaanse en Sri Lankaanse burgers door de wederzijdse
landen aan het Internationale Strafhof moet voorkomen;
· Het tweede facultatief Protocol behorend bij het Internationaal Verdrag inzake
Burgerrechten en Politieke Rechten (ICCPR);
· Het Facultatief Protocol behorend bij het Verdrag tegen Foltering en andere
Wrede, Onmenselijke of Onterende Behandeling of Bestraffing (CAT );
· Het Verdrag inzake Bescherming van Alle Personen tegen Gedwongen
Verdwijningen;
· Het Facultatief Protocol behorend bij het Verdrag voor de Rechten van
Personen met een Handicap.
De implementatie van de humanitaire- en mensenrechtenverplichtingen van Sri
Lanka op nationaal niveau is volgens verantwoordelijke verdragcomités van de
VN over het algemeen onvoldoende. Daarnaast voldoet Sri Lanka sinds lange tijd
niet aan internationale rapportageverplichtingen uit hoofde van internationale
mensenrechtenverdragen waarbij het land partij is.144
3.1.2 Nationale wetgeving
Emergency Regulations
Gedurende de verslagperiode waren zowel de Emergency Regulations, als een deel
van de oude Prevention of Terrorism Act (PTA) nog steeds van kracht. De
Emergency Regulations worden iedere maand verlengd met instemming van een
parlementaire meerderheid.145 Met de uitbreiding van de noodregelgeving via
invoering van de Prevention and Prohibition of Terrorism and Specified Terrorist
Activities Act in december 2006, werd het aantal strafbare activiteiten dat valt
onder de definitie terrorisme nog groter en de definitie van terrorisme
rekbaarder.146 Mensenrechtenorganisaties- of activisten, media die aan
onafhankelijke en kritische verslaglegging doen, humanitaire hulporganisaties die
144 United Nations General Assembly, Human Rights Council Working Group on the Universal
Periodic Review, Second session 5-16 May 2008, A/HRC/WG.6/2/LKA/2, 8 april 2008;
United Nations General Assembly, Human Rights Council, Eighth session, Universal
Periodic Review, Report of the Working Group on the Universal Periodic Review Sri Lanka,
A/HRC/8/46, 5 juni 2008.
145 De president is bevoegd om de noodtoestand uit te roepen op basis van de Public Security
Ordinance, no. 25 (1947). Deze bevoegdheid is opgenomen in artikel 155 van de Grondwet.
Het parlement heeft 14 dagen de tijd om de maatregel te accorderen, waarna de noodtoestand
om de 30 dagen moet worden verlengd; www.asiantribune.com, Government extends state of
emergency, 6 mei 2008; Deutsche Presse Agentur, Sri Lanka extends state of emergency as
fighting continues, 8 juli 2008; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on
torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak,
Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
146 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus
2007; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
39
hulp bieden aan slachtoffers ongeacht hun etnische afkomst, kunnen bij de
uitvoering van hun werkzaamheden worden geassocieerd met terroristische
activiteiten.
De noodregelgeving biedt politie, leger, alsmede 'andere overheidsdienaren en
specifiek door de president aangewezen personen', ruime opsporings- en
aanhoudingsbevoegdheden.147 De vage omschrijvingen in de noodregelgeving van
zowel bevoegdheden als misdrijven zijn voor meerdere uitleg vatbaar en kunnen
bij arrestaties tot willekeur, rechtsongelijkheid en rechtsonzekerheid leiden, waar
vooral Tamils slachtoffer van zijn (zie verder paragraaf 3.3.6).148
De Preventon of Organised Crime Bill is aan het parlement gepresenteerd. Een
datum voor het parlementair debat is nog niet vastgesteld.149
3.2 Toezicht
Human Rights Commission (HRC)
De HRC is bevoegd te monitoren, te onderzoeken en te adviseren inzake
mensenrechten. De HRC behandelt mensenrechtenschendingen van verschillende
aard, waaronder verdwijningen, buitengerechtelijke moorden, marteling, maar ook
milieuzaken, arbeidsrechtelijke zaken (aanstellingen, promoties, ontslag) en
andere civielrechtelijke zaken. Het hoofdkantoor van de HRC is gevestigd in
Colombo. Daarnaast heeft de HRC tien regionale kantoren; deze bevinden zich in
Kandy, Matara, Anuradapura, Vavuniya, Badulla, Jaffna, Batticaloa, Trincomalee,
Kalmunai en Ampara. Een subkantoor bevindt zich in Nuwara Eliya. De HRC
heeft alleen jurisdictie in de door de regering gecontroleerde gebieden. Het LTTE
gebied is niet toegankelijk voor de HRC. Het mandaat van de HRC strekt zich
slechts uit tot onderzoek naar klachten tegen de regering.
Een klacht kan worden ingediend door de benadeelde burger/groep of diens
gemachtigde. De HRC kan ook op eigen initiatief mensenrechtenschendingen
onderzoeken. De klacht kan in persoon worden ingediend bij één van de kantoren
of via de telefoon (24-uurs hotline). Sinds juni 2007 kan een klacht nog slechts
binnen drie maanden na het voorval worden ingediend. Een wettelijke grondslag
147 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14
juni 2007; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, Volume 19. N° 11
(c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and
other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri
Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
148 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, Volume 19. N° 11 (c),
augustus 2007.
149 Zie www.legaldraftsman.gov.lk onder acts, bills and statutes, geraadpleegd op 29 september
2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
40
voor dit nieuwe voorschrift ontbreekt. Onder bepaalde omstandigheden neemt de
HRC ook klachten buiten de voorgeschreven klachttermijn in behandeling.150 Na
het klachtonderzoek, schrijft de HRC een rapport en doet aanbevelingen aan
partijen. Het eindrapport, inclusief aanbevelingen, wordt ter beschikking gesteld
aan de regering. Deze rapporten zijn niet openbaar. De regering bepaalt wat er met
de rapporten gebeurt. Het is niet bekend wat de regering met deze rapporten doet,
noch of uitvoering wordt gegeven aan de gedane aanbevelingen.
De HRC is bevoegd (onaangekondigde) inspectiebezoeken af te leggen aan
locaties waar personen worden gedetineerd of worden vastgehouden op grond van
een rechterlijk bevel, zoals politiebureaus, detentiecentra of psychiatrische
inrichtingen.
In geval een persoon op grond van de noodregelgeving (Emergency Regulations)
wordt gearresteerd, dient de HRC binnen 48 uur van de arrestatie op de hoogte te
worden gebracht. Bovendien dient de HRC ongehinderde toegang te worden
verschaft tot detentieplaatsen. Bij invrijheidsstelling of overplaatsing dient de
HRC eveneens te worden verwittigd. Hier wordt in de praktijk echter geen
uitvoering aan gegeven door de veiligheidstroepen (zie paragraaf 3.1.2). De HRC
schijnt eerder geïnformeerd te worden over dergelijke arrestaties door familieleden
dan door de veiligheidstroepen zelf.151
Volgens een bron ontvangt de HRC ongeveer 500 klachten per maand. Niet
bekend is hoeveel klachten gedurende de verslagperiode daadwerkelijk in
behandeling zijn genomen door de HRC.
Volgens de wet is de HRC onpartijdig en onafhankelijk. De commissieleden zijn
echter benoemd door de president zonder tussenkomst van de Constitutional
Council (CC), waardoor de commissie niet als onafhankelijke institutie kan
worden aangemerkt.152 De huidige commissie is sindsdien minder goed in staat
gebleken om de mensenrechtenschendingen aan de kaak te stellen dan haar
voorganger.
150 Human Rights Watch press release, Sri Lanka: Human Rights Commission Downgraded: UN
Human Rights Monitoring Urgently Needed to Stem Violations, 18 december 2007 via
www.hrw.org
151 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
152 In april 2006 liepen de benoemingen van de leden van de HRC af, waarop de president
unilateraal tot benoeming van de nieuwe leden is overgegaan; zie ook paragraaf 2.1.3.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
41
Mensenrechtenorganisaties en de internationale gemeenschap hebben veel kritiek
op het functioneren van de HRC.153 De HRC heeft onvoldoende (financiële)
middelen en staf tot haar beschikking en brengt geen openbare rapporten van haar
bevindingen uit. Een van de voornaamste kritiekpunten betreft de benoeming van
de leden door de president.154 Als gevolg van deze kritiek werd in de loop van
2007 nauwelijks meer informatie verschaft door de HRC te Colombo over
statistieken van de gemelde mensenrechtenschendingen. Als reden werd
opgegeven dat de HRC geen informatie ter beschikking stelt aan media of
mensenrechtenorganisaties die de commissie beschouwen als onwettige instelling.
De regionale kantoren kregen ook de instructie geen informatie meer te
verschaffen zonder de schriftelijke toestemming van de HRC te Colombo.
Regionale kantoren hebben praktisch gezien alleen een rol bij registratie. Sommige
regionale kantoren blijven desalniettemin klachten in ontvangst nemen en
statistieken verschaffen. Zij vormen zo een onmisbare bron van informatie over
mensenrechtenschendingen.155
Na haar bezoek aan Sri Lanka in oktober 2007 heeft de VN Hoge Commissaris
voor Mensenrechten in een verklaring laten weten dat het systematische falen van
de HRC om openbaar onderzoek te verrichten en tijdig openbare rapporten te
vervaardigen, heeft geresulteerd in verdere ondermijning van het vertrouwen in
haar doeltreffendheid en onafhankelijkheid.156
In december 2007 heeft de International Coordinating Committee of National
Institutions for the Promotion and Protection of Human Rights 157 de status van de
HRC gedegradeerd tot 'observer'.158
153 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, Volume 19. N° 11 (c),
augustus 2007.
154 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report no. 135, 14 juni
2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and
abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
155 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni
2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and
abductions in Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
156 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
157 Deze internationale instelling ziet erop toe dat de nationale mensenrechtencommissies in
overeenstemming handelen met de Paris Principles relating to the status and functioning of
national institutions for protection and promotion of human rights, die de internationale
criteria omvatten voor nationale mensenrechtencommissies. De volledige tekst van de Paris
Principles is te vinden op www.unhchr.ch
158 Human Rights Watch press release, Sri Lanka: Human Rights Commission Downgraded: UN
Human Rights Monitoring Urgently Needed to Stem Violations,18 december 2007 via
www.hrw.org; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage-
Asia Report N°. 146, 20 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
42
Hoge Raad (Supreme Court) en Hof van Beroep (Court of Appeal)
Slachtoffers van mensenrechtenschendingen en hun familie of nabestaanden
kunnen een algemene klacht indienen, de zogenaamde Fundamental Rights
Application (FRA), bij de Hoge Raad van Sri Lanka. Ook bestaat de mogelijkheid
om een Habeas Corpus-klacht in te dienen bij het Sri Lankaanse Hof van Beroep.
Het is niet bekend hoeveel klachten de Hoge Raad en het Hof van Beroep tijdens
de verslagperiode hebben ontvangen. Aangezien de opperrechter (chief justice) en
de rechters van de Hoge Raad en het Hof van Beroep, net als de leden van de
HRC, zijn benoemd door de president zonder tussenkomst van de Constitutional
Council, kent Sri Lanka geen onafhankelijke instantie waar een klacht kan worden
neergelegd.159
Inter Ministerial Committee on Human Rights
Sri Lanka kent een Permanent Inter Ministerial Standing Committee on Human
Rights en een Inter Ministerial Committee on Human Rights. Deze commissies
vallen onder de minister van Rampenbestrijding en Mensenrechten, Mahinda
Samarasinghe.160 Deze minister is onder meer bevoegd om opsporingsdiensten
opdracht te geven een onderzoek in te stellen naar mensenrechtenschendingen en
hieromtrent te rapporteren.161 De commissies zijn terughoudend bij het aan de
kaak stellen van schendingen, terwijl de minister zelf de schendingen geregeld
bagatelliseert in interviews en media.
De minister heeft naast vorengenoemde commissies ook een adviescollege
(Advisory Board) ingesteld dat hem adviseert omtrent preventiemaatregelen tegen
mensenrechtenschendingen. In oktober 2007 hebben enkele prominente leden van
dit adviescollege hun ontslag ingediend vanwege de aanhoudende onwil van de
regering om mensenrechtenschendingen als verdwijningen, buitengerechtelijke
executies en ontvoeringen aan te pakken.162
National Police Commission (NPC)
Deze commissie, die in december 2002 werd ingesteld, bestaat geheel uit burgers
en is bevoegd alle politiebeambten te bevorderen, over te plaatsen, te straffen en te
ontslaan, met uitzondering van de Inspector General of Police (IGP, hoofd van de
politie). Ook is de commissie wettelijk bevoegd procedures in te stellen om
klachten van burgers over de politie te onderzoeken. Het klachtonderzoek zelf
wordt verricht door senior politiebeambten onder toezicht van de commissie. In de
159 Artikel 126 en 141 van de Grondwet; zie ook algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007, p
32.
160 Zie ook algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007.
161 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.
162 BBC, Sri Lankan rights activists quit, 15 oktober 2007; Reuters, Sri Lanka rights advisors
quit panel in protest, 15 oktober 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
43
praktijk wordt de verantwoordelijkheid voor het bestraffen van politieagenten van
lagere rang gedelegeerd aan de IGP. Deze bepaalt of klachten worden doorgeleid
naar de Special Investigation Unit, die zorg draagt voor verdere afhandeling. 163
De commissie is volgens de wet onafhankelijk, doch vanwege de unilaterale
benoeming van de IGP en de commissieleden door de president is er geen sprake
meer van onafhankelijk toezicht op het politiële systeem (zie ook paragraaf 2.1.3).
Voorts is het functioneren van de commissie niet effectief wegens gebrek aan
financiële middelen, ontoereikende onderzoeksbevoegdheden en onvoldoende
medewerking van de politie.164
In reactie op een toename van het aantal ontvoeringen in Colombo is in 2006 een
speciale politie unit ingesteld, die incidenten met betrekking tot kidnapping,
ontvoeringen en verdwijningen zou gaan onderzoeken. Zowel de NPC als deze
speciale unit zijn er niet in geslaagd de vermisten te lokaliseren, noch de daders te
identificeren. In oktober 2007 is een politie-informatiecentrum met betrekking tot
ontvoeringen en verdwijningen geopend. Bij dit informatiecentrum kunnen
burgers terecht met hun klachten. Deze maatregelen hebben evenwel voor zover
bekend niet geleid tot een volwaardig onderzoek, aanhouding of veroordeling.165
Ad hoc commissies
Gedurende de verslagperiode zijn voorts enkele ad hoc commissies ingesteld door
de regering. In juni 2007 is een bureau ingesteld dat belast werd met het
verzamelen van informatie over ontvoeringen die plaats zouden vinden in
Colombo en omstreken. Het bureau neemt burgerklachten in behandeling. Een
speciaal door de president benoemde commissie, de Monitoring Committee on
Abductions and Disappearances, heeft de opdracht toezicht te houden op de
werkzaamheden van dit bureau. Er is geen inzicht in de werkzaamheden van deze
commissie vanwege gebrek aan openbare informatie.166
In oktober 2007 werd door de regering een speciale commissie ingesteld die de
opdracht kreeg ontvoeringen van kinderen en rekrutering van kindsoldaten ten
behoeve van een gewapend conflict te onderzoeken (The Committee of Abduction
163 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; Human Rights Council, Report of the Special
Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment,
Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
164 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human
Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.
165 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human
Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.
166 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
44
and Recruitment of Children for use in Armed Conflict). De benoeming van de
commissie werd bekendgesteld aan de vooravond van het bezoek van de VN Hoge
Commissaris voor Mensenrechten, Louise Arbour, aan Sri Lanka in oktober 2007.
Over het functioneren van deze commissie is evenmin iets bekend.167
National Commission of Inquiry
Onder internationale druk als gevolg van de moord op zeventien medewerkers van
de NGO Action contre la Faim in augustus 2006, stelde de president in november
2006 een National Commission of Inquiry (COI) in. De commissie kreeg een
beperkt mandaat toegewezen om zestien specifieke mensenrechtenschendingen te
onderzoeken, waaronder de moord op de minister van Buitenlandse Zaken in
augustus 2005 en voornoemde executie van medewerkers van Action Contre la
Faim. De commissie is ook gemandateerd op eigen initiatief andere ernstige
mensenrechtenschendingen vanaf 1 augustus 2005 te onderzoeken. Naast
identificatie van de daders, heeft de commissie de opdracht te achterhalen waarom
het initiële onderzoek van de politie niets heeft opgeleverd. De commissie bestaat
uit een voorzitter, zeven leden en een secretaris, allen rechtstreeks benoemd door
de president.168
Het optreden van de COI is onderhevig aan veel kritiek. Dit heeft deels te maken
met het beperkte mandaat van de COI. De COI heeft een adviserende rol en kan
slechts aanbevelingen doen aan de regering. Een wettelijke verplichting om de
aanbevelingen ten uitvoer te brengen ontbreekt echter. Er bestaat evenmin de
verplichting de rapporten van de COI openbaar te maken. Daarnaast werkt de COI
op basis van haar mandaat nauw samen met de openbare aanklager en de politie,
hetgeen afbreuk doet aan de objectiviteit van de COI. Voorts is er een gebrek aan
voortgang in de zestien onderzoeken.169 Als gevolg van de trage afhandeling, werd
het mandaat van de commissie met een jaar verlengd per november 2007.170
167 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; United Nations Security Council, Report of the
Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december
2007.
168 Voor meer informatie over de COI en haar mandaat zie www.pchrv.gov.lk, geraadpleegd op
6 maart 2008.
169 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., Volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human
Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human
Rights Under Siege, Volume 19. N°11 (c), augustus 2007.
170 International Independent Group of Eminent Persons (IIGEP), Public Statement, The
members of the IIGEP submit their concluding Public Statement on the work of the
Commission of Inquiry and find a lack of political will to support a search for the truth, 15
april 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
45
Het mandaat van de commissie is per 27 februari 2007 uitgebreid met een speciaal
getuigenbeschermingsprogramma, de Victims and Witnesses Assistance and
Protection Unit (VWAPU). De VWAPU blijft voor de fysieke bescherming van
getuigen evenwel afhankelijk van de bestaande politie-eenheden, hetgeen de
onafhankelijkheid niet ten goede komt en door de getuigen als onvoldoende
vertrouwenwekkend kan worden gezien. Daarnaast heeft de VWAPU geen
wettelijke grondslag voor getuigenbescherming totdat nationale wetgeving op dit
gebied wordt ingevoerd. 171 Het wetsvoorstel dienaangaande (de zogenaamde
Draft Bill for the Assistance and Protection of Victims of Crime and Witnesses) is
op 6 juni 2008 ter behandeling voorgelegd aan het parlement. De huidige tekst van
het wetsvoorstel is onderhevig aan kritiek van mensenrechtenorganisaties.172
Behalve vanwege de wijze van totstandkoming werd het wetsvoorstel vooral
bekritiseerd omdat het zou leiden tot een ineffectief getuigenbeschermingsprogramma.
Het wetsvoorstel zou zich bijvoorbeeld voornamelijk
richten op het slachtoffer en weinig aandacht besteden aan
getuigenbeschermingsvraagstukken. Het wetsvoorstel zou verder niet voorzien in
een onafhankelijke en onpartijdige beschermingsunit en de verantwoordelijkheden
tussen verschillende units (het Protection Division of the Sri Lanka Police
Department en de National Authority for the Protection of Victims of Crime and
Witnesses) zouden niet duidelijk zijn omschreven. Implementatie van het 17e
amendement op de grondwet ter bevordering van de politieke onafhankelijkheid
en de instelling van een onafhankelijke National Police Commission worden als
belangrijkste voorwaarden aangemerkt voor een effectieve wet.173
Tot op heden heeft de COI vier van de zestien gevallen in behandeling genomen.
Twee zaken bevinden zich in de publieke verhoorfase. Deze zaken betreffen de
executie van de zeventien medewerkers van Action Contre la Faim en de moord
op 5 studenten in Trincomalee op of rond 2 januari 2006. De andere twee zaken
bevinden zich nog in de onderzoeksfase, te weten de moord op tien moslims in
Pottuvil op 17 september 2006 en de luchtaanval in Sencholai in augustus 2006,
waarbij 51 kinderen zijn omgekomen.
Het onderzoek naar deze zaken verloopt niet gemakkelijk en neemt veel tijd in
beslag. Getuigen zijn onderhevig aan intimidatie. Bij afwezigheid van een effectief
getuigenbeschermingsprogramma willen getuigen geen verklaring afleggen.
Gedurende de onderzoeken zijn er 31 personen (getuigen, nabestaanden en
familie) naar het buitenland gevlucht vanwege de bedreigingen, waarvan vijf
171 Zie www.pchrv.gov.lk, geraadpleegd op 6 maart 2008.
172 CPA, Need for a Substantial Revision of the Victim and Witness protection Bill, 28 september
2007 en 17 juni 2008; Law& Society Trust, Objections to the Assistance and Protection to
Victims of Crime and Witnesses Bill, 17 juni 2008.
173 CPA, Need for a Substantial Revision of the Victim and Witness protection Bill, 28 september
2007 en 17 juni 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
46
getuigen en twee overlevenden van de Trincomalee zaak. Slachtoffers hebben
bovendien geen rechtsbijstand. De COI biedt slachtoffers geen pro-Deoadvocaat
aan. Daarnaast is het initiële opsporingsonderzoek door de politie in deze zaken
niet correct uitgevoerd, waardoor essentieel bewijsmateriaal ontbreekt. Dit
beïnvloedt een eerlijk onderzoek door de COI nadelig.
International Independent Group of Eminent Persons (IIGEP)
Direct na de oprichting van de COI heeft de president eveneens een International
Independent Group of Eminent Persons (IIGEP) aangesteld in reactie op de kritiek
van de internationale gemeenschap dat de regering te weinig zou ondernemen om
mensenrechtenschendingen te onderzoeken, te bestraffen en te voorkomen. De
IIGEP had het mandaat toe te zien op de werkzaamheden van de COI, waarbij
werd getoetst op naleving van internationale richtlijnen en transparantie van de
verrichte onderzoeken. De supervisie van de IIGEP zou voldoende waarborgen
moeten bieden voor een onafhankelijk onderzoek in Sri Lanka.174
Gedurende de verslagperiode heeft de IIGEP verscheidene keren haar zorgen
geuit over het disfunctioneren van de COI en de politieke onwil van de regering
hier verandering in te brengen.175 Dat laatste heeft er uiteindelijk in geresulteerd
dat de IIGEP heeft besloten haar werkzaamheden per eind april 2008 te
beëindigen.
Aan het besluit van de IIGEP haar missie te beëindigen, lagen verschillende
redenen ten grondslag.176 De belangrijkste reden betrof de invloedrijke rol van de
openbare aanklager op het verloop van de onderzoeken. De openbare aanklager
heeft een leidende rol in de getuigenverhoren en treedt op als adviseur van de COI.
Daarnaast vertegenwoordigt de openbare aanklager vanuit zijn functie de belangen
van de overheid, inclusief de politie en krijgsmachtonderdelen, hetgeen leidt tot
belangenverstrengeling. Nu de openbare aanklager bovendien rechtstreeks is
benoemd door de president zonder tussenkomst van de Constitutional Council,
wordt de onafhankelijkheid van de COI in twijfel getrokken.
Ook benadrukte IIGEP dat de afwezigheid van een getuigenbeschermingsprogramma
negatieve gevolgen had op het verloop en de uitkomst van de
onderzoeken. Een ander kritiekpunt vond IIGEP het gebrek aan transparantie en
voortgang in onderzoeken. De verhoren vonden grotendeels achter gesloten deuren
174 Zie algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007.
175 IIGEP, Public Statements 11 juni 2007, 15 juni 2007, 19 september 2007 en 19 december
2007; Daily Mirror, IIGEP hits out at Government again, 19 december 2007.
176 IIGEP, Public Statement, The members of the IIGEP submit their concluding Public
Statement on the work of the Commission of Inquiry and find a lack of political will to
support a search for the truth, 15 april 2008; HRW, Recurring Nightmare- State
responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., Volume 20, N°2(c), maart
2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14
juni 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
47
plaats. Slechts twee van de zestien zaken die de COI dient te onderzoeken,
bereikten gedurende de verslagperiode het stadium van openbaar onderzoek c.q.
publieke hoorzittingen. Tevens signaleerde IIGEP een chronisch gebrek aan
medewerking van overheidsinstellingen om de benodigde documentatie en
informatie ten behoeve van de onderzoeken te verschaffen. Als reden voor de
weigering werd door de betreffende autoriteiten de nationale veiligheid
aangevoerd. Ook zou de COI geen financiële onafhankelijkheid bezitten.
Zowel de COI als de openbare aanklager hebben de bezwaren van de IIGEP
publiekelijk van de hand gewezen.177
Vertrek Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM)
Met de formele beëindiging van het staakt-het-vurenakkoord op 16 januari 2008 is
automatisch het mandaat van de SLMM ingetrokken. De SLMM hield toezicht op
de naleving van het akkoord. Met het vertrek van deze internationale waarnemers
is het enige onafhankelijke toezichtsorgaan, dat zowel toegang had tot
regeringsgebied, als het gebied dat onder controle staat van de LTTE, uit Sri
Lanka vertrokken.178 Tot januari 2008 heeft de SLMM haar monitorfunctie weten
te handhaven ondanks de geweldescalatie vanaf eind 2007. De toename in
geweldsincidenten en het aantal schendingen van het CFA door beide partijen
noodzaakte de SLMM zich in haar weekrapportages te beperken tot de ernstige
incidenten. Ook had de SLMM vanwege veiligheidsrisico's beperkte toegang tot
bepaalde gebieden en werden de toezichtswerkzaamheden belemmerd. In juli 2007
was de SLMM hierdoor reeds gestopt met het bijhouden en publiceren van het
exacte aantal schendingen door beide partijen.179 De meeste klachten die de
SLMM gedurende de verslagperiode tot aan het einde van de missie heeft
ontvangen, betroffen moord (inclusief politieke moorden en buitengerechtelijke
executies), arrestatie en detentie, mishandeling, verdwijning, ontvoering en
rekrutering van kindsoldaten.180
VN
Zowel nationale als internationale mensenrechtenorganisatie hebben gedurende de
verslagperiode bij de regering gepleit voor oprichting van een onafhankelijk
177 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart
2008; Attorney-General's Chambers, Response of the Attorney general of Sri Lanka to the 6th
Public Statement of the IIGEP, 8 april 2008; Presidential Commission of Inquiry to
Investigate and Inquire into Alleged Serious Violations of Human Rights, Response of the
Commission of Inquiry to the Public Statement No. 06 of the IIGEP, 7 april 2008.
178 IRIN, Sri Lanka: Bombs and bullets greet end of ceasfire,18 januari 2008; International
Herald Tribune, Rebel attack kills 26 in Sri Lanka, 16 januari 2008.
179 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart
2008; HRW, World Report 2008, Country Summary-Sri Lanka, 31 januari 2008.
180 Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM), Weekly Situation report 5-11 november 2007 en 22-
28 oktober 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
48
toezichtsorgaan onder auspiciën van de Hoge Commissaris van de VN voor de
mensenrechten (OHCHR). De Hoge Commissaris zelf heeft zowel tijdens haar
bezoek aan Sri Lanka in oktober 2007, als daarna haar bereidheid tot opening van
een lokaal kantoor getoond. Een onafhankelijk toezichtsorgaan zou de specifieke
taak krijgen klachten van mensenrechtenschendingen in ontvangst te nemen en
onafhankelijk onderzoek te verrichten. Met het vertrek van de SLMM uit Sri
Lanka is de behoefte aan onafhankelijk toezicht op de mensenrechtensituatie nog
groter worden. De regering weigert hier evenwel gehoor aan te geven, waarbij
wordt verwezen naar de eigen bestaande toezichtmechanismen als de HRC en de
COI.181
Gedurende de verslagperiode zijn verschillende VN-rapporten over Sri Lanka
verschenen. In augustus 2007 bracht John Holmes, de Noodhulp Coördinator en
onder secretaris-generaal voor Humanitaire Zaken van de VN, een bezoek aan Sri
Lanka. In oktober 2007 bracht Louise Arbour, Hoge Commissaris van de VN voor
Mensenrechten, een bezoek aan Sri Lanka. Beiden kregen van de regering geen
toegang tot het LTTE-gebied vanwege veiligheidsredenen.
In februari 2008 bracht Manfred Nowak, Speciaal Adviseur van de VN inzake
foltering en overige wrede, inhumane of onterende behandeling of bestraffing, een
rapport uit over zijn bezoek aan Sri Lanka van 1 tot 8 oktober 2007.182 Ook hij
kreeg van de regering geen toegang tot LTTE gebied, omdat de LTTE zijn bezoek
zou gebruiken voor propagandadoeleinden. Van 13 tot 21 december 2007 bracht
Walter Kälin, de vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN inzake
de mensenrechten van binnenlands ontheemden, een bezoek aan Sri Lanka. De
secretaris-generaal van de VN bracht in december 2007 een rapport uit over de
rekrutering van kindsoldaten in Sri Lanka.183
Verschillende VN organisaties zijn actief in Sri Lanka op het gebied van
mensenrechten en humanitaire hulpverlening, onder andere UNHCR, UNICEF en
OCHA (Office for the Coordination of Humanitarian Affairs).
Verhoogde internationale druk
Gedurende de verslagperiode stond Sri Lanka als gevolg van de verslechterde
mensenrechtensituatie onder verscherpte aandacht van de internationale
gemeenschap en de Europese Unie (EU).
181 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
182 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
183 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
49
Zo hebben de Verenigde Staten in reactie op de verslechterde situatie in december
2007 de militaire hulp aan Sri Lanka aan voorwaarden verbonden. De
wapenverkoop, het verlenen van exportvergunningen en het aanbieden van
trainingen aan Sri Lanka werd afhankelijk gesteld van de mate van eerbiediging
van de mensenrechten door de regering van Sri Lanka.184 In mei 2007 had het
Verenigd Koninkrijk al een bedrag van circa drie miljoen US Dollar aan financiële
ondersteuning ingetrokken uit zorg over de verslechterde mensenrechtensituatie in
Sri Lanka en de stijgende defensie-uitgaven.185
Van 17 tot 18 maart 2008 heeft een EU Troika-missie plaatsgevonden naar Sri
Lanka. Tijdens dit bezoek stonden met name de verslechterde
mensenrechtensituatie, de humanitaire situatie en het militaire offensief tegen de
LTTE centraal. De EU-missie gaf tevens te kennen dat de toename van de
mensenrechtenschendingen gevolgen kan hebben voor de eventuele verlenging
van de General Scheme of Preferences plus (GSP+) status van Sri Lanka.186 Het
GSP+ 187 van Sri Lanka staat hoog op de agenda van de EU gezien de huidige
verslechterde mensenrechtensituatie in Sri Lanka. De huidige GSP+ status van Sri
Lanka blijft van kracht tot 31 december 2008. Indien Sri Lanka in aanmerking wil
komen voor verlenging moet het in oktober 2008 een aanvraag indienen voor een
nieuwe termijn. De toekenning van GSP+ is echter afhankelijk van voorwaarden
ten aanzien van de mate van implementatie van 27 internationale verdragen. Het
GSP+ wordt daarom door nationale en internationale mensenrechtenorganisaties
als effectief instrument gezien waarmee politieke druk op de Sri Lankaanse
regering kan worden uitgeoefend om de mensenrechtensituatie te verbeteren. Het
eventuele intrekken van de GSP+ preferenties zou grote impact kunnen hebben op
de economie in Sri Lanka. Sri Lanka probeert alles in het werk te stellen om de
GSP+ status te behouden.
In mei 2008 vonden de verkiezingen plaats voor de VN Mensenrechtenraad. Sri
Lanka is sinds 2006 lid. Mogelijk mede als gevolg van een intensieve campagne
184 Federal Regulation 73 FR 15409, Amendment to ITAR §126.1, 24 maart 2008 via
www.pmddtc.state.gov; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the
Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; Centre for Policy Alternatives, Monitoring
factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report november 2007- januari 2008.
185 HRW, World Report 2008, Country Summary-Sri Lanka, 31 januari 2008.
186 BBC, EU attacks Sri Lanka over rights, 18 maart 2008; Reuters, EU warns Sri Lanka trade
depends on rights record, 19 maart 2008; Global Insight, Sri Lanka-European Union: EU
Threatens to Withhold Sri Lankan Trade Concessions Amid Deteriorating Human Rights
Situation, 19 maart 2008.
187 De EU kent bepaalde landen die handelen in overeenstemming met de internationale
maatstaven en standaarden op het gebied van arbeid, milieu en goed bestuur, een
bevoorrechte positie toe in de handelsbetrekkingen door middel van toekenning van een
GSP+ status.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
50
van internationale en nationale mensenrechtenorganisaties tegen de kandidatuur
van Sri Lanka is Sri Lanka niet herkozen.188
In mei 2008 kwam Sri Lanka ook aan bod in de Universal Periodic Review (UPR)
van de VN Mensenrechtenraad.189 De regering heeft in het kader van de UPR
beloofd uitvoering te geven aan het 17e amendement en prioriteit te geven aan de
correcte benoeming van een Constitutional Council. Sri Lanka is echter niet
akkoord gegaan met de instelling van een onafhankelijk internationaal
toezichtmechanisme, al dan niet via een versterkte aanwezigheid van OHCHR, in
het land. Dit verzoek werd resoluut van de hand gewezen.
Van 17-21 juni 2008 brachten de mensenrechtenambassadeurs van Nederland,
Spanje en Zweden een werkbezoek aan Sri Lanka. Het bezoek stond in het teken
van de verslechterde mensenrechtensituatie in Sri Lanka.
Niet-gouvernementele organisaties
Er is in Sri Lanka een aantal lokale en internationale niet-gouvernementele
organisaties (NGO's) actief op het terrein van mensenrechten en humanitaire
hulpverlening. Als gevolg van het opgelaaide conflict gedurende de verslagperiode
werden humanitaire organisaties in toenemende mate belemmerd bij de uitvoering
van hun werkzaamheden. De regering beperkte bovendien de toegang van
humanitaire organisaties tot bepaalde gebieden, waaronder Jaffna, LTTE gebied en
het Oosten. Overigens ondervonden internationale organisaties als de VN en ICRC
ook in toenemende mate hinder bij de uitvoering van hun werkzaamheden in deze
gebieden.
Gedurende de verslagperiode werden NGO's blootgesteld aan intimidatie door
zowel de regering als de LTTE. In gebieden die onder controle staan van de LTTE
werden internationale NGO's onder druk gezet om alleen met lokale NGO's
samen te werken. Van een aantal NGO's werden de kantoren geplunderd. Er vond
ook rekrutering plaats van de lokale staf van de humanitaire organisaties door de
LTTE. In veel gevallen werden lokale medewerkers door de LTTE gedwongen lid
te worden, geld te doneren of werkzaamheden te verrichten voor de LTTE.190 Ook
werden lokale medewerkers in het Noorden en Oosten blootgesteld aan
intimidaties, bedreigingen, verdwijningen, arrestaties, detenties en moord. In juni
2007 zijn twee medewerkers van het Sri Lankaanse Rode Kruis vermoord in
188 BBC, Sri Lanka rights body bid opposed, 20 mei 2007; BBC, Sri Lanka loses rights body bid,
21 mei 2008.
189 In april 2008 is in Genève de UPR in werking getreden. Dit is een nieuw instrument waarmee
de VN Mensenrechtenraad alle 192 lidstaten van de VN doorlicht op binnenlandse naleving
van de rechten van de mens.
190 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
51
Colombo. De medewerkers, die van Tamil afkomst waren, werden ontvoerd en
later doodgeschoten teruggevonden.191 In juli 2007 is in Jaffna een lokale
medewerker van de Danish Refugee Council vermoord.192
De toegenomen politisering van humanitaire hulpverlening, negatieve
berichtgeving in de media en beschuldigingen van overheidsfunctionarissen aan
het adres van de VN, NGO's en humanitaire hulpverleners droegen verder bij aan
de verslechtering van de werkomstandigheden.193 Humanitaire hulpverlening in
gebieden die onder LTTE controle staan, werd in toenemende mate door de
regering aangemerkt als ondersteuning van de LTTE.194 Een aantal organisaties
(Unicef, Save the Children) werd ervan verdacht samen te werken met de LTTE.
Hulporganisaties werden gedurende de verslagperiode steeds meer operationele en
administratieve restricties opgelegd door de regering. Het verkrijgen van
werkvergunningen en visa voor buitenlandse medewerkers werd steeds lastiger en
tijdrovender.195 Vanwege de striktere veiligheidsmaatregelen, werd ook veel
hinder ondervonden bij het vervoer van hulpgoederen. Conform een
defensierichtlijn van april 2007, werden alle voertuigen voor transport van
regeringsgebied naar LTTE gebied onderworpen aan een grondige
veiligheidscontrole, waarbij alle goederen werden gelost voor inspectie om
vervolgens te worden overgeplaatst in een ander voertuig, hetgeen de nodige
vertraging in de levering tot gevolg had.196
Als gevolg van de toegenomen militaire activiteiten en het naderen van het
regeringsleger in LTTE gebied, zijn de (I)NGO's in LTTE gebied steeds verder
onder druk komen te staan bij het uitvoeren van hulpverleningsactiviteiten.
(I)NGO's werden geregeld door de LTTE onder druk gezet om goederen en
voertuigen af te staan en vervolgens door de regering van LTTE-sympathie
191 Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM), Weekly Situation report 10-16 december 2007;
BBC, Sri Lankan Red Cross staff killed, 3 juni 2007.
192 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the Way
of Conflict: displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007; IRIN, Sri Lanka: UN urges
investigations of deaths and more security for aid workers, 7 augustus 2007.
193 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; IRIN, Sri Lanka: "Groundless"
allegations could threaten aid work- UN official, 28 november 2007.
194 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°
146, 20 februari 2008.
195 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart
2008; Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace
process, cluster report november 2007- januari 2008; Law & Society Trust, Under Fire:
Persons in Humanitarian Service, 7 maart 2008.
196 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed
conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka,
april 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
52
beschuldigd. Vanwege de aankondiging van de regering van een grootschalig
offensief in het district Kilinochchi in LTTE gebied, werden de VN en INGO's
(inclusief hun lokale medewerkers die niet afkomstig zijn uit LTTE gebied) begin
september 2008 door de regering gemaand het LTTE gebied tot nader order te
verlaten. De regering zou de veiligheid van de buitenlandse hulpverleners niet
langer kunnen garanderen. De VN en de INGO's hebben hierop het besluit
genomen op 16 september 2008 het LTTE gebied te verlaten. Een groot gedeelte
van de materialen is tezamen met de lokale medewerkers, die van de LTTE geen
toestemming kregen het gebied te verlaten, achter gebleven. Het is de ICRC door
de regering toegestaan in LTTE gebied te blijven vanwege hun rol als neutraal
intermediair tussen beide partijen in het conflict.197
In augustus 2007 bracht UN Emergency Relief Coordinator en Under-Secretary-
General for Humanitarian Affairs John Holmes een bezoek aan Sri Lanka. Hij
onderstreepte de noodzaak tot het versoepelen van de restrictieve maatregelen die
diverse hulporganisaties waren opgelegd en karakteriseerde Sri Lanka als een van
de gevaarlijkste landen ter wereld voor humanitaire hulpverleners. De regering
noemde Holmes naar aanleiding van deze opmerking een terrorist en beschuldigde
hem te zijn omgekocht door de LTTE.198
Tussen januari 2006 en december 2007 hebben zich in totaal 67 moorden of
verdwijningen van humanitaire hulpverleners voorgedaan (in 2006: 43 en in 2007:
24).199 Mannelijke humanitaire hulpverleners van Tamil afkomst tussen de 21 en
40 jaar vormen de meest kwetsbare groep. Meer dan een derde van de omgekomen
humanitaire hulpverleners is vermoord in Jaffna. De overige gevallen deden zich
voor in het Noorden en Oosten, behalve een geval, dat zich voordeed in Colombo.
Voor zover bekend is er niemand vervolgd of veroordeeld voor de moorden en
verdwijningen. De redenen voor de moorden en verdwijningen van humanitaire
hulpverleners zijn niet bekend. Het is niet duidelijk vast te stellen of de incidenten
het resultaat zijn van de betrokkenheid van de persoon met een bepaalde
organisatie of project, dan wel de aard van de werkzaamheden.
3.3 Naleving en schendingen
3.3.1 Vrijheid van meningsuiting
De wet voorziet in de vrijheid van meningsuiting en persvrijheid. De
noodregelgeving geeft de regering echter de bevoegdheid om de publicatie,
197 BBC, Sri Lanka bars foreign aid staff, 8 september 2008; BBC, UN to leave Sri Lanka rebel
area, 15 september 2008; BBC, Aid groups begin S Lanka retreat, 16 september 2008;
Reuters, Sri Lanka says aid workers to return to north soon, 16 september 2008.
198 Reuters, Top Sri Lanka official calls U.N. aid chief "terrorist", 15 augustus 2008.
199 Law & Society Trust, Under Fire: Persons in Humanitarian Service, 7 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
53
distributie, weergave, vertoning of uitzending van elk boek, tijdschrift, krant,
poster, film, toneelstuk, lied, radio- of televisieprogramma waarvan zij vermoedt
dat het de openbare orde zal verstoren, tegen te houden.
De vrijheid van meningsuiting en persvrijheid werden gedurende de
verslagperiode ernstig beperkt. De situatie verergerde toen de regering het staakthet-
vurenakkoord eenzijdig verbrak op 2 januari 2008. Personen die kritische
uitlatingen doen over de veiligheidstroepen van de regering, de politiek en
mensenrechtenschendingen aan de kaak stellen, riskeren intimidatie, bedreiging,
mishandeling, ontvoering en de dood. Op basis van de noodregelgeving zijn
meerdere journalisten opgepakt en gedetineerd. Ook waren zij geregeld slachtoffer
van bedreiging, mishandeling, ontvoering en moord. 200 Sinds 2006 zijn voor zover
bekend ten minste elf journalisten vermoord.201
De Internationale Federatie van Journalisten (IFJ) noemt Sri Lanka in haar
jaarrapport over 2007 een van de meest gevaarlijke landen ter wereld voor de
journalistiek.202 Bij de International News Safety Institute (INSI) staat Sri Lanka
op de 14e plaats van de 70 landen waar journalisten sinds 1996 zijn vermoord bij
de uitoefening van hun werkzaamheden. De Committee to Protect Journalists
(CPJ) heeft Sri Lanka 5e geplaatst in een straffeloosheidindex (Impunity Index)
van het aantal onopgeloste moorden op journalisten tussen 1998 en 2007. 203
Met name de Tamil journalisten die werkzaam zijn in het Noorden en Oosten
waren het slachtoffer, alhoewel zich in Colombo en het Zuiden ook in toenemende
mate incidenten voordeden. Zij moeten werken onder grote druk van zowel de
regeringstroepen, als de LTTE. De meeste Tamil kranten worden geassocieerd met
de LTTE en dat maakt de journalisten die hiervoor werken kwetsbaar. Ook Tamil
200 Amnesty International, Silencing Dissent, februari 2008; US State Department, Country
report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Watchlist on children and
armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri
Lanka, april 2008; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism
sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; BBC, Police 'assault'
journalists, 24 februari 2008; Reporters Without Borders Press Release, TV reporter hacked
to death in Jaffna, 29 mei 2008; BBC, Journalists in Sri Lanka kidnapped, 23 mei 2008;
International Federation of Journalists, Attacks Continue On Journalists In Sri Lanka, 21
januari 2008; International Federation of Journalists, Concerns mount for Safety of
Journalists in Sri Lanka, 14 januari 2008; BBC, Sri Lanka journalists demand protection, 4
juli 2008; BBC, Sri Lankan journalists detained, 12 maart 2008.
201 Amnesty International, Appeal for action: Call for the protection of Sri Lankan media
workers, 7 februari 2008; BBC, TV journalist killed in Sri Lanka, 28 mei 2008.
202 International Federation of Journalists, Worsening Conflict Puts All Journalists in Sri Lanka
At Risk, 10 januari 2008.
203 Reuters, Sri Lanka puts reporters' lives at risk-media body, 6 juni 2008; Joint Action:
Twenty-nine IFEX members alert UN secretary-general to Statement by government and
military that "put journalists in grave danger", 20 juni 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
54
journalisten die voor engelstalige of onafhankelijke kranten werken zijn
kwetsbaar. In Jaffna hebben meerdere journalisten vanwege veiligheidsredenen
hun werkzaamheden moeten neerleggen of tijdelijk het land moeten verlaten
vanwege bedreigingen.204 Ook kritische Singalese journalisten waren in
toenemende mate slachtoffer van intimidatie en bedreiging. De Singalese media
stonden onder grote druk van de regering.205
Lokale, plaatselijke journalisten passen in toenemende mate zelfcensuur toe. Het
ministerie van Defensie heeft een steeds grotere greep op de media en andere
bronnen van informatie door het afdwingen van zelfcensuur. De
veiligheidstroepen van de regering bemoeien zich rechtstreeks met de
verslaglegging.206 Gedurende de verslagperiode deden zich geregeld verbale
aanvallen van verschillende ministers, de secretaris-generaal van Defensie en de
commandant der strijdkrachten tegen de media voor, die de veiligheid van
journalisten op het spel zetten.207 De media en journalisten werden 'rabiaat'
genoemd of werden openlijk beledigd en bedreigd of beschuldigd van verraad en
onpatriottistisch gedrag. Ook werden ze bestempeld als verraders en terroristen die
samenwerken met de LTTE. Op de website van het ministerie van Defensie
werden in juni 2008 verslaggevers, die zich kritisch hadden uitgelaten over het
militaire offensief tegen de LTTE, aangemerkt als vijanden van de staat.208
Ook internationale journalisten worden bedreigd en passen een mate van
zelfcensuur toe. De regering laat via censuur haar invloed op de staatsmedia
gelden. In oktober 2007 heeft de regering getracht op basis van de
noodregelgeving censuur in te voeren op mediarapporten die militaire activiteiten
van het leger beschrijven. Vrij snel na de bekendmaking van het verbod op
204 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
205 Statement of the international Press Freedom and Freedom of Expression Mission to Sri
Lanka, Follow-up mission 17to 23 June 2007, 22 juni 2007; BBC, 'Rising threarts' to S
Lanka media, 7 februari 2008; Amnesty International, Silencing Dissent, februari 2008;
Reporters Without Borders Press Release, TV reporter hacked to death in Jaffna, 29 mei
2008; Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, Volume
19. N° 11 (c), augustus 2007.
206 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Reporters Without Borders, Sri Lanka-Annual report 2008, 12 februari 2008.
207 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Statement of the international Press Freedom and Freedom of Expression Mission to
Sri Lanka, Follow-up mission 17 to 23 June 2007, 22 juni 2007; US State Department,
Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Reporters
Without Borders, Sri Lanka-Annual report 2008, 12 februari 2008.
208 Reuters, Sri Lanka puts reporters' lives at risk-media body, 6 juni 2008; International
Federation of Journalists, Worsening Conflict Puts All Journalists in Sri Lanka At Risk, 10
januari 2008; Joint Action: Twenty-nine IFEX members alert UN secretary-general to
Statement by government and military that "put journalists in grave danger", 20 juni 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
55
verslaglegging van militaire activiteiten werd het echter weer ingetrokken.209 Ook
zouden fotografen en journalisten vanaf april 2008 niet meer door de regering
worden toegelaten in ziekenhuizen en uitvaartcentra.210 Deze beperkingen en de
toegangsrestricties tot de frontlinies door de regering en de LTTE, maken
onafhankelijke berichtgeving over militaire activiteiten, het aantal doden en
slachtoffers en het lot van de burgers onmogelijk.211
Voor zover bekend zijn de daders van bedreiging, mishandeling, ontvoering en
moord van journalisten (regeringstroepen en paramilitaire groeperingen als de
TMVP en de EPDP) niet vervolgd of veroordeeld.212
De LTTE staat in de gebieden die onder haar controle staan, geen onafhankelijke
lokale media toe, houdt nauw toezicht op het werk van de journalisten en legt deze
restricties op. Er worden nog steeds beperkingen opgelegd aan zowel de
geschreven pers als aan de radio en televisie. De instructies van de LTTE over de
wijze van verslaglegging zouden niet gemakkelijk te negeren zijn.213 Anti-LTTE
sentimenten worden de kop ingedrukt en alle personen die kritisch zijn ten aanzien
van de LTTE lopen het gevaar ontvoerd of vermoord te worden. Voor journalisten
buiten LTTE gebied is het onmogelijk toegang te krijgen tot de gebieden die onder
controle van de LTTE staan. Het is niet bekend of er extra reisbeperkingen van
toepassing zijn op journalisten binnen LTTE gebied.214
Mensenrechtenactivisten en dissidente politici
Gedurende de verslagperiode waren mensenrechtenverdedigers, vredesactivisten
en dissidente politici in toenemende slachtoffer van intimidatie en bedreiging. De
regering tracht kritische geluiden ten aanzien van de mensenrechten en het conflict
209 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Reuters, Sri Lanka bans news on military plans, deployments, 31 oktober 2007; BBC,
Sri Lanka drops war censorship, 31 oktober 2007.
210 Global Insight, Sri Lankan Government Tightens Media Clampdown amid Reports of Record
Casualties in Rebel Fighting, 25 april 2008; ANP, Veel doden door aanslag op bus in Sri
Lanka, 25 april 2008.
211 Statement of the international Press Freedom and Freedom of Expression Mission to Sri
Lanka, Follow-up mission 17 to 23 June 2007, 22 juni 2007.
212 Reporters without Borders, Fact-finding report by the International Press Freedom Mission to
Sri Lanka, "Jaffna's media in the grip of terror", 24 augustus 2007; US State Department,
Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Statement of the
international Press Freedom and Freedom of Expression Mission to Sri Lanka, Follow-up
mission 17to 23 June 2007, 22 juni 2007; Reporters Without Borders, Sri Lanka-Annual
report 2008, 12 februari 2008.
213 Reporters without Borders, Fact-finding report by the International Press Freedom Mission to
Sri Lanka, "Jaffna's media in the grip of terror", 24 augustus 2007.
214 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Reporters without Borders, Fact-finding report by the International Press Freedom
Mission to Sri Lanka, "Jaffna's media in the grip of terror", 24 augustus 2007; Reporters
Without Borders, Sri Lanka-Annual report 2008, 12 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
56
de kop in te drukken.215 Vreedzame critici werden (openlijk) aangemerkt als
verraders, sympathisanten van terroristen of aanhangers van de LTTE en riskeren
intimidatie, bedreiging en de dood.216 In januari 2008 werd bijvoorbeeld een Tamil
parlementslid, T. Maheswaran, doodgeschoten in een Hindoe tempel. Maheswaran
was kritisch ten opzichte van het regeringsbeleid jegens de Tamil minderheid.217 In
mei 2008 werd een adviseur van minister Douglas Devananda, Ms Maheswari
Velayudhan, doodgeschoten. Zij was advocaat van beroep en zette zich voordat zij
adviseur werd in voor de bescherming van de mensenrechten van de Tamil
gemeenschap.218
Veiligheidsdiensten zijn bevoegd om ook personen, die werkzaam zijn in het
maatschappelijk middenveld of betrokken zijn bij (vreedzame) activiteiten, te
arresteren op basis van de noodregelgeving. In de South Asia Centre for Human
Rights Index 2008 telt Sri Lanka het hoogste aantal mensenrechtenschendingen
jegens mensenrechtenactivisten. De index vermeldt dat in geen ander land in Zuid
Azië zoveel mensenrechtenactivisten om het leven zijn gebracht als in Sri
Lanka.219 (zie ook paragraaf 3.2)
3.3.2 Vrijheid van vereniging en vergadering
De wet voorziet in vrijheid van vereniging en vergadering. Deze vrijheden werden
echter beperkt door de invoering van de noodregelgeving, waaronder de president
de bevoegdheid heeft gekregen vergaderingen, bijeenkomsten, demonstraties en
optochten te verbieden. Daarnaast kan op basis van de Prevention and Prohibition
of Terrorism and Specified Terrorist Activities, No. 7 uit 2006 een organisatie of
vereniging die zich bijvoorbeeld inzet voor de vrede of mensenrechten, worden
geassocieerd met terrorisme, indien bij de activiteiten contact bestaat met de
215 Zo werd onder meer door de regering de beveiliging grotendeels ingetrokken van een
parlementariër van Tamil afkomst (tevens voorzitter Civil Monitoring Commission), Mano
Ganesan, die een campagne leidt tegen verdwijningen en ontvoeringen. Hij heeft om
veiligheidsredenen enige tijd in het buitenland moeten verblijven; BBCSinhala, Tamil MP's
security removed, 18 december 2007; BBC, A grim future foretold for Sri Lanka, 8 januari
2008.
216 Human Rights Watch, World Report 2008, Country Summary- Sri Lanka, 31 januari 2008;
Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; Minority Rights Group International, One year on:
counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007;
International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni
2007.
217 BBC, Leading Sri Lanka Tamil MP killed, 1 januari 2008.
218 BBC Sinhala, Government advisor shot dead, 13 mei 2008.
219 Asian Centre for Human Rights, South Asia Human Rights Index 2008, 1 augustus 2008;
Asian Centre for Human Rights, Sri Lanka No. 1 Human Rights Violator in South Asia, 1
augustus 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
57
LTTE.220 Gedurende de verslagperiode heeft de regering geregeld individuen
gearresteerd en gedetineerd voor verhoor als gevolg van hun lidmaatschap van een
vereniging of club.221
De LTTE staat geen vrijheid van vereniging toe in de gebieden die onder haar
controle staan en dwingt de lokale bevolking aanwezig te zijn op bijeenkomsten.222
Demonstraties
Het is in Sri Lanka volgens de wet toegestaan om demonstraties te houden.
Voorafgaande aan demonstraties moet toestemming worden gevraagd.223
Gedurende de verslagperiode werden demonstraties over het algemeen toegestaan,
inclusief demonstraties die werden georganiseerd door oppositiepartijen en
minderheidsgroepen. Kritische uitlatingen worden wel steeds minder getolereerd.
Sommige demonstraties werden met behulp van geweld vroegtijdig onderbroken
door regeringstroepen, waarbij ook veel gewonden vielen.
Politieke participatie
Het is in Sri Lanka toegestaan lid te zijn van een politieke partij of om een
politieke organisatie op te richten. De Election Commission bepaalt de regels en
procedures. De leden van de Election Commission zijn echter benoemd door de
president zonder tussenkomst van de Constitutional Council. De Election
Commission kan daardoor niet als onafhankelijk bestempeld worden (zie ook
paragraaf 2.1.3).
3.3.3 Vrijheid van godsdienst
In de grondwet van Sri Lanka wordt vrijheid van religie gegarandeerd. In de
praktijk wordt dit ook toegestaan.224
Religie is een verplicht onderdeel in het curriculum van de scholen en ouders
kunnen kiezen naar wat voor soort school hun kinderen gaan. Er zijn
boeddhistische, islamitische, hindoeïstische en christelijke scholen in Sri Lanka.225
220 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°
11 (c), augustus 2007.
221 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
222 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
223 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
224 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14
september 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
58
Religie speelt geen significante rol in het conflict. Boeddhisten, hindoes, moslims
en christenen zijn allen getroffen door het geweld. Het leger geeft via de radio
waarschuwingen af voordat grote militaire operaties beginnen en instrueert de
bevolking om samen te komen in 'safe zones' rond kerken en tempels. Gedurende
de verslagperiode zijn het leger, de LTTE en andere paramilitaire groeperingen,
ervan beschuldigd religieuze gebouwen en plaatsen (waar mensen vaak hun
toevlucht zochten) niet te ontzien bij de schermutselingen.226 De Madhu Church,
gelegen in het Mannar district in het noorden, is als strijdtoneel gebruikt door
zowel het leger als de LTTE. De Madhu Church in Sri Lanka wordt beschouwd als
cultureel en religieus erfgoed.227
Positie van moslims
Een derde van de moslimgemeenschap is woonachtig in het noordoosten van Sri
Lanka. Ook zijn er moslims woonachtig in het westen en met name in Colombo.
In de oostelijke provincie wonen 1,4 miljoen mensen met een etnische verdeling
van 44,6% Tamil, 32,1% moslim en 22,7% Singalees. Moslims kunnen vrijelijk
hun godsdienst belijden in Sri Lanka.228 Wel zou er gedurende de verslagperiode
sprake zijn geweest van toenemende discriminatie van moslims door de overheid.
Dit varieerde van weigering van toestemming voor de bouw van moskeeën in
Colombo tot het minimaliseren van het volume van luidsprekers in de moskee
tijdens gebedstijd wegens geluidsoverlast.229 Daarnaast voelt de
moslimgemeenschap zich nog steeds buitengesloten in het conflict, omdat zij niet
zijn en worden betrokken bij de vredesonderhandelingen.230
De moslims ondervinden in toenemende mate hinder van het opgelaaide conflict.
Gedurende de verslagperiode was er sprake van groeiende spanningen tussen de
moslimbevolking en Tamil bevolking als gevolg van intimidaties van moslims
door de TMVP. 231 Moslims waren in toenemende mate slachtoffer van
225 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14
september 2007.
226 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14
september 2007.
227 Amnesty International, Sri Lanka: mounting civilian casualties as conflict persists, via
www.amnesty.nl, geraadpleegd op 16 april 2008.
228 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14
september 2007.
229 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
230 South Asians for Human Rights, Report on the fact finding mission to the north & east of Sri
Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007.
231 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; South Asians for Human Rights, Report on the fact finding mission to the north & east
of Sri Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
59
verdwijningen, afpersingen en arrestaties. Veel dorpen kennen een gemengde
Tamil/moslim bevolking. Moslims spreken bovendien Tamil. Hierdoor worden
moslims door beide partijen in het conflict verdacht. De LTTE verdenkt de
moslims van samenspannen met de regering, terwijl de regering de moslims
verdenkt van LTTE betrokkenheid en spionage.232 Gedurende de verslagperiode
was een toename waarneembaar van moslimmilities.233
Over het algemeen zijn landrechten een belangrijk thema voor de moslims en
Tamils in het Oosten, die uit hun oorspronkelijke leefgebieden zijn verdreven als
gevolg van het conflict en door het instellen van High Security Zones (HSZ) en
Special Economic Zones. Veel moslims en Tamils in het Oosten zijn bevreesd dat
de regering probeert de etnische samenstelling van het Oosten te wijzigen. Zo zou
er sprake zijn van Singalisatie van het Oosten door middel van vestiging van
Singalesen in gebieden waar veel Tamils en moslims wonen en verplaatsing van
voornamelijk Tamils uit woongebieden door middel van het instellen van HSZ's.
Veel Tamils en moslims in Trincomalee hebben geen toegang tot hun huizen
omdat het gebied tot HSZ is verklaard. In Jaffna is ook een groot gedeelte van het
gebied tot HSZ verklaard (zie ook paragraaf 2.3). Het opbouwen van een bestaan
wordt door de opgelegde restricties in de bewegingsvrijheid praktisch
onmogelijk.234 Ook heeft de regering gedurende de verslagperiode de etnische
spanningen verder doen oplopen door boeddhistische beelden en tempels te
bouwen of te verplaatsen naar gebieden in het Oosten waar voornamelijk moslims
en Tamils leven.235
De in 1990 door de LTTE uit het noorden verdreven moslims waren gedurende de
verslagperiode nog ontheemd en verbleven in ontheemdenkampen in en rondom
Puttalam.236 De regering heeft wel landtitels uitgedeeld aan een aantal moslims in
232 South Asians for Human Rights, Report on the fact finding mission to the north & east of Sri
Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007.
233 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°
146, 20 februari 2008; UTHR, The Second Fascist Front in Sri Lanka-Towards Crushing the
Minorities and Disenfranchising the Sinhalese, Special Report No. 29, 21 februari 2008.
234 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°
11 (c), augustus 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape:
Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; South Asians for
Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to
assess the state of displaced persons', augustus 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's
Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; US State
Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart 2008;
Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way
of conflict: Displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007.
235 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart
2008.
236 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14
september 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
60
Puttalam. Dat zorgde voor spanningen met de lokale bevolking. Daarnaast zijn er
spanningen met de lokale bevolking over de verdeling van hulpmiddelen voor
gezondheid en onderwijs. Vanwege de slechte omstandigheden en geringe
perspectief op verbetering, zou de vrees onder de moslimgemeenschap voor
radicalisering van de jeugd toenemen.237
Positie van christenen
Christenen wonen hoofdzakelijk in het westen van Sri Lanka. In het algemeen
kunnen christenen zich vrijelijk bewegen en hun godsdienst belijden in Sri
Lanka.238 Gedurende de verslagperiode was er evenwel nog steeds sprake van
weerstand van vooral boeddhistische monniken tegen kerken, omdat deze
monniken gekant zijn tegen bekering. Intimidaties van christenen (inclusief
evangelisten) en aanvallen op hun bezittingen in dit kader bleven zich voordoen.239
Ten aanzien van de herziening van het wetsvoorstel van JHU 'betreffende het
verbod op gedwongen bekeringen' uit 2004 heeft de parlementaire commissie nog
geen overeenstemming bereikt. Beide voorstellen zijn daarom nog niet door het
parlement behandeld.240
3.3.4 Bewegingsvrijheid
De wet garandeert de vrijheid van reizen en van vestiging evenals de vrijheid het
land te verlaten en terug te keren. Door het opgelaaide conflict tussen de regering
en de LTTE waren deze vrijheden in de praktijk gedurende de verslagperiode aan
ernstige beperkingen onderhevig.241
Controleposten
Het aantal controleposten in het hele land is gedurende de verslagperiode als
gevolg van het opgelaaide conflict sterk toegenomen. De controleposten worden
bemand door de politie en/of het leger. In het Oosten gebeurt dit ook geregeld met
de TMVP gezamenlijk, waarbij de TMVP helpt bij het identificeren van verdachte
LTTE leden of aanhangers van de LTTE.242 De controle bestaat uit verificatie van
237 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way
of conflict: Displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007.
238 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14
september 2007.
239 US State Department, International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14
september 2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri
Lanka, 11 maart 2008.
240 Zie voor meer informatie over dit onderwerp algemeen ambtsbericht Sri Lanka, april 2007.
241 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
242 HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c), augustus
2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
61
de identiteit, vaak wordt bagage doorzocht en soms worden personen ondervraagd.
Voertuigen worden onderzocht op explosieven. Eenieder die niet (meteen) zijn
identiteit kan aantonen, loopt het risico opgepakt te worden voor verdere
ondervraging.
De controles vinden steekproefsgewijs plaats middels het instellen van
checkpoints. Iedereen wordt eraan onderworpen. Bij de controle zijn Tamils
(herkenbaar via bijvoorbeeld de taal op hun identiteitskaart), vooral afkomstig uit
het Noorden en Oosten, extra kwetsbaar voor intimidatie, arrestatie, aanhouding en
detentie vanwege hun veronderstelde betrokkenheid bij de LTTE. Registratie
wordt nauwgezet bijgehouden van personen die in- en uitreizen uit deze
conflictgebieden om infiltratie van de LTTE te voorkomen.243 Tamils die geen
identiteitskaart (meer) bezitten, zijn extra kwetsbaar bij controles (zie verder onder
identiteitskaart).
Colombo
Sinds de escalatie van het geweld en de intensivering van de bomaanslagen door
de LTTE in Colombo, is het aantal checkpoints nog verder toegenomen.
Gedurende de verslagperiode werden er structureel veiligheids- en
identiteitscontroles gehouden. Daarnaast zijn bepaalde gebieden in Colombo als
HSZ aangewezen, hetgeen ook de nodige beperkingen met zich meebrengt in de
bewegingsvrijheid van burgers.244 Tamils afkomstig uit het Noorden en het Oosten
in Colombo ondervinden extra problemen bij checkpoints. Iedere Tamil uit het
Noorden of Oosten moet zijn aanwezigheid in Colombo rechtvaardigen door
middel van registratie bij de politie direct na aankomst. Zij lopen een verhoogd
risico om opgepakt te worden indien deze registratie niet kan worden aangetoond
bij checkpoints.245 Daarnaast zijn Tamils als zodanig herkenbaar aan hun namen
en geboorteplaats of de taal waarin de identiteitskaart is opgesteld (de
identiteitskaarten van Tamils zijn dubbeltalig opgesteld). Op de identiteitskaart is
geen woonplaats vermeld. Om te bewijzen dat men in Colombo woont, dient men
bij controles naast de identiteitskaart ook een bewijs van registratie bij de politie te
tonen.
De politie heeft op grond van de noodregelgeving de bevoegdheid om eenieder
binnen de jurisdictie van elk politiebureau te registreren. Een dergelijke registratie
is verplicht voor iedere bezoeker of inwoner in Colombo en geeft de politie
Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; Minority Rights Group International,
One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december
2007.
243 Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights
for Sri Lanka's minorities, december 2007.
244 Zie ook paragraaf 2.3.
245 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
62
accurate informatie over de samenstelling van de bevolking, inclusief etniciteit.246
Tamils in Colombo die niet geregistreerd zijn bij de politie, zijn zeer kwetsbaar
voor arrestatie en detentie. Veel Tamils kunnen zich niet registreren omdat zij
geen identiteitskaart (meer) hebben (zie verder onder identiteitskaart).247
In september 2008 is de politie in Colombo gestart met het registeren van Tamils
afkomstig uit de vijf districten (Kilinochchi, Jaffna, Vavuniya, Mannar en
Mullaitivu) in het noorden. Alle Tamils die de afgelopen vijf jaar in Colombo (of
nabijgelegen dorpen) zijn gearriveerd vanuit deze districten, zijn verplicht gesteld
tot deze registratie. Volgens de regering betreft het een veiligheidsmaatregel, daar
de LTTE de toestroom van mensen naar Colombo zou misbruiken om te kunnen
infiltreren in de stad.248
Noorden en Oosten
In het Noorden en Oosten was de toegang tot en de bewegingsvrijheid binnen de
conflictgebieden beperkt vanwege de veiligheidsrisico's. Daarnaast werd (hulp)
organisaties in sommige gebieden de toegang volledig ontzegd (zie ook paragraaf
3.2). Er werden geregeld massa-arrestaties en razzia's gehouden in het Oosten.
Deze werden uitgevoerd door het leger en de politie.249
Een groot deel van Jaffna was gedurende de verslagperiode nog immer
aangewezen als militaire HSZ (zie ook paragraaf 2.3 onder High Security Zones)
Dat betekent dat er nog maar weinig land als leefruimte voor de lokale bevolking
beschikbaar is. Ook is er een avondklok van kracht.250 Sinds de afsluiting van de
A9 van Kandy naar Jaffna door de regering in augustus 2006 wordt de bevolking
ernstig beperkt in de bewegingsvrijheid. Het reizen van en naar het schiereiland
werd bemoeilijkt vanwege de strenge veiligheidsmaatregelen en de hoge
transportkosten. Jaffna is slechts bereikbaar per vliegtuig. Om het schiereiland te
verlaten is toestemming van de afdeling burgerzaken van het leger nodig.251
246 UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka,
december 2006; Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under
Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007.
247 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
248 BBC, Tamil census ordered in Colombo, 21 september 2008; BBC, Sri Lanka troops 'near
victory', 26 september 2008; Associated Press, Sri Lankan authorities order tens of thousand
of Tamils in Colombo to register with police, 18 september 2008.
249 SLMM, Weekly Situation report, 3 december-9 december 2007.
250 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process,
cluster report november 2007- januari 2008; United Nations Security Council, Report of the
Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december
2007.
251 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way
of conflict: displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007; US State Department, Country
report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; Centre for Policy
Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
63
Volgens verschillende bronnen zou de wachtlijst voor het verkrijgen van
toestemming langer dan vijf maanden bedragen.252 Om naar Jaffna af te reizen
heeft men toestemming nodig van het ministerie van Defensie. De
aanvraagprocedure kan een week tot een maand in beslag nemen.253 Voor de
binnenlandse vlucht naar Jaffna dient men een uitgebreide veiligheidscontrole te
ondergaan, waarbij de persoonsgegevens worden geregistreerd en een foto van de
passagier wordt genomen. Een registratie wordt bijgehouden van alle in- en
uitreizende passagiers.254 Ook zou elektronische apparatuur, waaronder mobiele
telefoons en fototoestellen worden ingenomen.
In Jaffna vindt fotoregistratie van de inwoners plaats. Volgens een bron dient
iedere familie een gezinsfoto aan de muur te hangen om bij een eventuele controle
door de veiligheidstroepen te kunnen aantonen dat alle gezinsleden aanwezig
zijn.
In het Oosten vindt registratie van de inwoners plaats, waarbij volgens
verschillende bronnen ook video-opnames van de personen worden gemaakt. De
registratie vindt plaats op basis van de noodregelgeving.255 Het ministerie van
Defensie heeft de veiligheidstroepen opdracht gegeven alle inwoners van het
district Trincomalee te registreren en een familiepas uit te geven. In Trincomalee
wordt de registratie voor zover bekend uitgevoerd door het dorpshoofd en de
politie, terwijl in andere gebieden de registratie plaatsvindt door het leger en/of
politie. In de betreffende gebieden wonen voornamelijk Tamils.256 Enkele bronnen
melden dat aan ontheemden die zijn teruggekeerd naar hun woonplaatsen in het
Oosten, een speciale identiteitskaart zou worden afgegeven door de regering. Dit
zou geschieden in aanvulling op de nationale identiteitskaart (zie ook onder
identiteitskaart) die zij al behoren te hebben. De nieuwe identiteitskaart bevat een
foto, basisgegevens en afkomst en zou worden uitgevaardigd ter voorkoming van
(LTTE) infiltratie in de dorpen.257
november 2007- januari 2008; United Nations Security Council, Report of the Secretary-
General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
252 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
253 SLMM, Weekly Situation report 29 oktober- 4 november 2007.
254 Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights
for Sri Lanka's minorities, december 2007.
255 Artikel 23 van de Emergency Regulation No. 1 van 2005.
256 SLMM Weekly Situation report 29 oktober - 4 november 2007, 5 november - 11 november
2007 en 3 december - 9 december 2007.
257 Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human rights
for Sri Lanka's minorities, december 2007; South Asians for Human Rights, report on the
fact finding mission to the north & east of Sri Lanka to assess the state of displaced persons,
augustus 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
64
De Speciaal Adviseur van de VN inzake foltering en overige wrede, inhumane of
onterende behandeling of bestraffing maakt in zijn rapport van 26 februari 2008
melding van een identiteitskaart die door de TMVP wordt afgegeven aan haar
leden. Deze identiteitskaart zou zijn erkend door de politie en het leger. De
vertegenwoordiger van een kantoor van de TMVP in Trincomalee heeft hem
gemeld dat deze identiteitskaart bescherming zou bieden bij eventuele problemen
met de autoriteiten.258
LTTE-gebied
De bewegingsvrijheid binnen LTTE-gebied is niet beperkt. Het reizen van en naar
de gebieden onder controle van de LTTE is slechts mogelijk onder bepaalde
voorwaarden en na toestemming van de LTTE en regering.259 Zo bestaat voor
leraren en andere overheidsdienaren, die in LTTE gebied werkzaam zijn, maar er
niet wonen, de mogelijkheid om heen en weer te reizen tussen LTTE gebied en
regeringsgebied. Ook kunnen personen heen en weer reizen voor noodzakelijke
medische behandelingen. De regering laat burgers uit LTTE gebied toe tot
regeringsgebied. Dit geschiedt wel na een grondige veiligheidscontrole in verband
met gevaar voor spionage. Uiteindelijk beslissen de LTTE en de regering
afzonderlijk wie er wordt toegelaten tot eigen gebied.
Om LTTE gebied te kunnen betreden dient men verscheidene checkpoints in
regeringsgebied en LTTE gebied te passeren. Er vindt identiteitscontrole plaats,
goederen worden aan een nauwkeurige inspectie onderworpen en
douaneformaliteiten vinden plaats, waarbij invoerrechten worden geheven door de
LTTE.260 De ICRC is sedert 1999 aanwezig bij verschillende checkpoints tussen
regeringsgebied en LTTE gebied. In de verslagperiode passeerden aanzienlijke
aantallen mensen de grens tussen regeringsgebied en LTTE gebied. Volgens
opgaaf van ICRC over de maand mei 2008 passeerden meer dan 32.000 burgers en
3800 voertuigen de grens in beide richtingen.261 Aan het einde van de
verslagperiode is het grensverkeer tussen beide gebieden substantieel afgenomen
als gevolg van de ontwikkelingen in LTTE gebied.262 (zie ook de paragrafen 3.2
en 4.1)
258 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, 26
februari 2008, A/HRC/7/3/Add.6.
259 UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka,
december 2006.
260 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state
institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6,
2006.
261 ICRC, Operational update, Sri Lanka: ICRC deplores loss of civilians, 1 juli 2008.
262 ICRC, Bulletin No. 08/2008, Sri Lanka: ICRC continues to assist Vanni displaced as conflict
approaches Kilinochchi, 13 oktober 2008; ICRC, Operational Update, Sri Lanka: ICRC
steps up aid effort for displaced people in the Vanni, 9 september 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
65
De personen die woonachtig zijn in het gebied dat onder controle staat van de
LTTE kunnen dit gebied slechts verlaten na uitgifte van een pas door de LTTE en
onder de voorwaarde dat een familielid achterblijft.263 Het verkrijgen van de
vereiste pas blijkt in de praktijk moeilijk. Het US State Department stelt bovendien
dat volgens verschillende bronnen de LTTE individuen pas tegen een betaling het
gebied laat verlaten.264 Personen die woonachtig zijn in LTTE gebied en uit het
gebied willen vluchten, worden volgens verschillende bronnen doodgeschoten
door de LTTE. Burgers die zich na een geslaagde vlucht overgeven aan de
regering, worden geplaatst in een rehabilitatiecentrum. Indien sprake is van LTTE
leden die zich overgeven, worden deze door de regering gestraft.
Identiteitskaart265
De aanvrager van de National Identity Card (NIC, nationale identiteitskaart) moet
over de Sri Lankaanse nationaliteit beschikken en zestien jaar of ouder zijn.266
De aanvraag wordt ingediend in de geboorteplaats. Hiertoe heeft men een foto
nodig. Het dorpshoofd beoordeelt of de persoon op de foto gelijk is aan de
aanvrager. Vervolgens wordt de aanvraag doorgestuurd naar de centrale
bevolkingsadministratie in Colombo (het Department of the Registration of
Persons). De registratie vindt handmatig plaats.
De aanvrager kan zijn nationaliteit aantonen met behulp van zijn geboortebewijs
of een ander ondersteunend document, zoals doopcertificaat, beëdigde schriftelijke
verklaring van de ouders of een schoolcertificaat.267 Daarnaast moet de aanvrager
een bewijs van registratie overleggen voor de vermelding van de woonplaats op de
NIC. Deze kan zijn afgegeven door het dorpshoofd, maar het kan ook een ander
ondersteunend document zijn, zoals een gecertificeerd huurcontract of
gecertificeerde telefoonrekening.268
263 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; BBC, Tamil rebels 'breaking the law',
15 augustus 2008; Amnesty International Press Release, Sri Lanka: LTTE, Government
endangering lives of tens of thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008.
264 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
265 Informatie over de procedure is deels afkomstig van de website van de Department of the
Registration of Persons: www.rpd.gov.lk/faq_rpd, bezocht op 16 juni 2008.
266 Vanaf de leeftijd van zestien jaar dienen Sri Lankanen ingevolge de wet te beschikken over
een identiteitskaart.
267 Voor een opsomming van andere ondersteunende documenten zie website van de Department
of the Registration of Persons: www.rpd.gov.lk/faq_rpd, bezocht op 16 juni 2008.
268 Voor een opsomming van andere ondersteunende documenten zie website van de Department
of the Registration of Persons: www.rpd.gov.lk/faq_rpd, geraadpleegd op 16 juni 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
66
De NIC wordt op lokaal niveau aangevraagd, maar op centraal niveau vervaardigd
door het Department of the Registration of Persons in Colombo. Het departement
is niet geautomatiseerd. De NIC is, net als het geboortebewijs, een handmatig
gemaakt document. De NIC is voor onbepaalde tijd geldig. Op de NIC van een
Tamil staan de gegevens zowel in het Singalees als in het Tamil genoteerd. Op de
NIC van een Singalees staan die gegevens alleen in het Singalees. Volgens een
bron komen tweetalige identiteitskaarten ook voor bij moslims.
Er geldt een identificatieplicht in Sri Lanka. Hoewel de NIC als het officiële
document wordt aangemerkt om de identiteit aan te tonen, zou in de praktijk een
rijbewijs of paspoort ook geaccepteerd worden als identiteitsbewijs bij
checkpoints. Volgens een bron is een rijbewijs ter identificatie wel geaccepteerd,
maar is het vanwege de veiligheidsmaatregelen aangewezen om een NIC hiervoor
te gebruiken, zodat kan worden aangetoond of men Tamil of Singalees is. Niet alle
Sri Lankanen waren tijdens de verslagperiode in het bezit van een NIC vanwege
het feit dat veel personen door ontheemding hun documenten zijn kwijtgeraakt.
Teneinde een nieuwe NIC aan te vragen, moet men naar de geboorteplaats. Voor
veel mensen is dat geen optie, indien de geboorteplaats zich bevindt in een
conflictgebied.269
Van de LTTE is bekend dat zij hun eigen identiteitskaarten maken. Deze worden
niet erkend als officieel identificatiedocument in regeringsgebied.
Reisdocument270
De aanvrager van een paspoort dient zijn geboortebewijs en NIC (of rijbewijs bij
verlies van NIC) te overleggen en, indien van toepassing, zijn oude paspoort. Van
deze documenten dient eveneens een kopie te worden overgelegd. Een trouwakte
is tevens vereist indien sprake is van wijziging van de achternaam na een huwelijk.
Indien de aanvrager ervoor kiest het beroep in het paspoort te laten opnemen, dient
additioneel een werkgeversverklaring of aanstellingsbrief te worden overgelegd.
De aanvrager moet in principe zowel bij de aanvraag als bij het moment van
uitgifte van het paspoort in persoon verschijnen. Echter na schriftelijke
toestemming van het dienstdoend hoofd van de paspoortsectie mag de aanvrager
zich laten vertegenwoordigen door een gemachtigde. Minderjarige aanvragers tot
zestien jaar moeten begeleid worden door beide ouders. Vanaf zestien jaar kan
men een zelfstandige aanvraag voor een paspoort indienen. Minderjarigen kunnen
onbegeleid reizen, nadat eenmaal een paspoort is afgegeven.
269 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way
of Conflict: displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007.
270 Informatie over de procedure is deels afkomstig van de website van de Department of
Immigration and Emigration www.immigration.gov.lk/html/passports/new_travel_document,
geraadpleegd op 16 juni 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
67
De aanvraag en vervaardiging van een paspoort vindt uitsluitend plaats bij het
Department of Immigration and Emigration. Het departement is volledig
geautomatiseerd, maar de papieren aanvraagdocumenten worden ook bewaard.
Sinds 2006 zijn alle paspoorten tien jaar geldig. Paspoorten van voor 2006 zijn vijf
jaar geldig. Alle paspoorten worden in drie talen opgesteld, te weten Engels,
Singalees en Tamil.
Geboorteakte, overlijdensakte, uittreksel uit het bevolkingsregister
Voor een kopie van een geboorteakte, overlijdensakte of uittreksel uit het
bevolkingsregister kan men voor zover bekend zowel terecht bij het Department of
the Registration of Persons in Colombo als in de geboorteplaats.
Mobiele kantoren
De overheid heeft voor zover bekend geen mobiele kantoren meer in gebruik waar
ontheemden en terugkeerders, die documenten als een geboortebewijs,
overlijdenscertificaten, huwelijkscertificaten, landeigendomsakten en
identiteitskaarten zijn kwijtgeraakt, nieuwe documenten kunnen aanvragen. Dit
was slechts een tijdelijke overheidsmaatregel naar aanleiding van de tsunami.271
Wel zouden er enkele NGO's zijn die de beschikking hebben over mobiele
kantoren om personen te helpen met het verkrijgen van nieuwe documenten.
3.3.5 Rechtsgang
De grondwet voorziet in een onafhankelijke rechtspraak en in de praktijk wordt dit
volgens het US State Department door de overheid gerespecteerd.272 Vanwege een
aantal unilaterale benoemingen door de president wordt echter sterk getwijfeld aan
de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht. Zo benoemde de president de
opperrechter, de rechters van de Hoge Raad, de rechters van het Hof van Beroep
en de leden van de Judicial Service Commission (JSC), de commissie die de
rechters van de lagere rechtbanken benoemt, en de openbare aanklager (zie ook
paragraaf 2.1.3).
Volgens de wet bestaat de mogelijkheid om gerechtelijke procedures in het
Engels, Singalees of Tamil te voeren. De meerderheid van de procedures in
regeringsgebied (exclusief Jaffna en bepaalde gebieden in het noorden) verlopen
echter in het Engels of Singalees. Een tekort aan gerechtelijke tolken belemmert
het recht van Tamil sprekende verdachten op een eerlijk proces.273
271 Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians in the way
of Conflict: Displaced People in Sri Lanka, 26 september 2007.
272 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
273 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
68
Terechtzittingen in het Noorden vinden plaats in Tamil en Engels. Tamil
sprekende rechters in rechtbanken van eerste aanleg op provinciaal niveau komen
wel voor.274 Volgens meerdere bronnen zijn Tamil sprekende rechters in het
noord-oosten aanwezig, terwijl in het Zuiden rechters die Singalees spreken de
norm zijn.
Overigens is Engels de voertaal bij het Hof van Beroep en de Hoge Raad in
Colombo. Verdachten of juridische vertegenwoordigers kunnen na verkregen
toestemming aanwezig zijn op de zittingen van het Hof van Beroep. In sporadische
gevallen is dit ook mogelijk bij zittingen van de Hoge Raad.
Bekentenis door foltering
Bekentenissen als gevolg van foltering worden in rechtszaken niet toegestaan op
grond van de (artikelen 24 en 27 van de) Evidence Ordinance. Daarnaast schrijft
de wet voor dat bekentenissen die tijdens politiehechtenis zijn afgelegd tegenover
een politieagent of ander persoon ontoelaatbaar zijn in rechtszaken. Deze
wettelijke voorschriften zijn echter niet van toepassing, indien een persoon is
gearresteerd en gedetineerd op grond van de noodregelgeving.275 Onder de
noodregelgeving zijn derhalve alle bekentenissen, ook als gevolg van foltering,
toegestaan en kunnen als bewijsmiddel dienen in een rechtszaak en uiteindelijk tot
een veroordeling leiden. Hierdoor wordt het ontlokken van bekentenissen met
behulp van geweld in de praktijk gestimuleerd.276
Rechtspraak door de LTTE
In het door de LTTE gecontroleerde gebied bestaat sinds 1993 een eigen
rechtssysteem van de LTTE en heeft de LTTE eigen gerechtshoven.277 Volgens de
Tamil Eelam Legal Code functioneren de gerechtshoven onder instructie van de
nationale LTTE-leider.278 De LTTE-gerechtshoven zijn niet erkend als wettelijke
instanties waar recht gesproken kan worden. De rechters zijn weinig of niet
juridisch geschoold. Van een onafhankelijke rechtspraak is geen sprake, omdat de
rechtsprekende instanties onder controle van de LTTE staan.279 Het is niet met
zekerheid vast te stellen wat de gevolgen zijn voor Tamils in de LTTE-gebieden
die de LTTE-gerechtshoven niet erkennen en hun heil willen zoeken bij de Sri
274 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
275 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
276 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007; US State
Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart 2008.
277 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart
2008.
278 Tamilnet, Rule of Law, values said basis of Tamil society, 25 januari 2004.
279 US State Department, Country report on human rights practices 2007- Sri Lanka, 11 maart
2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
69
Lankaanse rechtspraak. Het is niet bekend of burgers gedurende de verslagperiode
nog steeds gedwongen werden door de LTTE gebruik te maken van het
rechtssysteem van de LTTE. Volgens een bron stopt, over het algemeen, de
zoektocht naar verdachten aan de grens met regeringsgebied. Daarbij moet de
kanttekening worden gemaakt dat het er wel van afhangt om wie het gaat: hoe
belangrijker (bijvoorbeeld infiltranten van regering of leger) of hoe hoger de status
(bijvoorbeeld van gewezen LTTE-aanhangers,-leden) en afhankelijk van de
informatie waarover de persoon beschikt, hoe langer, beter en verder de LTTE zal
zoeken, dus ook in regeringsgebied.280
De LTTE kent zijn eigen wetten. Het wetboek van Strafrecht, de Tamil Eelam
Penal Code, en het Burgerlijk wetboek, de Tamil Eelam civil code, werden
ingevoerd in 1994. Beide wetten zijn gebaseerd op reeds bestaande (nationale)
wetten die op onderwerpen waar de LTTE belang aan hecht, zoals vrouwenrechten
en het kaste-systeem, verder zijn uitgewerkt of herzien. Zo bestaat er geen
gemeenschapsrecht zoals in de Sri Lankaanse wetgeving, waardoor de vrouwen
een gelijke positie hebben in het persoons- en familierecht.281 De LTTE heeft
district courts die zowel civiele- als strafzaken behandelen en twee high courts in
Killinochchi en Mullaitivu met de jurisdictie om bepaalde strafzaken als moord,
verkrachting, hoogverraad en brandstichting te berechten. Ook heeft de LTTE een
Court of Appeal in Killinochchi en een Supreme Court voor hoger beroep
zaken.282 Binnen de LTTE-rechtspraak kan verkrachting bestraft worden met de
doodstraf. Voor zover bekend zijn er geen nieuwe ontwikkelingen wat betreft de
strafmaat die gehanteerd wordt.
Bestraffing mensenrechtenschenders
Gedurende de verslagperiode werd steeds meer duidelijk dat de politieke wil
ontbreekt bij de regering om mensenrechtenschendingen aan te pakken. De
regering bagatelliseerde zowel de ernst als het aantal mensenrechtenschendingen.
De regering houdt vast aan haar standpunt dat zij voldoende maatregelen neemt
om mensenrechtenschendingen aan de kaak te stellen. Er worden structureel ad
hoc commissies ingesteld naar aanleiding van klachten en negatieve publiciteit
over de verslechterde mensenrechtensituatie, al dan niet onder internationale druk
(zie paragraaf 3.2).
280 UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka,
december 2006.
281 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state
institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6,
2006.
282 Kristian Stokke, Third World Quarterly, Building the Tamil Eelam State: emerging state
institutions and forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, Vol. 27 No. 6,
2006.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
70
De rechterlijke macht is in toenemende mate gepolitiseerd en het ontbreekt aan
onafhankelijk toezicht (zie paragraaf 2.1.3). Straffeloosheid voor
mensenrechtenschendingen, met name begaan door de strijdkrachten en politie,
blijft daardoor een groot probleem, waardoor mensen het vertrouwen in het
rechtssysteem hebben verloren. Onder de bevolking wordt algemeen de gedachte
gedeeld dat klagen en hulp zoeken geen nut heeft. Het vertrouwen in de overheid
is niet meer aanwezig.283
Vanwege het samenwerkingsverband tussen de regering en paramilitaire
groeperingen als de TMVP en de EPDP durven slachtoffers of nabestaanden en/of
familie over het algemeen geen aangifte te doen uit angst voor represailles.
Bovendien is er in grote mate sprake van corruptie in Sri Lanka. Het omkopen van
rechters en politieagenten is algemeen gebruikelijk.
Legerofficieren en soldaten die beschuldigd worden van het plegen van
mensenrechtenschendingen kunnen zowel worden berecht door de militaire
rechtbank (krijgsraad) als door een civiele rechtbank. In het geval dat iemand
middels militair snelrecht schuldig wordt bevonden aan een klein vergrijp, is de
straf veelal van disciplinaire aard, zoals degradatie, het inhouden of vertragen van
een promotie en overplaatsing. Indien een officier, onderofficier of soldaat door de
krijgsraad wordt veroordeeld, dan wordt veelal een gevangenisstraf opgelegd of de
betrokken militair wordt ontslagen. Indien een zaak voor een civiel hof wordt
beslecht en de militair wordt veroordeeld, dan moet de betrokken (onder-)officier
of soldaat worden ontslagen.
3.3.6 Arrestaties en detenties
Arrestaties geschieden op basis van de Criminal Procedure Code (CPC, Wetboek
van Strafvordering). Voor sommige misdrijven heeft de politie geen
arrestatiebevel nodig, zoals bij moord, diefstal, roof en verkrachting of wanneer de
dader op heterdaad is betrapt. In alle andere gevallen is een arrestatiebevel
noodzakelijk. Onder de CPC dienen arrestanten binnen 24 uur voor de rechtercommissaris
te worden geleid. In de praktijk werden arrestanten over het algemeen
283 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human
rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to
War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007; International Crisis
Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW,
Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri
Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
71
echter pas na enkele dagen voorgeleid.284 Na voorgeleiding kan de rechter iemand
op borg vrijlaten of vijftien dagen voorlopige hechtenis (remand) gelasten voor
nader onderzoek, te verlengen tot drie maanden. Verdere verlenging kan
plaatsvinden op aanwijzing van de rechter. In de praktijk zaten personen overal in
Sri Lanka echter vaak veel langer in voorlopige hechtenis in afwachting van de
rechtszitting. De tijd kan oplopen tot meer dan twee jaar.285 Dit komt mede
doordat de meeste verdachten zich geen advocaat (kunnen) veroorloven. Het is
vaak aan een advocaat om de zaak op de rol te houden, anders wordt de zaak
gewoonweg vergeten en blijft de verdachte in voorlopige
hechtenis.286
Arrestaties op basis van de noodregelgeving
Politie en leger hebben ruimere opsporings- en aanhoudingsbevoegdheden op
grond van noodregelgeving (zie ook paragraaf 3.1.2).
In het kader van terrorismebestrijding worden verdachten gearresteerd tijdens
razzia's en kunnen zij voor een periode van 90 dagen worden vastgehouden
zonder formele beschuldiging. Op bevel van de secretaris-generaal van Defensie
kan deze periode worden verlengd tot een jaar detentie. De verdachte kan
bovendien zonder voorgeleiding aan een rechter-commissaris 30 dagen in
voorarrest worden gehouden.287 Een arrestatie op basis van de noodregelgeving is
op deze manier moeilijk te onderscheiden van een verdwijning, daar niet
geüniformeerde ambtenaren personen kunnen arresteren zonder mededeling van
de reden, van hun bevoegdheid of van de plaats van bestemming.288
Onder de noodregelgeving is niet vereist dat een publieke lijst van in gebruik
zijnde detentieplaatsen wordt gepubliceerd, wat heimelijke detentie in de hand
werkt en enige vorm van toezicht onmogelijk maakt.289 Daarnaast staat de
noodregelgeving gezamenlijke operaties tussen de politie en het leger toe zonder
284 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
285 Statistics Division Prisons Headquarters, Prisons Statistics of Sri Lanka, vol.26- year 2007.
286 Sri Lanka kent geen verplichte vertegenwoordiging door een advocaat. Onvermogende
verdachten krijgen een raadsman toegewezen in geval het High Court of Hof van Beroep de
strafzaak behandelt; US State Department, Country report on human rights practices 2007 -
Sri Lanka, 11 maart 2008.
287 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19.
N°11 (c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture
and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to
Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka
unter Notstandsrecht, december 2007.
288 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni
2007.
289 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
72
duidelijke scheiding van verantwoordelijkheden.290 Vanwege de samenwerking
van veiligheidstroepen met paramilitaire groeperingen als de TMVP en EPDP, is
moeilijk vast te stellen wie verantwoordelijk is voor een arrestatie en waar de
verdachte wordt vastgehouden.291
De noodregelgeving biedt ook voorzieningen die in beginsel misbruik van
bevoegdheden en het risico van verdwijningen moeten voorkomen. Zo schrijft de
noodregelgeving voor dat de arrestanten binnen 24 uur moeten worden
overgedragen aan de politie en dat aan de familie een notificatie van de arrestatie
moet worden overhandigd. Op niet nakoming staat een straf. Er zijn evenwel geen
indicaties dat een lid van de veiligheidstroepen ooit is vervolgd of veroordeeld
voor overtreding van deze bepaling. Uitzonderingen ondermijnen bovendien het
beschermende karakter van de voorzieningen. Zo kan met toestemming van de
leidinggevende van de politiebeambte of militair een persoon tot zeven dagen in
hechtenis worden gehouden voor ondervraging. Een notificatie van de arrestatie
kan achterwege blijven bij 'preventieve detentie' of indien de arrestatie is geschied
op bevel van de president.292
Presidentiële richtlijnen293 uit juli 2006 schrijven ook voor dat bij de toepassing
van de noodregelgeving de mensenrechten dienen te worden gerespecteerd. Zo
moet de reden van arrestatie worden bekendgemaakt, geldt er een
identificatieplicht voor de ambtenaar in functie en dient de verdachte in de
gelegenheid te worden gesteld zijn familie van de arrestatie op de hoogte te
stellen. Daarnaast moet de Human Rights Commission binnen 48 uur van de
arrestatie op de hoogte worden gebracht en ongehinderde toegang worden
verschaft tot de detentieplaats.294
Na publieke onrust en internationale druk als gevolg van de toename van
arrestaties op basis van de noodregelgeving en het toegenomen aantal
290 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19.
N°11 (c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture
and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to
Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka
unter Notstandsrecht, december 2007.
291 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.
292 HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and abductions in
Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.
293 De richtlijnen heten officieel 'The Presidential Directives on Protecting Fundamental Rights
of Persons Arrested and/or Detained'.
294 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N°
11 (c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture
and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to
Sri Lanka, 26 februari 2008, A/HRC/7/3/Add.6.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
73
verdwijningen werden deze richtlijnen in april 2007 wederom onder de aandacht
gebracht van de veiligheidstroepen. Aan deze voorschriften wordt in de praktijk
echter geen uitvoering gegeven. Aan niet-naleving zijn bovendien geen sancties
verbonden, waardoor het lijkt dat de regering meer de intentie heeft om de
internationale gemeenschap tevreden te houden dan tot vervolging van de
overtreders over te gaan.295 Bovendien bevat de noodregelgeving een
immuniteitsclausule voor ambtenaren. De ambtenaar wordt beschermd tegen
juridische c.q. disciplinaire maatregelen, indien hij bij de uitoefening van zijn
werkzaamheden te goeder trouw heeft gehandeld. Hiermee worden de richtlijnen
als het ware buitenwerking gesteld en de veiligheidstroepen verdere bescherming
geboden tegen vervolging.296
Ook is het de autoriteiten op grond van de noodregelgeving toegestaan zich te
ontdoen van stoffelijke overschotten zonder publieke notificatie. De
plaatsvervangend inspecteur-generaal van politie is bevoegd stoffelijke
overschotten te doen cremeren zonder dat er een lijkschouwing heeft
plaatsgevonden, waardoor essentieel bewijsmateriaal verloren gaat.297
Met name Tamils waren het slachtoffer van arrestatie en detentie op basis van de
noodregelgeving vanwege hun veronderstelde samenwerking met de LTTE, maar
ook Singalezen die ervan verdacht werden LTTE sympathisanten te zijn, waren
slachtoffer van arrestaties.298 Tijdens het staakt-het-vuren had de LTTE vele
politieke kantoren in regeringsgebied. Personen die daar werkzaam zijn geweest,
lopen een vergroot risico opgepakt worden, daar de namen van deze personen
295 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19.
N°11 (c), augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for
"Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008;
Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
296 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19.
N°11 (c), augustus 2007; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture
and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to
Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka
unter Notstandsrecht, december 2007.
297 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19.
N°11 (c), augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for
"Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008; Human Rights
Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading
treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26
februari 2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december
2007.
298 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19.
N°11 (c), augustus 2007; HRW, Recurring Nightmare- State responsibility for
"Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
74
goed zijn gedocumenteerd door de regering. Verschillende bronnen melden dat de
politie werkt aan de hand van lijsten met namen.299
Daarnaast lopen Tamils vooral bij checkpoints een verhoogd risico om opgepakt te
worden. In Colombo zijn door de veiligheidstroepen van de regering op grond van
de noodregelgeving geregeld arrestaties verricht van Tamils (zie ook paragraaf
3.3.4).300
Massa-arrestaties en razzia's
Gedurende de verslagperiode is het aantal massa-arrestaties en razzia's door
politie en leger aanzienlijk toegenomen (zie ook paragraaf 3.3.4).
De massa-arrestaties en razzia's vonden in toenemende mate plaats na aanslagen
in regeringsgebied, waarbij de regering doorgaans de LTTE hiervoor aansprakelijk
hield. De operaties werden gericht uitgevoerd in wijken en gebieden waar
voornamelijk Tamils woonachtig zijn of verblijven.301 Zo werden eind december
2007 na een aanslag op een politieagent, tijdens een cordon and search operatie in
Mannar, 84 personen gearresteerd. De volgende dag bevonden zich nog zeven
personen in hechtenis. In december 2007 vond een massale arrestatie van Tamils
in Colombo plaats. Er werden tussen de 2300-2500 personen naar aanleiding van
twee aanslagen, vermoedelijk gepleegd door de LTTE, in Colombo gearresteerd
en gedetineerd, waarvan ongeveer 200 arrestanten gevangen werden gehouden in
de Boosa detentiekamp in Galle.302 Landelijk werden naar schatting 3500 Tamils
gearresteerd naar aanleiding van deze aanslagen. Het merendeel van de arrestanten
werd al snel weer vrijgelaten na een uitspraak van de Hoge Raad.303
In juni 2007 vond een massale verwijdering van meer dan 300 Tamils uit Colombo
plaats, nadat de inspecteur-generaal van politie had beweerd dat Tamils niet in
Colombo mogen verblijven zonder geldige reden. In de vroege ochtend van 7 juni
2007 werden zij door de politie en het leger gedwongen hun tijdelijke verblijven
binnen een half uur te verlaten om vervolgens met bussen te worden vervoerd naar
hun woonplaatsen in het Noorden en het Oosten. Een lokale NGO tekende direct
bezwaar aan bij de Hoge Raad. Nadat de Hoge Raad de volgende dag de
299 UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and
Enthroning Barbarism, 4 december 2007.
300 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°
146, 20 februari 2008; HRW, World Report 2008, Country Summary-Sri Lanka, 31 januari
2008.
301 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; SLMM, Weekly Situation report, 17 december-23 december 2007; Schweizerische
Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
302 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; SLMM, Weekly Situation report, 26 november- 2 december 2007; Schweizerische
Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
303 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
75
verwijdering als onwettig en als schending van de mensenrechten had beoordeeld,
werden de betreffende Tamils door de regering teruggehaald naar Colombo en
bood de regering haar excuses aan.304 Volgens Human Rights Watch zou de
regering slechts 140 Tamils hebben teruggebracht naar Colombo.305 De politie
rechtvaardigde de uitzetting van de groep Tamils als veiligheidsmaatregel die
moest worden genomen in reactie op de aanslagen die door de LTTE zouden zijn
gepleegd in Colombo. Daarnaast zou de maatregel als poging hebben gediend om
potentiële LTTE infiltranten te weren uit Colombo en de stad te vrijwaren van
terroristen.306 De uitzetting stuitte op grote weerstand van de internationale
gemeenschap en mensenrechtenorganisaties.
Het aantal personen dat op basis van de noodregelgeving is gearresteerd is
onbekend.307 De Human Rights Commission zou een vertrouwelijke database
bijhouden van het aantal arrestaties dat onder de noodregelgeving heeft
plaatsgevonden.308
Personen die op grond van de noodregelgeving zijn opgepakt, werden gedurende
de verslagperiode gedetineerd in reguliere gevangenissen, alsook politiecellen en
andere detentiefaciliteiten, waaronder in Boosa, toebehorend aan de Terrorism
Investigation Department (TID) van de politie.309 Er zijn berichten dat deze
personen ook kunnen worden vastgehouden in detentiefaciliteiten van het leger,
maar de regering blijft bij haar standpunt dat het leger geen personen (meer)
detineert en verplicht is om een arrestant over te dragen aan de politie.310 Volgens
304 EIU, Country Report Sri Lanka juli 2007; US State Department, Country report on human
rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, End Expulsion of Tamils from
Colombo, 8 juni 2007; CPA, Supreme court grants leave to proceed to case filed by CPA on
the eviction of Tamils form Colombo, 26 juli 2007.
305 HRW, World Report 2008, Country Summary- Sri Lanka, 31 januari 2008.
306 Reuters, Sri Lanka court blocks state deportation of Tamils, 8 juni 2008; The Guardian,
Ethnic cleansing claim after police move Tamils at gunpoint, 8 juni 2007; BBC, Police evict
Tamils form Colombo, 7 juni 2007.
307 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c),
augustus 2007; HRW, World Report 2008 Country Summary-Sri Lanka, 31 januari 2008;
Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
308 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
309 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus
2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11
maart 2008.
310 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; US State Department, Country report on human rights
practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility
f or "Dissapearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
76
een bron zijn er meer dan 150 kaderleden van de LTTE gedetineerd in
gevangenissen van het leger. Ook zou de regering geheime detentieplaatsen in
gebruik hebben, alwaar veronderstelde LTTE sympathisanten worden
vastgehouden, gemarteld of vermoord.311 Volgens een bron zijn er meldingen dat
de gevangenen eerst in de geheime detentieplaatsen worden gevangen gehouden
door de TMVP en/of het leger alvorens zij worden overgedragen aan de politie
en/of geregistreerd worden. De regering heeft het bestaan van deze
detentieplaatsen evenwel ontkend.
Arrestaties door LTTE
De LTTE zou een aantal politieke gevangenen vasthouden. Het is onbekend om
hoeveel personen het gaat.312
Situatie detentiecentra
Er zijn in totaal 21 closed prisons 313 in Sri Lanka, waarvan drie voor veroordeelde
gevangenen en achttien voor gedetineerden in voorarrest in afwachting van de
terechtzitting (remand prisons). Daarnaast zijn er 25 lock-ups 314 en acht work
camps 315 en twee 'open gevangenissen' (open prison camps) waar gevangenen
die hiervoor in aanmerking komen, worden vastgehouden met minimale
veiligheidsmaatregelen. Voor jeugdige criminelen (tussen de 16-22 jaar) zijn er
twee correctional centres en een training school aanwezig.
De situatie in gevangenissen is slecht en voldoet niet aan de internationale normen
en maatstaven. De gevangenissen zijn overbevolkt en de kwaliteit van de sanitaire
voorzieningen is onder de maat.316 Terwijl de totale capaciteit van gevangenissen
8.200 personen bedraagt, telt het totaal aantal gevangenen in Sri Lanka in
311 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
312 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
313 Een closed prison is een gevangenis met omheining en maximale veiligheidsmaatregelen
waar gevangenen worden gedetineerd.
314 Een lock-up is een gevangenisgebouw gelegen naast een rechtbank waar gevangenen met
lopende rechtszaken voorafgaand aan of na afloop van een terechtzitting tijdelijk kunnen
worden gedetineerd. Personen die worden veroordeeld door de rechter, wachten in deze
cellen hun overplaatsing naar een gevangenis af; Statistics Division Prisons Headquarters,
Prisons Statistics of Sri Lanka, vol.26- year 2007.
315 Een work camp is een gevangenis zonder omheining en minimale veiligheidsmaatregelen
voor gedetineerden die een kortere straf opgelegd hebben gekregen; Statistics Division
Prisons Headquarters, Prisons Statistics of Sri Lanka, vol.26- year 2007.
316 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
77
werkelijkheid 28.000 personen.317 De situatie in politiecellen is ook slecht;
gevangenen worden vastgehouden in ruimtes zonder daglicht en onvoldoende
ventilatie, terwijl het eveneens voorkomt dat ze op betonnen vloeren dienen te
slapen.318
Vrouwen worden apart van mannen gedetineerd en worden bewaakt door
vrouwelijke gevangenbewaarders. Kinderen kunnen tot hun vijfde jaar bij de
moeder blijven. Na hun vijfde jaar worden de kinderen ondergebracht in
weeshuizen of bij familie. Gevangenen in voorarrest en veroordeelde gevangenen
delen dezelfde cel vanwege ruimtegebrek.319 Hoewel er separate faciliteiten zijn
voor jeugdige criminelen tussen de 16-18 jaar, deden zich gedurende de
verslagperiode gevallen voor van minderjarigen die de cel deelden met
volwassenen.320 Volgens de Speciaal Adviseur van de VN Manfred Nowak
werden in de detentiefaciliteiten van de Terrorist Investigation Departement (TID)
in Colombo kinderen (jongens en meisjes) vastgehouden die ervan verdacht
worden kindsoldaten van de LTTE te zijn.321 Er is voor zover bekend geen verschil
in behandeling van Singalezen, Tamils en moslims in detentie.
Ongeveer 70% van de gevangenen zit een korte straf uit; de overige 30% dient een
lange gevangenisstraf uit. Personen tot achttien jaar zitten niet in de open en
gesloten gevangenissen, maar in rehabilitatiecentra. Personen onder de achttien
jaar worden wel in de speciale detentiecentra voor voorlopige hechtenis
vastgehouden, waar ze dus (mogelijk voor langere tijd, zie paragraaf 3.3.6) tussen
volwassenen zitten.322
De cipiers krijgen een militaire training. Corruptie onder de cipiers komt voor. Het
komt ook voor dat gevangenbewaarders gevangenen mishandelen (zie paragraaf
3.3.7). Binnen het gevangeniswezen bestaat een systeem om disciplinaire
317 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
318 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
319 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
320 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; US State Department, Country report on human rights
practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
321 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
322 UTHR, The Race for infamy in Sri Lanka's North-East, Information Bulletin N° 44, 13 maart
2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
78
maatregelen te kunnen nemen tegen gevangenbewaarders. In hoeverre hieraan de
hand wordt gehouden, is onbekend.
De Human Rights Commission heeft het mandaat om gevangenen te bezoeken. Het
is niet bekend hoeveel bezoeken de HRC gedurende de verslagperiode heeft
afgelegd.323
Het Internationaal Comité van het Rode Kruis (ICRC) heeft een Memorandum of
Understanding afgesloten met de Sri Lankaanse autoriteiten dat hen toestaat bezoeken
af te leggen aan alle gedetineerden die worden vastgehouden in verband
met het conflict. Sinds de invoering van de noodregelgeving krijgen personen die
op grond daarvan worden vastgehouden, speciale aandacht van het ICRC.
Daarnaast bezoekt het ICRC verschillende gevangenissen in het land. Ook volgt
het ICRC gevangenen van de Criminal Investigation Department (CID), de
Terrorist Investigation Department (TID) en gedetineerden in politiebureaus.324
LTTE-detentiecentra
De LTTE beschikt in de gebieden die onder haar controle staan over diverse
detentiekampen of werkkampen en over gevangenissen. 325 Het ICRC heeft
beperkte toegang tot gevangenen in de gebieden die onder controle staan van de
LTTE. De LTTE biedt geen toegang tot bepaalde detentiecentra waar de eigen
afvalligen en deserteurs worden gevangen gehouden. Toegang tot de
detentiecentra waar de gevangenen verblijven die veroordeeld zijn voor reguliere
misdrijven is wel mogelijk. De behandeling van de gevangenen in LTTE gebied is
slecht.326
3.3.7 Mishandeling en foltering
323 Zie paragraaf 3.2; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and
other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri
Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
324 Zie algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007.
325 Het werd de Speciaal Adviseur van de VN inzake Foltering en overige wrede, inhumane of
onterende behandeling of bestraffing, tijdens zijn bezoek aan Sri Lanka in 2007 door de
regering niet toegestaan om het gebied dat onder controle staat van de LTTE te bezoeken. Als
reden werd opgegeven dat het bezoek door de LTTE kon worden gebruikt als
propagandadoeleinden; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture
and other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to
Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's
Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008.
326 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report
N°146, 20 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
79
Foltering is volgens de wet een strafbaar feit, maar niet alle voorzieningen uit het
Verdrag tegen Foltering zijn geïmplementeerd. Foltering wordt wijdverbreid
gepraktiseerd in Sri Lanka. Marteling door de politie wordt voornamelijk
toegepast om een bekentenis af te dwingen of informatie over anderen te
verkrijgen. De Human Rights Commission heeft de eerste negen maanden van
2007 in totaal 405 klachten ontvangen over marteling.327
Hoewel het hanteren van lijfstraffen wettelijk verboden is onder de Corporal
Punishment Act, komt het slaan van gedetineerden door gevangenbewaarders
systematisch voor. Medische rapporten bevestigen dit. 328
Verdachten met veronderstelde banden met de LTTE en die op basis van de
noodregelgeving zijn opgepakt, waren slachtoffer van marteling.329 In zijn rapport
stelt Manfred Nowak dat marteling een routinematige handeling van de politie en
het leger is geworden als onderdeel van anti-terrorisme operaties. De toegepaste
martelmethodes zijn zeer wreed en variëren van het slaan van de voetzolen
(falaqa), bijna verdrinking, het toedienen van elektrische schokken, het blazen in
het oor (telephono), verbranding met metalen voorwerpen en sigaretten tot
ophanging in verschillende posities en de verminking van geslachtsdelen. Met
name in de detentiefaciliteit 'Boosa' van de Terrorist Investigation Department
(TID) werden deze methodes frequent toegepast.330
Er waren gedurende de verslagperiode meldingen van marteling en mishandeling
van gedetineerden in politiehechtenis en door het leger in legerkampen alvorens zij
werden overgebracht naar gevangenissen.331
In het Oosten en regeringsgebieden in het Noorden kwamen marteling en
mishandeling voor door militair inlichtingenpersoneel en overig
veiligheidspersoneel, al dan niet in samenwerking met paramilitaire groeperingen.
Personen die verdacht werden van LTTE betrokkenheid werden zowel in geheime
327 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
328 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
329 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
330 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
331 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
80
detentieplaatsen als in reguliere gevangenissen onderworpen aan ondervraging,
hetgeen doorgaans gepaard ging met marteling. Bij vrijlating werden gevangenen
geregeld gewaarschuwd om niet over de detentie te praten onder bedreiging van
repercussies. In enkele gevallen werd de persoon direct na zijn vrijlating vermoord
door gemaskerde mannen op motorvoertuigen (zie ook paragraaf 3.3.9).332
Slachtoffers van marteling hebben de mogelijkheid een klacht in te dienen.333
Intimidaties en bedreigingen van politie en leger weerhouden de slachtoffers hier
echter van. Voor zover bekend is de openbare aanklager in 34 gevallen tot
vervolging overgegaan, waarvan drie gevallen tot een veroordeling hebben geleid,
naar het voorkomt mede door gebrek aan volwaardig onderzoek.334 Op marteling
staat een gevangenisstraf van minimaal zeven en maximaal tien jaar en een
geldboete van 100-500 US Dollar.335
De LTTE maakte zich gedurende de verslagperiode ook schuldig aan foltering.336
3.3.8 Verdwijningen
Het aantal verdwijningen en ontvoeringen in het gehele land is gedurende de
verslagperiode sterk toegenomen. Het merendeel (meer dan de helft van de
gevallen) vond plaats in Jaffna, gevolgd door Colombo (13%). Maar ook in
Mannar, Batticaloa, Ampara, Trincomalee en Vavuniya hebben verdwijningen en
ontvoeringen op grote schaal plaatsgevonden. Dagelijks vinden er gemiddeld vijf
verdwijningen of moorden plaats in Sri Lanka (zie ook paragraaf 3.3.9).337
332 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
333 Het High Court heeft de jurisdictie om zaken over marteling te behandelen. Het slachtoffer
kan hiertoe een klacht indienen bij de openbare aanklager. Op basis van instructies van de
openbare aanklager wordt een onderzoek ingesteld door de Special Investigation Unit. Het
onderzoek geschiedt onder supervisie van de inspecteur-generaal van politie; Human Rights
Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel, inhuman or degrading
treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26
februari 2008.
334 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
335 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
336 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia
Report N° 146, 20 februari 2008.
337 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°
146, 20 februari 2008; HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
81
Uit beschikbare informatie van zowel de regering als NGO's kan worden
opgemaakt dat in de periode tussen december 2005 en december 2007 meer dan
1500 mensen als vermist zijn opgegeven. Het merendeel van deze verdwijningen
is nog niet opgelost. Uit een gezamenlijk rapport van enkele lokale
mensenrechtenorganisaties blijkt dat tussen januari 2007 en december 2007 653
verdwijningen hebben plaatsgevonden. De meerderheid (81%) van de
verdwijningen betrof Tamils. De meerderheid van de verdwenen personen (97%)
betrof mannen, van wie meer dan 55% onder de 30 jaar. De beschikbare officiële
cijfers zijn niet representatief, daar niet alle verdwijningen en ontvoeringen uit
angst voor represailles worden gemeld.
Zowel de LTTE, de regeringstroepen (leger en politie (Criminal Investigation
Department, Special Task Force)) en de TMVP en EPDP maakten zich alle
schuldig aan verdwijningen en ontvoeringen. De TMVP en de EPDP handelden
zowel op zelfstandige basis als in gezamenlijke acties met de veiligheidstroepen
van de regering. Zowel het leger als politie maken gebruik van de TMVP en de
EPDP, waarvan de leden de Tamil taal machtig zijn, ten behoeve van de
identificatie van LTTE leden of aanhangers. De EPDP maakte hierbij gebruik van
een netwerk van informanten.338 De gevallen waarbij de TMVP en de EPDP
zelfstandig acteerden, betroffen over het algemeen ontvoeringen voor losgeld of
vergeldingsacties gericht tegen de LTTE, waarbij de regeringstroepen niet
ingrepen.339
Vanwege de aanwezigheid van verschillende veiligheidstroepen van de regering
en paramilitaire groeperingen, is niet altijd duidelijk wie verantwoordelijk moet
worden gehouden voor de verdwijningen. Daarnaast worden op basis van de
Emergency Regulations gezamenlijke operaties van politie en leger toegestaan
zonder duidelijke scheiding van verantwoordelijkheid. In geval van arrestaties die
tot een verdwijning leiden, wordt door beide diensten naar elkaar verwezen. De
"Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008;
International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni
2007; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human
rights for Sri Lanka's minorities, december 2007.
338 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
339 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in
Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008; UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing
General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007;
International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni
2007; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human
rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; UTHR, Can de East be Won by Human
Culling? Special Economic Zones. An Ideological Journey Back to 1983, augustus 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
82
familieleden worden zo van het kastje naar de muur gestuurd. Verdwijningen
blijven zo veelal onopgelost.340
Slachtoffers waren voornamelijk (jonge) Tamils, maar ook Singalezen en moslims
waren doelwit.341 Jonge Tamils, waaronder een groot aantal middelbare scholieren
en studenten, vormden de grootste groep slachtoffers. Ook kwamen verdwijningen
voor onder humanitaire hulpverleners, journalisten en kinderen. De trend lijkt te
zijn dat individuen die verdacht worden van LTTE betrokkenheid een doelwit van
verdwijningen vormen. Verschillende bronnen melden dat de Sri Lankaanse
inlichtingendienst aan de hand van foto- en videomateriaal van bijeenkomsten van
de LTTE, die tijdens het staakt-het-vurenakkoord vrijelijk kon opereren in Sri
Lanka, hun doelwit bepalen. Ook personen die door de LTTE gedwongen werden
deze bijeenkomsten van de LTTE bij te wonen, behoren tot deze groep.342 Volgens
verschillende ooggetuigen vonden de meeste verdwijningen plaats middels het
gebruik van 'witte bussen zonder kenteken' door niet nader te identificeren
(gemaskerde) Tamil sprekende, gewapende mannen.343 Een arrestatie op basis van
de noodregelgeving is ook moeilijk te onderscheiden van een verdwijning, daar
niet geüniformeerde ambtenaren personen kunnen arresteren zonder mededeling
van de reden, van hun bevoegdheid of van de plaats van bestemming.344
In het Oosten en Noorden deed het merendeel van de verdwijningen zich voor
gedurende of na massa-arrestaties en razzia's die volgden na aanslagen van de
LTTE. Tijdens massa-arrestaties en razzia's worden de identiteitskaarten van
voornamelijk mannen, en soms ook vrouwen van Tamil afkomst in beslag
genomen en worden zij vervolgens in hechtenis genomen in legerkampen voor
verhoor. Een andere veel toegepaste methode is de identiteitskaarten van personen
in te nemen met het verzoek zich de volgende dag te melden. Vervolgens wordt de
persoon onder druk gezet om namen van LTTE aanhangers of sympathisanten te
geven in ruil voor teruggave van zijn identiteitskaart. Er zijn berichten van
personen die vervolgens verdwijnen of kort na hun vrijlating worden vermoord.
340 Human Rights Watch, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19.
N°11 (c), augustus 2007; Minority Rights Group International, One year on: counterterrorism
sparks human rights for Sri Lanka's minorities, december 2007.
341 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and
Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
342 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni
2007; UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and
Enthroning Barbarism, 4 december 2007; Amnesty International, Silencing Dissent, februari
2008.
343 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
344 International Crisis Group, Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni
2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
83
Het leger werkt volgens verschillende bronnen aan de hand van lijsten met namen
van personen die worden verdacht van LTTE betrokkenheid.345 In het Oosten
waren met name de TMVP, het leger en de Special Task Force van de politie
verantwoordelijk voor de verdwijningen en ontvoeringen. Dit geschiedde zowel
zelfstandig als in nauwe samenwerking met elkaar.346 Ook kwamen ontvoeringen
voor losgeld voor. Het kwam geregeld voor dat de TMVP en het leger gezamenlijk
ontheemden afkomstig uit het LTTE gebied doorlichtten ter identificatie van
LTTE verdachten.347
In Jaffna wordt vooral het leger verantwoordelijk gehouden voor de
verdwijningen, omdat de meeste verdwijningen plaatsvonden binnen militaire
High Security Zones of op tijden waarin de avondklok was ingesteld.348 De
verdwijningen vonden plaats tijdens of na controles bij een checkpoint of na
gerichte invallen als gevolg van veiligheidsincidenten. Naast het leger maakte ook
de EPDP zich schuldig aan ontvoeringen en verdwijningen. De EPDP handelt
zowel zelfstandig als in nauwe samenwerking met het leger. De LTTE is ook nog
steeds actief in Jaffna en zou zich bij verdwijningen (die doorgaans leiden tot
moord) met name richten op personen die een goede relatie onderhouden met het
leger of personen die zich negatief uitlaten over de LTTE. 349 Er zijn over het
algemeen weinig meldingen van verdwijningen en ontvoeringen door de LTTE in
regeringsgebied, omdat openlijke executies als afschrikwekkend middel de
voorkeur hebben bij de LTTE.350
Het aantal personen dat zich in Jaffna als gevolg van de dreiging om ontvoerd en
vermoord te worden, voor zijn eigen veiligheid overgeeft aan de regering
(vrijwillige internering) is gedurende de verslagperiode drastisch toegenomen.
Deze personen worden vrijwillig in detentie genomen na aanmelding bij de
regionale Human Rights Commission en verschijning voor de rechter.351 In
december 2007 rapporteerde de SLMM dat 223 personen zich in vrijwillige
345 UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and
Enthroning Barbarism, 4 december 2007; Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter
Notstandsrecht, december 2007.
346 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in
Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008; UTHR, Can the East be won through Human
Culling, Special report N° 26, 3 augustus 2007.
347 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in
Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
348 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in
Sri Lanka, Volume 20, No. 2(c), maart 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human
Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007.
349 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
350 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in
Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
351 UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and
Enthroning Barbarism, 4 december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
84
internering bevonden in Jaffna, waarvan 207 mannen, vijf vrouwen en elf
kinderen. 352 In november 2007 was dit aantal nog 193 personen, waarvan 174
mannen. Het totaal aantal gevangenen in Jaffna bedroeg 430 personen.353 In
februari 2008 alleen al hebben zich meer dan 250 jongeren onder het gezag van de
lokale Human Rights Commission geplaatst.
In Colombo zijn volgens verschillende bronnen voornamelijk de Special Task
Force en de Criminal Investigation Department van de politie verantwoordelijk
voor de verdwijningen.354 De TMVP en de EPDP maakten zich in de
verslagperiode ook schuldig aan verdwijningen en ontvoeringen van rijke Tamilen
moslimzakenlieden voor losgeld in Colombo. Zij handelden hierbij zowel
zelfstandig als met (stilzwijgende) medewerking van de regeringstroepen. Er was
niet altijd een duidelijke scheidslijn te trekken tussen politiek gemotiveerde
verdwijningen en ontvoeringen voor losgeld. Met name de georganiseerde
criminaliteit zou handig gebruik hebben gemaakt van het klimaat van
straffeloosheid en de aanwezigheid van verschillende veiligheidstroepen en
paramilitaire groeperingen om hun slag te slaan.355 Het aantal ontvoeringen voor
losgeld deed zich voornamelijk voor in de eerste helft van 2007 en is voor zover
bekend inmiddels afgenomen.356
Verdwijningen resulteren veelvuldig in buitengerechtelijke executies of moord.
Sommige verdwenen personen zijn omgekomen als gevolg van marteling
gedurende detentie.357 Geregeld werden er gedurende de verslagperiode lijken
doorboord met kogels of andere zware verwondingen teruggevonden. Van veel
vermiste personen wordt echter nooit meer iets vernomen; van het merendeel
wordt verondersteld dat zij zijn omgekomen. Ook worden verdwenen personen
vastgehouden in detentiekampen van het leger of officiële gevangenissen als
Boosa, of in kampen van de TMVP en de EPDP (zie ook paragraaf 3.3.6).
352 SLMM, Weekly situation report, 17 december-23 december 2007.
353 SLMM, Weekly Situation report, 19 november-25 november 2007.
354 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in
Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
355 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in
Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008; International Crisis Group, "Sri Lanka's Human
Rights Crisis", Asia Report N° 135, 14 juni 2007.
356 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks human
rights for Sri Lanka's minorities, december 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's
Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; HRW,
Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri
Lanka, Volume 20, N°. 2(c), maart 2008.
357 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in
Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
85
In de gebieden die onder controle van de LTTE staan, werden de meeste
verdwijningen in verband gebracht met gedwongen rekrutering (LTTE). De
meeste ontvoeringen deden zich voor in Kilinochchi en Mulaithivu. Ontvoeringen
door de LTTE zouden ook plaatsvinden in Mannar, Vavuniya en gebieden in
Jaffna.358
3.3.9 Buitengerechtelijke executies en moorden
Het aantal buitengerechtelijke executies en moorden is gedurende de
verslagperiode sterk toegenomen. Gedurende de verslagperiode kwamen met name
in het Noorden en Oosten dagelijks politieke moorden voor. Ook in Colombo
vonden moorden plaats, maar beduidend minder. Het merendeel deed zich voor in
Jaffna, maar ook in Batticaloa, Vavuniya en Tricomalee was de situatie ernstig.359
Uit een gezamenlijk rapport van enkele lokale mensenrechtenorganisaties blijkt
dat tussen januari 2007 en december 2007 898 buitengerechtelijke executies en
moorden zouden hebben plaatsgevonden. De meerderheid (84 %) van de
slachtoffers betrof Tamils. 80% betrof jonge mannen, waarvan bijna 50% onder de
30 jaar.
Veel slachtoffers, zijn eerst verdwenen en pas later dood teruggevonden (zie ook
paragraaf 3.3.8). Ook hier geldt dat vanwege de aanwezigheid van verschillende
veiligheidstroepen van de regering en paramilitaire groeperingen, het niet altijd
duidelijk was wie verantwoordelijk moest worden gehouden voor de moorden.
Daarnaast waren getuigen of nabestaanden niet altijd bereid nadere details te
verschaffen over de moord vanwege angst voor represailles. Indirect bewijs zoals
de locatie (bijvoorbeeld in een HSZ, vlakbij een controlepost of militair kamp) of
het tijdstip van het misdrijf (tijdens de avondklok), politieke affiniteit en etniciteit
van het slachtoffer, wijzen op betrokkenheid van de regeringstroepen en
paramilitaire groeperingen.360 Zowel van de TMVP, EPDP en regeringstroepen
wordt betrokkenheid en samenwerking daarbij verondersteld. Ook de LTTE
maakte zich schuldig aan buitengerechtelijke executies en moorden.361
358 HRW, Recurring Nightmare, State Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in
Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008.
359 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia
Report N° 146, 20 februari 2008.
360 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°
146, 20 februari 2008; UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry
Wijeratne's Legacy and Enthroning Barbarism, 4 december 2007; Minority Rights Group
International, One year on: counter-terrorism sparks human rights for Sri Lanka's minorities,
december 2007.
361 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007; UTHR,
Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and Enthroning
Barbarism, 4 december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
86
Slachtoffers van de LTTE waren met name leden, ex-leden en supporters van
gematigde (pro-regering) Tamil partijen (inclusief TMVP en EPDP), informanten
van het leger, tegenstanders van de LTTE, en hun families. De LTTE werd ook
verantwoordelijk gehouden voor een aantal politieke moorden dat zich gedurende
de verslagperiode voordeed.362 Naast een aantal parlementsleden, zijn gedurende
de verslagperiode twee ministers bij aanslagen om het leven gekomen. Ook de
leider van de EPDP Douglas Devananda is in november 2007 doelwit van een
zelfmoordaanslag geweest (zie paragraaf 2.3).
De moorden van de TMVP en de EPDP waren met name gericht op LTTE-leden
en individuen (voornamelijk Tamils) die ervan verdacht werden LTTE aanhanger
te zijn en leden van de TNA (pro-LTTE).363 (zie ook paragraaf 2.3).
3.3.10 Doodstraf
Sedert 23 juni 1976 wordt de doodstraf in Sri Lanka niet meer uitgevoerd. De
doodstraf is nog wel opgenomen in de wet en wordt nog steeds opgelegd. Sri
Lanka handhaaft evenwel een moratorium op de doodstraf met het oog op
afschaffing in de toekomst.364 Er zijn ongeveer 175 gevangenen in Sri Lanka die
ter dood zijn veroordeeld. In december 2006 was dit aantal nog 165. 365 In 47
gevallen is de doodstraf inmiddels omgezet in levenslang. Na het uitzitten van 15-
17 jaar gevangenisstraf worden deze gevangenen bij goed gedrag vrijgelaten.
Terdoodveroordeelden zitten in de praktijk dus dezelfde straf uit als personen die
tot levenslang zijn veroordeeld, maar genieten niet dezelfde privileges en
opleidingsmogelijkheden.
In LTTE gebied komt de doodstraf voor. Hoe vaak een veroordeling wordt
uitgesproken is niet bekend.
3.4 Positie van specifieke groepen
3.4.1 Plantage Tamils
362 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
363 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
364 Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and other cruel,
inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred Nowak, Mission to Sri Lanka,
A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008.
365 Statistics Division Prisons Headquarters, Prisons Statistics of Sri Lanka, vol.26- year 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
87
De Plantage Tamils (ook wel Indian Tamils, Up Country Tamils, Estate Tamils of
Tea Tamils genoemd) werden in de 19de en 20ste eeuw door de Britse koloniale
regering vanuit India gehaald om te werken op de plantages in het centrale
heuvelland van toenmalig Ceylon. De Ceylon Citizenship Act, die van kracht werd
na de onafhankelijkheid van Sri Lanka in 1948, onthield hen de Sri Lankaanse
nationaliteit en burgerrechten. Sinds de invoering van de Grant of Citizenship to
Persons of Indian Origin Act in 2003 kunnen staatloze Plantage Tamils van
Indiase afkomst die sinds 30 oktober 1964 permanent in Sri Lanka hebben
gewoond en hun nakomelingen, het Sri Lankaanse staatsburgerschap aanvragen.
De UNHCR voert geregeld campagne om deze Plantage Tamils te wijzen op de
nieuwe wet.
De sociaal-economische positie van Plantage Tamils is slecht. Naar eigen zeggen
worden zij achtergesteld bij toegang tot bijvoorbeeld universiteiten en publieke
functies en bij andere zaken die door de overheid geregeld worden.366 Kinderen
kunnen naar school, maar het onderwijsniveau is zeer laag. Veel Plantage Tamils
hebben geen identiteitskaart, waardoor zij niet zonder gevaar buiten de plantages
kunnen reizen. Het gevaar voor arrestaties en detenties weerhoudt veel Plantage
Tamils van het werken buiten de plantages. Bij afwezigheid van een
geboortebewijs zijn velen ook niet in staat om een nationale identiteitskaart aan te
vragen (zie ook paragraaf 3.3.4).367
3.4.2 Vrouwen
Op grond van nationaal recht, strafrecht en civiel recht hebben vrouwen gelijke
rechten als mannen. Omdat in Sri Lanka het persoons- en familierecht verschilt per
gemeenschap (Tamil, Singalees en islam), zijn de rechten van vrouwen evenwel
niet in alle gevallen gelijk aan mannen.368 Zo is de minimumleeftijd voor vrouwen
om te huwen volgens het civiele recht gesteld op achttien jaar, terwijl het huwelijk
volgens het islamitische recht niet leeftijdgebonden is. Een islamitisch meisje mag
trouwen zodra de puberteit is ingetreden. Ondanks de wettelijke keuzevrijheid
tussen het civiele recht en het gemeenschapsrecht, is de druk binnen de
islamitische gemeenschap om onder het islamitische recht te trouwen groot.369
366 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
367 Consortium of Humanitarian Agencies, Fact Finding Mission to the Tea Plantation, 25-27
januari 2008.
368 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
369 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
88
Volgens de nationale wet zijn vrouwen handelingsbekwaam.370 In de praktijk kan
het, in bijvoorbeeld traditionele of armere gezinnen, voorkomen dat een vrouw
afhankelijk is van een mannelijk familielid. Zo heeft een getrouwde vrouw onder
Tamil gewoonterecht de toestemming van haar echtgenoot nodig om
eigendommen te verkopen of te verwerven. In het civiele erfrecht geldt voor zonen
en dochters het recht op een gelijk deel van het vermogen, terwijl dit in het
islamitische recht weer niet het geval is.
In de Sri Lankaanse grondwet is opgenomen dat mannen en vrouwen gelijke
kansen dienen te krijgen in de publieke sector. De deelname van vrouwen in de
overheidssector is echter beperkt. De vertegenwoordiging van vrouwen in de
politiek is zeer laag en bedraagt ongeveer 4% in het parlement en minder dan 2%
in de lokale politiek.371 Ook deelname in de private sector is beperkt. In de private
sector bestaat geen wettelijke bescherming tegen discriminatie. Vrouwen krijgen
soms minder betaald dan mannen voor hetzelfde werk, bekleden minder snel een
leidinggevende positie en kunnen te maken krijgen met seksuele intimidatie.372
Daarnaast is de werkloosheid onder vrouwen twee keer zo hoog als onder mannen,
terwijl het voor opgeleide vrouwen moeilijk is passend werk te vinden.
De rol van de familie is erg belangrijk in Sri Lanka. Het is daarom niet
gebruikelijk dat vrouwen alleen wonen. Het komt voor dat vrouwen met z'n
tweeën in een huis wonen vanwege veiligheidsredenen. Tegelijkertijd is het aantal
huishoudens dat gerund wordt door een vrouw toegenomen als gevolg van het
opgelaaide conflict. Veel mannen zijn verdwenen, vermoord of gedetineerd.
Weduwen of wezen, wier echtgenoot of vader in het leger zat, hebben recht op
weduwen- of wezenpensioen. Aangezien veel mannen zijn verdwenen en het dus
niet (officieel) bekend is dat zij zijn gestorven, hebben de weduwen en wezen
problemen bij de aanvraag van het pensioen, maar ook bij hun aanspraak op
landtitels. 373
(Seksueel) geweld
Huiselijk geweld en verkrachting binnen het huwelijk zijn strafbaar gesteld in de
wet, maar er wordt niet op de naleving toegezien en de daders worden zelden
bestraft.374 De Prevention of Domestic Violence Act is in oktober 2005 in werking
370 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
371 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
372 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
373 Zie algemeen ambtsbericht Sri Lanka april 2007.
374 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; Zie ook vorig algemeen ambtsbericht Sri Lanka, april 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
89
getreden.375 Deze wet biedt bescherming tegen huiselijk geweld, echter via de
civiele procedure. Het slachtoffer kan de rechter verzoeken een beschermende
maatregel of voorlopige voorziening (interim of protection order) te treffen.376 Dit
geldt eveneens voor verkrachting en ander seksueel geweld. Bij niet naleving kan
de dader een dwangsom worden opgelegd, die bij niet nakoming wordt omgezet in
een gevangenisstraf. Seksueel geweld binnen het huwelijk is voor zover bekend
niet strafbaar gesteld in de wet, behalve indien sprake is van scheiding van tafel en
bed.377
Seksueel geweld tegen vrouwen is gedurende de verslagperiode toegenomen als
gevolg van de geweldsescalatie. De groeiende aanwezigheid van verschillende
militaire groeperingen (zoals de LTTE, de TMVP, de EPDP), personeel van het
National Civil Security Department (zie paragraaf 2.3) en veiligheidstroepen van
de regering (leger en politie) had een toename van het (seksueel) geweld tegen
vrouwen tot gevolg in het Oosten, het Noorden en in opvangkampen voor
ontheemden.378 (Groeps)verkrachting en ontvoering van vrouwen door het leger en
politie kwamen geregeld voor. Met name alleenstaande vrouwen of vrouwen wier
echtgenoot in detentie is of is 'verdwenen', lopen een groot risico om slachtoffer
van (seksueel) geweld te worden.379 Ook gedwongen seks met
gevangenbewaarders is een veelvoorkomende klacht. Er zou niet altijd sprake zijn
van bewaking van vrouwen door vrouwelijke gevangenbewaarders.380 Het Bureau
for the Protection of Women and Children heeft 278 gevallen van verkrachting
375 Parliament of the democratic socialist republic of Sri Lanka, Prevention of Domestic Violence
Act, No. 34 of 2005, Published as a supplement to Part II of the Gazette of he Democratic
Socialist Republic of Sri Lanka of October 07, 2005.
376 De maatregelen variëren van het opleggen van een straatverbod aan dader, contactverbod tot
het verbod om het echtelijk huis te verkopen; Parliament of the democratic socialist republic
of Sri Lanka, Prevention of Domestic Violence Act, No. 34 of 2005, Published as a
supplement to Part II of the Gazette of he Democratic Socialist Republic of Sri Lanka of
October 07, 2005.
377 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
378 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia
Report N° 146, 20 februari 2008; South Asians for Human Rights, report on the fact finding
mission to the north and east of Sri Lanka to assess the state of displaced persons, augustus
2007.
379 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia
Report N° 146, 20 februari 2008.
380 International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N°
146, 20 februari 2008; US State Department, Country report on human rights practices 2007
- Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
90
gerapporteerd van januari tot en met november 2007.381 De daders worden
nauwelijks bestraft (zie paragraaf 3.3.5 en 3.3.6).
Het functioneren van het Bureau for the Protection of Women and Children van de
politie is niet voldoende effectief gebleken in geval van klachten van vrouwen die
slachtoffer zijn van seksueel geweld. Het bureau beschikt niet over voldoende
middelen. Risico van intimidatie van klagers is aanwezig. Ook noemden
verschillende bronnen de politie bevooroordeeld en veelal veroordelend bij
klachten met betrekking tot seksueel geweld. Het Bureau for the Protection of
Women and Children heeft 38 kantoren in Sri Lanka, hoewel ieder politiebureau in
beginsel een eigen bureau behoort te hebben. Het hoofdkantoor is gelegen in
Colombo. Gedurende de eerste helft van 2007 heeft het Bureau for the Protection
of Women and Children 995 klachten van zwaar geweld tegen vrouwen ontvangen
en 2247 gevallen van minder zware vergrijpen geregistreerd.382
Opvang en begeleiding van vrouwen die slachtoffer zijn van verkrachting of
huiselijk geweld, zoals crisiscentra of opvangtehuizen waren slechts in beperkte
mate aanwezig.383 Er zijn voor zover bekend geen specifieke
overheidsopvanghuizen voor vrouwen die slachtoffers zijn van verkrachting of
huiselijk geweld. Wel heeft de overheid een multi-purpose faciliteit tot haar
beschikking waar vrouwen kunnen worden opgevangen of advies kunnen krijgen.
Deze faciliteit wordt evenwel voor verschillende doeleinden gebruikt, waardoor de
veiligheid een probleem is. Opvang en begeleiding worden geboden door enkele
NGO's, zoals Women In Need, en andere particuliere initiatieven. Women in Need
heeft kantoren in politiebureaus waar vrouwen die slachtoffer zijn van geweld
kunnen worden opgevangen. Er zijn ook kantoren in ziekenhuizen aanwezig. In
totaal heeft Women in Need zeven crisiscentra, zes ziekenhuiskantoren en twee
politiebureaukantoren in gebruik.
3.4.3 Homoseksuelen
Seksuele activiteiten tussen personen van hetzelfde geslacht zijn in Sri Lanka
verboden onder artikel 365 van het wetboek van Strafrecht. Er staat een maximum
gevangenisstraf op van tien jaar.384 Per 1995 werd ook uitdrukkelijk seks tussen
381 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
382 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
383 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
384 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
91
vrouwen strafbaar gesteld door het woord 'mannen' in de oorspronkelijke wettekst
(die dateert uit 1883) te vervangen door het woord 'personen'. Daarnaast is op
grond van artikel 365A het verrichten van obscene handelingen met iemand van
hetzelfde geslacht, zowel in publieke als privé ruimten, verboden met een
maximum gevangenisstraf van twee jaar of een geldboete of beide. Indien een
persoon boven de achttien jaar de obscene handelingen verricht met een persoon
onder de zestien jaar, wordt een gevangenisstraf gehanteerd van minimaal tien tot
twintig jaar en een geldboete aangevuld met betaling van een schadevergoeding
aan het slachtoffer. Er zijn geen gevallen bekend waarin homoseksualiteit heeft
geleid tot strafvervolging.
Vanwege de strafbaarstelling bevinden homoseksuelen zich in een kwetsbare
positie. De strafbaarstelling werkt stigmatiserend en discriminerend. Intimidatie,
belediging, verkrachting, arrestatie en afpersing voor geld of seksuele diensten van
homoseksuele mannen komen voor. Daarnaast komt discriminatie voor op het
gebied van opleiding, gezondheidszorg en ontslag. Vanwege de strafbaarstelling
van homoseksualiteit is men bij mishandeling of discriminatie bang aangifte te
doen bij de politie of in geval van een aangifte de geaardheid als reden op te geven
om verder stigmatisering of discriminatie door de politie te voorkomen. Ook is
homoseksualiteit sociaal niet geaccepteerd in Sri Lanka. Het gebrek aan
ondersteuning door de familie versterkt het gevoel van stigmatisering.
Stigmatisering van homoseksuelen geschiedt onafhankelijk van klasse, kaste en/of
afkomst.
Er zijn meerdere NGO's actief in Sri Lanka die zich inzetten voor de rechten van
homoseksuelen. Deze zijn evenwel vanwege de strafbaarstelling van
homoseksualiteit niet als zodanig geregistreerd bij de overheid. De aanwezigheid
van deze bewegingen is relatief nieuw in Sri Lanka. De eerste NGO is met haar
activiteiten in 1995 aangevangen. Sedert 2005 wordt jaarlijks een kleinschalig,
publiektoegankelijk, cultureel evenement ter bevordering van de
emancipatiebeweging voor homoseksuelen gehouden in Colombo. Er was geen
reactie van de autoriteiten op deze 'gay events' die in juni-juli 2008 plaatsvonden.
3.4.4 Minderjarigen
In Sri Lanka is men vanaf de leeftijd van achttien jaar meerderjarig en volledig
handelingsbekwaam. Vanaf de leeftijd van zestien jaar dienen Sri Lankanen te
beschikken over een identiteitskaart (zie paragraaf 3.3.4). De leerplicht in Sri
Lanka geldt van de leeftijd van vijf jaar tot veertien jaar.385 Het opgelaaide conflict
had gedurende de verslagperiode negatieve invloed op het onderwijs aan kinderen.
385 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
92
Meer dan 250.000 kinderen, met name uit het Noorden en Oosten, gaan daardoor
niet naar school.386 Veel scholen zijn als gevolg van de bombardementen
beschadigd en onbruikbaar geraakt of werden gebruikt als tijdelijke opvang voor
ontheemden. Ook raakten scholen (tijdelijk) buiten gebruik vanwege de nabijheid
van locaties waar beschietingen plaatsvonden. Het toegenomen aantal
ontheemden, waaronder ook de leerlingen en leerkrachten zelf, zorgde voor
geregelde onderbreking van de lessen.387 Er is bovendien een tekort aan leraren
ontstaan omdat velen zijn gevlucht naar veiliger gebieden als gevolg van het
conflict.388 Veel kinderen zijn verminkt geraakt of omgekomen als gevolg van
beschietingen, bombardementen of aanslagen.389
Kindsoldaten
In Sri Lanka is het rekruteren van kinderen strafbaar gesteld met een maximum
gevangenisstraf van 30 jaar. Zowel de LTTE als de TMVP maakten zich
gedurende de verslagperiode nog steeds schuldig aan ontvoering van
minderjarigen en gedwongen rekrutering van kindsoldaten. 390
UNICEF monitort en registreert sinds het CFA in 2002 de rekrutering van
kindsoldaten en rapporteert hierover. Ook de SLMM hield zich bezig met het
monitoren van rekrutering van kindsoldaten.391 In totaal heeft UNICEF tussen
januari 2002 en augustus 2008 6812 gevallen van rekrutering van minderjarigen
geregistreerd: 6284 door de LTTE en 528 door de TMVP. Van hen zouden er nog
steeds 1426 worden ingezet door de LTTE en 127 door de TMVP.392 Het
werkelijke aantal kindsoldaten ligt waarschijnlijk veel hoger. De meldingen zijn
met name afkomstig van de moeders. Het aantal niet gemelde gevallen is
386 UNICEF, Humanitarian Action. Sri Lanka. Donor Update, 24 juni 2007.
387 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; UNICEF Humanitarian Action Sri
Lanka Donor Update, 14 juni 2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No
Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
388 UNICEF, Humanitarian Action. Sri Lanka. Donor Update, 24 juni 2007.
389 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
390 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; US State Department, Country report
on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008; International Crisis Group, Sri
Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Sri Lanka- Return to
War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c), augustus 2007; Watchlist on children and
armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri
Lanka, april 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the
Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; HRW, Recurring Nightmare- State
responsibility for "Disappearances" and abductions in Sri Lanka., vol. 20, N° 2(c), maart
2008.
391 SLMM, Weekly Situation report, 22 oktober-28 oktober 2007, 3 december-9 december 2007.
392 UNICEF database under-age Recruitment as of 31 augustus 2008 by the LTTE en the TMVP.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
93
onbekend. Niet alle rekruteringen worden namelijk door ouders aangegeven uit
angst voor represailles.393
TMVP
In 2007 heeft de TMVP volgens UNICEF in totaal 251 kinderen gerekruteerd en
geherrekruteerd.394 De gemiddelde leeftijd van kinderen bedroeg ongeveer zestien
jaar.395 Ontvoeringen en rekrutering van kinderen door de TMVP vonden met
geweld plaats vanuit de straten, tempels, woningen of ontheemdenkampen in
regeringsgebied. De TMVP richt zich ook op kinderen die voorheen gerekruteerd
zijn geweest door de LTTE. Er zijn berichten dat kinderen die zijn teruggekeerd
uit LTTE gebied zich dienen te melden bij de TMVP. In meerdere gevallen heeft
dit geleid tot herrekrutering van deze kinderen.396 Het komt ook voor dat de
TMVP een maandelijkse vergoeding uitkeert aan gerekruteerde kinderen die de
militaire opleiding van de TMVP volgen. Met name de armere families worden op
deze manier beïnvloed om de rekrutering niet te rapporteren aan de autoriteiten.397
De TMVP was gedurende de verslagperiode voornamelijk actief in gebieden die
onder controle staan van de regering. De rekruteringen en ontvoeringen door de
TMVP vonden plaats in Batticaloa, Ampara, Polonaruwa en Trincomalee in het
Oosten. De gerekruteerde kinderen worden door de TMVP onder andere ingezet
bij gevechten of tewerkgesteld als beveiligers van de kantoren van de TMVP.398
De regering wordt medeplichtig geacht aan het rekruteren van kindsoldaten door
de TMVP. Er zijn meldingen van rekrutering en ontvoering van kinderen in de
nabijheid van veiligheidstroepen van de regering en checkpoints.399 In reactie op
de berichten dat de regeringstroepen medeplichtig zouden zijn aan het rekruteren
van kindsoldaten, heeft de regering verschillende commissies ingesteld om een
393 HRW, Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, vol. 19, N° 11(c), augustus
2007.
394 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
395 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
396 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
397 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
398 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
399 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Human Rights Watch, UN: Sanction
LTTE, Karuna Group for Child Soldiers; Government Fails to Investigate its Forces'
Complicity in Child Soldiers, 21 februari 2008; BBC, Tamil Tiger UN sanctions demand, 21
februari 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
94
onderzoek in te stellen. Voor zover bekend lopen de onderzoeken naar de
betrokkenheid van de regeringstroepen nog.400 (zie ook paragraaf 3.2).
LTTE
In 2007 heeft de LTTE volgens UNICEF 163 kinderen gerekruteerd en
geherrekruteerd. In 2008 bedroeg dit aantal tot 30 april 2008 in totaal veertien
kinderen.401 De gemiddelde leeftijd van de kinderen bedroeg in 2007 zestien jaar
en in 2008 (tot 31 augustus 2008) zeventien jaar. 40% van de gerekruteerde
kinderen betrof meisjes.402 In oktober 2007 heeft de LTTE onder druk van de
internationale gemeenschap de minimumleeftijd voor rekrutering door de LTTE
verhoogd naar achttien jaar.403 Hiertoe werd door de LTTE en de regering een
nieuw Action Plan getekend onder leiding van UNICEF.404 In dit Action Plan
heeft de LTTE zich ook gecommitteerd aan de vrijlating van alle gerekruteerde
minderjarige kinderen voor 2008. Sinds de gemaakte afspraken is een duidelijke
afname van het aantal rekruteringen van kinderen en een toename van de
vrijlatingen door de LTTE waarneembaar. De LTTE rekruteert niet meer onder de
leeftijd van achttien jaar, maar komt het kind nu op zijn achttiende verjaardag
claimen. Reeds vrijgelaten kinderen (tussen de leeftijd van vijftien- zeventien jaar)
worden op hun achttiende verjaardag weer gerekruteerd. In 2008 bleek echter dat
de LTTE de afspraak om alle gerekruteerde minderjarige kinderen voor 2008 vrij
te laten niet is nagekomen.405
400 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; HRW, UN: Sanction LTTE, Karuna
Group for Child Soldiers; Government Fails to Investigate its Forces' Complicity in Child
Soldiers, 21 februari 2008.
401 UNICEF database under-age Recruitment as of 31 augustus 2008 by the LTTE en the TMVP;
US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
402 UNICEF database under-age Recruitment as of 31 augustus 2008 by the LTTE.
403 De LTTE had in oktober 2006 reeds de beleidswijziging ingevoerd dat zij bij rekruteringen
een minimumleeftijd van 17 jaar zou aanhouden; United Nations Security Council, Report of
the Secretary-General on children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december
2007; US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11
maart 2008.
404 In 2003 tekenden de LTTE en de regering een Action Plan for Children Affected by War ter
bevordering van de veiligheid en welzijn van kinderen die zijn aangetast door het gewapend
conflict in het Noorden en het Oosten. De termijn van dit Action Plan verliep in juli 2006. In
oktober 2007 tekende de LTTE een nieuw Action Plan; International Crisis Group, Sri
Lanka's Human Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007, S/2007/758; Watchlist on
children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed
Conflict in Sri Lanka, april 2008.
405 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; US State Department, Country report
on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
95
De LTTE heeft in 2007 in de gebieden die onder haar controle staan haar "child
quota system" gewijzigd in een "family quota system", hetgeen inhoudt dat ieder
gezin één lid, waaronder ook kinderen, moet afstaan aan de LTTE.406 Kinderen
lopen zo het risico om een ouder of kostwinner te verliezen. Er zijn geruchten dat
de LTTE het quotum heeft uitgebreid naar twee.407 Indien niet aan het verzoek
wordt voldaan, zou het gezin worden uitgesloten van alle voorzieningen. De LTTE
moedigt rekrutering aan door gratis onderwijs, eten en voorzieningen te beloven
ten behoeve van de kinderen die zich hebben aangemeld. De families van
gerekruteerde kinderen bemachtigen over het algemeen een hogere status en zijn
gegarandeerd van economische privileges, waaronder belastingvrijstelling en
geprivilegieerde toegang tot sociale voorzieningen. Ook komt het voor dat een
familielid wordt gerekruteerd in ruil voor de persoon die zich verschuilt om
rekrutering te voorkomen.408 De LTTE rekruteert over het algemeen bij scholen,
op straat, tijdens festivals of in de woning.409 De gedwongen rekruten worden door
de LTTE ondermeer ingezet in de frontlinies, waar de overlevingskans niet groot
is. Ook kan men ingezet worden als bijvoorbeeld spion op de inlichtingenafdeling
of in de medische verzorging als bijvoorbeeld verpleger. Restricties bij reizen van
en naar LTTE gebied hebben gedurende de verslagperiode de hereniging van
vrijgelaten kindsoldaten met hun families verhinderd.410
Opvang kindsoldaten
Er is in Sri Lanka geen beleid voormalige kindsoldaten die bescherming zoeken
bij de regering of zich overgeven na te zijn gevlucht van de gewapende
groeperingen, bescherming te bieden of een re-integratieprogramma aan te
bieden.411 Gedeserteerde en gedemobiliseerde kinderen worden vanwege hun
associatie met de LTTE gewantrouwd en niet als slachtoffers, maar als verdachten
behandeld door de autoriteiten. Zij worden vastgehouden in gevangenissen in
406 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; US State Department, Country report
on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008.
407 Centre for Policy Alternatives, Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process,
cluster report november 2007- januari 2008.
408 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; International Crisis Group, Sri Lanka's Human
Rights Crisis, Asia Report N° 135, 14 juni 2007; HRW, Recurring Nightmare, State
Responsibility f or "Disappearances" and Abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c),
maart 2008.
409 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
410 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007.
411 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
96
Kandy, Jaffna en Pallekele, waar zij samen met volwassenen een cel moeten
delen.412
Zodra ze terugkeren naar hun eigen gemeenschap lopen deze kinderen risico op
herrekrutering door de LTTE of de TMVP of arrestatie door politie of leger of de
TMVP omdat ze voor de LTTE hebben gewerkt.413 Veel kinderen die gerekruteerd
zijn geweest door de LTTE zijn geconfronteerd met huisbezoeken en zijn
onderworpen aan ingrijpende veiligheidscontroles door de Sri Lankaanse Special
Task Forces. Er zijn gevallen bekend van kinderen die zich dagelijks dienden te
melden. Veel ouders durven uit angst voor represailles geen klacht in te dienen bij
de autoriteiten.414 UNICEF vangt voormalig kindsoldaten alleen op als de situatie
zeer ernstig is, bijvoorbeeld wanneer zij voor hun leven moeten vrezen. UNICEF
draagt ze daarna over aan NGO's of kerkelijke organisaties.
Opvang minderjarigen
Er zijn in Sri Lanka opvangtehuizen voor kinderen aanwezig. De meeste
opvangtehuizen worden geleid door onafhankelijke (kerkelijke)
liefdadigheidsinstellingen. Een gedeelte van de opvangtehuizen biedt naast
onderdak ook onderwijs. Gedurende de verslagperiode waren er ongeveer 450 van
deze kindertehuizen aanwezig, waar meer dan 19.000 kinderen verblijven.415 De
kindertehuizen worden gefinancierd door burgers of NGO's uit binnen- en
buitenland. Minder dan de helft van deze kindertehuizen ontvangt ook een
financiële bijdrage van de overheid. De bijdrage varieert van een maandelijkse
uitkering per kind tot ad hoc schenkingen. De kindertehuizen dienen op grond van
de Orphanage Ordinance geregistreerd te worden. Dit geschiedt bij het
Department of Probation and Child Care Service (DPCCS) dat verantwoordelijk
is voor de kindertehuizen.416 Niet alle kindertehuizen blijken echter te zijn
412 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed
conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka,
april 2008.
413 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008.
414 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed
conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka,
april 2008.
415 UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment, Out of Sight, Out of
Mind, Report on Voluntary Residential Institutions for Children in Sri Lanka: Statistical
Analysis, 2007.
416 Het Department of Probation and Child Care Services biedt sociale voorzieningen aan
kinderen en valt onder het Ministerie van Sociale Zaken en Welzijn. Het DPCCS is
gemandateerd om gezinnen ondersteuning te bieden, maar is niet betrokken wanneer een kind
ouderlijke zorg ontbeert en hierdoor speciale bescherming nodig heeft.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
97
geregistreerd.417 De DPCCS ziet er formeel op toe dat de kindertehuizen aan de
voorgeschreven kwaliteitseisen voldoen. De kwaliteit van de zorg in de
opvangtehuizen is over het algemeen echter niet goed te noemen.418
Slechts 4 tot 5% van de kinderen die in kindertehuizen verblijft is wees. Van de
overige kinderen is alleen de vader of de moeder overleden. Vijf van de tien
kinderen die in kindertehuizen verblijven, hebben maandelijks contact met hun
familie, terwijl drie van de tien kinderen een aantal keer per jaar contact hebben en
twee van de tien kinderen nooit hun familie zien. Naast het ontbreken van
ouderlijke zorg kunnen ook economische redenen of gezinsgerelateerde problemen
reden zijn om een kind te laten opnemen in een opvangtehuis. Er zijn ook kinderen
die vanwege de angst voor rekrutering in deze opvangtehuizen worden
geplaatst.419
Er is voor zover bekend geen overheidsinstantie belast met de opvang van
minderjarige repatrianten.
Er is niets bekend over opvang van kinderen in LTTE gebied.
3.4.5 Dienstplichtigen
Rekruteringen door het Sri Lankaanse leger
Het Sri Lankaanse leger is een vrijwilligersleger. Er bestaat geen dienstplicht.420
Beroepsmilitairen moeten op grond van de wet 22 jaar dienen in het leger
(dezelfde diensttermijn is ook van toepassing op de politie). Rekrutering vindt
plaats middels uitgebreide wervingscampagnes, onder meer op scholen en
universiteiten. De minimumleeftijd voor het leger is achttien jaar.421 In 2007 zou
het leger 35.000 nieuwe rekruten hebben geworven. Ook zijn gedurende 2007 de
reservisten van de landmacht (39.900) opgeroepen.422
Desertie
417 UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment, Out of Sight, Out of
Mind, Report on Voluntary Residential Institutions for Children in Sri Lanka: Statistical
Analysis, 2007.
418 UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment, Out of Sight, Out of
Mind, Report on Voluntary Residential Institutions for Children in Sri Lanka: Statistical
Analysis, 2007.
419 UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment, Out of Sight, Out of
Mind, Report on Voluntary Residential Institutions for Children in Sri Lanka: Statistical
Analysis, 2007.
420 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007.
421 Home Office, Country of Origin Information Report Sri Lanka, 15 november 2007.
422 EIU, Country Profile Sri Lanka 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
98
Desertie wordt ingevolge artikel 103 van de Army Act bestraft met ten hoogste drie
jaar gevangenisstraf. Op het verbergen van een deserteur staat ingevolge artikel
133 van het Sri Lankaanse Wetboek van Strafrecht een straf van ten hoogste twee
jaar. Wegens het gebrek aan vrijwilligers voor het leger is de bestraffing bij
desertie in de praktijk gering en worden deserteurs na een korte detentieperiode in
het algemeen teruggestuurd naar het legeronderdeel waarbij zij gestationeerd
waren voor hun desertie. Andere straffen zijn oneervol ontslag, degradatie,
berisping of salarisaftrek. Geregeld worden algemene amnestieregelingen
afgekondigd waardoor deserteurs zonder straf weer opgenomen kunnen worden in
het leger.423 De overgrote meerderheid van de Sri Lankaanse veiligheidstroepen is
Singalees. Voor zover bekend is er geen sprake van een onevenredige of
discriminatoire bestraffing van Tamils die gedeserteerd zijn uit het leger.
LTTE
Binnen de LTTE vindt vrijwillige, maar ook gedwongen rekrutering plaats (zie
paragraaf 2.3, 3.3.8 en 3.4.4).424 Desertie wordt binnen de LTTE hoog opgenomen
en levert risico's op voor familieleden. Desertie zou worden bestraft met
marteling, gevangenneming onder erbarmelijke en vernederende omstandigheden
of de dood.425 Volgens een bron zou de LTTE zijn eigen deserteurs vermoorden.
Voor een overzicht van de ontwikkelingen met betrekking tot de rekrutering van
kindsoldaten zie paragraaf 3.4.4.
423 Home Office, Country of Origin Information Report, 31 oktober 2006.
424 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
425 Schweizerische Flüchtlingshilfe, Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
99
4 Migratieproblematiek
4.1 Migratiestromen
Het conflict in Sri Lanka heeft een continue migratiestroom tot gevolg gehad in
het Noorden en Oosten, die zich gedurende de verslagperiode heeft voortgezet.
De overgrote meerderheid van de ontheemden is afkomstig uit de districten
Batticaloa, Trincomalee, Ampara in het Oosten en Jaffna en het LTTE gebied in
het Noorden.426 Het aantal vluchtelingen naar India nam toe.427
Ontheemden
In totaal zouden zich in Sri Lanka ongeveer 500.000 ontheemden bevinden. Dit
betreft personen die voor de ondertekening van het CFA (2002) naar aanleiding
van het conflict ontheemd zijn geraakt, personen die naar aanleiding van de
tsunami (eind 2004) ontheemd zijn geraakt en de personen die sinds de escalatie
van het conflict (april 2006) ontheemd zijn geraakt.428 Veel ontheemden hebben
meerdere keren en om verschillende redenen hun verblijfplaats moeten
ontvluchten. Duidelijk is dat alle groepen ontheemden zich voor het merendeel
bevinden in de districten in het Noorden en Oosten en dat de groepen vooral
bestaan uit Tamils en moslims.429
Sinds april 2006 heeft UNHCR gegevens bijgehouden van de ontheemden die naar
aanleiding van de escalatie van het conflict zijn gevlucht (totaal van 211.852). Uit
die gegevens (update tot en met 31 juli 2008) blijkt dat de meeste nieuwe
ontheemden verblijven in de districten Batticaloa (16.965), Kilinochchi (89.247),
Jaffna (28.152), Mullaitivu (37.523), Mannar (8.477) en Vavuniya (18.403). De
overige ontheemden bevinden zich in de districten Trincomalee, Ampara,
426 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; UNHCR, IDP Movements after 7 april 2006 (as at
31 July 2008), 8 september 2008, via www.unhcr.lk, geraadpleegd op 18 september 2008.
427 UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from Sri Lanka,
december 2006; Norwegian Refugee Council, IDMC, Civilians in the way of conflict:
displaced people in Sri Lanka, September 2007; IASC, Conflict-Related Internal
Displacement in Sri Lanka: a study on forced displacement, freedom of movement, return and
Relocation, april 2006-april 2007 and addendum covering april-july 2007; Watchlist on
children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed
Conflict in Sri Lanka, april 2008.
428 UNHCR refereert aan de laatste groep personen als 'newly displaced'.
429 Norwegian Refugee Council, IDMC, Civilians in the way of conflict: displaced people in Sri
Lanka, September 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
100
Puttalam, Anuradhaputa en Polonnaruwa.430 De verhevigde gevechten tussen het
leger en de LTTE veroorzaakten een continue vluchtelingenstroom in gebieden in
het Noorden.431 De meeste ontheemden verplaatsten zich binnen het eigen district
of vluchtten naar naastgelegen districten.432
Ontheemden worden opgevangen door de (lokale) autoriteiten die daarbij
samenwerken met verschillende hulporganisaties, zoals UNHCR, IOM en ICRC.
Het merendeel van de ontheemden wordt opgevangen in zogenaamde welfare
centres, in publieke gebouwen (scholen, leegstaande overheidsgebouwen en
kerken). Ook verblijven veel ontheemden bij familie of vrienden.433 Ontheemden
worden ook opgevangen in tentenkampen, maar zowel de regering als
hulporganisaties proberen dat te voorkomen.
De situatie van ontheemden is gedurende de verslagperiode verslechterd. 434 Het
grote aantal ontheemden heeft gedurende de verslagperiode geleid tot spanningen
met de lokale bevolking en binnen de groepen ontheemden.435 Wegens de door de
regering opgelegde restricties hadden hulporganisaties beperkte of soms geen
toegang tot de conflictgebieden. Vooral de gebieden die onder controle staan van
de LTTE waren niet of moeilijk te bereiken (zie ook paragraaf 2.3).436 De
afsluiting van de A9 van Kandy naar Jaffna bleef ook een probleem veroorzaken
voor de toevoer van hulpgoederen (zie paragraaf 3.3.4). Dit alles resulteerde in
een groot tekort aan materiaal voor onderdak, voedsel, drinkwater, sanitaire
voorzieningen en medicijnen.437 Dat leverde problemen op voor zowel de
ontheemden als de lokale bevolking.
430 Respectievelijk met de volgende aantallen: 5.426, 4.278, 2.956, 245, 180; UNHCR, IDP
Movements after 7 april 2006 (as at 31 July 2008), 8 september 2008, via www.unhcr.lk,
geraadpleegd op 18 september 2008.
431 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart
2008.
432 UNHCR, IDP Movements after 7 april 2006 (as at 30 June 2008), 21 juli 2008, via
www.unhcr.lk, geraadpleegd op 24 juli 2008.
433 South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of
Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on children and
armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri
Lanka, april 2008.
434 UNHCR Global report 2007.
435 South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of
Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; IRIN news, Sri Lanka:
Communal violence disrupts relief efforts in the east, 3 juni 2008.
436 IRIN News, IRIN news, Sri Lanka: IDPs continue to flee fighting in northwest, 22 april 2008.
437 United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on children and armed
conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007; Watchlist on children and armed
conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri Lanka,
april 2008; UNICEF, Sri Lanka Donor Update, 24 juni 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
101
Ook werden ontheemden afkomstig uit LTTE gebied beperkingen opgelegd in hun
bewegingsvrijheid.438 Zo houdt de regering sinds maart 2008 personen die
gevlucht zijn uit LTTE gebied vast in een separaat welfare-centre in Kalimoddai in
het district Mannar. Ontheemden in dit kamp zijn restricties in hun
bewegingsvrijheid opgelegd door de veiligheidstroepen middels invoering van een
pasjessysteem. Maximaal 30 personen per dag krijgen toestemming het kamp te
verlaten, onder voorwaarde dat een gezinslid achterblijft in het kamp. Volgens de
regering zou het vasthouden van de ontheemden een veiligheidsmaatregel
betreffen om de ontheemden te beschermen tegen vergeldingsacties van de LTTE.
Het leger zou hebben aangegeven dat er meer van dergelijke welfare centres
zouden worden gecreëerd in Vavuniya om personen die het LTTE gebied
ontvluchten vast te houden. De regering zou in dit kamp ook tien personen
vasthouden die waren gevlucht naar India en weer zijn teruggekeerd.439
Toename ontheemden in LTTE gebied
De intensivering van de gevechten in het Noorden had medio juli 2008 een
vluchtelingenstroom tot gevolg richting Kilinochchi in LTTE gebied. Meer dan
12.000 gezinnen zouden alleen al in de maand juli ontheemd zijn geraakt.440 Het
aantal ontheemden in LTTE gebied is als gevolg van de verhevigde gevechten in
september 2008 opgelopen tot ongeveer 230.000 personen.441 De inwoners in
LTTE gebied zitten als het ware klem tussen het naderende regeringsleger en de
LTTE en zijn continu op de vlucht, op zoek naar veilige(re) schuilplaatsen.
Volgens de VN heeft een derde van de bevolking in LTTE gebied in augustus
2008 hun huizen verlaten. Een groot gedeelte van de recentelijk ontheemden
verblijft in de open lucht.442 Vanwege de voortdurende verplaatsingen is de
opvang van ontheemden minimaal en kunnen er geen semi-permanente kampen
worden aangelegd. Daarnaast zijn de mogelijkheden voor hulp gering dan wel
afwezig nu de INGO's en de VN medio september 2008 het LTTE gebied hebben
moeten verlaten (zie ook paragraaf 3.2). De World Food Programme (WFP) heeft
438 United Nations Press Release, UN expert emphasizes sustainable and durable solutions for
Sri Lanka's internally displaced persons, 27 december 2007.
439 Human Rights Watch, Sri Lanka: End Holding Interment of Displaced Persons, 2 juli 2008;
Amnesty International Press Release, Sri Lanka: LTTE, Government endangering lives of
tens of thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008.
440 UNHCR, UNHCR deeply concerned about newly displaced in Sri Lanka's north, 8 augustus
2008; IRIN, Sri Lanka: Access to newly displaced "critical", 8 augustus 2008.
441 BBC, UN to leave Sri Lanka rebel area, 15 september 2008; IRIN, Sri Lanka: Access to
newly displaced "critical", 8 augustus 2008; BBC, Desperate plight of Tamil civilians, 13
augustus 2008; BBC, Thousands flee homes in S Lanka, 14 augustus 2008; BBC, 'Pain' of
Sri Lanka aid pullout, 23 september 2008; BBC, UN to help Sri Lanka's displaced, 29
september 2008.
442 BBC, Thousands flee homes in S. Lanka, 14 augustus 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
102
eind september 2008 toestemming van de regering gekregen om de
hoogstnoodzakelijke hulpgoederen te leveren aan de burgers in LTTE gebied. 443
Eind augustus 2008 heeft de Sri Lankaanse luchtmacht folders verspreid onder de
bevolking in LTTE gebied, waarin de burgers werden gemaand het LTTE gebied
te verlaten vanwege veiligheidsrisico's als gevolg van het militair offensief in het
Noorden. In de folders werd verder vermeld welke vluchtroute men diende te
nemen naar regeringsgebied voor eigen veiligheid.444 Overigens geeft de LTTE de
ontheemden geen toestemming het gebied te verlaten. De mensen zouden in
toenemende mate voor de aanvulling van het aantal strijders van de LTTE en
verdedigingswerkzaamheden worden gebruikt en als menselijk schild worden
ingezet door de LTTE.
Asielzoekers en vluchtelingen in Sri Lanka
Er is een zeer kleine groep die als vluchteling de hulp van UNHCR heeft
ingeroepen. Er zijn ongeveer 150 asielzoekers en vluchtelingen in Sri Lanka,
waarvan het merendeel uit Pakistan afkomstig is. Een aantal uit deze groep is door
UNHCR als vluchteling aangemerkt. De meerderheid vertrekt uiteindelijk naar
Canada, de Verenigde Staten of Australië.
Sri Lanka is geen partij bij het VN-Vluchtelingenverdrag. Het land heeft geen
systeem om asielaanvragen te beoordelen. De vluchtelingen in Sri Lanka, die zijn
erkend door de UNHCR, krijgen geen legale status toegekend. Hierdoor verblijven
zij illegaal in Sri Lanka en mogen zij geen werk aanvaarden noch scholing
genieten.445
4.2 Opvang in de regio
Tussen 2006 en 2007 zijn ongeveer 20.000 personen naar de Zuid-Indiase staat
Tamil Nadu gevlucht. Het totaal aantal Sri Lankanen, dat in Indiase kampen
verblijft zou in december 2007 ongeveer 74.000 bedragen. Daarnaast zouden er
ongeveer 23.000 Tamil vluchtelingen buiten de kampen leven.446
Ook India is geen partij bij het VN-Vluchtelingenverdrag. Internationale NGO's
en hulporganisaties krijgen mede daarom geen toegang tot de door de Indiase
overheid geleide kampen. Dit geldt ook voor UNHCR. India stuurt de
443 BBC, UN to help Sri Lanka's displaced, 29 september 2008.
444 Reuters, Sri Lanka urges civilians to flee rebel-held area, 28 augustus 2008; BBC, Lanka
military leaflets civilians, 29 augustus 2008.
445 UNHCR voorziet in scholing voor kinderen van vluchtelingen in Sri Lanka.
446 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; UNHCR Newsletter New Delhi, 31 januari 2008;
BBC, War-weary Tamils face India hardship, 4 juni 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
103
vluchtelingen echter niet terug en werkt samen met UNHCR, die een faciliterende
rol heeft bij vrijwillige terugkeer naar Sri Lanka.
De illegale overtocht naar India is niet zonder gevaar. Vertrek uit Sri Lanka vanuit
een niet geautoriseerd vertrekpunt is strafbaar. Er zouden slechts zeven erkende
vertrekpunten in Sri Lanka zijn. De regering heeft geen zicht op vertrek vanuit
LTTE gebied. Wettelijk gezien heeft de LTTE geen geautoriseerde vertrekpunten.
In het Oosten is slechts Trincomalee als erkend vertrekpunt aangewezen. Er zijn
berichten dat de Sri Lankaanse autoriteiten de overtocht naar India hebben
verhinderd, waarbij ook vluchtelingen zijn omgekomen.447 Ook India heeft
veiligheidsmaatregelen getroffen door middel van patrouilles op zee en heeft
meerdere malen reddingsacties moeten uitvoeren.
4.3 Terugkeer
Ontheemden
Gedurende de verslagperiode was ook sprake van gedwongen terugkeer van
ontheemden en gedwongen hervestiging.448
In mei 2007 is de Sri Lankaanse overheid een terugkeerprogramma gestart voor
ontheemden afkomstig uit het Batticaloa district in het Oosten, enkele maanden
nadat het gebied bevrijd werd verklaard van de LTTE. De terugkeer van de ruim
100.000 ontheemden werd in fases uitgevoerd. De UNHCR werd volledig
betrokken bij het terugkeerproces en liet weten dat het terugkeerproces voldeed
aan de minimale internationale maatstaven.449 De UNHCR meende dat de meeste
ontheemden ook zelf terug wilden naar hun woonplaatsen. Tegelijkertijd gaf de
UNHCR aan dat er ook sprake was ontheemden die niet wilden terugkeren
447 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart
2008; UTHR, Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and
Enthroning Barbarism, 4 december 2007.
448 US State Department, Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart
2008; South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North &
East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on
children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed
Conflict in Sri Lanka, april 2008; IASC, Conflict-Related Internal Displacement in Sri
Lanka: a study on forced displacement, freedom of movement, return and Relocation, april
2006-april 2007 and addendum covering april-july 2007.
449 IASC, Conflict-Related Internal Displacement in Sri Lanka: a study on forced displacement,
freedom of movement, return and Relocation, april 2006-april 2007 and addendum covering
april-july 2007; UNHCR, Sri Lanka: Return starts of displaced people in West Batticaloa, 15
mei 2007; UNHCR, Sri Lanka: 30.000 displaced return home in east, 29 mei 2007; South
Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri
Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on children and
armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed Conflict in Sri
Lanka, april 2008.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
104
vanwege zorgen over veiligheidsrisico's en onvoldoende opvangfaciliteiten bij
terugkeer. Gedurende het verloop van het terugkeerproces bleek echter dat er
sprake was van gedwongen terugkeer van de ontheemden en onvoldoende
begeleiding door de autoriteiten.450 Zo werden ontheemden niet tijdig
geïnformeerd over hun terugkeer en bleek dat enkele gebieden (nog) niet
bewoonbaar waren omdat huizen zwaar waren beschadigd of vernietigd.
In diverse gevallen zouden mensen niet langer geregistreerd zijn als 'ontheemde',
nadat zij niet waren vertrokken op een vastgestelde datum. Dit leidde tot het
verlies van aanspraak op voedsel, bijvoorbeeld door het Wereld Voedsel
Programma (WFP) verstrekt. Ook zijn er berichten dat er werd gedreigd met het
intrekken van de beveiliging van ontheemdenkampen, mishandeling of de dood
indien terugkeer werd geweigerd.451 Tevens zou er sprake zijn geweest van gebrek
aan bestaansmiddelen voor terugkeerders.452
Ook werden ontheemden (opnieuw) in tijdelijke opvangkampen geplaatst,
waardoor sprake was van onnodige verplaatsing in plaats van duurzame terugkeer.
De regering werd hierbij beschuldigd van discriminatie van bepaalde
bevolkingsgroepen. Veel ontheemden in Trincomalee zijn ontheemd geraakt nadat
de regering bepaalde gebieden tot High Security Zone had verklaard. Zij kunnen
niet terugkeren naar hun huizen en worden opgevangen in ontheemdenkampen. In
Jaffna is ook een groot gedeelte van het gebied tot HSZ verklaard (zie ook
paragraaf 2.3). Het opbouwen van een bestaan werd door de opgelegde restricties
in de bewegingsvrijheid praktisch onmogelijk.453
Vluchtelingen
450 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus
2007; South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North &
East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007; Watchlist on
children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating Armed
Conflict in Sri Lanka, april 2008; UNHCR, UNHCR official calls on Sri Lanka to double its
efforts to assist IDP's, 13 juli 2007.
451 Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the Escalating
Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights
Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus 2007.
452 South Asians for Human Rights, 'Report on the Fact Finding Mission to the North & East of
Sri Lanka to assess the state of displaced persons', augustus 2007.
453 HRW, Sri Lanka, Return to War, Human Rights Under Siege, volume 19. N° 11 (c), augustus
2007; Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the
Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008; South Asians for Human Rights, 'Report
on the Fact Finding Mission to the North & East of Sri Lanka to assess the state of displaced
persons', augustus 2007; International Crisis Group, Sri Lanka's Return to War: Limiting the
Damage- Asia Report N° 146, 20 februari 2008; US State Department, Country report on
human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11maart 2008; Norwegian Refugee Council,
IDMC, Civilians in the way of conflict: Displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
105
De UNHCR biedt sporadisch opvang aan teruggekeerde vluchtelingen. Exacte
cijfers over het aantal vluchtelingen dat uit India is teruggekeerd, zijn niet bekend.
Gegevens van teruggekeerde vluchtelingen uit andere landen zijn evenmin bekend.
Repatrianten
Na aankomst op het vliegveld worden de meeste repatrianten gecontroleerd door
de Sri Lankaanse immigratiemedewerkers. Voor zover bekend wordt bij de
inreiscontrole geen onderscheid gemaakt naar afkomst. Na het uitstappen worden
alle passagiers gecontroleerd. Er worden volgens een bron wel vragen gesteld bij
terugkeer in verband met LTTE betrokkenheid. Indien er twijfel bestaat over de
identiteit van de betrokken persoon, dan wordt deze door de Immigratiedienst
doorverwezen naar de Criminal Investigation Department (CID). Bij de CID
ondergaan de repatrianten een identiteitsonderzoek waarbij de personalia van
betrokkene worden onderzocht en wordt nagegaan of de desbetreffende repatriant
wellicht in het verleden betrokken is geweest bij criminele activiteiten.
Ook wordt soms bij het National Intelligence Bureau (NIB) gecontroleerd of de
betrokken persoon voorkomt in zijn registers. Indien bepaalde strafrechtelijke
gegevens worden gevonden, wordt de persoon langer vastgehouden. De databases
van de CID, NIB en de Immigration and Emigration Department zijn met elkaar
verbonden. Alle drie zijn dus geautomatiseerd, evenals het visa-systeem. Sinds
2001 mag het merendeel van de repatrianten na controle van de
identiteitsgegevens het vliegveld verlaten.
Er zijn geen aanwijzingen dat terugkerende Sri Lankanen als zodanig negatief in
de belangstelling staan van de Sri Lankaanse autoriteiten. Het aanvragen van asiel
in het buitenland wordt niet gezien als oppositie tegen de staat. Bij terugkeer
worden voor zover bekend geen maatregelen genomen tegen afgewezen
asielzoekers. Er is geen aanwijzing dat ze mishandeld worden vanwege hun
verblijf in het buitenland.
Veel repatrianten willen na terugkeer in Colombo wonen, omdat zij niet terug
kunnen naar hun woonplaatsen in het Noorden of Oosten. Dat kan problemen
veroorzaken omdat zij hun verblijf in Colombo moeten rechtvaardigen middels
registratie bij de politie. Hiervoor moeten ze echter een identiteitsbewijs
overleggen, waarover ze vaak niet beschikken (zie verder paragraaf 3.3.4). Een
repatriant zonder identiteitsbewijs wordt overigens op dezelfde manier behandeld
als ieder ander die geen identiteitsbewijs heeft. Alleen is het voor (Tamil)
repatrianten, net als ontheemden, soms moeilijk om aan een identiteitsbewijs te
komen, omdat ze naar hun geboorteplaats moeten om een aanvraag in te dienen
voor een nieuwe identiteitskaart. Voor veel Tamils is dit onuitvoerbaar (zie
paragraaf 3.3.4).
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
106
4.4 Activiteiten van internationale organisaties
UNHCR
UNHCR assisteert vluchtelingen en ontheemden bij vrijwillige terugkeer. Ook is
UNHCR aanwezig in de woongebieden van de ontheemden en vluchtelingen om
de bescherming van de rechten van degenen die zijn teruggekeerd te bewaken en
eventueel hulp te bieden. UNHCR richt zich voorts op alternatieve duurzame
oplossingen voor langdurig ontheemden die niet terug kunnen of willen.454 Tot slot
verleent UNHCR noodhulp aan ontheemden. UNHCR werkt samen met de Sri
Lankaanse overheid, met lokale autoriteiten, de Human Rights Commission, met
(lokale) NGO's, ICRC, IOM en met andere VN-organisaties zoals UNICEF en
OCHA .455
IOM
De Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) heeft een
reïntegratieprogramma voor vrijwillig terugkerende afgewezen asielzoekers. Ook
ondersteunt IOM de overheid van Sri Lanka bij het aanpakken van illegale
migratie kwesties. Bovendien kent IOM een programma ter bevordering van legale
arbeidsmigratie in Sri Lanka. Sinds een aantal jaar biedt IOM in Sri Lanka ook
trainingen aan ter voorkoming van documentfraude en illegale migratie en training
bij identificatie van valse documenten.456
454 Hieronder vallen ook pogingen van de UNHCR om een veilige omgeving te creëren of te
behouden rond plaatsen waar veel ontheemden verblijven.
455 Inter-Agency Standing Committee, 'Addendum to Conflict Related Internal Displacement in
Sri Lanka', juli 2007; UNHCR, Position on the International Protection Needs of Asylum
Seekers from Sri Lanka, december 2006.
456 Voor overige activiteiten van IOM in Sri Lanka zie www.iom.int
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
107
Literatuurlijst
Amnesty International,
- Public Statement: Sri Lanka: Amnesty International calls on the United
Nations Human Rights Council to address violations, 4 september 2007
- Appeal for action: Call for the protection of Sri Lankan media workers, 7
februari 2008
- Silencing Dissent, februari 2008
- Sri Lanka: mounting civilian casualties as conflict persists, 9 april 2008
- World report 2008
- Press Release: Sri Lanka: LTTE, government endangering lives of tens of
thousands of newly displaced around Wanni, 14 augustus 2008
Asians Centre For Human Rights,
- South Asia Human Rights Index 2008, 1 augustus 2008
- Sri Lanka: No. 1 Human Rights Violator in South Asia, 1 augustus 2008
Attorney-General's Chambers, Response of the Attorney general of Sri Lanka to
the 6th Public Statement of the IIGEP, 8 april 2008
Britse ministerie van Binnenlandse Zaken (Home Office), Country of Origin
Information Report, 15 november 2007
Centre for Policy Alternatives (CPA),
- Supreme court grants leave to proceed to case filed by CPA on the eviction of
Tamils form Colombo, 26 juli 2007
- Need for a Substantial Revision of the Victim and Witness protection Bill, 28
september 2007
- Monitoring factors affecting the Sri Lankan peace process, cluster report
november 2007- januari 2008
- Fact Finding visit Batticaloa, februari 2008
- A Brief Profile of the Trincomalee High Security Zone and other land Issues in
Trincomalee District, mei 2008
- Need for a Substantial Revision of the Victim and Witness protection Bill, 17
juni 2008
Central Intelligence Agency (CIA), The World Factbook - Sri Lanka, 15 juli 2008
Consortium of Humanitarian Agencies (CHA),
- Fact Finding Mission to the Tea Plantation, 25-27 januari 2008
The Economist Intelligence Unit (EIU),
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
108
- Country Profile Sri Lanka 2007, 17 juli 2007
- Country Report Sri Lanka, augustus 2007
- Country Profile Sri Lanka, oktober 2007
- Country Profile Sri Lanka, februari 2008
- Country Report Sri Lanka, maart 2008
The Economist Intelligence Unit VieuwsWire, Wobbly Sri Lanka: political
divisions bode ill for stability, 6 augustus 2007
Human Rights Watch,
- End Expulsion of Tamils from Colombo, 8 juni 2007
- Sri Lanka- Return to War: Human Rights under siege, Volume 19, N° 11(c),
augustus 2007
- Press release: Sri Lanka: Human Rights Commission Downgraded: UN
Human Rights Monitoring Urgently Needed to Stem Violations, 18 december
2007
- World Report 2008, Country Summary - Sri Lanka, 31 januari 2008
- UN: Sanction LTTE, Karuna Group for Child Soldiers; Government Fails to
Investigate its Forces' Complicity in Child Soldiers, 21 februari 2008
- Recurring Nightmare- State responsibility for "Disappearances" and
abductions in Sri Lanka, Volume 20, N° 2(c), maart 2008
- UK: Missed Chance to Charge Sri Lankan Rights Abuser, 9 mei 2008
- Sri Lanka: End Holding Interment of Displaced Persons, 2 juli 2008
IIGEP,
- Public Statement, 11 juni 2007
- Public Statement, 15 juni 2007
- Public Statement, 19 september 2007
- Public Statement, 19 december 2007
- Public Statement, The members of the IIGEP submit their concluding Public
Statement on the work of the Commission of Inquiry and find a lack of
political will to support a search for the truth, 15 april 2008
Inter-Agency Standing Committee (IASC),
Conflict-Related Internal Displacement in Sri Lanka: a study on forced
displacement, freedom of movement, return and Relocation, april 2006-april 2007
and addendum covering april-july 2007
Internationaal Comité van het Rode Kruis en de Rode Halve Maan (ICRC),
- Sri Lanka: Civilian casualties reaching appalling levels, 13 februari 2008
- Operational update, Sri Lanka: Civilians bear the brunt of surge in violence, 8
februari 2008
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
109
- Operational update, Sri Lanka- ICRC oversees safe passage of nearly 25.000
civilians, 28 maart 2008
- Operational update, Sri Lanka: Clean water, sanitation and shelter for
125.000 displaced persons, 15 mei 2008
- Operational update, Sri Lanka: ICRC deplores loss of civilians, 1 juli 2008
- Operational update, Sri Lanka: ICRC steps up aid effort for displaced people
in the Vanni, 9 september 2008
- ICRC Bulletin No. 08/2008, Sri Lanka- ICRC continues to assist Vanni
displaced as conflict approaches Kilinochchi, 13 oktober 2008
International Crisis Group (ICG),
- Sri Lanka: The Failure of the Peace Process, Asia report N° 124, 28
november 2006
- Sri Lanka's Human Rights Crisis, Asia report N° 135, 14 juni 2007
- Sinhala Nationalism and the Elusive Southern Consensus, Asia report N° 141,
7 november 2007
- Sri Lanka's Return to War: Limiting the Damage- Asia Report N° 146, 20
februari 2008
International Federation of Journalists (IFJ),
- Worsening Conflict Puts All Journalists in Sri Lanka At Risk, 10 januari 2008
- Concerns mount for Safety of Journalists in Sri Lanka, 14 januari 2008
- Attacks Continue On Journalists In Sri Lanka, 21 januari 2008
Joint Action: Twenty-nine IFEX members alert UN secretary-general to Statement
by government and military that "put journalists in grave danger", 20 juni 2008
Minority Rights Group International, One year on: counter-terrorism sparks
human rights crisis for Sri Lanka's minorities, december 2007
Norwegian Refugee Council, Internal Displacement Monitoring Centre, Civilians
in the Way of Conflict: displaced people in Sri Lanka, 26 september 2007
Law & Society Trust, Under Fire: Persons in Humanitarian Service, 7 maart 2008
Oxford Analytica, Sri Lanka: Colombo is defiant on LTTE strategy, 29 juni 2007
Parliament of the Democratic Socialist Republic of Sri Lanka, Prevention of
Domestic Violence Act, No. 34 of 2005, Published as a supplement to Part II of the
Gazette of he Democratic Socialist Republic of Sri Lanka of October 07, 2005
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
110
Presidential Commission of Inquiry to Investigate and Inquire into Alleged
Serious Violations of Human Rights, Response of the Commission of Inquiry to
the Public Statement No. 06 of the IIGEP, 7 april 2008
Reporters without Borders (RSF),
- Statement of the international Press Freedom and Freedom of Expression
Mission to Sri Lanka, Follow-up mission 17to 23 June 2007, 22 juni 2007
- Fact-finding report by the International Press Freedom Mission to Sri Lanka,
"Jaffna's media in the grip of terror", 24 augustus 2007
- Sri Lanka-Annual report 2008, 12 februari 2008
- Press Release, TV reporter hacked to death in Jaffna, 29 mei 2008
Schweizerische Flüchtlingshilfe,
- Sri Lanka unter Notstandsrecht, december 2007
- Tamilische Akteure in Sri Lanka, december 2007
South Asia Intelligence Review (SAIR), TMVP: Governments Dilemma, 11
februari 2008
South Asians for Human Rights, Report on the Fact Finding Mission to the North
& East of Sri Lanka to assess the state of displaced persons, augustus 2007
Sri Lanka Monitoring Mission (SLMM),
- Weekly Situation report, 22-28 oktober 2007
- Weekly Situation report, 29- 4 november 2007
- Weekly Situation report, 5-11 november 2007
- Weekly Situation report, 26- 2 december 2007
- Weekly Situation report , 3-9 december 2007
- Weekly Situation report, 10-16 december 2007
- Weekly Situation report, 17-23 december 2007
Kristian Stokke, Building the Tamil Eelam State: emerging state institutions and
forms of governance in LTTE-controlled areas in Sri Lanka, in: Third World
Quarterly Vol. 27 No. 6, 2006
Uitpers, Sri Lanka: kroniek van een aangekondigde oorlog, in: Uitpers, nr. 89, 9de
jg., september 2007
University Teachers of Human Rights Sri Lanka (UTHR),
- Can de East be Won by Human Culling? Special Economic Zones. An
Ideological Journey Back to 1983, augustus 2007
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
111
- Slow Strangulation of Jaffna: Trashing General Larry Wijeratne's Legacy and
Enthroning Barbarism, 4 december 2007
- The Second Fascist Front in Sri Lanka-Towards Crushing the Minorities and
Disenfranchising the Sinhalese, Special Report No. 29, 21 februari 2008
US State Department,
- International Religious Freedom Report 2007 - Sri Lanka, 14 september 2007
- US State Department, Background Note: Sri Lanka, november 2007
- Country report on human rights practices 2007 - Sri Lanka, 11 maart 2008
Verenigde Naties:
Human Rights Council, Report of the Special Rapporteur on torture and
other cruel, inhuman or degrading treatment or punishment, Manfred
Nowak, Mission to Sri Lanka, A/HRC/7/3/Add.6, 26 februari 2008
United Nations High Commissioner for Refugees (UNHCR),
- Position on the International Protection Needs of Asylum Seekers from
Sri Lanka, december 2006
- Sri Lanka: Return starts of displaced people in West Batticaloa, 15 mei
2007
- Sri Lanka: 30.000 displaced return home in east, 29 mei 2007
- UNHCR official calls on Sri Lanka to double its efforts to assist IDP's,
13 juli 2007
- Surge in violence displaces thousands in Sri Lanka's Mannar district, 7
september 2007
- Sri Lanka: Serious concerns about security incidents in east, 23
november 2007
- Global Report 2007- Sri Lanka
- UNHCR Newsletter New Delhi, 31 januari 2008
- UNHCR deeply concerned about newly displaced in Sri Lanka's north,
8 augustus 2008
- IDP Movements after 7 april 2006 (as at 31July 2008), 8 september
2008
United Nations Security Council, Report of the Secretary-General on
children and armed conflict in Sri Lanka, S/2007/758, 21 december 2007
United Nations General Assembly,
- Human Rights Council Working Group on the Universal Periodic
Review, Second session 5-16 May 2008, A/HRC/WG.6/2/LKA/2, 8 april
2008
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
112
- Human Rights Council, Eighth session, Universal Periodic Review,
Report of the Working Group on the Universal Periodic Review Sri
Lanka, A/HRC/8/46, 5 juni 2008
UNICEF,
- UNICEF, Humanitarian Action. Sri Lanka. Donor Update, 24 juni 2007
- UNICEF/Ministry of Child Development and Women's Empowerment,
Out of Sight, Out of Mind, Report on Voluntary Residential Institutions
for Children in Sri Lanka: Statistical Analysis, 2007
- UNICEF database under-age Recruitment as of 31 augustus 2008 by
the LTTE en the TMVP
UN News Service
United Nations Press Release, UN expert emphasizes sustainable and
durable solutions for Sri Lanka's internally displaced persons, 27 december
2007
IRIN, humanitarian news and analysis
Watchlist on children and armed conflict, No Safety No Escape: Children and the
Escalating Armed Conflict in Sri Lanka, april 2008
Websites:
- www.amnesty.org
- www. asiantribune.com
- www.cia.gov
- www.defence.lk
- www.economist.com
- www.epdpnews.com
- www.ethnologue.com
- www.freemediasrilanka.org
- www.humanitarianinfo.org/srilanka
- www.immigration.gov.lk
- www.iom.int
- www.janes.com
- www.justiceministry.gov.lk
- www. lankalibrary.com
- www.lankanewspapers.com
- www.legaldraftsman.gov.lk
- www.lexis-nexis.com
- www.ohchr.org
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
113
- www.pchrv.gov.lk
- www.pmddtc.state.gov
- www.priu.gov.lk
- www.reliefweb.int
- www.rpd.gov.lk
- www.rsf.org
- www.slmm.lk
- www.sundaytimes.lk
- www.state.com
- www.tamilnet.com
- www.uthr.org
- www.unhchr.ch
- www.unhcr.ch
- www.unhcr.lk
- www.unicef.org
- www.zoaweb.org
Tijdschriftartikelen, krantenartikelen en persberichten
Agence France Presse (AFP), Algemeen Nederlands Persbureau (ANP),
Associated Press (AP), BBC News, BBCSinhala, Daily Mirror, Daily News, Der
Spiegel, Deutsche Presse-Agentur (DPA), Global Insight, Government of Sri
Lanka (GoSL), The Guardian, International Herald Tribune, The Hindu, Reuters,
Tamil Guardian.
Algemeen Ambtsbericht Sri Lanka | september 2008
114
Kaart van Sri Lanka
De weergave van grenzen en namen op deze kaart en de gebruikte benamingen dienen niet te worden opgevat als
een bevestiging of aanvaarding daarvan door het Koninkrijk der Nederlanden.
Ministerie van Buitenlandse Zaken