Tortelduifjes gaan vreemd
14 oktober 2008
Bastaardduif met rare koer heeft toch kans op seks
Biologe Paula den Hartog heeft aangetoond dat bastaardduiven zich goed
staande kunnen houden. Ondanks dat de nakomelingen van gekruiste
duiven een vreemde koer hebben, blijken zij hun territorium te kunnen
bewaken. Hierdoor kunnen ze zich verder voort planten. Paula den
Hartog promoveert op 16 oktober aan de Universiteit Leiden.
De vraag hoe soorten ontstaan en hoe soorten gescheiden blijven, staat
centraal in de evolutiebiologie. Nakomelingen van kruisingen tussen
verschillende diersoorten zijn vaak onvruchtbaar of sterven als embryo
al. Een muilezel kan zich bijvoorbeeld niet voortplanten. Een scheit,
het resultaat van een kruising van een schaap en een geit, sterft vaak
al voor de geboorte. Het kan ook zo zijn dat zo'n nakomeling, ook wel
hybride genoemd, niet goed functioneert. Bijvoorbeeld omdat zijn
geluid een mix is van geluiden van beide oudersoorten.
Opvallend is dat het nageslacht van een kruising tussen de Kaapse
tortel en de Wijnrode tortel, de twee duivensoorten die Den Hartog
onderzocht, zich wel kan handhaven en reproduceren. Hoewel de hybride
tortels een ander geluid maken dan hun ouders, functioneert hun geluid
wel.
Bij toeval ontdekten biologen dat in Oeganda niet alleen de Kaapse
tortel en de Wijnrode tortel leven, maar ook een hybride tortel. De
hybride tortel heeft in zijn DNA sporen van de beide oudersoorten. Om
te kunnen paren moet een mannetjesduif, een doffer, zijn territorium
verdedigen en duivinnen aantrekken. Daarom koert hij. De koeren van de
Kaapse tortel en Wijnrode tortel zijn verschillend en ook de hybriden
hebben een eigen koer.
Actie, reactie
Den Hartog onderzocht welke rol de koeren spelen in het proces van
soortvorming en hybridisatie. Om dit te kunnen onderzoeken wilde Den
Hartog nagaan in hoeverre de doffers van verschillende soorten
reageren op de koeren van hun eigen soort, die van de andere soort en
die van de hybriden. De biologe maakte geluidsopnamen van de koeren
van de verschillende soorten doffers (voor voorbeelden zie fragmenten
onder tekst). De opnames speelde ze vervolgens in het veld af.
Den Hartog plaatste luidsprekers in het territorium van een doffer om
de reactie van de duif op de koeren van andere tortels te meten.
Normaal gesproken zou een doffer, wanneer hij in zijn territorium een
soortgenoot hoort koeren, op de indringer af gaan en proberen zijn
vijand al koerend te verjagen. Daarbij kan het tot vechten komen. Dit
doet hij om zijn territorium te verdedigen. Een doffer kan zich
namelijk alleen voortplanten als hij een eigen territorium heeft. Een
doffer kan echter alleen indringers van zijn territorium verdrijven
als de indringers zijn koer 'verstaan' en herkennen als bedreiging.
Andersom moet ook de doffer begrijpen dat de indringers mogelijke
concurrenten zijn en daarvoor moet hij ook hun koer herkennen. Een
vreemde koer kan dus een succesvol seksleven in de weg zitten.
Zodra de doffers in het onderzoek een koer herkenden en de luidspreker
in de gaten kregen, zetten ze de aanval in. Ze herkenden de koer dus
als de koer van mogelijke concurrenten.
Hybriden zijn niet kieskeurig
Den Hartog stelde vast dat hybride doffers hetzelfde reageren op de
koeren van hybride duiven en die van de Kaapse en Wijnrode tortels. In
de populaties van de Kaapse tortel reageren de doffers het meest op de
Kaapse koer, daarna op de hybride koer en het minst op de koer van de
Wijnrode tortel. Dat werkte ook zo bij de Wijnrode tortel. In het
gebied waar de hybride duiven wonen kan de hybride koer even goed
functioneren als de koeren van beide oudersoorten. Bovendien kunnen de
koeren van de hybride doffers uniek klinken, maar ook als de koer van
één van de oudersoorten. In het laatste geval zouden ze zich misschien
ook in een populatie van die oudersoort kunnen handhaven.
Den Hartog vermoedt dat het mogelijk is dat de hybride soort blijft
voortbestaan en zich uitbreidt. Dit doordat de hybride koeren goed
lijken te werken om een territorium te bemachtigen. Bovendien is er
veel variatie in hybride koeren. Hieruit blijkt dus ook dat hybriden
niet altijd zwakker zijn dan hun beide oudersoorten.
Duivinnen zijn wel kieskeurig
De rol van duivinnen is natuurlijk belangrijk. Zij selecteren de meest
geschikte doffer. De duivinnen blijven niet altijd bij hun eigen
soort. Ze kunnen zelfs een voorkeur hebben voor 'vreemde' doffers. Dat
duiven monogaam zijn, is trouwens niet helemaal waar. Een duivin doet
het ook wel eens 'buitensnests'. Ze copuleert dan met een vrijgezelle
duif om vervolgens thuis in het nest bij haar trouwe doffer de kleine
duifjes groot te brengen.
Paula den Hartog heeft haar onderzoek kunnen doen dankzij subsidie van
het NWO-onderdeel WOTRO Science for Global Development. In 2003
startte ze haar onderzoek. Daarvoor werkte ze al mee aan andere
projecten met betrekking tot de koeren van duiven. Haar promotor Carel
ten Cate ontving al eerder NWO-subsidies voor zijn onderzoek naar de
geluiden van vogels.
Luister hier binnenkort naar enkele voorbeeldfragmenten:
Opname Kaapse Tortel
Opname Wijnrode Tortel
Opname Hybride Tortel 1
Opname Hybride Tortel 2
..............................
Nadere informatie bij:
* Paula den Hartog, (Universiteit Leiden)
* +31 (0)71 527 50 18, p.m.den.hartog@biology.leidenuniv.nl
* Promotie: 16 oktober
* Promotor: Prof.dr. C.J. ten Cate
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek