Gemeenten en provincies voeren VROM-taken beter uit
13-10-2008
Gemeenten voeren hun taken op het vlak van bouwen, milieu en
ruimtelijke ordening beter uit dan een aantal jaren geleden, maar het
is nog niet voldoende. Provincies voeren hun taken bij de uitvoering
van VROM-wetten en regels in het algemeen goed uit. Dat blijkt uit het
samenvattende overzicht van de onderzoeken die de VROM-Inspectie van
2003 tot 2008 onder alle gemeenten en provincies heeft uitgevoerd.
Voor veel VROM wetten en regels ligt de uitvoering en handhaving bij
gemeenten en provincies. Milieuvergunningen, bouw- en
sloopvergunningen, bestemmingsplannen, ze worden door de gemeente en
soms door de provincie afgegeven dan wel opgesteld. Vervolgens houden
zij toezicht op de uitvoering en grijpen in als dat niet goed gaat.
Bij aanvang van het onderzoek door de VI had echter slechts vijf
procent van de gemeenten de vergunningverlening en toezicht en
handhaving daarop volledig op orde. De uitvoering is inmiddels flink
verbeterd maar nog altijd presteert circa 10% van de gemeenten onder
de maat. Vergunningen verlenen gaat gemeenten beter af dan het houden
van toezicht en het ingrijpen zodra misstanden worden geconstateerd.
Het slechtst scoorden gemeenten op het vlak van de bouwregels. Daar is
tegelijkertijd ook wel de meeste verbetering te zien in de afgelopen
jaren, mede door een aantal incidenten op het vlak van veiligheid en
gezondheid. Bij de milieuregels (milieuvergunningen e.d.) deden
gemeenten het beter, een derde van de taken werd hier als voldoende
beoordeeld. Bij bestemmingsplannen daarentegen scoorde slechts een op
de tien gemeenten een voldoende, en ook bij de andere taken op het
ruimtelijk ordeningsvlak is het beeld niet gunstig. Bovendien schiet
het hier ook niet erg op met verbeteringen. Dat heeft onder meer te
maken met lokale en nationale belangen en de tijd die het kost een
bestemmingsplan te ontwikkelen.
De VROM-Inspectie heeft in de eindrapportage over de
gemeenteonderzoeken een groot aantal voorbeelden opgenomen van
praktijken waar gemeenten van elkaar kunnen leren.
Het eindrapport over de 12 provincieonderzoeken bevat ook een aantal
voorbeelden van excellente praktijken.
Minister Cramer van VROM heeft de onderzoeken naar de Tweede Kamer
gestuurd. Zij zal de uitkomsten betrekken bij het plan voor de
reorganisatie van het toezicht op VROM-taken dat in november klaar is.
De VROM-Inspectie heeft bij haar onderzoeken vooral gekeken naar die
zaken die binnen een gemeente en provincie belangrijk zijn en die
risicovol zijn bij de uitvoering van VROM-taken.
De Inspectie keek ook hoe beleid, programmering en uitvoering met
elkaar samenhingen.
De VROM-Inspectie zal niet opnieuw gemeenten en provincies in hun
geheel doorlichten. In de toekomst worden onderzoeken gericht op
knelpunten en (veronderstelde) risicos. Deze onderzoeken bieden
daarvoor een goede basis.
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer