ChristenUnie
Bijdrage Ed Anker AO 1F
Bijdrage Ed Anker AO 1F
donderdag 09 oktober 2008 15:15
De heer Anker (ChristenUnie): Wij hebben de vorige keer een ontzettend
lang debat gevoerd, omdat er een verschil lijkt te zijn tussen het
politieke probleem dat wij hebben en datgene wat het recht in
Nederland kan bieden. Wij hebben een paar honderd mensen een 1F-label
gegeven. Na een strafrechtelijk onderzoek kan niet bij al die mensen
hard worden gemaakt dat dit label terecht is gegeven en dat tot
strafvervolging zal worden overgegaan. Ik heb de afgelopen weken
gemerkt dat ik het heel moeilijk heb met deze ontwikkeling. Ik vind
nog steeds dat wij een vermoeden dat er iets aan de hand is, ook hard
moeten kunnen maken. Ik begrijp ook wel dat er allerlei verdragen en
regels zijn en dat wij een vermoeden niet altijd kunnen en hoeven hard
te maken, maar het blijft heel onbevredigd. De heer Van de Camp heeft
al gezegd dat hij daarvoor ook geen oplossing heeft. Ik vind wel dat
eraan gewerkt moet worden. Ik ben blij dat er een inspanning is in de
opsporing. Ik hoop echt dat wij over twee jaar een heel eind zijn,
zodat wij kunnen zeggen: het is een keertje klaar. Mensen in het
luchtledige laten zweven, dat kan niet de bedoeling zijn.
Ook ik heb gemerkt dat er weinig draagvlak is voor het
wijzigen van het ambtsbericht. Misschien is dat ook wel verstandig. Ik
blijf erbij dat de meest fatsoenlijke weg zou zijn om dat wel te
proberen, omdat je dan de meeste duidelijkheid schept over de vraag of
een 1F-label wel terecht is gegeven, maar tegelijkertijd zijn de
gebeurtenissen ook van erg lang geleden.
Ik heb de antwoorden bekeken die wij zowel mondeling in
eerste termijn als schriftelijk hebben gekregen op onze specifieke
vraag over de positie van de gezinsleden. De staatssecretaris zegt dat
eerst zo veel mogelijk wordt gekeken naar zelfstandige asielgronden.
In de oorspronkelijke brief staat echter dat niet alle asielgronden
erbij betrokken worden. Het gaat om artikel 29, maar er is sprake van
een uitsluiting van artikel 29d, 29e en 29f. Ik vraag mij af op grond
van welke afweging dit gebeurt. Er wordt een afweging gemaakt tussen
de rechten van het kind en de openbare orde, maar ik vind dat wel wat
de rechten van het kind hierbij zwaarder moeten wegen. Daarom vraag ik
de staatssecretaris nogmaals om de motivatie om hen van die specifieke
onderdelen uit te sluiten. Het zou immers het beste zijn als zij hun
eigen gronden hebben?