ChristenUnie
Orgaandonatie: wel vrijwillig, niet vrijblijvend
Orgaandonatie: wel vrijwillig, niet vrijblijvend
donderdag 09 oktober 2008 14:47 "Juist afgelopen weken zijn berichten
naar buiten gekomen dat het aantal transplantaties is afgenomen. Er
staat nog steeds een groot aantal mensen op de wachtlijsten. Alom
leeft het besef: er moet wat gebeuren! Er moet wat veranderen! Aan de
vrijblijvendheid moet een einde komen", aldus Esmé Wiegman in het
debat over orgaandonatie.
Er moet wat veranderen? Maar wat moeten we precies veranderen om het
aantal transplantaties toe te laten nemen en de wachtlijsten weg te
werken? Waar zetten we op in? De eerste vraag van Esmé Wiegman aan de
minister is: zet u in op het verhogen van het aantal donorregistraties
of op het aantal orgaantransplantaties? Maar om het aantal
transplantaties te vergroten, moet er ook in het systeem wat
veranderen. De ChristenUnie heeft daartoe eerder dit jaar voorstellen
ingediend.
Mensen moeten niet tot een keuze gedwongen worden, maar mogen wel tot
een keuze gedrongen worden wat ons betreft. Geen vrijblijvendheidheid
dus, maar wel vrijwilligheid.
De ChristenUnie steunt de voornemens op het gebied van voorlichting
gericht op kennis, attitude en gedrag. Maar de ChristenUnie wil meer.
Maak van het huidige toestemmingssysteem een indringend keuzesysteem!
Wat bedoelen we daarmee? De fractie was in 2005 bereid een grote stap
te zetten. Dat heeft toen niet geleid tot steun van een
Kamermeerderheid voor de door ons gewenste motie. Maar er is in de
sfeer van voorlichting vervolgens wel het nodige gebeurd.
Opnieuw is de vraag `wat nu' aan de orde. Voor de ChristenUnie ligt
het niet voor de hand om vérder te gaan dan in 2005 bij het steunen
van de motie Kant cs is gebeurd. Geen ADR-stelsel zonder meer dus, wel
een stelsel dat het risico op foutieve registraties hoegenaamd
uitsluit, de rol van nabestaanden respecteert en recht doet aan de
verschillende opvattingen die leven.
Nu de constatering is dat de onzekerheid groot is of er onder het
ADR-systeem meer donoren kunnen komen dan onder het huidige systeem
(met aanvullende maatregelen), acht de ChristenUnie het niet
verantwoord het systeem te wijzigen in een ADR-systeem.
Simpelweg stellen dat met een keuze voor een ADR-systeem de overheid
aantoont een bijdrage te willen leveren, vinden wij veel te kort door
de bocht.
De ChristenUnie hecht aan het uitgangspunt dat bij het kiezen van een
donorregistratiesysteem, het al dan niet zijn van donor, in de eerste
plaats een zaak is van burgers onderling. Burgers zijn geen eigendom
van de staat. Burgers staan in een relatie tot elkaar. Dat heeft tot
gevolg dat nooit sprake kan en mag zijn van een dwingende keuze,
opgelegd van overheidswege.
Een belangrijke vraag is hoe moet worden omgegaan met het fenomeen dat
mensen niet of nog niet kúnnen kiezen - omdat ze `er nog niet uit
zijn'. De ChristenUnie meent dat mensen het recht hebben de keuze om
al dan niet als donor te worden geregistreerd, uit te stellen omdat ze
nog niet tot een overtuigende en doorleefde afweging hebben kunnen
komen.
Een in de ogen van de ChristenUniefractie verkiesbare tussenvariant
zou zijn om bovenop de garanties tegen misregistratie die in 2005 zijn
geformuleerd, tot een registratievorm te komen die mensen de
mogelijkheid biedt de keuze te maken om (nog) niet te kiezen. Met de
keuze voor deze middenweg worden mensen die zichzelf (nog) niet in
staat achten om hierover een besluit te nemen, niet meegesleurd in een
besluit.
De ChristenUnie wil dit indringend-keuze-systeem systeem, met de optie
om nog geen keuze te maken, gepaard laten gaan met intensieve
voorlichting en een regelmatige herinnering (bijvoorbeeld door de
afdeling Burgerzaken van de Nederlandse gemeenten)
De ChristenUnie benadert ook het vraagstuk van orgaandonatie met het
oog op bescherming van de zwakke. Anders gezegd: waar sprake is van
nood, mag het nodige worden gevraagd om deze nood te lenigen. Waar
orgaandonatie van wezenlijke betekenis is voor het verbeteren van de
leefsituatie van ernstig zieken, mag daarom worden ingezet op
verhoging van de bereidheid van potentiële donoren om inderdaad de
keuze voor orgaandonatie te maken. Ook dan blijft overigens staan dat
- omdat orgaandonatie zich afspeelt tussen burgers onderling - de
overheid faciliterend optreedt, niet dwingend. Daarom steunt de
ChristenUnie de koers van het Kabinet om een positieve boodschap te
laten doorklinken dat orgaandonatie een goede zaak is en om te
appelleren op onderlinge solidariteit
Onderscheidt de optie `ja, mits mijn nabestaanden instemmen' zich
herkenbaar van de blijvende bestaande optie `ik laat de beslissing aan
mijn nabestaanden'. Wordt dit onderscheid ook duidelijk als de vraag
en keuze aan de nabestaanden wordt voorgelegd? Of is er sprake van een
`verwaterde keuze' voor de nabestaanden die meer onduidelijkheid dan
duidelijkheid schept?
De discussie moet niet blijven cirkelen rondom het systeem, terwijl er
juist in de praktijk zo veel te veranderen en te verbeteren valt. De
systeemdiscussie staat het antwoord in de weg op de vraag: welke
dingen kunnen we doen die werkelijk effect hebben?
De ChristenUnie vraagt het Kabinet zich in te zetten voor:
1. informatie aan de nabestaanden. Waarom weigeren ze? Weten ze genoeg
van procedures en wat het begrip hersendood betekent? Hoe ge je met
nabestaanden om die een onmogelijke vraag op een onmogelijk moment
krijgen?
2. het wegnemen van financiële en organisatorische drempels: uitname
van organen moet goed ingebed worden in de structuur, behandel
donorzorg als medische zorg, ondersteun mensen die willen doneren en
daardoor een paar weken uit de running zijn financieel zodat
inkomensverlies kan worden opgevangen.
Orgaandonatie steunt op basis van bereidwilligheid van de ene burger
jegens de andere. Daarmee is veel gezegd, in ieder geval dat
orgaandonatie belangeloos moet zijn. Orgaandonatie op basis van het
principe `alleen als ik bereid ben te doneren, kan ik donatie van een
ander ontvangen', of zelfs orgaandonatie omwille van concrete
voordelen (bijvoorbeeld een lagere verzekeringspremie), wijst de
ChristenUnie daarom af als onethisch.
De ChristenUnie vraagt om een indringend-keuze-systeem waarmee mensen
indringender voor de keuze worden geplaatst zich al dan niet als donor
te laten registreren. Dit laat evenwel onverlet dat de vrije keuze aan
de mensen zelf blijft en dat dus orgaandonatie een zaak blijft tussen
burgers onderling. Getypeerd als naastenliefde voor wie daar wel voor
kiezen en dit als naastenliefde beleven. (Denk daarbij aan het motto
van een Amerikaanse campagne: `Don't take your organs to heaven. We
need them here.') Met blijvend respect voor diegenen die daar niet
voor kiezen. Aan de vrijblijvendheid moet een einde komen! Aan de
vrijwilligheid wat betreft de ChristenUnie echter niet.