Persbericht van de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden
inzake het verzoek van advocaat mr. Tripels tot het ontslag van een
rechter
Den Haag, 9 oktober 2008 - De Maastrichtse advocaat mr. Tripels heeft
de Procureur-Generaal verzocht een vordering tot het ontslag van mr.
Rentema, vice-president van de Rechtbank Dordrecht, in te stellen bij
de Hoge Raad. Volgens mr. Tripels zou mr. Rentema niet onpartijdig
zijn geweest bij de beoordeling van de zaak van een cliënte van mr.
Tripels omdat er in het verleden banden hebben bestaan tussen mr.
Rentema en de directeur van de wederpartij in die zaak; onder meer zou
mr. Rentema voor een niet-marktconforme prijs een perceel grond hebben
gekocht van die directeur.
Het is regel dat de Procureur-Generaal over rechtspositionele
aangelegenheden geen inhoudelijke mededelingen doet aan derden vanwege
de privacy van de betrokkene. Omdat mr. Tripels zijn verzoek in de
openbaarheid heeft gebracht, ziet de Procureur-Generaal zich
genoodzaakt een uitzondering te maken op die regel.
Vandaag heeft de Procureur-Generaal mr. Tripels bericht dat hij niet
zal ingaan op zijn verzoek. Op het punt van de grondprijs is door een
deskundige nader onderzoek verricht. In diens rapportage wordt
geconcludeerd dat de destijds door mr. Rentema betaalde prijs
marktconform was. In het dossier is voor het overige evenmin enige
steun te vinden voor de stelling dat er ten aanzien van mr. Rentema
sprake is geweest van belangenverstrengeling en partijdigheid. Er is
dus geen enkele grond voor ontslag.
Den Haag, 9 oktober 2008
Mr. J.W. Fokkens,
Procureur-Generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden
Wettelijke regeling inzake het ontslag van rechters
In de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren is bepaald in welke
gevallen een rechter kan worden ontslagen. Het ontslag wordt verleend
door de Hoge Raad op vordering van de Procureur-Generaal.
Bron: Hoge Raad der Nederlanden
Datum actualiteit: 9 oktober 2008 Naar boven
Gerechtelijke organisatie