Nivel

Sneller Beter blijkt vooral een aanjager 2 oktober 2008
Sneller Beter heeft tientallen ziekenhuizen in beweging gebracht om hun zorg te verbeteren. De ziekenhuizen zijn daardoor enthousiast over het programma, ondanks dat de hoog gestelde doelen van het programma niet geheel zijn gehaald.

Patiëntveiligheid en logistiek
Het landelijke verbeterprogramma voor ziekenhuizen 'Sneller Beter' is gestart in oktober 2004 en geëindigd in oktober 2008. Aan het programma hebben 24 ziekenhuizen deelgenomen. Ieder deelnemend ziekenhuis kreeg twee jaar ondersteuning bij de uitvoering van het programma. Belangrijke doelen in de patiëntveiligheid waren het invoeren van een blame free reporting systeem, de helft minder medicatiefouten, niet meer dan 5% doorligwonden en de helft minder postoperatieve wondinfecties. Belangrijke logistieke doelen waren 30% meer OK-productiviteit, een 40% kortere doorstroomtijd voor diagnostiek en behandeling, een 30% kortere ligduur en toegang tot de poliklinieken binnen een week. Op al deze doelen zijn vorderingen gemaakt, maar ze zijn maar door een deel van de teams gehaald, zo blijkt uit de evaluatie die het NIVEL (Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg), EMGO Instituut van VUmc en CAPHRI van de Universiteit Maastricht uitvoerden met subsidie van ZonMw.

Vliegwiel
Zo is bij de teams waarvan de resultaten bekend zijn bijvoorbeeld het percentage doorligwonden gemiddeld van 8 tot 5% gedaald, zijn de postoperatieve wondinfecties van 5 naar 4% gedaald en is de ligduur gemiddeld met anderhalve dag verkort. Het programma als geheel is volgens de onderzoekers zeker een stimulans geweest voor de sector en werkt nog steeds door. In veel ziekenhuizen bestaat nu ook een structuur voor verbeteringen en het monitoren van uitkomsten. In die zin is de tweede doelstelling van Sneller Beter, om een vliegwieleffect op gang te brengen, zeker gehaald.

Hoge doelen
NIVEL- en EMGO-onderzoeker Cordula Wagner: "Aanvankelijk zijn in de opzet van Sneller Beter de ambities hoog gesteld om iedereen in beweging te krijgen. Uiteindelijk blijkt dan dat je die hoge doelen niet altijd haalt en dan moet je niet vergeten wat er allemaal wel tot stand is gebracht. Dat zijn vaak minder makkelijk meetbare effecten, zoals een betere samenwerking, een cultuurverandering of alle neuzen dezelfde kant op. Vergeleken met verbeterprojecten in andere landen zijn de behaalde resultaten zeker niet slecht. Maar het blijft teleurstellend dat niet meer teams de gewenste verbeteringen hebben behaald. Mogelijk dat het gewoon een kwestie van tijd is."

Winst vasthouden
Als ziekenhuizen de winst die is behaald met Sneller Beter vast willen houden, vereist dit verdere inspanningen. Ze moeten de ingevoerde aanpak en methodieken blijven toepassen en ook de resultaten blijven meten, zodat ze zo nodig tijdig kunnen bijsturen. Tastbare en dus zichtbare resultaten trekken ook anderen in het ziekenhuis over de streep om verbeteringen door te voeren. Ook de Raden van Bestuur van de ziekenhuizen moeten innovatie en verbetering zichtbaar blijven nastreven en zorgen voor de juiste randvoorwaarden en professionele ondersteuning. Verder bevelen de onderzoekers aan de ambities realistisch te formuleren. "Ambitieuze doelstellingen dagen uit, maar te ambitieuze doelstellingen kunnen demotiveren", verduidelijkt Wagner.

Onderzoeksmethode
De onderzoekers zijn voor alle teams in de 24 ziekenhuizen nagegaan wat de ervaren meerwaarde van de projecten is. Ze maakten gebruik van de objectieve gegevens uit de centrale database: hoe vaak komt decubitus voor, hoe vaak postoperatieve wondinfecties... En ze raadpleegden de projectleiders, -ondersteuners, medisch specialisten en Raden van Bestuur over de voortgang.