Verhagen: 'Respect voor oorlogsslachtoffers Nederlands-Indië'
02 okt 2008 | Voor de slachtoffers van oorlogsmisdaden is het niet
alleen belangrijk dat de daders worden gestraft, maar ook dat hun
verhaal gehoord wordt en niet verloren gaat in de geschiedenis. Dat
zei minister van Buitenlandse Zaken Verhagen in een toespraak die
namens hem werd uitgesproken op een symposium, georganiseerd door de
Stichting Japanse Ereschulden.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden Nederlandse vrouwen in voormalig
Nederlands-Indië door de Japanse bezetter gedwongen tot prostitutie.
Hoewel Japan in 1993 informeel excuses voor deze misdaden heeft
aangeboden, voelen veel slachtoffers zich miskend. De Stichting
Japanse Ereschulden streeft naar een officiële spijtbetuiging en
compensatie voor het ondergane leed.
'Wij keuren elke poging af om datgene wat in Nederlands-Indië gebeurd
is te ontkennen,' aldus minister Verhagen in de toespraak. 'Er is veel
te weinig aandacht geweest voor het lijden van de slachtoffers. Het
heeft hen vele jaren gekost voordat ze konden praten over de misdaden
die hen zoveel leed hadden aangedaan. Daarvoor zijn we hen bewondering
en aanhoudend respect verschuldigd.'
Onderwerp van het symposium was de Haagse Conventie, het
internationale verdrag waarin ruim honderd jaar geleden werd
vastgelegd dat mensenrechten ook gelden in tijden van oorlog. De
Conventie stelt regels voor het gebruik van technologie en wapens,
maar ook voor de behandeling van gevangenen.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken