Politie Drenthe

Verzoek Politie Drenthe om extra rijksbijdrage

Assen, 02-10-2008 o Eind maart 2008 heeft de korpsbeheerder, Sicko Heldoorn, een aanvraag ingediend voor een extra rijksbijdrage, omdat de meerjarenbegroting van Politie Drenthe niet sluitend is. Vanwege de financiële situatie heeft het korps in 2007 al een extra rijksbijdrage ontvangen en is daarmee onder preventief toezicht gesteld. Alvorens op de aanvraag te beslissen heeft de minister van BZK besloten een onderzoek te laten uitvoeren naar de financiële situatie van het korps, alsmede naar de oorzaken die hieraan ten grondslag liggen. Het streven is om het korps in 2012 weer financieel gezond te krijgen.

De financiële situatie van Politie Drenthe en de consequenties daarvan zijn al enige tijd onderwerp van overleg zowel binnen het Regionaal College in Drenthe als ook tussen het korps en het ministerie van BZK. De minister heeft Politie Drenthe van haar voornemen in kennis gesteld om naast het eerder toegekend bedrag van 8 miljoen een aanvullende rijksbijdrage toe te kennen. De besluitvorming over de voorwaarden en de hoogte van het bedrag zal op basis van de uitkomsten van het onderzoek nog dit jaar plaatsvinden. De korpsbeheerder vindt het vanzelfsprekend dat de minister de beslissing over de hoogte van de bijdrage mede baseert op uitkomsten van dit onderzoek.

Dit onderzoek moet uitwijzen wat precies de oorzaken zijn van de Drentse problematiek. Mogelijk is er een samenloop van factoren. Vanwege de grote verwachte uitstroom als gevolg van de vergrijzing in de komende jaren moet het korps namelijk studenten in opleiding nemen en dit betekent dubbele loonkosten. Daarnaast kende het korps sinds zijn vorming in 1994 een zwakke vermogenspositie en diende tegelijkertijd een vanuit Drents perspectief noodzakelijk huisvestingsprogramma te worden uitgevoerd.

Politie Drenthe heeft als onderdeel van de Nederlandse Politie in het plan van aanpak ook rekening te houden met landelijk beleid zoals de taakstelling voor de Nederlandse Politie van 100 miljoen korting, het realiseren van de sterkteafspraken, de mogelijkheid voor personeel om langer door te werken en een niet volledige compensatie voor loon- en prijsstijgingen.

Het korps heeft eerst geprobeerd om op eigen kracht zich aan te passen aan deze gewijzigde omstandigheden, door zelf interne maatregelen te nemen. Het korps heeft namelijk bezuinigd op de personeelslasten en de materiële kosten. De korpsbeheerder ziet de extra bijdrage van de minister als een onmisbare ondersteuning hierbij.


---
/////////