Promotie Mr. J. de Lange
Titel proefschrift
Detentie genormeerd
---
Promotors:
Pprof.mr. P.A.M. Mevis
Prof.mr. P.C. Vegter
---
Datum
02 oktober 2008 13:30
---
Locatie:
Woudestein, Forumzaal
---
Faculteit
Faculteit der Rechtsgeleerdheid (FR)
Meer aandacht nodig in Nederland voor Europese detentienormen
In Nederland moet meer aandacht komen voor de aanbevelingen van het
CPT, de internationale toezichthouder op detentieomstandigheden in
Europa. Dat geldt niet alleen voor wetgeving, beleid en toezicht op
het gebied van justitiële vrijheidsbeneming, maar ook in de
rechtspraak. Dit concludeert Juan de Lange in zijn proefschrift
Detentie genormeerd. Een onderzoek naar de betekenis van het CPT voor
de inrichting van vrijheidsbeneming in Nederland, dat hij op donderdag
2 oktober 2008 verdedigt aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Het Comité ter Voorkoming van Foltering en Onmenselijke of
Vernederende Behandeling of Bestraffing (CPT) is een onafhankelijk
comité, dat in 1989 is ingesteld in het kader van de Raad van Europa.
Het CPT adviseert lidstaten van de Raad van Europa hoe ze
gedetineerden op een menswaardige wijze vast kunnen houden. Het CPT is
bevoegd om allerlei plaatsen in Europa te bezoeken waar personen
worden vastgehouden die van overheidswege van hun vrijheid beroofd
worden. Naar aanleiding van een inspectiebezoek rapporteert het CPT
aan de betrokken lidstaat en geeft het waar nodig aanbevelingen hoe ze
de geconstateerde detentiesituatie kan verbeteren. De aanbevelingen
zijn niet bindend.
Sinds zijn oprichting heeft het CPT vier keer een inspectiebezoek
gebracht aan Nederlandse plaatsen van detentie. De laatste keer was in
juni 2007. Toen adviseerde het CPT de Nederlandse regering onder meer
om het gebruik van de detentieboten onmiddellijk te staken. Eerder
noemde het CPT het verblijf in de Extra Beveiligde Inrichting te Vught
onmenselijk, een kwalificatie die later in een uitspraak van het
Europees hof voor de rechten van de mens werd overgenomen. Nederland
werd in die zaak veroordeeld voor schending van het folterverbod
(artikel 3 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens).
De Lange constateert dat de aandacht voor de opvattingen in Nederland
er vooral is naar aanleiding van een inspectiebezoek aan Nederlandse
penitentiaire inrichtingen. Buiten de context van een concreet
inspectiebezoek is de zelfstandige betekenis van de normen van
detentie van het CPT in Nederland te gering. Zo worden deze Europese
normen niet of nauwelijks in nationale juridische procedures
ingeroepen. Dit in tegenstelling tot de rechtspraak van het Europees
hof, waarin steeds meer gebruik gemaakt wordt van CPT-rapportering.
Recente ontwikkelingen binnen het Nederlandse gevangeniswezen
kenmerken zich door verharding en versobering. Juist daarom is het
belangrijk de CPT-normen actief te gebruiken in het debat over
detentie in Nederland, aldus De Lange. Vooral in gevallen waarin de
rechtmatigheid van detentieomstandigheden als zodanig (nog) niet ter
discussie staat, kunnen de veelal positief geformuleerde
kwaliteitsnormen van het CPT een dam opwerpen tegen achteruitgang van
het leefklimaat in de Nederlandse gevangenissen. Daarmee kan een
(verder) afglijden in de richting van overschrijding van mensenrechten
worden voorkomen.
Erasmus Universiteit Rotterdam