Universiteit Leiden

Wie geeft internationaal recht vorm?

Internationaal recht wordt allang niet meer alleen door naties gemaakt, ook niet-statelijke actoren spelen een belangrijke rol. Met behulp van een Veni-subsidie gaat internationaal rechtsgeleerde Jean d'Aspremont de herverdeling onderzoeken. `Het is trendy om de impact van niet-statelijke actoren te overdrijven, maar of dat terecht is, valt nog te bezien.'

Afbeelding: Jean d'Aspremont: `In onderzoekskringen bestaat het beeld dat internationaal recht de laatste twintig jaar veel minder door naties en veel meer door niet-statelijke actoren wordt gevormd.'

Democratische invalshoek
In onderzoekskringen bestaat het beeld dat internationaal recht de laatste twintig jaar veel minder door naties en veel meer door niet-statelijke actoren wordt gevormd', zegt D'Aspremont. `In het laatste geval moet je denken aan NGO's, het bedrijfsleven en invloedrijke particuliere personen. De algemene opvatting is dat uiteenlopende maatschappelijke krachten aan de wieg staan van internationale verdragen, waardoor internationaal recht steeds opener en democratischer wordt. Deze `democratische' invalshoek is erg populair onder rechtsgeleerden, omdat het als het ware een legitimatie biedt voor internationaal recht.'

Nationale controle

`Je ziet dat rechters uit verschillende landen geregeld bij elkaar komen. Ook hoofden van centrale banken maken onderling afspraken die als voorlopers van internationale verdragen kunnen gelden. Ik ontken dus niet dat die ontwikkeling plaatsvindt. Wel ben ik benieuwd wat de werkelijke impact van de verschillende actoren is en in hoeverre de scheiding tussen statelijke en niet-statelijke actoren legitiem is. Ik vermoed dat de invloed van statelijke actoren veel groter is dan we willen geloven. Mocht dat waar zijn - dat moet natuurlijk nog onderzocht worden - dan lijkt me dat geen kwalijke zaak. Op het idee dat niet-statelijke actoren bijdragen aan een democratische internationale rechtsorde valt namelijk heel wat af te dingen. Statelijke actoren, en daartoe behoren ook organisaties als de EU en de VN, moeten immers constant verantwoording afleggen; er is nationale controle. Bij niet-statelijke netwerken ontbreekt die controle. Ze zijn veel minder transparant.'

Afbeelding: Het gebouw van het International Criminal Court in Den Haag.

Multidisciplinair
Methodologisch wordt het een zware kluif. Ik neem verschillende casestudies onder de loep, waarin niet-statelijke actoren een belangrijke rol spelen, zoals bijvoorbeeld milieuwetgeving rondom Kyoto, humanitair recht met betrekking tot het verdrag over landmijnen en internationaal crimineel recht aan de hand van het International Crimininal Court in Den Haag. Ik ga het multidisciplinair aanpakken. Rechtsgeleerden zijn weliswaar heel goed in analyseren van de procedurele kant van internationaal recht, maar ik wil verder gaan dan dat. Daarom zullen ook wetenschappers van andere sociale studies meedoen aan het onderzoek. We gaan opnames en notulen van vergaderingen analyseren en interviews houden op verschillende ministeries van Buitenlandse Zaken. Op die manier hoop ik een zo volledig mogelijk beeld te kunnen geven.'

Denkbeeldig
`Het is belangrijk om te weten wie internationaal recht vormgeeft, omdat dat invloed heeft op de inhoud ervan. Ik ben benieuwd of de invulling van het recht verandert, of er andere waarden gelden binnen het internationaal recht, afhankelijk van wie het vormgeeft. Verondersteld wordt dat NGO's heel andere belangen hebben dan staten, die toch altijd het landsbelang laten prevaleren. Maar het zou ook zomaar kunnen dat de scheiding tussen statelijke en niet-statelijke actoren helemaal niet van belang is. Dat hun belangen helemaal niet zo ver uit elkaar liggen en dat die veronderstelde oppositie slechts denkbeeldig is.'

(30 september 2008/Marl Pluijmen)

30/9/2008