AutoRai

Fiat Group breidt haar activiteiten in Servië verder uit

(9/30/2008)
Fiat Group Automobiles (FGA) en de regering van Servië hebben gisteren gezamenlijk bekendgemaakt dat ze een definitieve overeenkomst hebben ondertekend voor het vormen van een joint-venture, conform de intentieverklaring die in april 2008 werd ondertekend.

De overeenkomst werd ondertekend door Sergio Marchionne, CEO van Fiat Group en Fiat Group Automobiles (FGA), en Mladjan Dinkic, de Servische vice premier en Minister van Economische en Regionale Ontwikkeling. De handtekeningen werden gezet in het bijzijn van de President van Servië, Boris Tadic, de Minister President, Mirko Cvetkovic, en de Italiaanse Minister van Buitenlandse Zaken, Franco Frattini.

De joint-venture, waarin FGA een aandeel van 67 procent heeft en de regering van Servië een aandeel van 33 procent, verwerft de bezittingen van de Zastava-fabriek in Kragujevac, zoân 140 kilometer ten zuidoosten van Belgrado. Met een jaarlijkse productiecapaciteit van ongeveer 200.000 autoâs, die eind 2010 gerealiseerd kan zijn en mogelijk nog eens 100.000 autoâs extra, zal de fabriek deel uitmaken van FGAâs wereldwijde productienetwerk en profiteren van de productiemaatstaven van Fiat. De joint-venture vergt een initiële investering van zoân 700 miljoen euro, waaronder een bijdrage van ruim 200 miljoen euro door de Servische regering in de vorm van 100 miljoen euro aan contanten, een lening van 50 miljoen euro van de aandeelhouders en diverse andere middelen. De stad Kragujevac zal bovendien zorgen voor extra, uiteenlopende ondersteuning van het initiatief, overeenkomstig met de intentieverklaring die daartoe in mei 2008 werd getekend. Tot die steun behoren ondermeer de benodigde infrastructuur en faciliteiten voor het realiseren van het project in de Zastava-fabriek.

Sergio Marchionne en Mladjan Dinkic ondertekenden tevens een intentieverklaring als basis voor een mogelijke samenwerking tussen Iveco & Magneti Marelli en de regering van de Servische republiek voor de productie van bussen, speciale voertuigen en auto-onderdelen.

Als onderdeel van de intentieverklaring zullen Iveco, Magneti Marelli en de Servische overheid gezamenlijk teams samenstellen die de verschillende aspecten van de initiatieven nader zullen onderzoeken. De intentieverklaring voorziet in de oprichting van twee nieuwe joint-venture ondernemingen, die voor 70 procent in eigendom van Iveco en Magneti Marelli zouden komen en voor 30 procent eigendom zouden worden van de Servische overheid. Wanneer dit overleg een succesvolle uitkomst krijgt, zal die gedurende de komende maanden leiden tot de ondertekening van definitieve overeenkomsten.

Eind 2012 zou Iveco op jaarbasis ongeveer 2.200 bussen kunnen produceren, terwijl Magneti Marelli componenten en onderdelen zou kunnen produceren voor zowel de lokale als buitenlandse markten. Daarbij gaat het ondermeer om de productie van automotive kunststoffen, ophangingsystemen, verlichting en uitlaatsystemen. Beide ondernemingen zullen gevestigd worden op een industriegebied in de buitenwijken van Kragujevac.

De directe investeringen die nodig zijn van de joint-venture partners bedragen ongeveer 240 miljoen euro, inclusief een totale investering in contanten van 60 miljoen euro door de Servische regering, een aantal andere middelen en de benodigde infrastructuur en faciliteiten voor de realisatie van het project. In totaal zou de nieuwe onderneming werk kunnen bieden aan 2.350 werknemers.

âDeze aankondiging versterkt onze aanwezigheid in Servië nog verder,â aldus Sergio Marchionne. âOnze activiteiten hier bieden de Fiat Groep de middelen om een grotere kopersgroep te bereiken en haar expansie en verkoopgroei te vergroten vanuit een strategische regio. Tegelijkertijd leveren we hiermee een belangrijke bijdrage aan de Servische industriële en technologische ontwikkeling. Dit initiatief zal de economische en sociale groei in de regio vergroten. Gedurende meer dan een halve eeuw hebben Fiat en Zastava een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van de Servische auto-industrie. Bovendien geeft onze betrokkenheid blijk van ons geloof en vertrouwen in Servië, zeker in relatie tot de sterke vastberadenheid van haar regering en de vooruitziende blik van President Boris Tadic om het land als lid van de Europese Unie een extra duw in de goede richting te geven.â