Jongen veroordeeld voor mishandeling van 74-jarige vrouw in Lisse
Den Haag, 26 september 2008 - De kinderrechter van de rechtbank
's-Gravenhage heeft vandaag een 14-jarige jongen wegens mishandeling
van een 74-jarige vrouw in een park in Lisse, op 15 maart van dit
jaar, veroordeeld tot een werkstraf van 30 uur en een voorwaardelijke
jeugddetentie van 1 maand.
De 74-jarige vrouw, die slecht ter been is, bevond zich op 15 maart
met haar rollator op een smal pad in het Poelpolderpark in Lisse. Op
datzelfde moment fietsten twee 13-jarige jongens, waaronder de nu
14-jarige verdachte, over het pad. Zij zagen de vrouw en kwamen tot de
conclusie dat het pad te smal was om de vrouw met de fiets te
passeren. Verdachte is toen bij het passeren met zijn fiets tegen de
vrouw aangereden en heeft haar in het gezicht gespuugd. De vrouw is
daarbij op de grond terechtgekomen en liep blauwe plekken en een
blauwe gekneusde knie op.
Opzet
De kinderrechter is van oordeel dat de jongen de vrouw opzettelijk
heeft geraakt en ten val gebracht, maar acht niet bewezen dat hij de
vrouw van de rollator heeft getrokken en op de grond gegooid. Ook acht
de kinderrechter niet bewezen dat hij de vrouw tegen haar rug heeft
geschopt.
Werkstraf en voorwaardelijke jeugddetentie met bijzondere voorwaarde
Wat zich op 15 maart in het Poelpolderpark heeft afgespeeld is naar
het oordeel van de kinderrechter buitengewoon ernstig. Een
onvoorwaardelijke jeugddetentie is dan ook een passende straf. Daar
staan echter de jeugdige leeftijd en de bijzonder moeilijke
persoonlijke omstandigheden van de jongen tegenover.
Om herhaling van dit soort feiten te voorkomen lijkt intensieve
behandeling van de verdachte zowel in het belang van de maatschappij
als geschikt voor een zo gunstig mogelijke ontwikkeling van deze zeer
jonge verdachte. Daarom heeft de kinderrechter voor deze keer afgezien
van een onvoorwaardelijke jeugddetentie en in plaats daarvan een
werkstraf en een voorwaardelijke jeugddetentie opgelegd.
Aan de voorwaardelijke jeugddetentie heeft de kinderrechter de
bijzondere voorwaarde verbonden dat de jongen zich moet houden aan de
aanwijzingen van zijn gezinsvoogd, ook als dit inhoudt dat hij zich
moet onderwerpen aan een persoonlijkheidsonderzoek of een behandeling
moet ondergaan of bijzondere training moet volgen. Bij het opleggen
van de straf heeft de kinderrechter er rekening mee gehouden dat
verdachte op initiatief van zijn pleegouders al geruime tijd
huisarrest heeft ondergaan.
LJ Nummer
BF2955
Bron: Rechtbank 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 26 september 2008
Rechtbank 's-Gravenhage