Cultuurbeleid doelgericht, maar rommelig in uitvoering
25/09/2008 17:00
Noordelijke Rekenkamer
Assen, 25 september 2008 -
Frysl(aa)n voert een doelgericht cultuurbeleid, maar door de rommelige uitvoering is niet vast te stellen of het Friese cultuurbeleid succesvol is. De provincie weet niet of haar subsidies hebben geleid tot versterking van het culturele productieklimaat. Dit concludeert de Noordelijke Rekenkamer in haar vandaag verschenen rapport.
De Rekenkamer heeft onderzoek gedaan naar alle door de provincie in 2006 verstrekte cultuursubsidies op het gebied van musea, podiumkunsten en festivals. Zij heeft gevraagd wat de gesubsidieerde culturele activiteiten opleveren en wat deze activiteiten bijdragen aan de provinciale culturele ambities. De provincie heeft onvoldoende inzicht om deze vragen te kunnen beantwoorden.
Cultuurbeleid, ambities en resultaat
De provincie zet in op versterking van het culturele productieklimaat en op het verhelderen van de subsidierelaties met culturele instellingen. De ambities uit de cultuurnota moeten worden gerealiseerd binnen de bestaande financiële mogelijkheden. De Rekenkamer heeft echter niet kunnen vaststellen welke financiële middelen beschikbaar waren en welke zijn aangewend voor de uitvoering van het cultuurbeleid. De voorgenomen visitaties, die zouden moeten uitwijzen of culturele instellingen bijdragen aan de realisatie van de provinciale ambities, heeft de provincie wegens onvoldoende budget niet uitgevoerd. In combinatie met een gebrek aan goede informatie over resultaten, weet de provincie hierdoor niet of zij 'waar voor haar geld' krijgt.
Uitvoering en werkwijze provincie
De Rekenkamer heeft waardering voor de verbeteringen in het Friese cultuurbeleid, maar ziet in de praktijk dat realisatie van ambities wordt belemmerd. Het vrijblijvend karakter van afspraken met de meerjarig gesubsidieerde instellingen leidt tot weinig duidelijkheid over gewenste en bereikte resultaten. Inconsistenties in de uitvoering leiden er toe dat aan deze instellingen in een aantal gevallen incidentele subsidie is verstrekt, hetgeen niet in lijn is met het eigen beleid. Achteraf wordt de subsidie aan deze instellingen niet lager vastgesteld als blijkt dat activiteiten niet (geheel) zijn uitgevoerd of werkelijke kosten lager uitvallen. De Rekenkamer acht dit in het licht van de ambitie om subsidierelaties te verhelderen, opmerkelijk.
Reactie provincie en nawoord Rekenkamer
De provincie geeft aan dat zij zich grotendeels kan vinden in de conclusies en dat een latere eigen evaluatie het beeld van de Rekenkamer nog onderstreept. De provincie vindt het minder zinvol om bij meerjarige gesubsidieerde instellingen jaarlijks op resultaten te sturen, hetgeen de Rekenkamer overigens ook niet bedoeld heeft. De provincie wil door consistente monitoring en een uniforme werkwijze aandacht besteden aan resultaten van die instellingen. Ook de andere aanbevelingen neemt de provincie over en zij heeft met een aantal daarvan reeds een begin gemaakt voor het nieuwe cultuurbeleid.
De Rekenkamer heeft waardering voor het lerend vermogen van de provincie. Hoewel de constructieve opstelling van de provincie een belangrijke voorwaarde is voor verdere verbeteringen, vraagt de Rekenkamer aandacht voor periodiek inzicht in de ontwikkeling van de kwaliteit van culturele instellingen.
De Noordelijke Rekenkamer is op 1 januari 2005 opgericht in het kader van het dualisme. De missie van de Noordelijke Rekenkamer is om met onafhankelijke onderzoeken Provinciale Staten te ondersteunen in hun kaderstellende en controlerende rol. In haar onderzoeken staan doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid centraal.
Bij dit persbericht is een bijlage zichtbaar op www.perssupport.nl
http://www.noordelijkerekenkamer.nl
http://www.noordelijkerekenkamer.nl