Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Den Haag Ons kenmerk
23 september 2008 49421
Onderwerp
Jaarverslag 2007 Erfgoedinspectie inclusief de
beleidsreactie van de minister van OCW
Hierbij bied ik u het jaarverslag 2007 van de Erfgoedinspectie aan, inclusief mijn beleidsreactie op dit
rapport.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
dr. Ronald H.A. Plasterk
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T +31-70-412 3456 F +31-70-412 3450 W www.minocw.nl
Beleidsreactie op het jaarverslag 2007 van de Erfgoedinspectie
Algemeen
Het inspectieverslag 2007 en mijn beleidsreactie betreffende de vier cultureel erfgoed sectoren,
archeologie, archieven, collecties en monumenten, zend ik zowel aan de Eerste als de Tweede Kamer,
conform de procedure die geldt voor het archiefwettelijk toezicht zoals vastgelegd in de archiefwet
1995.
Het inspectieverslag 2007 bevat voor het eerst tevens het archiefwettelijk verslag over het toezicht
zodat sprake is van één volledig geïntegreerd inspectieverslag. Het jaarverslag van de Erfgoedinspectie
en het archiefwettelijk verslag waren in 2006 nog twee afzonderlijke documenten.
Ik ben te spreken over de beknopte omvang van het verslag. Wel is de onderbouwing door de
Erfgoedinspectie mogelijk ten gevolge van de beperkte omvang, op een aantal punten vrij summier. Ik
beschouw dit echter als onderdeel van het groeiproces naar één geïntegreerd inspectieverslag.
Naast aandachtspunten per sector signaleert de Erfgoedinspectie een aantal algemene ontwikkelingen.
Goed bestuur en zelfregulering
De ontplooide initiatieven ten aanzien van goed bestuur, zelfregulering en horizontale verantwoording
waarover de Erfgoedinspectie in haar verslag over 2006 al rapporteerde, zijn in 2007 nog onvoldoende
tot wasdom gekomen. De Erfgoedinspectie constateert dat meer actie nodig is om de zelfregulering en
goed bestuur1 te stimuleren. In haar jaarverslag signaleert de Erfgoedinspectie vijf zorgpunten: het
visitatiemodel musea, de kwaliteit van restauraties van rijksmonumenten, het beroepsregister
archeologie, zelfregulering in de informatiehuishouding bij de departementen en de zelfstandige
bestuursorganen. Ik constateer dat de zelfregulering nog verder ontwikkeld moet worden. Immers pas
bij een adequaat functionerend systeem van zelfregulering, goed bestuur en kwaliteitszorg kan
nagedacht worden over een manier van toezicht houden waarbij de intensiteit en wijze van het toezicht
door de rijksoverheid ingericht kan worden conform de visie van dit kabinet op toezicht. Het komende
jaar zal ik dan ook samen met de Erfgoedinspectie, de buitendiensten, beroepsgroepen en andere
betrokken actoren werken aan een verdere versterking van goed bestuur en zelfregulering.
Als positieve ontwikkelingen van het afgelopen jaar kunnen onder meer de invoering van de
kwaliteitsnorm Archeologie en de ontwikkeling van de Baseline Informatiehuishouding Rijksoverheid
genoemd worden. Op al deze punten kom ik in deze beleidsreactie bij de desbetreffende sector terug.
1 Definitie governance c.q. goed bestuur, het waarborgen van de onderlinge samenhang van de wijze van sturen, beheersen en
toezicht houden van een organisatie, gericht op een efficiënte en effectieve realisatie van doelstellingen, alsmede het daarover
op een open wijze communiceren en verantwoording afleggen ten behoeve van belanghebbenden, Overheidsmanagement 2002,
nr. 9, pag. 244 e.v.
Sector Archieven
Baseline Informatiehuishouding Rijksoverheid
De Erfgoedinspectie staat positief tegenover de eerste versie van de Baseline Informatiehuishouding
Rijksoverheid, die als onderdeel van het rijksbrede programma `Informatie op Orde' door de ministeries
van Binnenlandse Zaken en OCW is ontwikkeld. Tegelijkertijd is de Erfgoedinspectie ook kritisch. Zo
wijst zij er onder meer op dat er nog geen sprake is van een concrete inbedding in de departementale
systemen van planning, audit en control.
Allereerst wil ik het belang van de baseline benadrukken als eerste, cruciale stap in het bredere kader
van het beheersen van de informatiehuishouding. De baseline vormt een op de huidige wetgeving
gebaseerde basisset van normen, eisen en maatregelen die betrekking hebben op de (digitale)
informatiehuishouding van het rijk. Hiermee zijn departementen beter in staat om te voldoen aan de
actuele informatie-eisen die gelden voor de primaire processen. Het programma `Informatie op Orde'
kent in totaal acht actielijnen, die op dit moment uitgewerkt worden.
Ik erken het belang van een succesvolle implementatie van de baseline in de planning en controlcyclus
van de departementen. De komende tijd zal de invoering van de baseline bij de departementen en
aansluiting bij de planning en controlcyclus veel aandacht krijgen. Het kennisprogramma Informatie op
Orde zal hierin een belangrijke rol spelen. Ik verwacht, evenals de Erfgoedinspectie, dat door de
controle bij de departementen zelf te leggen, een systeem van zelfregulering zich zal ontwikkelen. De
Erfgoedinspectie zal de komende jaren de ontwikkeling bij de departementen monitoren en mij
daarover informeren. Daar waar de departementen aantoonbaar in control zijn, kan de
Erfgoedinspectie overschakelen op systeemtoezicht.
Selectieprocedures
De Erfgoedinspectie vestigt tevens de aandacht op het verbeteren van de selectieprocedures en dringt
er op aan het aantal vast te stellen en te onderhouden selectielijsten tot een beperkt en beheersbaar
aantal terug te brengen. In dit verband kan ik erop wijzen dat de samenwerking tussen de
departementen op het gebied van beheer, selectie en bewerking concrete vormen aanneemt. Dit is van
belang om meer regie op de archiefselectie bij departementen te krijgen en de bewerking van
werkvoorraden te versnellen. De departementen, het Project Wegwerken Archiefachterstanden, de
Centrale Archief Selectiedienst en het Nationaal Archief, werken hierin nauw samen. Tevens wordt als
onderdeel van het programma `Informatie op Orde' momenteel een nieuwe selectiesystematiek
uitgewerkt waarbij de kwaliteit, de gerichtheid en het aantal selectielijsten belangrijke
aandachtspunten zijn.
Archiefwet
De Erfgoedinspectie beschrijft in haar jaarverslag tevens de noodzaak tot een kritische beschouwing
van wet- en regelgeving. De Erfgoedinspectie beveelt onder meer aan dat de regie over en de politieke
verantwoordelijkheid voor de keten van informatiehuishouding ongedeeld belegd dient te worden. De
conclusies van de Erfgoedinspectie sluiten hiermee aan bij het advies, dat in maart 2008 is uitgebracht
door de Raad van Cultuur en de Raad voor het openbaar bestuur, `Informatie: grondstof met
toekomstwaarde'. Samen met de staatsecretaris van Binnenlandse Zaken zal ik nader op dit advies
ingaan in de voortgangsrapportage `Informatie op Orde'.
PWAA
Over het project Wegwerken Archief Achterstanden (PWAA) en de bevindingen van de Erfgoedinspectie
heb ik u recent samen met de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken bij brief2 van 16 juni jl. bericht
in de voortgangsrapportage over 2007.
ZBO's
Hoewel de Erfgoedinspectie erkent dat de aan de departementen gerelateerde zelfstandige
bestuursorganen (ZBO's) krachtens de Archiefwet als zorgdrager zelf verantwoordelijk zijn voor de
sturing en beheersing van de informatiehuishouding, ziet zij graag dat de departementen in hun
sturingsrelatie met de aan hen gerelateerde ZBO's op dit punt een actieve stimulerende rol spelen. De
Erfgoedinspectie constateert dat er zich bij sommige ZBO's gebreken voordoen in bewerking en
overbrenging en heeft hier in het verleden herhaaldelijk op gewezen.
Ik deel de mening van de Erfgoedinspectie dat deze ZBO's hun verantwoordelijkheid als zorgdrager ter
harte moeten nemen. Ik heb de verwachting dat de verdere implementatie van de Baseline
Informatiehuishouding Rijksoverheid ook voor de ZBO's een hulp en stimulans zal zijn om deze taak op
te pakken. Desalniettemin zal ik, indien de baseline onvoldoende blijkt, bezien op welke wijze de
informatiehuishouding met meer klem onder de aandacht gebracht kan worden van deze categorie
zorgdragers.
Sector Monumenten
Modernisering Monumentenzorg
Begin 2009 zal ik de Kamer een voorstel voorleggen voor de modernisering van de monumentenzorg.
De bevindingen en aanbevelingen van de Erfgoedinspectie hebben bijgedragen aan het inventariseren
van de specifieke knelpunten en risico's. In 2008 verwacht de Erfgoedinspectie nog drie
themaonderzoeken af te ronden die betrekking hebben op de wijze waarop gemeenten invulling hebben
gegeven aan de gedecentraliseerde taken in de monumentenzorg. Onderwerpen zijn de werking en de
deskundigheid van de gemeentelijke monumentencommissies, de instandhouding van
rijksmonumenten in gemeenten met 150 200 rijksmonumenten op hun grondgebied en de uniforme
openbare voorbereidingsprocedure (UOV). De bevindingen en conclusies van deze onderzoeken zal ik
meenemen bij mijn voorstel voor een gemoderniseerd monumentenstelsel.
Kwaliteitseisen
De zorgpunten die de Erfgoedinspectie in haar verslag met betrekking tot de monumentenzorg heeft
opgenomen, betreffen de geringe aandacht voor kwaliteitseisen in de monumentenzorg. Nu zijn er in
de monumentenzorg weinig eisen voor kwaliteit voorgeschreven; zo is een bouwkundig historisch
2 Kamerstukken TK 2007-2008, 29 362, nr. 138
onderzoek bij restauraties niet verplicht. Aangezien ik belang hecht aan gedegen kwaliteit bij de
restauratie van monumenten, laat ik in dit kader de RACM een onderzoek uitvoeren naar de
mogelijkheden om met name dit bouwkundig historisch onderzoek verplicht te stellen.
Sector Archeologie
Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie en het beroepsregister
Dat de Erfgoedinspectie zeer te spreken is over de inwerkingtreding, op 1 september 2007, van de wet
op de archeologische monumentenzorg, waar jaren aan zorgvuldige voorbereiding aan vooraf zijn
gegaan, doet mij deugd. De inspectie ziet positieve ontwikkelingen in de mogelijkheid dat
rechtspersonen bij mij een opgravingsvergunning kunnen aanvragen, iets waar in 2007 reeds door 25
bedrijven gebruik van is gemaakt.
In lijn met de kabinetsvisie op toezicht is in het stelsel van kwaliteitszorg en kwaliteitsborging een
belangrijke plaats ingeruimd voor zelfregulering. De kwaliteitszorg is inmiddels geborgd via de door de
beroepsgroep ontwikkelde Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA). Wel ontbreekt nog de
operationalisering van het beroepsregister. Ook hier is gekozen om dit via zelfregulering tot stand te
laten komen. De beroepsgroep is immers bij uitstek het aangewezen gremium voor het bepalen van
normen die zowel door de beroepsgroep zullen worden geaccepteerd als garant staan voor kwaliteit.
Hoewel de inschrijving in het beroepsregister geen verplichtend karakter heeft, leidt het wel tot een
reductie van de administratieve lasten bij het aanvragen van opgravingsvergunningen, omdat ik, via
het register, kan beoordelen of de aanvragende organisatie beschikt over de gekwalificeerde personen.
Ook voor opdrachtgevers voor archeologisch onderzoek zijn middels zo'n beroepsregister makkelijk de
kwalificaties van het personeel van een opgravingsorganisatie te achterhalen. Het is dus zeker ook in
het belang van de beroepsgroep om dit register tot stand te brengen en te gebruiken.
Ik ben het met de Erfgoedinspectie eens dat het veld nu invulling dient te geven aan de
operationalisering van het beroepsregister. Ik acht het wenselijk dat operationalisering in 2009
gerealiseerd wordt en de gehanteerde normen aansluiten bij de eisen die gelden voor de
opgravingsvergunning en de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie. Indien nodig zal ik
hierover in overleg treden met de beroepsgroep.
Kwaliteit archeologische onderzoeksketen
Voorts maakt de Erfgoedinspectie melding van het in 2006 gestarte onderzoek naar de kwaliteit van de
archeologische onderzoeksketen. In dit onderzoek is aandacht besteed aan de kwaliteit van de
programma's van eisen, de uitvoering in het veld van opgravingen en de eindrapportage. In oktober
2007 zijn de eerste uitkomsten van dit onderzoek gerapporteerd aan de Tweede Kamer in het rapport
`werk in uitvoering I'3. De aanbeveling van de Erfgoedinspectie om een standaard Programma van Eisen
model te introduceren heb ik overgenomen. De door de beroepsgroep gehanteerde Kwaliteitsnorm
Archeologie voorziet in een leidraad voor het opstellen van een Programma van Eisen, waar een
standaardmodel onderdeel van is. Het onderzoek van de Erfgoedinspectie is een eerste stap in de
3 Tweede kamer, vergaderjaar 2007-2-8, 29259, nr. 35
richting van het monitoren van kwaliteit in de cyclus van de archeologische monumentenzorg. Nog dit
jaar zal de Erfgoedinspectie samen met de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en
Monumenten onderzoek doen naar de kwaliteit van de archeologische rapportages. Zodra dit is
verricht, zal ik de Kamer daarover informeren.
Sector Collecties
Visitaties en kwaliteitszorg
Ten aanzien van de visitaties van musea en de collecties is eind 2007, begin 2008 een begin gemaakt
met drie pilots. Het eerste visitatierapport is in 2008 reeds ontvangen.
In haar jaarverslag benoemt de Erfgoedinspectie als mogelijke risico's dat bij de beoordeling van het
collectiebeheer de visitaties te veel steunen op inspectierapporten en dat de visitaties niet genoeg
aandacht besteden aan het collectiebeheer. De Erfgoedinspectie dringt aan op heroverweging van het
visitatiemodel.
Visitatie van musea bevindt zich echter nog in de kinderschoenen, waardoor ik het te vroeg vind nu al
te concluderen dat heroverweging noodzakelijk is. Na afronding van de eerste pilot visitaties zal een
evaluatie plaatsvinden waarna ik op de conclusies van de Erfgoedinspectie zal terugkomen. Ik hoop en
verwacht dat de visitaties ook een bijdrage zullen leveren aan de verbetering van de kwaliteitszorg in
de museumsector. Te meer daar de Erfgoedinspectie in haar rapport `Beheer rijkscollecties 2002
2005' hier al expliciet aandacht voor had gevraagd. Ik ben dan ook blij dat de Erfgoedinspectie in 2007
inspanningen heeft geleverd, die onder meer geresulteerd hebben in de Nederlandse vertaling van het
Engelse collectiekwaliteitssysteem MDA-Spectrum, die de kwaliteitszorg naar een hoger niveau kan
tillen. De uitkomsten hiervan worden naar verwachting in de loop van 2008 en 2009 zichtbaar.