Ingezonden persbericht


COALITIEAKKOORD TUSSEN DE FRACTIES VAN CDA, VVD EN CHRISTENUNIE IN PROVINCIALE STATEN VAN UTRECHT
2008-2011

ACCENT 2008 SLAGVAARDIG VERDER

23 september 2008

Slagvaardig samen werken aan kwaliteit en duurzaamheid

In dit coalitieakkoord hebben wij onze ambities voor de resterende Statenperiode van 2007-2011 toegevoegd aan en verwerkt in het coalitieakkoord "Slagvaardig samen werken aan kwaliteit en duurzaamheid" van 14 mei 2007. Kernbegrippen in de manier van werken zijn ook voor ons: slagvaardig samen werken, kwaliteit en duurzaamheid.

Slagvaardig samen werken
Wij willen maatschappelijke problemen oplossen samen met onze partners: medeoverheden, maatschappelijke organisaties en bedrijven. Op die manier kunnen we optimaal gebruik maken van kennis, ervaring en creativiteit. Door een projectmatige aanpak brengen wij partijen bij elkaar. Het gaat om een integrale aanpak en het verzinnen van soms onorthodoxe oplossingen. Durf en daadkracht zijn nodig. Onze inwoners willen wij er natuurlijk ook bij betrekken, het gaat immers om hen en draagvlak bij het realiseren van oplossingen is essentieel: iedere Utrechter telt.

Kwaliteit
Wij willen de kwaliteit van onze leefomgeving behouden en waar nodig verbeteren. Dit wordt steeds moeilijker door verschillende ontwikkelingen die druk leggen op de schaarse ruimte in de provincie Utrecht. Er is ook sprake van conflicterende ruimtelijke claims. Wij kiezen daarom voor kwaliteit boven schijnbaar `eenvoudige' oplossingsrichtingen.

Duurzaamheid
Wij willen ons niet laten leiden door de waan van de dag. Oplossingen die wij kiezen moeten ook na 2011 houdbaar zijn. Voor alle provinciale beleidsterreinen waar wij plannen voor maken geldt dat het wij het aspect duurzaamheid als zwaarwegende factor inzetten.

De onderhandelingsdelegatie:

namens CDA: mw. P. Doornenbal- van der Vlist, H.R.A.L. Klein Kranenburg en R.W. Krol namens VVD: J.W.R. van Lunteren en J.H. Ekkers
namens ChristenUnie: C.J. van Kranenburg en W.M. de Jong 2

Inhoudsopgave


1. Onze ambities en manier van werken

2. Ruimtelijke ontwikkeling

3. Landelijk gebied

4. Wonen

5. Duurzaamheid en milieu

6. Water

7. Economische zaken en recreatie

8. Mobiliteit

9. Samenleving

10. Jeugd, zorg en onderwijs

11. Bestuur en middelen

12. Financieel kader
Portefeuilleverdeling


3


1. Onze ambities en manier van werken

In 2007 trad een nieuw college aan op basis van het coalitieakkoord "Slagvaardig samen werken aan kwaliteit en duurzaamheid". Met de ontwikkelingen tijdens en sinds de statenvergadering van 4 juli jl. is een nieuwe situatie ontstaan. Na de informatieronde van dhr. Van Eijck hebben de vertegenwoordigers van het CDA, de VVD en de ChristenUnie samen programma afspraken gemaakt om met enige accentverschillen in een nieuwe collegesamenstelling slagvaardig verder te gaan.

Het akkoord van de nieuwe coalitie stemt in grote lijnen overeen met de ambities en gekozen uitgangspunten van het coalitieakkoord van 2007. De accentverschillen en wijzigingen sommen wij hierna op. Deze zijn op herkenbare wijze verwerkt in de tekst van het coalitieakkoord van 2007. Het uitvoeringsprogramma en de samenwerkingsagenda blijven onverkort gehandhaafd, met als begrenzing het bedrag van 418 miljoen tot het einde van deze zittingsperiode.

Wij zijn het college van GS dank verschuldigd voor de wijze waarop zij met veel inzet het beleid hebben ingevuld en de uitvoering daarvan hebben ingezet.

Een accentverschil is, gezien de gewijzigde samenstelling van deze coalitie, dat wij ons bij het organiseren van provinciale activiteiten rekenschap geven van de waarde die groepen in onze samenleving geven aan de zondagsrust.

Het financieel beleid van deze coalitie zal gericht zijn op het waarborgen van de belangen van toekomstige generaties. In deze periode is een forse aanslag gedaan op het eigen vermogen en staan veel uitgaven geprogrammeerd. Het is niet de bedoeling dat de rekening daarvan gepresenteerd wordt aan toekomstige generaties. Om deze reden zal er dus geen sprake zijn van invoering van een kapitaaldienst en zullen financi雔e meevallers in beginsel terugvloeien naar het eigen vermogen. Hiermee streven wij voor deze coalitieperiode naar gelijkblijvende lasten (opcenten) voor de Utrechtse burgers en voor voldoende beleidsruimte voor volgende coalities.

De coalitie wil de samenwerkingsagenda als instrument voor uitvoering van bestaande kaders en projecten van bovenlokale belang handhaven, maar wel versneld evalueren. Het geld mag niet het enige motief zijn voor onze betrokkenheid. Wij willen strakker sturen op de door PS vastgestelde kaders en bij de beoordeling van projecten vooral aandacht hebben voor het realiseren van gemeenschappelijke bovenregionale belangen.

Uitgangspunten voor het bepalen van het aantal te bouwen woningen zijn de ruimtelijke mogelijkheden, de woningbehoefte en mobiliteit. Voorkomen moet worden dat wij blijven steken in allerlei rekenmodellen. Wij willen een aantal locaties, dan wel zoekrichtingen benoemen, die de woningbehoefte voor de toekomst tot 2015, met een doorkijk naar 2030 dekken. Het streven blijft om bestaande behoeftes met name binnenstedelijk op te lossen. In dit kader zal er binnen de ruimte die er nog is voor stedelijke vernieuwing ook naar het stedelijk gebied buiten de gemeenten Utrecht en Amersfoort worden gekeken.

Wij willen vanuit een sterke regierol en waarborging van het bovengemeentelijk belang een versnelling aanbrengen in de realisering van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Hiervoor zal het bestaande instrumentarium in zijn volle breedte worden ingezet. Dit betekent meer actief sturen en meer interventies plegen. Ook zullen wij op andere beleidsterreinen onze rol krachtig oppakken, zoals bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van de vliegbasis Soesterberg, groen rond de stad en AVP. De provincie zal na bestuurlijke overeenstemming via het RO-instrumentarium de integraliteit van beleidsmaatregelen nastreven en bewaken.

Wij zijn ons bewust van de zaken waar de provinciale overheid noch bevoegd, noch toegerust is om een regierol op zich te nemen. Het betreft dan met name de woningbouwdifferentiatie, welke primair de bevoegdheid is van gemeenten. De provincie dient de woningbouwdifferentiatie wel centraal te monitoren en hier in bestuurlijk overleg aandacht voor te vragen. Tevens kan de provincie daar waar rode contouren worden opgerekt rond dit onderwerp aanvullende eisen stellen.

Tenslotte willen wij komen tot een andere bestuurscultuur, zowel binnen Provinciale Staten als in het verkeer tussen PS en GS en tussen PS en de ambtelijke organisatie. Hierin zien wij bij uitstek een rol weggelegd voor de commissaris der Koningin, in zijn hoedanigheid als voorzitter van PS en GS. Wij
4

hebben hem gevraagd in overleg met alle betrokkenen hiervoor een agenda op te stellen. Bij belangrijke dossiers zullen de staten meer dan voorheen in de vorm van startnotities actief worden betrokken bij de ontwikkeling van beleid. Hierbij kan gedacht worden aan de kerntakendiscussie en de ontwikkeling van de strategische visie op basis van de Staat van Utrecht.

Voorts onderschrijven wij de ambities en de manier van werken, zoals opgenomen in het coalitieakkoord "Slagvaardig samen werken aan kwaliteit en duurzaamheid" van 14 mei 2007. Onderstaande tekst is grotendeels uit dit akkoord overgenomen.

Onze kijk op kwaliteit en duurzaamheid
Wij kiezen voor kwaliteit van wonen, werken en leven van de inwoners van onze provincie. Nu, in de nabije toekomst 茅n op de langere termijn. Duurzame oplossingen zijn voor hun toekomst noodzakelijk. Dat geldt voor de bewoners van de Utrechtse steden en dorpen, maar ook voor inwoners in het landelijk gebied. Zij hebben elkaar nodig, vullen elkaar aan. Wij willen daarin optreden als een middenbestuur met meerwaarde. Een provincie die waardevolle verbindingen legt en mensen bij elkaar brengt.

Onze provincie is een boeiend gebied met veel afwisseling in landschappen en sociale milieus. De provincie Utrecht heeft een afwisselende omgeving, met daarin de historisch waardevolle steden Utrecht en Amersfoort en andere karakteristieke grotere en kleinere steden en dorpen. Het landelijk gebied kenmerkt zich door uitgestrekte veenweidegebieden, plassen, bossen op de Heuvelrug, het halfopen landschap van de Gelderse Vallei, het Kromme Rijngebied en het rivierenlandschap. Op het gebied van landschap, wonen, werken, voorzieningen en historie kent onze provincie unieke kenmerken en kwaliteiten. Wij willen deze in beeld brengen met een nieuwe kwaliteitsatlas, om daarmee mensen en organisaties te stimuleren tot een creatieve aanpak. De kwaliteitsatlas helpt ons bij het opstellen en beoordelen van provinciale plannen en bij de keuze voor beleidsprioriteiten.

Voor de inwoners van onze provincie willen wij een hoogwaardige woon- en werkomgeving. Een omgeving waar zij terecht kunnen met hun woon- en leefwensen. Een omgeving met ruimte voor groen en recreatiemogelijkheden. De kwaliteit van het leven in de provincie Utrecht moet goed zijn met een ook in sociaal opzicht aantrekkelijk stedelijk klimaat, een ruim aanbod van cultuur en architectuur en een toegankelijk en aantrekkelijk buitengebied. Het spanningsveld tussen ruimte voor wonen, werken en infrastructuur ten opzichte van ruimte voor natuur en landschap, groen rond de stad en voor de uitoefening van agrarische functies is kenmerkend voor de Provincie Utrecht. Meer dan in welke provincie dan ook is het verdelen en toewijzen van schaarse ruimte een van de belangrijkste onderwerpen in het provinciaal beleid.

We kiezen voor economische ontwikkelingen, gericht op duurzaamheid en innovatie. Duurzaamheid is ook de rode draad voor ontwikkeling van onze provincie op het gebied van mobiliteit, voedselproductie en woningbouw. Duurzaamheid is ook de rode draad in dit nieuwe coalitieprogramma voor het Utrechtse provinciebestuur. We houden rekening met maatschappelijke tendensen zoals gematigde bevolkingsgroei, vergrijzing, individualisering, toenemende ruimtevraag, toenemende mobiliteit, klimaatverandering en veranderende eisen van burgers over hun omgeving. De resultaten van ons nieuwe beleid moeten tastbaar zijn voor de inwoners van de provincie en onze maatschappelijke en bestuurlijke relaties, tijdens en na afloop van de nieuwe bestuursperiode. Daarom kiezen wij voor een vernieuwd, toekomstvast provinciaal beleid!

Onze taakopvatting en visie op samenwerking
De provincie Utrecht voert wettelijke taken uit op het gebied van zorg, mobiliteit, milieu, water, ruimtelijke ontwikkeling en bestuurlijke organisatie. Deze voeren we uit met een scherp oog voor kwaliteit, effectiviteit en efficiency. Daarbij betrekken wij nadrukkelijk onze partners zoals andere overheden, maatschappelijke organisaties en marktpartijen. Bovendien kiezen wij er voor om problemen aan te pakken, die wettelijk gesproken niet tot onze taken behoren, maar waar de provincie wel duidelijk meerwaarde biedt als regisseur, facilitator of aanjager. Bij deze autonome (niet-wettelijke) taken willen wij niet op de stoel van een ander gaan zitten, maar nagaan wat nodig is in die specifieke situatie. Een projectmatige aanpak waarbij met de betrokken partners aan de hand van heldere doelstellingen naar een gedegen oplossing wordt gewerkt, is daarvoor een goed middel gebleken. Het samenbrengen en verbinden van betrokken partijen kan bijvoorbeeld de vorm krijgen van een strategische alliantie. Elke samenwerkingsvorm van de provincie
5

met andere partners heeft een duidelijke doelstelling en een zodanige werkwijze dat de verantwoordelijkheden van Provinciale Staten voluit tot zijn recht komen. In onze werkwijze kiezen wij ervoor om zoveel mogelijk gebruik te maken van technologische en andere oplossingen die hun nut hebben bewezen. Verder zijn wij uit op samenwerking en niet op structuurdiscussies. Waar dat aan de orde is willen we onze partners gebruik laten maken van onze kennis en capaciteit.

Onze kijk op handhaving en (de)regulering
Naast een dienstverlenende provincie is ook behoefte aan een handhavende overheid. De handhaving is het sluitstuk van het provinciale beleidsproces. Waar het gaat om het bepalen van normen, die gehandhaafd moeten worden, willen wij niet uitgaan boven de Rijks- of Europese normering (tenzij een uitdrukkelijk belang daar om vraagt). Om onnodige regeldruk op te heffen gaan wij na waar deregulering mogelijk is. Bij nieuw beleid toetsen wij of er niet onnodig nieuwe regels worden ge茂ntroduceerd. Ook willen wij individuen en organisaties helpen om mogelijke belemmeringen als gevolg van formele regels en procedures, waar ze mee worden geconfronteerd, te voorkomen.

Onze manier van besturen en de nieuwe provinciale organisatie Wij kiezen voor een bestuursstijl die open, transparant en ook stevig, herkenbaar en duidelijk is. Een stijl waarin heldere keuzes worden gemaakt. Een stijl waarbij wij de verantwoordelijkheid nemen voor het maken van plannen 茅n voor het doorpakken van die plannen in de uitvoering. Een stijl die gericht is op partnerschap met inbreng van betrokken inwoners, bedrijven en andere organisaties, en waarin draagvlak essentieel is voor het welslagen van idee毛n en projecten. Waar partnerschap ook kan betekenen meebetalen door de provincie en door de betrokken partners. Waarbij projectmatig werken professioneel is ingebed in de ambtelijke organisatie en een integrale aanpak (dus niet alleen kijken vanuit 茅茅n gezichtspunt) normaal is. De ingezette herstructurering en cultuurontwikkeling in de provinciale organisatie moeten daarvoor de voorwaarden scheppen.

De thema's kwaliteit en duurzaamheid zijn niet beperkt tot 茅茅n sector, maar raken alle sectoren en alle portefeuilles. Dit vraagt een goede verankering zowel bij het bestuur als het ambtelijk apparaat.

Wij willen bijzondere aandacht besteden aan ons communicatiebeleid. Daarbij gaat het om een goede wisselwerking met onze inwoners en onze maatschappelijke partners. Als provinciale overheid willen we niet alleen boodschappen zenden maar ook luisteren en een dialoog aangaan. Dat vraagt om een moderne, professionele aanpak met optimale gebruikmaking van de verschillende communicatiemiddelen.


6


2. Ruimtelijke ontwikkeling

Wonen, werken en leven strijden in de provincie Utrecht om voorrang. Waardevolle landschappelijke en cultuurhistorische elementen concurreren met de ruimte die nodig is voor het wonen en werken. Verstedelijking moet in balans blijven met de groene ruimte. Wij willen de kwaliteit van de leefomgeving verbeteren. De ruimtelijke ordening regelt in dit spanningsveld de afweging van belangen door het toekennen van functies aan gebieden. In het vigerende streekplan is aangegeven in welke delen van de provincie woon- en werkfuncties domineren en waar het groen.

Wij brengen de volgende nieuwe accenten aan:


路 De herinrichting van de vliegbasis Soesterberg biedt een unieke kans in relatie tot de inrichting van de EHS, hetgeen leidend is bij de verdere planvorming. Gegeven het unieke karakter van het gebied is uitgangspunt het behalen van een optimaal rendement uit de verschillende functies, waarbij versnippering moet worden voorkomen en de kosten zo laag mogelijk moeten worden gehouden. Het soort woningbouw moet worden aangepast aan de EHS, en qua differentiatie een bijdrage leveren aan investeringen in het groen. De uiteindelijke inrichting van het gebied moet aansluiten bij de lokale en regionale maatschappelijke en economische belangen. In financieel opzicht geldt dat het project inclusief alle deelprojecten voor de provincie budgettair-neutraal dient te worden uitgevoerd en te worden ge毛xploiteerd.


路 De differentiatie van woningbouw is primair een taak van de gemeenten, in zijn algemeenheid is er geen ruimte voor het stellen van aanvullende eisen door de provincie. Ingeval sprake is van het oprekken van de rode contour kunnen door de provincie nadere eisen worden gesteld. In de sfeer van monitoring is de differentiatie tevens een aandachtspunt voor het bestuurlijk overleg met betrokken gemeenten. Vrije ruimte binnen het budget voor binnenstedelijk bouwen wordt mede ingezet voor kleinere gemeenten.


路 Wij constateren dat ongeacht welke telmethode er wordt gehanteerd er een tekort blijft op de woningmarkt. Uitgaande van het principe dat waarden als natuur, recreatie, economie en mobiliteit mede bepalend zijn voor de mate waarmee in de behoefte kan worden voorzien, kiezen wij ervoor bij onze aanpak van de woningbouw te sturen op ruimte. Zoals vastgesteld in het streekplan 2005-2015 hanteren wij daarbij de volgende volgorde:
1. binnenstedelijk en vinexloacties;

2. binnen de rode contouren;

3. aan randen van de bestaande kernen, in geval van oprekken rode contouren, en
4. in een optimalisatie van Rijnenburg.
In dat verband geven wij prioriteit aan het benutten van binnenstedelijke mogelijkheden, mede door middel van herstructurering en transformaties. Hiernaast biedt de notitie Bouwen en Wonen van het vorige college mogelijkheden voor aanvullende locaties. Voor de periode na 2015 en goed gefaseerd tot 2030 zien wij als kansrijke denkrichtingen mogelijkheden die voort kunnen vloeien uit de Tussenbalans NV Utrecht, en de zogenaamde A12 zone (het gebied tussen Utrecht-Zuid, Nieuwegein en Houten). Naast deze mogelijkheden binnen de provincie Utrecht worden ook reeds overeengekomen dan wel nog te onderzoeken mogelijkheden vanuit de provincies Zuid Holland, Flevoland en Gelderland betrokken bij de oplossing.

Begin 2009 zal er vanuit dit hernieuwde inzicht sturen op ruimte in relatie tot de behoefte een notitie woningbouw worden aangeboden aan de Staten.


路 Het in de structuurvisie omgezette streekplan zal in 2010 in lijn te worden gebracht met de onderliggende strategische plannen, waarbij in de plannen vastgestelde kaders onbetwist uitgangspunt vormen. Gelijktijdig zal een evaluatie van de werking van de nieuwe Wet RO en de daarbij vastgestelde beleidslijn worden uitgevoerd.


路 Uit het oogpunt van het tegengaan van verrommeling van het landschap, zullen met inachtneming van de geldende milieuwetgeving de mogelijkheden tot het herbestemmen van leegstaande bedrijfsgebouwen met een agrarische functie worden onderzocht.
7


路 De provincie moet zich met betrekking tot het Groene Hart bij het Rijk sterk maken voor aanpassing van de berekeningsmethodiek "migratiesaldo nul", waarbij bouwen binnen de rode contouren buiten beschouwing wordt gelaten. Het primaat komt te liggen bij het bouwen binnen de contouren waardoor het bouwen buiten de contouren wordt afgeremd.


路 Daar waar door de provincie rode contouren van de kleine kernen worden opgerekt ten behoeve van de leefbaarheid, kunnen door de provincie aanvullende eisen worden gesteld, waaronder woningdifferentiatie.

Voorts onderschrijven wij:


路 Daar waar in de provincie sprake is van wijken met een veelheid aan problematiek: een hogere werkloosheid, een grotere onveiligheid, meer schooluitval en verouderde woningen, willen wij in het kader van de stedelijke vernieuwing als partner van gemeenten meewerken aan concrete oplossingen.


路 Er komt een pro-actiever grondbeleid ten behoeve van ruimtelijke ontwikkeling waarbij het algemene uitgangspunt is dat de grondexploitatie minimaal kostendekkend dient te zijn.


路 Ruimtelijke verrommeling wordt tegengegaan. Dit geldt bijvoorbeeld voor beeldbepalende silhouetten van steden, dorpen en landschappen en zichtlocaties langs de snelwegen, behalve op locaties die daartoe met oog op het provinciaal economische beleid worden aangewezen.


路 De beperkt beschikbare ruimte wordt bij voorkeur gebruikt door bedrijven die bij de economie en werkgelegenheid in de provincie Utrecht passen.


路 We kiezen voor revitalisering van bedrijfsterreinen voordat we opteren voor de aanleg van nieuwe bedrijfsterreinen.


路 Wij onderzoeken de mogelijkheden om binnengemeentelijke bedrijfsterreinen tot woonlocaties om te zetten en verlenen daar waar mogelijk medewerking aan.


8


3. Landelijk gebied

De agrarische functie van het landelijk gebied zal de komende tijd gaan veranderen, maar de landbouw zal van grote betekenis blijven, zowel voor de voedselvoorziening als in economisch, landschappelijk en sociaal opzicht. Daarnaast zullen echter ook andere functies, zoals natuurbeheer, cultuurhistorie en recreatie en toerisme, hun plaats opeisen. Alle functies zullen in onderlinge harmonie hun bijdrage moeten leveren aan het in standhouden en ontwikkelen van een vitaal landelijk gebied.
Utrecht is nationaal een ecologisch knooppunt van natuur en landschap, waar verstedelijking, bossen en waardevolle in cultuur gebrachte landschappen elkaar in verschillende vormen afwisselen. De provincie wil sturing geven om deze kwaliteiten van het Utrechtse landschap te behouden en zoveel mogelijk te versterken. Door de behoefte aan ruimte voor werken, wonen, mobiliteit en groene recreatie is de druk op het landelijk gebied groot. Daarom is een afgewogen beleid nodig in en rond de verstedelijkte gebieden. Natuurbeheer dient gericht te zijn op duurzaamheid en kwaliteit, zowel via particulier en agrarisch natuurbeheer, als door verwerving door terreinbeherende organisaties.

Wij brengen de volgende nieuwe accenten aan:

路 De realisering van de EHS zal met voortvarendheid worden opgepakt, hiertoe is vooralsnog meer behoefte aan ontwikkeling van het juiste instrumentarium dan aan geld. Inmiddels is er een instrumentenkoffer ontwikkeld. In de komende periode zal dit instrumentarium op maat en weloverwogen worden toegepast met als doel om realisering van de EHS te versnellen. Na een periode van 茅茅n jaar zal worden bezien of de beschikbare middelen voldoende zijn. Zo niet dan zullen nieuwe onderhandelingen met het Rijk worden gevoerd.


路 Het AVP zal in lijn met eerdere besluitvorming decentraal worden uitgevoerd. Daar waar gebiedscommissies achterblijven bij het realiseren van doelstellingen zal de provincie haar verantwoordelijkheid oppakken en de gebiedscommissie faciliteren, ter realisering van die doelen. Voor de ILG-periode tot en met 2013 is er vanuit het Rijk 200 miljoen euro beschikbaar. Voor de periode 2007-2011 is vanuit de provincie een taakstellend budget van 65 miljoen euro beschikbaar. Voor de periode na 2011 zal een volgend college op basis van dan geldende inzichten nieuwe afspraken maken voor de periode tot 2013.

Voorts onderschrijven wij:


路 Omdat het landschap niet alleen een intrinsieke waarde heeft maar ook een economische waarde (inclusief toegankelijkheid) stimuleert de provincie het behoud en de versterking van de Utrechtse landschappen en co-financiert zij groene en blauwe diensten die daarop gericht zijn. Daarbij gaat het niet alleen om (agrarische) ondernemers voor wie het natuurbeheer een belangrijke neveninkomst is, maar ook om de "groene" organisaties, de particuliere landgoedeigenaren en anderen die hieraan willen meewerken (zoals vrijwilligers bij het weidevogelbeheer).


路 Een gezonde economische basis is voorwaarde nummer 茅茅n voor een gezond boerenbedrijf. Daarom blijft de provincie zich inzetten voor structuurverbetering zoals kavelruil en landinrichtingsprojecten.

路 De aanleg van groene recreatiegebieden rond de woongebieden heeft hoge prioriteit. De uitvoering dient sneller te gaan, mede daartoe dient het Rijk haar financi毛le verplichtingen na te komen.

路 Karakteristieke en waardevolle landschappen worden versterkt.
路 Bestaande natuurgebieden worden toegankelijk voor recreanten tenzij het gaat om de meest kwetsbare natuur.

路 Veel natuurgebieden lijken aaneengesloten, maar dieren stuiten ook daar op wegen, watergangen, spoorwegen en hekwerken. De knelpunten dienen te worden aangepakt om natuurgebieden te ontsnipperen. Wij realiseren de komende periode de vier afgesproken
9

ecoducten (N227 den Treek, Biltse Rading, N225 Plantage Willem III Elst, N237 Soesterberg) en lossen de knelpunten N201 Uithoorn en N225 Grebbeberg op.
路 De provincie spant zich ervoor in dat plannen voor particulier en agrarisch natuurbeheer eenvoudiger en sneller kunnen worden uitgevoerd.

路 Wat het Groene Hart betreft zet de provincie Utrecht zich primair in voor die projecten (iconen) waar zij direct bij betrokken is. Ook aan de afgesproken gezamenlijke provinciegrens overschrijdende Groene Hartprojecten draagt de provincie bij, daar waar de overige provincies ook hun verantwoordelijkheid nemen.


路 De wijze van planvorming en uitvoering door het programmabureau van het reconstructieplan Utrecht-Oost, waar de vele partners zich aan verbonden hebben, biedt goede mogelijkheden voor andere plannen in het landelijk gebied van de provincie.


10


4. Wonen

De woningbehoefte in de provincie Utrecht blijft onverminderd groot. Dit komt enerzijds door instroom van `nieuwe Utrechters' en anderzijds doordat het aantal mensen dat in 茅茅n woning woont steeds minder wordt. Mede door de stagnatie in de woningbouw tot 2004 lopen de prijzen van koopwoningen sterk op en zijn de wachttijden van huurwoningen soms meer dan vijf jaar. Utrecht heeft de hoogste gemiddelde woningprijs van Nederland. Daarom hebben ondermeer starters op de woningmarkt het moeilijk.

Wij brengen een aantal nieuwe accenten aan, deze zijn opgenomen in hoofdstuk 2 Ruimtelijke ordening.
Voorts onderschrijven wij:


路 Wij willen zoveel mogelijk onze bouwopgave in steden en dorpen realiseren. Dit spaart de landelijke en groene omgeving. Binnengemeentelijke woningbouw is complex en kostbaar. Daarom gaat de provincie in samenhang met de eigen gemeentelijke middelen en de bijdragen van het Rijk er aan mee werken om binnenstedelijke locaties `bouwrijp' te maken. Bodemsanering bij binnenstedelijke bouwlocaties heeft voorrang. Daarbij is het streven een zo hoog mogelijk rendement.


路 Wij willen duurzaam bouwen en wonen stimuleren, omdat het bijdraagt aan een beter milieu en innovatie bevordert. Wij doen bij het Actieplan Duurzaamheid een voorstel hoe de provincie kan bijdragen aan duurzaam bouwen.


路 Op plekken waar dat aan de orde is krijgt particulier opdrachtgeverschap de ruimte.


路 De provincie stimuleert gemeenten een starterslening in het leven te roepen.


路 Woningzoekenden kunnen zich met 茅茅n handeling inschrijven als woningzoekende in alle gemeenten in de provincie Utrecht. Wij zullen met behulp van deze registratie wachtlijsten inzichtelijk maken en evalueren.


路 Er bestaat sinds kort een provinciale woonruimteverdeling die 茅茅n provinciale woningmarkt cre毛ert. De veranderende Huisvestingswet leidt wellicht tot de mogelijkheid van een ander woonruimteverdelingbeleid. Op dat moment komen wij met een nader uit te werken voorstel.


路 Wij erkennen de specifieke woonbehoefte van speciale groepen in de samenleving zoals ouderen en mensen met een beperking. Van de totale bouwopgave worden tot 2012 in totaal 24.000 woningen met zorg en welzijn gerealiseerd, dan wel is daarvoor de planvorming gereed. Daartoe worden/zijn per streekplandeelgebied regionale convenanten afgesloten met gemeenten en corporaties. Monitoring vindt plaats over de voortgang.


路 Naast de aanpassing en nieuwbouw van woningen is het voor ouderen en mensen met een beperking ook nodig dat er zorg en welzijn onder handbereik is. Wij streven naar arrangementen met woningbouwcorporaties.


路 Wooncomplexen voor ouderen zijn sterk in opkomst. Deze projecten, ook voor mensen met buitenlandse afkomst, krijgen in onze provincie voldoende ruimte. De provinciale stimulans voor kleinschalige woonvormen voor dementiepati毛nten wordt voortgezet.


11


5. Duurzaamheid en milieu

Duurzaamheid en milieu staan terecht hoog op de maatschappelijke agenda. De behoefte en de noodzaak om de milieukwaliteit van onze leefomgeving te verbeteren zijn onverminderd groot. Klimaatverandering leidt tot problemen met de waterbeheersing. Veel mensen hebben te maken met problemen als geluidshinder en slechte luchtkwaliteit. De provincie Utrecht heeft de opdracht en uitdaging om hier op verantwoorde wijze mee om te gaan. Duurzaamheid is een toetssteen voor beleid. Bij beleidsafweging wordt rekening gehouden met een tweetal effecten: het effect op natuur en milieukwaliteit, en het effect op sociale verhoudingen, veiligheid en gezondheid. Innovatie is nodig voor duurzame oplossingen. Met een goed milieubeleid is ook geld te verdienen (economisch rendement) terwijl we tegelijkertijd bijdragen aan de leefbaarheid van onze omgeving (maatschappelijk rendement).
Duurzaamheid is niet beperkt tot het beleidsterrein milieu, maar komt ook bij de andere sectoren aan de orde.

Wij brengen het volgende nieuwe accent aan:

路 Het Actieplan Duurzaamheid zal nader worden geconcretiseerd en uitgevoerd. Het duurzaamheidbeleid zal zich meer dan voorheen concreet richten op de gevolgen van de klimaatverandering. Belangrijk aandachtspunt is daarbij het be茂nvloeden van gedrag. Daarnaast zal het beleid zich ook blijven richten op mitigatie in de vorm van stimuleringsmaatregelen. De bestaande budgetten worden op het huidige niveau gehandhaafd. De duurzaamheid van de provinciale organisatie blijft uitgangspunt van beleid.

Voorts onderschrijven wij:


路 Wij maken een inventarisatie van Utrechtse klimaatacties en brengen de klimaateffecten voor Utrecht in kaart. Het is van groot belang dat de provincie Utrecht plannen ondersteunt om zowel mitigatie als adaptatie te versterken. De provincie is de aangewezen bestuurslaag om ruimtelijke maatregelen in reactie op klimaatverandering te entameren.

路 Om concreet vorm te geven aan de ambities die wij hebben stelt de provincie een stimuleringsregeling in voor gemeenten, om hen te ondersteunen bij het uitvoeren van projecten op het gebied van duurzame energie en energiebesparing. Bij de vormgeving wordt dubbeling met nationale stimuleringsregelingen voorkomen en waar mogelijk aangesloten bij initiatieven in partnerschap.

路 Onderdeel van het Actieplan is een bewustwordingsproject, dat samen met de Utrechtse milieuorganisaties en andere organisaties wordt ontwikkeld, dat bij de inwoners van onze provincie duurzaamheid onder de aandacht brengt.


12


6. Water

Het belang en de noodzaak van ruimte voor water worden steeds nadrukkelijker erkend. Water is immers een belangrijk ordenend principe. Dan gaat het niet alleen om voldoende water met de juiste kwaliteit op de juiste plaats, maar ook om het tegengaan van gevaar voor overstromingen. Uitgangspunt hierbij zijn de kaders zoals die geformuleerd zijn in ondermeer `Waterbeleid 21e eeuw', `Kaderrichtlijn Water' en `Ruimte voor de Rivier'. Wij kiezen daarbij voor een aanpak die pragmatisch, haalbaar en betaalbaar is.

Wij brengen het volgende nieuwe accent aan:

路 Voor de polder Groot Mijdrecht Noord wordt op basis van de beschikbare rapporten en de nadere analyse een concreet plan voorbereid, dat haalbaar, duurzaam en betaalbaar is en kan steunen op voldoende draagvlak.

Voorts onderschrijven wij:

路 Bij de implementatie van de Kaderrichtlijn Water wordt uitgegaan van de op grond van deze richtlijn landelijk te ontwikkelen normen. Bij de uitvoering zullen wij de belanghebbende organisaties betrekken. Een eventuele extra inzet is gerechtvaardigd als het regionale belang dat vereist of als er een bovengemiddeld rendement kan worden behaald.

路 De wijze waarop de waterhuishouding in de veenweidegebieden in de afgelopen decennia ten dienste stond van het grondgebruik, is op langere termijn onhoudbaar. De grote variatie in droogleggingseisen leidt tot versnippering van het waterbeheer, waardoor dit steeds kwetsbaarder en duurder wordt. Bij het peilbeheer gaat het om maatwerk.

路 Het ingezette beleid ten aanzien van het toezicht op de waterschappen dient te worden voortgezet en waar nodig te worden versterkt. De provincie dient de samenwerking tussen de waterschappen te bevorderen en hierbij de rol als regisseur in te vullen.
路 Veel gebieden in de provincie verdrogen. Daarom moet water langer worden vastgehouden. Het oppompen van grondwater door particulieren moet worden beperkt. Voor de gebruikers van grondwater zijn een terughoudend vergunningenbeleid en een beter handhavingsbeleid nodig. De maatregelen die zijn voorgesteld door de Taskforce verdroging, worden uitgevoerd voor zover het Rijk dit ondersteunt.
路 De provincie vindt grondwater bij uitstek geschikt als bron voor de openbare drinkwatervoorziening. Als de vraag naar drinkwater sterk stijgt dan wel dat er in het kader van de verdrogingbestrijding geen geschikte locatie kan worden gevonden, is het zinvol de mogelijkheden voor de winning van oppervlaktewater te bezien.
路 Bij het omgaan met overtollig water hanteren wij de trits van afvoeren, vasthouden en bergen. In verband met de verandering van het klimaat, waaronder de toename van de regenval, wordt onderzocht hoe de waterberging beter kan. Voor de berging van water dient te worden onderzocht of het Amsterdam Rijnkanaal (ARK) effectiever kan functioneren. Enerzijds kan het opgeborgen water in het ARK meer worden gebruikt bij droogte (verdringingsreeks) en anderzijds worden benut als wateropslagplaats in geval van overtollig water.

13


7. Economische zaken en recreatie
Inwoners van de provincie Utrecht moeten zo veel mogelijk kunnen voorzien in hun eigen inkomen, zodat zij optimaal kunnen delen in de welvaart die ons land en onze regio te bieden hebben. Een krachtige economie is daarvoor essentieel. Het hebben van werk en een inkomen is bovendien de beste garantie om maatschappelijke problemen en segregatie te voorkomen. Ook genereert een krachtige economie de middelen, zowel bij de overheid als in de private sector, voor allerlei investeringen die Utrecht zo aantrekkelijk maken. Denk hierbij onder meer aan recreatieve voorzieningen of natuur en landschap.

Wij brengen de volgende nieuwe accenten aan:


路 Naast de mogelijkheden en randvoorwaarden die het streekplan biedt, zullen wij bij ruimte voor bedrijvigheid maximaal inzetten op hergebruik, intensivering en herstructurering (de zogenaamde SER-ladder). Vanuit deze aanpak zal terughoudend worden omgegaan met de vraag naar nieuwe bedrijfsterreinen en kantoorlocaties.


路 Wij benadrukken het belang van Kennis en Innovatie voor onze provincie en stimuleren verdergaande ontwikkeling van het Science Park.

Wij onderschrijven:


路 Goede en sterke bedrijven en instellingen die onze regio kenmerken en die passen binnen het daartoe op te stellen economisch profiel, willen we in de provincie houden en aantrekken. Bij het aantrekken van nieuwe bedrijven richten wij ons op hoogwaardige kennisintensieve bedrijven. Daarnaast zijn in de provincie ook bedrijven nodig waar mensen met een laag opleidingsniveau werk kunnen vinden. Ook voor het behoud en de vestiging van dit type bedrijven zet de provincie zich in.


路 Bereikbaarheid is voor het bedrijfsleven van wezenlijk belang. Waar dit bovengemeentelijk speelt zet de provincie zich co枚rdinerend en stimulerend in.


路 We zullen in ons beleid rekening houden met de specifieke behoeften van freelancers en zelfstandigen zonder personeel (ZZP'ers) ten aanzien van de combinaties van wonen en werken.


路 Uit de samenwerking tussen bedrijfsleven, universiteit en hogescholen komen innovaties voort die leiden tot nieuwe economische impulsen, nieuwe bedrijven en nieuwe banen. Deze samenwerking krijgt gestalte in het Science Park.


路 Samen met de betrokken gemeenten stimuleert de provincie het ondernemerschap bij kunstenaars en innovatie en creativiteit bij ondernemers. Kunst, cultuur, wetenschap, onderwijs en ondernemerschap worden samengebracht in industri毛le monumenten. Deze `creatieve broedplaatsen' krijgen m茅茅r ruimte en bieden ondersteuning aan andere gemeenten in de provincie.


路 We investeren extra in de herstructurering van bestaande bedrijventerreinen zodat de bestaande ruimte optimaal wordt benut. Bestaande bedrijventerreinen worden duurzaam en effici毛nt ingericht voordat wordt besloten tot nieuwe bedrijvenlocaties en kantorenparken, zodat de bestaande ruimte optimaal kan worden gebruikt.


路 Bij ontwikkeling van bedrijvenlocaties wordt mee beoordeeld wat de maatschappelijke meerwaarde is van de daar te vestigen bedrijven en de consequenties ervan voor de woningmarkt, het landschap en de mobiliteit.


路 Nieuwe bedrijvenlocaties hebben een regionale functie, met speciale aandacht voor zakelijke dienstverlening en schone maakindustrie. Bedrijventerreinen moeten beter
14

bereikbaar worden voor alle reguliere vormen van vervoer. We stimuleren parkmanagement om bedrijventerreinen aantrekkelijk te houden.


路 De provincie bevordert bundeling van de vraag naar breedbandinfrastructuur, door koppeling van bestaande netwerken en door stimulering van de ontwikkeling van nieuwe diensten.


路 Het MKB is een belangrijke leverancier van werkgelegenheid en neemt mede daarom een belangrijke positie in binnen het economisch beleid. Dit betekent dat innovatieregelingen niet alleen op starters en grote bedrijven maar juist ook op het bestaande MKB gericht moeten zijn.


路 Samen met de (potenti毛le) publiekstrekkers, Utrecht Toerisme Recreatie(UTR)/ VVV's, horeca en MKB wordt de aanwezigheid en toegankelijkheid van toeristisch-recreatieve locaties gestimuleerd. Toeristische informatie en evenementen worden toegankelijker gemaakt zodat cultuurhistorie, natuur en landschap met elkaar worden verbonden. De provincie bevordert initiatieven voor effectieve promotie van het toeristisch recreatief aanbod.


15


8. Mobiliteit

Mobiliteit is van groot belang voor het economisch en maatschappelijk leven. De provincie Utrecht is de draaischijf van Nederland op het gebied van verkeer. Een betere doorstroming op de wegen en stimulering van het openbaar vervoer is nodig om het belangrijkste kruispunt van Nederland, met het knooppunt Utrecht, weer toegankelijk te maken. De sociale functie van de auto en het openbaar vervoer moet niet worden onderschat. Voor de mobiliteit in het landelijk gebied, binnen en tussen wijken en in het algemeen door de provincie heen is een goed op elkaar aansluitend systeem van openbaar vervoer onmisbaar. Bij nieuwe aanleg dan wel aanpassing van infrastructuur zullen landschappelijke inpassingen en het beperken van negatieve effecten onderdeel uitmaken van de keuzes. Bij geplande uitbreiding van woon- en werklocaties is bereikbaarheid een voorwaarde. De infrastructuur dient meteen bij de uitbreiding aangelegd te worden. De fiets mag zich verheugen in een blijvende populariteit, met name voor de korte afstanden. Deze milieuvriendelijke wijze van vervoer wordt blijvend gefaciliteerd.

Wij brengen de volgende nieuwe accenten aan:


路 Voor mobiliteit is uitgangspunt het in beweging brengen van de verkeersstromen in de meest brede zin. De pakketstudies worden beoordeeld op basis van doorstroming. De vorm van vervoer en het ruimtelijk aspect zijn daarbij een afgeleide. De regierol wordt door de provincie krachtig uitgevoerd na bestuurlijke overeenstemming eea ter voorkoming van aantasting van de integraliteit van het beleid en gelaagde besluitvorming. Bij de ontwikkeling van beleid dient PS betrokken te zijn. Het meerjarenperspectief mobiliteit (pakketstudies) dient ook financieel in de begroting te worden verankerd, i.c. tot 2020, 8,5 miljoen in de begroting, conform bestuursakkoord.


路 De aanleg van het aquaduct in de N201 dient vierbaans te worden uitgevoerd uit een oogpunt van veiligheid en duurzaamheid. Een studie wordt uitgevoerd naar de haalbaarheid, nut noodzaak en betaalbaarheid van het zgn. rechtdoortrac茅 in een twee- of vierbaans variant tot Waverveen. Uitgangspunt voor de financiering is cofinanciering vanuit betrokken gemeenten en Noord Holland, mogelijk aangevuld door Rijk en private partijen.

Voorts onderschrijven wij:


路 Wij willen in ieder geval een betere en effectievere bestuurlijke en zo mogelijk ambtelijke samenwerking tussen BRU en Provincie als vervoersautoriteiten, in het bijzonder bij onderhandelingen rond concessies voor het openbaar vervoer.


路 De looptijd van het Strategisch Mobiliteits Plan van de provincie Utrecht (SMPU) wordt verlengd van 2015 tot 2020. Tevens vinden wijzigingen plaats die verband houden met nieuwe ontwikkelingen in het bijzonder in het Rijksbeleid. Wij willen hierin langjarig investeren. Belangrijkste punt voor het gewijzigde SMPU is verwerking van de afspraken met het Rijk over lange termijn investeringen. De afspraken hierover met het rijk worden nagekomen.


路 Hoofdlijn in het mobiliteitsbeleid is: eerst beter benutten van de bestaande infrastructuur, daarna verbreden (wegen) of verdubbelen (spoor) en zo nodig nieuwe infrastructuur aanleggen. De provincie wil graag met gemeenten overleggen hoe gezamenlijk, volgens deze hoofdlijn, bovenlokale knelpunten zijn op te lossen.


路 Gelet op de fileproblematiek is een integrale benadering van het hoofdwegennet en het onderliggende (provinciaal en lokaal) wegennet absoluut noodzakelijk. Als het Rijk in het kader van de randstadproblematiek afspraken maakt met de provincie over het hoofdwegennet, dient het Rijk ook de financiering voor haar rekening te nemen van de gevolgen hiervan voor het onderliggende wegennet.


16


路 Wij zetten ons in voor een infrastructurele oplossing voor de verkeersafwikkeling tussen Almere en Amersfoort, respectievelijk Almere en Utrecht waaronder de Stichtse Lijn. Dit mede gezien de daar voorziene woningbouw voor inwoners van de provincie Utrecht.


路 Wij zetten ons in voor een versnelde aanpak van de knelpunten Hoevelaken, Eemnes en Rijnsweerd. Hierbij is het van belang om sluitende afspraken te maken met het Rijk en de provincies Noord-Holland en Gelderland. Daarnaast is het van belang dat er vanuit de provincie door middel van co-financiering bijgedragen kan worden aan initiatieven die vanuit het Rijk worden ontplooid.


路 Mobiliteitsmanagement en ICT-toepassingen (zoals de groene golf) zullen moeten zorgen voor betere doorstroming bij aansluitingen en knooppunten.


路 Veel verkeer heeft te maken met goederenvervoer. Wij willen het goederenvervoer over water stimuleren en aansluiten bij de vraag van de vervoerder. Hierbij hoort een onderzoek naar de realisatie van blue ports.


路 Wij willen samen met de (grotere) gemeenten stimuleren dat de binnensteden per auto en openbaar vervoer bereikbaar zijn en daarnaast bezoekers aan centra de mogelijkheid bieden de auto aan de rand van de gemeente te parkeren (transferia).


路 Om het openbaar vervoer ook aantrekkelijk te maken voor automobilisten, als alternatief voor het woon-werkverkeer, richt de provincie zich niet alleen op haar eigen taak bij het streekvervoer, maar juist ook op totaaloplossingen samen met het Rijk. In dit kader kan ook worden ge毛xperimenteerd met gerichte tariefacties in het openbaar vervoer.


路 De provincie speelt een rol bij het stimuleren van goede realisatie van openbaar vervoer tussen kleine kernen, bijvoorbeeld door een financi毛le startbijdrage en/of het cre毛ren van de juiste randvoorwaarden. Wij willen de buurtbus en de regiotaxi stimuleren.


路 Wij willen verdergaan met het ontwikkelen van fietspaden en verbindingsroutes.


路 Prijsbeleid (versnellingsprijs 茅n kilometerprijs met differentiatie naar tijd, plaats en milieukenmerk) mag geen negatieve consequenties hebben op het onderliggend wegennet en de concurrentiepositie van de regio. De opbrengsten dienen beschikbaar te komen voor investeringen in de bereikbaarheid van de regio. Extra opbrengsten mogen niet vermindering van decentrale middelen tot gevolg hebben. Verder vereist de zorgvuldige invoeringsprocedure bestuurlijke overeenstemming over het behoud van een provinciaal belastinggebied met dezelfde belastingcapaciteit als nu.


17


9. Samenleving

De provincie wil een zo goed mogelijk leefklimaat voor haar inwoners. Zonder vitale gemeenschap, waarin de inwoners zich uitgenodigd weten te participeren bestaat, de kans dat het individu vereenzaamt of vervreemdt van de samenleving. Die participatie en het organiseren daarvan is primair een verantwoordelijkheid van de burgers zelf, de vele daarin actieve opgerichte particuliere organisaties en de lokale overheden. Omdat initiatieven steeds meer gemeenteoverschrijdend zijn, of kunnen zijn, vervult de provincie haar rol in samenwerking en afstemming met betrokken gemeenten en particuliere organisaties. De provincie stimuleert initiatieven die op bovenlokaal niveau de sociale samenhang van gemeenschappen bevorderen, zoals op het gebied van sport, cultuur, historie en andere vormen. Het "nabijheid-principe" is belangrijk: sociale cohesie begint rond het eigen huis. Voorzieningen dienen zo dicht mogelijk bij de gebruikers te staan en ook de inzet van vrijwilligers - een belangrijke pijler bij de gemeenschapsopbouw - is des te kansrijker als dit in de eigen omgeving gestalte kan krijgen.

Utrecht is als provincie rijk bedeeld met kunst en cultuur: of het nu om het kunstleven gaat in steden of dorpen of om het vele historisch erfgoed in de hele provincie. Het is dan ook terecht dat het programma Vrede van Utrecht deze rijkdom onder de (inter)nationale aandacht brengt. De reikwijdte van dit programma moet breder zijn dan alleen het lokale Utrechtse publiek. Cultuur is een graag geziene gast bij andere beleidsvormen. Zo verbinden cultuur en ruimte zich als het gaat om de cultuurhistorie in het landschap (Grebbelinie, Nieuwe Hollandse Waterlinie, landgoedlinten op de Heuvelrug). Cultuur en sociaal waar het gaat om kunst- en cultuureducatie en bibliotheken. En met economie waar het gaat om een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Wij willen graag gebruik maken van de vele mogelijkheden die cultuur biedt om de Utrechtse samenleving te versterken. Eenieder in de provincie moet van cultuur kunnen genieten.

Wij brengen het volgende nieuwe accent aan:


路 Binnen het beschikbare budget voor cultuursubsidies wordt een deel gereserveerd voor kleinschalige cultuurinitiatieven. De beoordeling van subsidies zal eenvoudig dienen te zijn en niet moeten leiden tot onevenredige bureaucratische lasten voor de burger en provincie.

Voorts onderschrijven wij:


路 De provincie stimuleert organisaties en initiatieven die een bovenlokale bijdrage leveren aan de sociale cohesie zoals op het gebied van sport en cultuur.


路 De provincie ondersteunt en bevordert het bovenlokale vrijwilligerswerk.


路 De provincie stimuleert vanuit het nabijheidprincipe een spreiding van voorzieningen door de provincie heen en monitort in dit verband het gebruik van door de provincie gesubsidieerde instellingen en evenementen.


路 Initiatieven van nieuwe Nederlanders gericht op een betere integratie in de Utrechtse samenleving worden gesteund.


路 Leefbaarheid in kleine kernen, stadswijken en dorpen wordt ondersteund (voorzieningen als buurthuizen, multifunctionele gebouwen/cultuurhuis).


路 Het cultuurbeleid dat in gang is gezet wordt voortvarend uitgevoerd. Een goede basisinfrastructuur is daarbij van groot belang.


路 De activiteiten in het kader van de Vrede van Utrecht moeten een vliegwieleffect hebben voor tal van cultuurexpressies. Tussentijds wordt de effectiviteit ge毛valueerd en bekeken of de participatie daaraan voldoende breed is.


18


路 Aandacht voor een samenhangend monumentenbeleid binnen de grotere cultuurhistorische landschappen zoals de Vechtstreek, de Lustwarande en de linies (Grebbelinie, Waterlinies en Limes).


路 We investeren in cultuurhistorische linies als de Grebbelinie, de Waterlinies en de Limes (de noordgrens van het Romeinse Rijk) door ze te ontwikkelen, te exploiteren en toegankelijk te maken met interactieve middelen (zoals informatie per mobiele telefoon en digitale wandelroutes).


路 Voorkomen van "horizonvervuiling" en het in dat kader steunen van horizonbepalende objecten zoals molens, watertorens en kerktorens. Voor de molens en het industrieel erfgoed heeft de provincie het beleid onlangs herijkt. Wij willen ons ook inzetten voor monumentale kerkgebouwen.


路 De provincie ondersteunt regionale initiatieven voor promotie van streekeigen producten.


路 De provincie stimuleert in samenwerking met de regionale archiefbeheerders, het Rijksarchief, particuliere archiefeigenaren en historische verenigingen de totstandkoming van over de provincie verspreide regionale historische centra (inclusief archieven en musea).


路 Het programma De Utrechtse schatkamer is vastgesteld. Daarin wordt de rijke Utrechtse cultuurhistorie voor iedereen toegankelijk gemaakt, zowel fysiek als digitaal.


路 De door de provincie gefinancierde serviceorganisatie die de basisbibliotheken ondersteunt wordt op efficiency en effectiviteit ge毛valueerd.


路 Sport is een ontmoetingsplaats en bindende factor in de Utrechtse samenleving. Wij stimuleren de regionale breedtesport voor zoveel mogelijk inwoners van de provincie.


19


10. Jeugd, zorg en onderwijs

Het leefklimaat en de sociale context van de provincie Utrecht zijn in het algemeen positief: een hoog opgeleide bevolking, gunstige werkgelegenheidsontwikkeling en 颅structuur, hoge arbeidsparticipatie en een aantrekkelijk woonklimaat. Het tweede provinciaal Sociaal Rapport (2006) noemt echter enkele urgente maatschappelijke ontwikkelingen die ook om een antwoord van de provincie vragen, in nauwe samenwerking met gemeenten. Dat betreft o.a. de schooluitval van jongeren, de dreigende verloedering van grootschalige woonwijken uit de jaren zeventig en tachtig in regiogemeenten, het afnemen van de bereidheid om deel te nemen aan maatschappelijke organisaties en het toenemen (door vergrijzing) van het aantal mensen met vormen van dementie, handicap of een chronische ziekte. Ook hapert de integratie van Nederlanders met een buitenlandse afkomst. Het hebben van betaald werk is vaak het begin van een oplossing. Daarom investeren wij in goede startkwalificaties voor jongeren en stimuleren wij arbeidsparticipatie van groepen met grote afstand tot de arbeidsmarkt zoals gedeeltelijk arbeidsongeschikten, ouderen en mensen van buitenlandse afkomst.
Met verreweg de meeste kinderen en jongeren gaat het gelukkig goed in onze provincie. Echter voor die kinderen en jongeren die jeugdzorg nodig hebben, draagt de provincie de wettelijke verantwoordelijkheid om hun recht op zorg te garanderen.

Wij brengen geen nieuwe accenten, omdat wij het in deze zittingsperiode geformuleerde beleid onverkort voortzetten.

Het vastgestelde beleidskader "Utrechtse Jeugd centraal" is uitgangspunt voor het jeugdbeleid in onze provincie. Door de wijze van totstandkoming kan het rekenen op een breed draagvlak in het veld. Wij maken dankbaar gebruik van de goede basis die hier is gelegd.

Voorts onderschrijven wij:


路 Wij zullen de uitkomsten van de Beleidsaudit Jeugdzorg benutten om het beleid doelgerichter uit te voeren. In het bijzonder verdient de doelmatigheid bij Bureau Jeugdzorg Utrecht een stevige impuls, zodat zorgvragers kunnen rekenen op effectiviteit, snelheid en kwaliteit. Ook de vernieuwing van het zorgaanbod speelt een belangrijke rol.


路 Vanuit de provinciale wettelijke regierol wordt gewerkt aan een optimale samenwerking tussen provincie, gemeenten, Bureau Jeugdzorg Utrecht, zorgaanbieders en betrokken instellingen. Met de gemeenten wordt overlegd hoe bijvoorbeeld door inschakeling van Centra voor Jeugd en Gezin procedures kunnen worden bekort dan wel zo mogelijk vroegtijdige indicatie kan plaatsvinden.


路 De provincie ondersteunt gemeenten waar nodig bij het opzetten van Centra voor Jeugd en Gezin. Deze centra zorgen voor zo vroeg mogelijke signalering en begeleiding van kinderen en ouders. De provincie dringt er bij het Rijk op aan om gemeenten voldoende middelen ter beschikking te stellen voor een effectief preventief jeugdbeleid. De provincie streeft er vanuit haar regieverantwoordelijkheid naar dat altijd 茅茅n organisatie in de keten verantwoordelijk is voor dat ene kind.


路 De provincie stelt alles in het werk om door een effici毛nte aanpak (korte doorlooptijden, vroegsignalering in de lokale netwerken, zorgvernieuwing) wachtlijsten in de jeugdzorg te voorkomen. Mochten er desondanks toch weer wachtlijsten ontstaan dan moeten deze van incidentele aard zijn. Aan financi毛le bijdragen om wachtlijsten weg te werken worden harde voorwaarden gesteld rond doelmatigheid en effectiviteit.


路 Om kinderen, jeugdigen en jongeren ook buiten kantooruren en in de weekends een veilige plek te kunnen bieden moet Bureau Jeugdzorg Utrecht kunnen beschikken over een crisisteam dat volcontinu oproepbaar is.


20


路 In de zorgvernieuwing richt de provincie zich ook op de problematiek van Nederlandse kinderen en jongeren van buitenlandse afkomst. Nu komen relatief veel Nederlandse jongeren van buitenlandse afkomst in het justiti毛le circuit terecht, maar weinigen bij de jeugdhulpverlening, waardoor zorg voor hen achterblijft.


路 De ondersteuning van het provinciaal cli毛ntenplatform jeugdzorg wordt voortgezet.


路 De urgente sociale problemen in de provincie moeten worden aangepakt. Op basis van het Sociaal Rapport Utrecht (2006) wordt een plan van aanpak gemaakt en in uitvoering gebracht. Alle programma's in onze Sociale Agenda worden getoetst op meerwaarde die de provincie moet kunnen bieden. Bij onvoldoende aanwezigheid daarvan worden onderdelen afgebouwd of overgedragen aan andere partijen.

路 In 2004-2005 gingen 3.700 jongeren in de provincie Utrecht vroegtijdig van school. Dit is slecht voor de samenleving en voor de jongeren zelf. Met gemeenten en andere betrokkenen willen wij binnen de Sociale Agenda in 2007 onderzoeken wat de provinciale rol kan zijn om jongeren terug te brengen naar het onderwijs en werk. Onder meer denken wij aan instrumenten als stagebanken, gesubsidieerde opleidings- en werkgelegenheidsprojecten, koppeling aan jobcoaches en het stimuleren van ondernemerschap. Vanuit de regionale rol wordt de steun voor minderjarige asielzoekers hierbij voortgezet.


路 Begeleiding en coaching van mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt is minstens zo belangrijk als het realiseren van werk- en onderwijsplekken (bij voorbeeld mensen vanuit de Sociale werkvoorziening aan regulier werk helpen). Niet investeren levert bij betrokkenen, maar ook bij werkgevers teleurstelling op. In de Sociale Agenda wordt daaraan ook uitdrukkelijk aandacht besteed.


路 De provincie stimuleert het toepassen van informatie- en communicatietechnologie (ICT) bij zorgvernieuwing. Voorbeeldprojecten uit de thuiszorgtechnologie (domotica) moeten sneller tot bredere invoering leiden.


路 Voorzieningen moeten voor ouderen en mensen met functiebeperkingen toegankelijk zijn. Gemeenten hebben daar een eerste verantwoordelijkheid in. De provincie stimuleert de toegankelijkheid, bijvoorbeeld door voorwaarden te verbinden aan subsidies.


路 Wij willen voortzetting van de ondersteuning van het cli毛nten- en pati毛ntenbeleid. Hierbij is ook aandacht nodig voor de zorgvragers als het gaat om de sociale, culturele en levensbeschouwelijke waarden. Deze waarden vormen een belangrijke aanvulling op de marktwerking.


21


11. Bestuur en middelen

Zichtbaar provinciaal bestuur staat voorop. De geringe herkenbaarheid van de provincie vindt mede zijn oorzaak in de fragmentatie die het Rijk veroorzaakt door besluitvorming over bijvoorbeeld WGR- plus, de veiligheidsregio's en de politieregio's. Als middenbestuur draagt de provincie verantwoordelijkheid voor bovenlokale vraagstukken. Partnerschap met andere overheden (zoals gemeenten, waterschappen en de rijksoverheid), maatschappelijke organisaties en marktpartijen staat voor ons centraal. Wij hechten grote waarde aan de goede relatie met de gemeenten in onze provincie. In de praktijk is veelal sprake van samenwerkingsprojecten waarbij de provincie in het kader van partnerschap stimuleert en co枚rdineert. Daarnaast is de provincie soms vanuit haar eigen wettelijke verantwoordelijkheid (mede)bepalende partij, zoals bij toezicht op gemeentefinanci毛n en bij alles wat rond gemeentelijke zelfstandigheid speelt, met inbegrip van de bestuurskracht en dienstverlening aan de inwoners.

Wij brengen de volgende nieuwe accenten aan:

路 De coalitie wil de samenwerkingsagenda als instrument voor uitvoering van bestaande kaders en projecten van bovenregionaal belang handhaven, maar wel versneld evalueren. Het geld mag niet het enige motief zijn voor onze betrokkenheid. Wij willen strakker sturen op de door PS vastgestelde kaders en bij de beoordeling van projecten vooral aandacht hebben voor het realiseren van gemeenschappelijke bovenregionale belangen.
路 De uitvoering van Europese regelgeving, de benutting van Europese fondsen en de be茂nvloeding van regelgeving dient te worden versterkt door het inzetten van meer ambtelijke capaciteit, die door een herschikking binnen de provinciale organisatie moet worden gevonden.
路 Met betrekking tot nieuw op te starten herindelingen geldt dat deze in voorbereiding worden genomen, wanneer een bestuurskrachtmeting in een gemeente aantoont dat een herindeling noodzakelijk is.

路 De wijze van aanpak en implementatie van de kerntakendiscussie is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van PS/GS. Een werkvorm zal worden gekozen die recht doet aan deze gezamenlijke verantwoordelijkheid, waarbij het initiatief door GS zal worden genomen.
路 De opcenten MRB worden op het huidige niveau bevroren en er vindt in deze coalitieperiode derhalve geen inflatiecorrectie meer plaats. De financi毛le consequenties hiervan worden als taakstellende bezuiniging in de begroting opgenomen.
路 Huisvesting is een faciliteit en dient dus ook als dusdanig behandeld te worden. Het streven richt zich daarbij op gelijkblijvende jaarlasten tegen een functionele kwaliteit.

Voorts onderschrijven wij:


路 Wij willen het partnerschap met gemeenten verder vorm geven op basis van gelijkwaardigheid en met erkenning van ieders rol. Als medeoverheid willen wij dit blijven nastreven en uitbouwen onder meer door een op uitvoering gerichte gebiedsaanpak.
路 Inwoners mogen van hun gemeentebestuur verwachten dat het slagvaardig is en dat de dienstverlening van voldoende kwaliteit is. Als hieromtrent knelpunten ontstaan zijn er meerdere oplossingsrichtingen. Zelfstandige gemeenten kunnen strategisch en effectief samenwerken. De provincie stimuleert gemeenten om langs die kant impulsen te geven aan de kwaliteit van gemeentelijke dienstverlening aan inwoners.

路 Met de lopende en mogelijk komende Arhi-procedures zullen wij in goed overleg met betrokken gemeenten zorgvuldig omgaan.

22


路 Wij hebben geen behoefte aan een structuurdiscussie over de Randstad. Wel steunen wij het Kabinet in de opzet en uitvoering van een Urgentieprogramma Randstad. Samen met de overige Randstadpartners willen wij onze bijdrage leveren om de internationale concurrentiepositie van de Randstad te versterken.

路 Verschillende samenhangen nopen tot intensivering van samenwerking met andere provincies, zoals bij voorbeeld met Gelderland gericht op de uitstraling van Amersfoort en de Heuvelrug en de verdere ontwikkeling van het WERV-gebied. Met Flevoland vooral gericht op de ontwikkeling van nieuwe infrastructuur en toekomstige woningbouw en werkgelegenheid.
路 Strategische allianties die worden aangegaan door de provincie zijn vooraf voorzien van een zogenoemde kosten-batenanalyse (wat wil je eruit halen, wat mag dat kosten, hoe wil je dat bereiken en wat is de toegevoegde waarde van de betreffende alliantie). De door de provincie Utrecht ten opzichte van haar strategische partners te volgen aanpak wordt vooraf met de Staten besproken en qua resultaten achteraf ge毛valueerd.

路 In het spoor van het rapport "Haags alarm" over de Utrechtse lobby in Den Haag en Brussel komt er een lobby-plan met doelstellingen voor de komende vier jaar. Daarin is opgenomen wat de provincie Utrecht wil bereiken.

路 In de ontwikkeling van de veiligheidsregio doen zich knelpunten voor. De provincie speelt een stimulerende rol in de richting van gemeenten om de veiligheidsregio op orde te krijgen. Het is van belang dat risico-informatie wordt ontsloten.

路 De afgelopen jaren is ge茂nvesteerd in professionalisering en intensivering van handhaving. Dit geldt voor milieu, groen, ontgrondingen, wegen, verkeersveiligheid en bouwen / wonen. Om handhaving op het juiste capaciteitsniveau te brengen wordt een verschuiving aangebracht van beleidscapaciteit naar handhavingscapaciteit.

路 Communicatie is een strategisch instrument om de doelstellingen en ambities van het provinciaal bestuur te realiseren. Hiervoor is een professioneel communicatiebeleid nodig dat aansluit bij onze visie en werkwijze, waarin samenwerking, partnerschap en draagvlak centraal staan. In 2007 komt er een strategisch communicatieplan inclusief nadere keuzen en financi毛le onderbouwing, waarin ook de eigenstandige rollen van Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten worden meegenomen.


路 De provincie is in 2005 gestart met een driejarige publiekscampagne gericht op het informeren van inwoners, gemeenten en maatschappelijke organisaties van de provincie over ons werk. Er vindt een evaluatie plaats van de resultaten van de campagne tot nu toe. Wij zullen voorstellen doen voor het vervolg op deze campagne. Daarbij wordt het gewenste imago van de provincie geformuleerd als een inspirerende, verbindende en presterende overheidsorganisatie die zichtbare resultaten boekt.


路 Een modern, interactief internetportaal is het belangrijkste "pull-medium" voor de inwoners van onze provincie. Daarnaast kan het publiek via betaalde pagina聨s in huis-aan-huis-bladen kennis nemen van het nieuws uit de provincie.

23


12. Financieel kader

Wij brengen het volgende nieuwe accent aan:


路 Het financieel beleid dient meerjarig solide te zijn. Het beleid wordt qua extra uitgaven voor deze periode begrensd door de 418 miljoen, herschikking van beleid dient binnen deze bandbreedte plaats te vinden, overschotten vallen terug in de algemene reserve, geen sprake zal zijn van een lastenverzwaring, ondermeer door bevriezing van de opcenten MRB tijdens deze coalitieperiode. Van de vorming van een kapitaaldienst wordt afgezien. De financiering van langlopende meerjarige projecten zal zodanig moeten worden geborgd, dat de fluctuerende financieringsbehoefte het oorspronkelijke budget onaangetast laat.


24

Voorgenomen portefeuilleverdeling en gedeputeerden 1

Portefeuille CDA :
R.W. (Bart) Krol

路 Ruimtelijke Ontwikkeling

路 Stedelijke Vernieuwing

路 Landelijk gebied

Portefeuille CDA:
A.H. (Anneke) Raven

路 Financi毛n

路 Samenleving

路 Cultuur

Portefeuille VVD:
J. H. (Jan) Ekkers2,

路 Mobiliteit

路 Economische zaken

路 Kerntakendiscussie Lodders

Portefeuille VVD:
J. (Joop) Binnekamp

路 Water

路 Europa

路 Organisatie

路 Communicatie

Portefeuille ChristenUnie:
W.M. (Wouter) de Jong

路 Wonen

路 Milieu

路 Duurzaamheid

路 Strategie

Portefeuille ChristenUnie:
M. (Marjan) Haak

路 Zorg

路 Jeugd

路 Onderwijs

路 Bestuurlijke organisatie

1 1e loco J.H. Ekkers; 2e loco A.H. Raven; 3e loco W. de Jong; 4e loco R.W. Krol; 5e loco J. Binnekamp; 6e loco M. Haak
2 co枚rdinerend voorzitter Noord Vleugel Utrecht

25

---- -- Persbericht uit Provinciale Staten nr 7262

23 september 2008
Persbericht

Coalitieakkoord "Accent 2008, slagvaardig verder"

De provincie Utrecht heeft een nieuwe coalitie, bestaande uit de fracties van het CDA, de VVD en de ChristenUnie. Vandaag presenteren zij het coalitieakkoord : "Accent 2008, slagvaardig verder". Dit akkoord stemt in grote lijnen overeen met ambities en uitgangspunten van het coalitieakkoord van 2007, maar bevat op verschillende beleidsterreinen accentverschillen.

Omdat er al veel zaken in gang zijn gezet en omdat de partijen die deelnemen aan deze nieuwe coalitie een groot deel van het akkoord van 2007 kunnen onderschrijven, is er gekozen voor een aantal accentverschil- len.

Met de toetreding van de ChristenUnie in de coalitie zijn er accenten herkenbaar op het gebied van de reali- satie van de Ecologische Hoofdstructuur en zal er bij het organiseren van provinciale activiteiten rekening worden gehouden met groepen in de Utrechtse samenleving die de zondag graag het accent geven die past bij hun christelijke overtuiging. Fractievoorzitter Kees van Kranenburg: "Het is voor de ChristenUnie be- langrijk een herkenbare politiek te kunnen bedrijven, zoals bijvoorbeeld het respect voor de gedachte van de schepping en voor de zondagsrust. "

Deze coalitie kiest in tegenstelling tot de vorige voor het niet laten stijgen van de motorrijtuigenbelasting (opcenten). Daarmee wordt de lastendruk van de Utrechtse inwoners niet hoger. De ambities van de coali- tie zullen verwezenlijkt moeten worden binnen 418 miljoen euro, het beschikbare bedrag voor het in het coalitieakkoord omschreven beleid. Een solide financieel beleid dat geen rekeningen doorschuift naar een volgende periode is de ambitie. Daarnaast wordt er meer accent gelegd op mobiliteit in de komende perio- de. VVD fractievoorzitter Van Lunteren: "Als we in de provincie Utrecht goede prestaties willen leveren op het gebied van economie en innovatie ontkomen we niet aan forse investeringen in de mobiliteit." In het coalitieakkoord maken de drie partijen duidelijk dat het samen optrekken met het Rijk en het nakomen van financi毛le afspraken noodzakelijk zijn om Utrecht in beweging te houden.

Een ander accentverschil is te vinden in het op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling. Waar eerder meer accent lag op de aantallen voor woningbouw legt deze nieuwe coalitie meer accent op de ruimtelijke moge- lijkheden en beperkingen. Het is belangrijk dat er mogelijkheden geschapen worden voor woningbouw, ook is het belangrijk dat er ruimte is voor recreatie, voor wegen en voor water, natuur en landbouw. CDA fractievoorzitter Petra Doornenbal: "Deze coalitie legt het accent op de serieuze afwegingen die nodig zijn om al deze ruimtevragers te kunnen ordenen. Nu verantwoorde keuzes maken biedt een prettige leefomge-

ving en een voldoende groene ruimte om in te werken en van te genieten voor de toekomst ." Naast de ac- centen waar het verschil gemaakt wordt, zijn er ook zaken die voortgezet worden. Het samen optrekken met gemeenten om het provinciale beleid uit te voeren is zo'n voorbeeld evenals het jeugdzorgbeleid.

Ook een andere bestuurscultuur staat hoog op de agenda binnen het nieuwe coalitieakkoord. De commissa- ris van de Koningin, de heer Robbertsen, is gevraagd met alle betrokken fracties in PS hiervoor een plan van aanpak op te stellen.

De fractievoorzitters van CDA, VVD en ChristenUnie zien uit naar de samenwerking binnen de coalitie. Op 29 september wordt het nieuwe coalitieakkoord in de vergadering van Provinciale Staten besproken. Dan worden ook de nieuwe gedeputeerden ge茂nstalleerd. De heer W.M. (Wouter) De Jong en mevrouw M. (Marjan) Haak-Griffioen zijn door de ChristenUnie voorgedragen als gedeputeerden. In het constituerend beraad zal het College de portefeuilleverdeling definitief vaststellen.


---