Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport


Europa Overleg 4 juni 2008

Beantwoording openstaande vragen Europa Overleg 4 juni 2008

Kamerstuk, 23 september 2008

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

IZ 2875233

23 september 2008

Tijdens het Algemeen Overleg van 4 juni 2008 over de WSBVC Raad van 10 juni 2008 heb ik aangegeven de Kamer schriftelijk te zullen informeren over de stand van zaken met betrekking tot de electronische sigaret, over het registratiesysteem van geneesmiddelen in relatie tot onethische onderzoekspraktijken, alsmede over symptoomreclame voor geneesmiddelen op internet.

Ik heb nog geen definitief standpunt ingenomen over de status van de electronische sigaret. Ik hoop de Kamer hierover zo spoedig mogelijk te kunnen informeren. In mijn antwoord op Kamervragen van de leden Kant en Irrgang ben ik reeds uitgebreid ingegaan op het (Europese) registratiesysteem van geneesmiddelen in relatie tot onethische onderzoekspraktijken (Kamervragen met antwoord 2007-2008, nr. 3317, blz. 6761). Onderstaand ga ik in op het punt van de symptoomreclame.

Symptoomreclame voor geneesmiddelen
Wanneer gesproken wordt over symptoomreclame dan gaat het om het onder de aandacht brengen van medische klachten (symptomen) van het algemene publiek. Wanneer een geneesmiddelenfabrikant een geneesmiddel voor een bepaalde aandoening beschikbaar of in ontwikkeling heeft, is symptoomreclame één van de marketingmethoden om hier publieke aandacht voor te vragen. Dit is toegestaan binnen de huidige regelgeving en jurisprudentie mits de fabrikant daarbij het geneesmiddel niet noemt. Het Gerechtshof Arnhem heeft in 2003 (naar aanleiding van een campagne over schimmelnagels) hierover een uitspraak gedaan. Symptoomreclame is niet verboden en wordt op dit moment gezien als gezondheidsinformatie. Ik vind het overigens niet per definitie verkeerd als via symptoomreclame aandacht wordt gevraagd voor bepaalde medische problemen waarvoor een behandeling mogelijk is. Het is vervolgens altijd aan de behandelend arts om te bepalen hoe ernstig de klachten zijn en of, en zo ja, welke behandeling is aangewezen. Een behandeling, die ook niet-medicamenteus kan zijn, moet natuurlijk zinvol zijn.

Internet maakt het mogelijk om snel veel informatie te verspreiden aan grote groepen mensen. Internet wordt ook gebruikt voor symptoomreclame. Zonder symptoomreclame te bagatelliseren, vind ik symptoomreclame via internet momenteel niet het grootste probleem met internet. Dat is naar mijn idee de illegale handel in (nep)geneesmiddelen via internet. De Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft een beleid ingezet om de illegale internethandel te bestrijden en treedt hierin actief op.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink