Toespraak minister-president in New York
Toespraak | 22-09-2008
Minister-president Balkenende heeft bij de 'World Creative Leadership
Summit' een toespraak gehouden over onderwijs en creativiteit.
De minister-president heeft zijn toespraak gehouden voor het Panel
'Education, Creativity and the Mind', georganiseerd door de Louise T.
Blouin Foundation. De toespraak is in het Engels uitgesproken.
Minister-president Balkenende:
Dames en heren,
Graag wil ik u voorstellen aan twee Nederlandse kinderen: Zahra en
Reinier. Beiden zijn dertien jaar oud. Ze wonen in Hoogezand, een
stadje van 20.000 inwoners in het noorden van Nederland.
Reinier en Zahra waren tot vorig jaar klasgenoten op basisschool De
Schakel - The Link. Een kleine school met 130 leerlingen. Een school
die de creativiteit en het leervermogen van kinderen prikkelt via...
ondernemerschap.
De klas van Zarah en Reinier kreeg de opdracht een bedrijf op te
zetten en tot een succes te maken. Vanaf het allereerste begin. Dus:
samen een product of dienst bedenken. Een bedrijfsplan maken. Een
begroting opstellen. Financiering regelen. Het product ontwerpen en
produceren. De marketing. De verkoop. De aftersales.
Onder begeleiding van meester Van der Veen gingen de kinderen aan de
slag. Zo ontstond het bedrijf Multiflex. Producent van placemats. En
inmiddels is er nauwelijks meer een huis in het stadje Hoogezand te
vinden waar geen placemats van Multiflex onder de borden liggen.
Zahra zegt over haar ervaringen:
"Het was heel erg leuk. Je leert van alles door te ondernemen. Mensen
aanspreken, reclame maken, verkopen. Het is vooral belangrijk dat je
een goed plan hebt. En dat iedereen zich daaraan houdt natuurlijk!"
Dames en heren, dit is een concreet voorbeeld uit mijn land. Een
voorbeeld van hoe kinderen uitgedaagd worden om creatief te zijn en
tegelijkertijd nieuwe dingen te leren. Want heel veel vaardigheden
komen samen in het ondernemerschap:
* Samenwerken.
* Plannen.
* Onderzoeken.
* Ontwerpen.
* Rekenen.
* Communiceren.
Mijn punt is niet dat elk kind ondernemer moet worden. Mijn punt is
dat een andere manier van denken en doen in het onderwijs - buiten de
boekjes om - de creativiteit van kinderen kan prikkelen.
En dat is van het allergrootste belang. Want voor de positie van
landen in de wereld geldt steeds sterker: 'To be creative or not to
be'.
Een aantal van u is deskundig op het gebied van de werking van de
hersenen. Anderen hebben jarenlange ervaring in het onderwijs aan
creatieve toptalenten in de kunsten. Zelf heb ik tien jaar met
studenten mogen werken als bijzonder hoogleraar 'Christelijk sociaal
denken over maatschappij en economie'. Maar misschien nog
belangrijker: ik ben ervaringsdeskundige, als vader van een dochter
van negen.
Elke keer weer valt me op hoe open kinderen de wereld tegemoet treden.
Hoe nieuwsgierig ze zijn naar wat net om de hoek ligt. Hoe enthousiast
ze zijn als ze worden aangesproken op hun talenten. En hoe serieus ze
kunnen werken aan ontwikkeling daarvan. Mijn dochter bijvoorbeeld
heeft een passie voor paarden en droomt al van Olympische medailles.
Alhoewel... Ze is inmiddels met grote inzet begonnen aan pianoles. Wie
weet...?
Het talent van de kinderen moet centraal staan in het onderwijs. Ik
denk dat we het daarover eens zijn. De vraag is hoe we al die
verschillende talenten vleugels kunnen geven.
In Nederland proberen we dat te bereiken door scholen zelf een grote
verantwoordelijkheid te geven. Scholen hebben een grote vrijheid bij
het kiezen van hun methoden van onderwijs.
De eindtermen staan vast, maar de weg daarheen is vrij.
Zo kunnen scholen zelf op zoek gaan naar onderwijsvormen die het best
aansluiten bij hun leerlingen. Dat schept ruimte voor creativiteit. Zo
ontstaat diversiteit in het onderwijsaanbod, waardoor ouders,
leerlingen en studenten iets te kiezen hebben. Sommige scholen doen
veel met digitale leermiddelen. Andere profileren zich op het gebied
van kunst en cultuur. Weer andere willen een uitdaging zijn voor
toptalent.
Een voorbeeld van dit laatste is de Design Academy in Eindhoven, door
Time Magazine uitgeroepen tot 'School of Cool'. De academy is
gevestigd in een oud fabriekspand van Philips en staat in de lange
traditie van het Dutch Design. De ambitie van deze opleiding is: vorm
geven aan de wereld van morgen. Dat betekent dat studenten 'vrij'
moeten kunnen denken. Maar zich ook rekenschap moeten geven van de
behoeften van mens en samenleving. Studenten zijn bezig met vragen
als: hoe creëren we een ziekenhuisomgeving waarin mensen sneller beter
worden? Of: hoe kunnen we het openbaar vervoer zo vormgeven dat mensen
de auto vaker laten staan?
Dames en heren,. iedereen draagt de kiem van creativiteit in zich.
Iedereen heeft recht op onderwijs dat die kiem laat groeien en
bloeien.
Een voorbeeld. Vorig jaar was ik op bezoek bij een school voor
beroepsonderwijs in Arnhem. Die leidt leerlingen op die vooral
praktische talenten hebben, bijvoorbeeld in de techniek.
Een van de studierichtingen heet 'Sound & Vision'. Daar gaan jongeren
heen die belangstelling hebben voor geluids- of videotechniek. De
school heeft een partnerschap gesloten met een van de grootste
evenementenbedrijven van ons land. Leerlingen hebben in dat bedrijf de
beschikking over een eigen ruimte. Daar mogen ze met de modernste
apparatuur theaters en decors bouwen en lichtplannen maken. Bij echte
evenementen - popconcerten bijvoorbeeld - doen de leerlingen mee als
hulpkracht. U begrijpt wat een enorme stimulans dit is voor de
creativiteit en de motivatie van deze jongens en meisjes.
Dames en heren, creativiteit is een zeer belangrijke, maar niet de
enige waarde in het onderwijs. Kinderen zullen ook gewoon dingen
moeten leren. Schrijven zonder fouten, rekenen, basiskennis van de
samenleving waarin je leeft, zijn noodzakelijk voor een goede start in
het leven.
Sommige kinderen krijgen van huis uit al veel mee. Anderen hebben het
moeilijker, bijvoorbeeld omdat hun ouders immigrant zijn en de taal en
cultuur van hun nieuwe land nog niet goed kennen.
We hebben in Nederland geleerd dat kinderen die beginnen met een
achterstand, een veel grotere kans hebben later zonder diploma van
school te gaan. Het verminderen van het aantal drop outs blijft voor
Nederland een voortdurende opgave. Daarom investeren we onder meer in
educatie aan heel jonge kinderen, tussen de 2 en 4 jaar. Spelenderwijs
proberen we hun de startpositie te geven die nodig is om op school
succesvol te kunnen zijn.
Gelijke kansen ontstaan niet vanzelf. Het ene kind is van huis uit
gewend te bewegen en te sporten. Het andere niet. Het ene kind heeft
ouders die voorlezen. Het andere kind heeft ouders die zelf het lezen
niet machtig zijn. Het ene gezin trekt erop uit naar musea en
concerten. Het andere komt niet verder dan de afstandsbediening van de
televisie.
Natuurlijk kan de school niet alles opvangen wat ouders laten liggen.
Maar met betrekkelijk eenvoudige middelen is wel heel veel mogelijk.
Veel Nederlandse scholen werken samen met sportverenigingen,
bibliotheken, muziekscholen, culturele instellingen en bedrijven in de
buurt. Zo krijgen de kinderen - ook na schooltijd - de kans nieuwe
ervaringen op te doen. Als overheid stimuleren we dit door alle
kinderen tot 12 jaar gratis toegang te geven tot musea.
Dames en heren, Franklin Roosevelt zei: "Happiness lies in the joy of
achievement, in the thrill of creative effort."
Daarmee legt hij een direct verband tussen creativiteit en geluk.
Elk kind verdient dat geluk.
Ieder kind draagt een kiem van creativiteit in zich. Het is aan ons,
volwassenen, om die kiemen tot bloei te helpen brengen. Met al onze
liefde, aandacht en betrokkenheid.
Ik denk even terug aan die twee kinderen uit Hoogezand: Zahra en
Reinier.
Reinier wil later als hij groot is architect worden. Zahra droomt van
een eigen kapsalon.
Eén ding staat vast: deze dromen - en die van miljoenen andere
kinderen - staan of vallen met het vermogen creatief te zijn. Aan ons
de prachtige taak dat vermogen te helpen ontwikkelen.
Dank u wel.
Ministerie van Algemene Zaken