Ruim 100 miljoen voor meer leraren en betere opleidingen
Nieuwe leerroute: meer academici voor de klas
Met de introductie van de nieuwe educatieve minor komt er een nieuwe leerroute om meer academici voor de klas te krijgen. Afgestudeerde bachelors krijgen, als zij tijdens hun studie een zogenaamde educatieve minor halen, de bevoegdheid in het vmbo-tl en de eerste drie jaren van havo en vwo les te geven. Deze nieuwe leerroute wordt nog dit schooljaar door universiteiten en scholen voor voortgezet onderwijs ontwikkeld. Dit is één van de maatregelen die staatssecretaris Van Bijsterveldt neemt in haar kwaliteitsagenda 'Krachtig meesterschap' voor meer en beter opgeleide leraren. 'Met de educatieve minor kunnen studenten al vroeg ontdekken wat een geweldig vak het leraarschap is, en boren we nieuw goud aan om de kwaliteit van het onderwijs te vergroten', aldus Van Bijsterveldt.
Van Bijsterveldt presenteerde vandaag in Utrecht de kwaliteitsagenda voor het opleiden van leraren met daarin maatregelen die tot en met 2011 worden genomen om de kwaliteit van de opleidingen van leraren te versterken en de instroom in de opleidingen te vergroten. Zij stelt hiervoor in deze kabinetsperiode in totaal ruim 100 miljoen euro beschikbaar. 'Krachtig Meesterschap' is in nauw overleg met studenten, docenten, lerarenopleidingen en scholen tot stand gekomen.
De basis op orde: versterking kwaliteit lerarenopleidingen
De kwaliteit van de lerarenopleidingen moet boven elke twijfel verheven zijn. Daarom worden duidelijke eisen gesteld aan in- en uitstroomniveau van lerarenopleidingen en aan de toetsing ervan. Hiertoe ontwikkelen de opleidingen in overleg met het desbetreffende onderwijsveld een gezamenlijke kennisbasis, eindtermen en examens. Studenten die de lerarenopleiding binnenkomen, moeten in principe in staat zijn een opleiding met succes af te sluiten. Met name mbo-ers vormen een kwetsbare groep. Om het instroomniveau van studenten te vergroten komen er intakegesprekken zodat achterstanden zo snel mogelijk worden weggewerkt. Het wegwerken van achterstanden door een summercourse voorafgaand aan de opleiding, zal tijdelijk worden ondersteund vanuit het ministerie. Studenten moeten met zo min mogelijk achterstand aan een lerarenopleiding starten. Daarom komt er op korte termijn een onderzoek naar een verplicht vakkenpakket in de vooropleiding in met name het mbo. Opleiden in de school (onderwijspersoneel op de --toekomstige- werkplek opleiden) wordt structureel verankerd in het onderwijsstelsel. Doelstelling is om het aantal studenten dat een duale opleiding volgt te verdubbelen in 2011. Daarbij wordt een keurmerk ontwikkeld voor opleidingsscholen, dat tevens een voorwaarde wordt voor extra financiering.
Grotere kweekvijver: meer academici
Het enorme lerarenpotentieel binnen de universiteiten wordt beter benut door universitaire bachelors vroegtijdig tijdens de studie de mogelijkheid te bieden een educatieve minor te volgen. Hiermee kunnen academici sneller een gedeeltelijke tweedegraads bevoegdheid krijgen en aan de slag voor de klas. Afgestudeerde bachelors kunnen in een latere fase eventueel doorstromen naar een educatieve master om een eerstegraads bevoegdheid te halen. Ook kunnen studenten tijdens een reguliere master naast hun studie, in plaats van de gebruikelijke bijbanen in kroeg of supermarkt, aan de slag in het onderwijs, mits ze hun bachelor mét educatieve minor succesvol hebben afgerond. Experimenten op het gebied van excellentie worden gestimuleerd. In dat kader wordt bijvoorbeeld 1 miljoen euro geïnvesteerd in de ontwikkeling van de universitaire pabo in Utrecht. Staatssecretaris van Bijsterveldt wil toe naar projecten waarbij uitblinkende studenten aan het begin van hun carrière een aantal jaren lesgeven alvorens zij een baan krijgen bij een groot bedrijf. Op dit moment wordt hierover overleg gevoerd met een aantal grote bedrijven en VNO-NCW.
Differentiatie in opleiding en beroep
Om voldoende goed opgeleide leraren te krijgen, zijn goede lerarenopleidingen nodig, maar ook een aantrekkelijke beroepsperspectief is onontbeerlijk. Er wordt een appèl gedaan op scholen om na te denken over de schoolorganisatie van de toekomst waarbinnen meer ruimte is voor doorgroei en inzet van onderwijsassistenten, associate degree afgestudeerden tot en met bevoegde docenten. Daarnaast vraagt Van Bijsterveldt advies aan de nieuwe Stichting van het Onderwijs i.o. over de wenselijkheid en eventuele vormgeving van smallere kwalificaties (splitsing jonger en ouder kind in het basisonderwijs en splitsing algemeen vormend en beroepsonderwijs).
Noot voor redacties (