Rijksuniversiteit Groningen

Kunstenaarskolonies aan Noordzee gekenmerkt door pragmatisme

Datum: 08 september 2008

Steeds meer kunstenaars vestigden zich in de laat negentiende eeuw aan de Noordzeekust. Op zoek naar authenticiteit streken zij neer in plaatsen als Domburg, Volendam, Skagen (Denemarken) en Worpswede (Duitsland). Toch bleek niet idealisme, maar pragmatisme uiteindelijk de reden voor veel kunstenaars om hier te blijven, ontdekte kunsthistoricus Brian Barrett. Barrett promoveert op 18 september aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Aan het eind van de negentiende eeuw waren veel landschapsschilders op zoek naar authenticiteit. Ze wilden weg van de grote stad. Om het landelijke leven vast te leggen, maar ook om afstand te nemen van het academische salonsysteem. `In eerste instantie lagen er dus inderdaad wel filosofische ideeën ten grondslag aan hun vertrek uit de stad', erkent Barrett. `Maar de reden dat ze aan de kust bleven was vooral economisch.'

Veel voordelen

Barrett: `Een beginnend kunstenaar stond vroeger voor dezelfde problemen als kunstenaars tegenwoordig. Wil je kunnen leven van je werk, dan moet je naam maken. Maar hoe? Want waar je nu heel veel media hebt, hadden kunstenaars toen maar weinig opties om zichtbaar te worden voor een groter publiek.' Wonen in een kunstenaarskolonie had daardoor vele voordelen. Het was goedkoop, er was ruimte om zelfvertrouwen te kweken en het was dé plek om de onbedorven natuur van het platteland vast te leggen. Kiezen voor het mooie natuurschoon als onderwerp bracht wel een probleem met zich mee. De kunstacademies waar veel schilders waren opgeleid, leerden hun studenten niet om buiten te schilderen. Ook op dit vlak bood een kunstenaarscollectief uitkomst. Barrett: `Allemaal samen werken op het strand schept een band. De kunstenaars deelden niet alleen hun technische kennis met elkaar, maar ook hun ervaringen.'

Eclectische mix

Natuurlijk was er al eerder in de geschiedenis sprake van groepen en gilden in de kunstwereld. `Maar dat waren groepen op basis van geloof. Een collectief op basis van economische gronden was relatief nieuw', aldus Barrett. Met de goed gedocumenteerde opkomst van de school van Barbizon werd dit concept overal onder kunstenaars omarmd als de beste oplossing voor hun financiële, technische en filosofische problemen. En dat zonder er een sociale, religieuze of politieke agenda op na te houden. Net zoals in de late Romantiek vormden de kunstenaars een eclectische mix van individuen.

Technische vooruitgang

De timing van de trek naar de kust was ideaal. Dankzij de komst van de trein was de mobiliteit sterk verbeterd. En dankzij de uitvinding van verftubes kon schilderen ineens ook buiten. Ook de kunstwereld zelf was sterk aan verandering onderhevig. Van het monopolistische academische salonsysteem werd dankzij de opkomst van individuele kunsthandelaren een ommezwaai gemaakt naar een nieuwe internationale kunstmarkt.

Belangrijke rol hoteliers

Oude hotelregisters speelden een belangrijke rol in het onderzoek van Barrett. `In veel gevallen kon ik in deze registers precies zien wie in welke periode waar verbleef.' De hoteliers hadden volgens Barrett veel gemeen met de kunstenaars. Beide groepen waren in staat traditionele kennis op creatieve wijze opnieuw toe te passen in nieuwe situaties. `De hoteliers-nieuwe-stijl kunnen zelfs als leiders van deze gemeenschappen worden beschouwd', aldus Barrett. Hun hotels waren belangrijk als sociale centra en plaatsen waar kunstwerken vaak voor het eerst te zien waren. De dorpen waar de kunstenaars zich als collectief vestigden veranderden natuurlijk ook. Plotseling vormden deze de basis voor een aantal van de opvallendste nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen, zoals massatoerisme, mode, ontspanning en sport. Kunstenaars die naar deze dorpen waren getrokken ontwikkelden zich snel en werden zo even vernieuwend als hun omgeving.

Belangrijke rol hoteliers

Oude hotelregisters speelden een belangrijke rol in het onderzoek van Barrett. `In veel gevallen kon ik in deze registers precies zien wie in welke periode waar verbleef.' De hoteliers hadden volgens Barrett veel gemeen met de kunstenaars. Beide groepen waren in staat traditionele kennis op creatieve wijze opnieuw toe te passen in nieuwe situaties. `De hoteliers-nieuwe-stijl kunnen zelfs als leiders van deze gemeenschappen worden beschouwd', aldus Barrett. Hun hotels waren belangrijk als sociale centra en plaatsen waar kunstwerken vaak voor het eerst te zien waren. De dorpen waar de kunstenaars zich als collectief vestigden veranderden natuurlijk ook. Plotseling vormden deze de basis voor een aantal van de opvallendste nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen, zoals massatoerisme, mode, ontspanning en sport. Kunstenaars die naar deze dorpen waren getrokken ontwikkelden zich snel en werden zo even vernieuwend als hun omgeving.

Curriculum vitae

Brian Dudley Barrett studeerde dubbel cum laude af aan de University of Exeter in 1973. Hij promoveert tot doctor in de Letteren bij de RUG. De titel van het proefschrift luidt: `North Sea Artists' Colonies, 1880-1920 - Their Development and Role in Marketing Modernism'. De afgelopen dertig jaar was Barrett wereldwijd werkzaam als curator, ontwerper, illustrator, auteur en museumconservator.

Meer informatie

B.D. Barrett, tel. (050) 541 87 34 (thuis), e-mail: brian51@versatel.nl