Filosofie Oost-West op zaterdag 13 september


Vier dagcursussen over oosterse en westerse filosofie en spiritualiteit

UTRECHT, 20080907 -- Zaterdag 13 september is de zesde Filosofie Oost West-cursusdag van 2008 in Vergadercentrum 'Vredenburg 19' te Utrecht, met vier colleges over oosterse en westerse filosofie. Aanvang en duur van 10.00-16.30 uur. De cursusprijs bedraagt 50 euro per onderwerp naar keuze. Men kan 4 parallelle cursussen volgen: (1) Confucianisme - Burchard Jan Mansvelt Beck (2) Lijden, angst en eenzaamheid als ingang tot bevrijding, Ton Lathouwers en Jan Bor (3) Het religieus anarchisme van Krishnamurti, Antoon Van den Braembussche (4) Evolutionaire psychologie: ethisch besef bij mens en dier, Annemie Ploeger en Ruud Koopmans

(1) Het confucianisme is genoemd naar Confucius (551-489 v. Chr) die geldt als de eerste bij name bekende Chinese filosoof. Confucius leer is vooral een pleidooi voor menselijkheid en een menselijke politiek waarbij hij de nadruk legt op het behoud van de antieke cultuur van China, maar tegelijkertijd het mensbeeld een ethische wending geeft. Confucius' volgelingen vormden een van de vele scholen van het antieke Chinese denken, maar met het keizerrijk wordt het confucianisme tot ruggengraat van het Chinese denken. De confucianistische leer werd reeds in de oudheid verder uitgebouwd door Mencius (ca. 371-289 v. Chr.) en door Xunzi (ca. 298-238 v. Chr.), die overigens in een aantal opzichten tegenpolen van elkaar waren. In de loop van de 2de eeuw v. Chr. werd het confucianisme de officiële staatsideologie, maar veranderde daarbij sterk van karakter door het opnemen van allerlei kosmologische elementen.

(2) Ton Lathouwers behandelt in de ochtend de volgende vragen: Is het bestaan fundamenteel onrechtvaardig? Is verlichting of verlossing alleen maar inzicht? Wat is de samenhang tussen lijden, solidariteit en kenosis (ontlediging)? De belangrijkste woordvoerder van zen gebruikt dit laatste begrip merkwaardig genoeg telkens als sleutelwoord voor een beter verstaan van zen door het westen. Tenslotte komt de vraag aan bod, zoals geformuleerd door de Franse dichter Baudelaire: `Kunnen wij de verdoemden liefhebben?'. Daarbij gaat Ton Lathouwers vooral in op de consequenties van de verschillen in het verlossingsperspectief van het christendom en het boeddhisme.
Jan Bor behandelt in de middag de kunst van Wim de Haan, en gaat ook in op de ontvangst van zen in het westen, en de rol die het begrip 'verlichting' daarbij gespeeld heeft. Ook de filosofie van Kierkegaard zal daarbij aan bod komen.

(3) Krishnamurti keurt elke religie, elk geloof, elke openbaring, elk dogma, elke autoriteit, elke goeroe en elk ritueel af. Tevens verwerpt hij de puur subjectieve waarneming, de blinde gehoorzaamheid aan welk beginsel, begrip of symbool dan ook. Waar het om gaat is de bevrijding van dit alles om uiteindelijk via de aandacht of de meditatie een juiste en heldere waarneming te bewerkstelligen.
Alleen op deze wijze bereiken we de innerlijke bevrijding, de verlichting, de eigenlijke religieuze en sacrale ervaring.
In deze lezingen en/of causerieën wordt gepoogd via een aantal thema's een inzicht te bieden in leven en werk van Krishnamurti. Hierbij ligt de nadruk op de geheel eigen visie van K. op de relatie tussen onconditionele vrijheid en de ware, authentieke religieuze ervaring.
Tevens wordt op deze dag een video vertoond.

(4) In de ochtend spreekt Annemie Ploeger vanuit het perspectief van de evolutionaire psychologie. Angst voor slangen kunnen we heel gemakkelijk aanleren, terwijl het moeilijk is om angst voor pistolen of rijdende auto's aan te leren. Hoe kan dit? Liggen hier aangeboren vermogens aan ten grondslag? De evolutionaire psychologie gaat ervan uit dat niet alleen het menselijk lichaam is geevolueerd, maar ook de menselijke geest. Dit kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld door natuurlijke selectie als het gaat om overleven en seksuele selectie als het gaat om het aantrekken van een geschikte partner.
In het college zullen vele voorbeelden van onderzoek van evolutionair psychologen langskomen. Daarnaast zal de vergelijking tussen mens en dier worden getrokken. In hoeverre lijkt de menselijke geest op de geest van dieren? Hebben dieren bijvoorbeeld een inlevingsvermogen? Hoe kunnen we dit onderzoeken? Onderwerpen die veel stof opleveren voor discussie, dus zal in het college veel ruimte zijn voor het uitwisselen van meningen.

In de middag spreekt Ruud Koopmans over altruïsme bij mens en dier. De moraalsystemen van de wereldgodsdiensten draaien om het onderscheid tussen goed en slecht gedrag, en steevast behoren naastenliefde en opofferingsgezindheid tot de kern van het goede. Wetenschappers spreken in dit verband over altruïsme. Hoewel altruïsme op grote schaal voorkomt, is het een raadselachtig verschijnsel dat biologen en sociale wetenschappers al generaties lang bezighoudt. Hoe is het te verklaren dat mensen kostbare offers brengen voor het welzijn van anderen of voor abstracte idealen? Hoe kan het dat religies en ideologieën die zulk gedrag voorschrijven zich zo succesvol hebben verbreid?
In dit college wordt een antwoord op deze vragen gegeven vanuit een evolutionair-sociologisch perspectief. Daartoe moeten we verder kijken dan oppervlakkige verklaringen die verwijzen naar het goede gevoel dat het mensen geeft om goed te doen, of naar de 72 maagden en andere hemelse genoegens die gelovigen als beloning voor hun offers in het vooruitzicht worden gesteld. Het evolutionaire perspectief stelt de dieperliggende vraag aan welke voorwaarden normatieve regels moeten voldoen, willen zij tot evolutionair voordeel strekken in de zin dat degenen die die regels volgen gemiddeld gesproken succesvoller zullen zijn dan degenen die zich laten leiden door puur eigenbelang.
Aan de hand van Bijbel- en Koranteksten en voorbeelden van opofferingsgezindheid reikend van kamikazepiloten en zendelingen tot Hamas en de Socialistische Partij onderzoeken we wat de diepere evolutionaire betekenis is van de moraalvoorschriften van de grote religies en politieke ideologieën. Een evolutionaire verklaring van religieuze moraal leidt tot de conclusie dat religies wel degelijk een kern van eeuwige waarheid bevatten, in de vorm van normatieve regels die het ons mogelijk gemaakt hebben om de beperkingen van de genetische evolutie te ontstijgen.

Meer informatie:
www.filosofie-oostwest.nl
info@filosofie-oostwest.nl