Den Haag, 12 september 2008
Vragen van de leden Van Dam en Van Dijken (beiden PvdA) aan de staatssecretaris van Economische Zaken
over de Teleplus-dienst van KPN.
Deze vragen zijn een vervolg op eerdere vragen van de leden Van Dijken en Vos.
1.
Bent u het met ons eens dat het bestaan van een telefonische dienst die tekst in spraak omzet en omgekeerd voor doven van grote betekenis is voor hun deelname aan het maatschappelijk verkeer en dat het derhalve zeer wenselijk is dat een dergelijke voorziening 24 uur per dag beschikbaar is?
2.
Geldt de Universele Dienstverplichting die aan KPN is opgedragen ook voor het in stand houden van een voorziening die doven in staat stelt te bellen met anderen (zowel doven als horenden)?
3.
Zo ja, erkent u dat Teleplus, de dienst van KPN voor doven, op dit moment voor doven de enige manier is om telefonisch in contact te kunnen komen met horenden, aangezien de meeste horenden niet beschikken over een teksttelefoon?
Zo nee, vindt u dat het in stand houden van een voorziening die doven in staat stelt te bellen met anderen (zowel doven als horenden) onderdeel zou moeten zijn van de Universele Dienstverplichting en bent u bereid de UD-verplichting daarop aan te passen? Indien u hierop het antwoord nee geeft, kunt u dat dan van een uitgebreide toelichting voorzien?
4.
Bent u het ermee eens dat een dergelijke voorziening 24 uur per dag beschikbaar hoort te zijn en niet slechts gedurende een deel van de dag, aangezien dat doven zou beperken in het normaal kunnen deelnemen aan het maatschappelijk verkeer?
5.
Zijn er bij de privatisering van KPN afspraken met KPN gemaakt over de dienstverlening aan doven en slechthorenden? Zo ja, hoe luidden die afspraken en houdt KPN zich daaraan?
6.
Geeft de Telecommunicatiewet ruimte om naast de UD-verplichting bedrijven te verplichten dienstverlening aan gehandicapten te verzorgen?
Partij van de Arbeid