ChristenUnie
Moeder en Kamerlid, het kan
donderdag 11 september 2008 22:07 'Met alle respect voor de
vakbekwaamheid van het huidige Kamerlid Esmé Wiegman vind ik het
onaanvaardbaar dat een moeder met jonge kinderen de gehele week in Den
Haag is', zegt Meindert Leerling in het dezer dagen verschenen boek
'De ChristenUnie op het pluche'. Wiegman reageert met een open brief.
Beste Meindert, ....
...en verder ieder die zich zorgen maakt over ons gezinsleven.
Het is ontroerend te zien hoe zorgzaam mannen kunnen meeleven met het
huisgezin van een moeder die in de politiek is verzeild geraakt.
Ontroering verkoopt (zie de kijkcijfers van `emo-televisie');
misschien heeft daarom de bekommering om de politica en haar kroost
zo'n prominente plek heeft gekregen in het boekje De ChristenUnie op
het pluche van Riekelt Pasterkamp. Ze werd als teaser opgedist door de
uitgever, ze werd in diverse voorpublicaties onthuld en was opnieuw
onderwerp van een publiek mannengesprek bij de uiteindelijke
boekpresentatie. Onze minister van Jeugd en Gezin heeft bij die
gelegenheid enkele verstandige dingen gezegd, las ik in diverse media.
Maar omdat er kennelijk zo'n brede compassie leeft jegens de familie
Wiegman - gevoelens die overigens nooit rechtstreeks met ons gedeeld
werden - heb ik er zo langzamerhand wel behoefte aan enkele zorgen weg
te nemen. Wellicht moge dit briefje zelfs enige opluchting
teweegbrengen, want heus: het gaat goed met ons!
Toen in 2006 de Kamerverkiezingen aanstaande waren en de
ChristenUnie-selectiecommissie haar werk deed, hebben mijn echtgenoot
en ik de koppen bij elkaar gestoken. Op christelijke wijze, dus ook
bij een open Bijbel en met gevouwen handen. ,,Als jij naar de Kamer
wordt gestemd, draaien we de rollen om en word ik huisman,'' stelde
mijn man toen voor.
Een prima keuze op een prima moment! De tijd van borstvoeding en
babyverzorging, waarmee ik de meeste affiniteit had, lag achter ons.
De tijd van basisschool en scouting was aangebroken. Onze jongens
zagen het wel zitten: elke dag papa thuis, en elke dag een soort
zaterdaggevoel, lekker samen klussen en naar de bouwmarkt.
Inmiddels draaien we anderhalf jaar in deze constructie en het gaat
écht goed, niet alleen in de schuur en op de atletiekbaan. Het huis is
schoon, het linnengoed ligt gewassen en gevouwen in de kasten,
dagelijks staan er verse groenten en fruit op tafel. En belangrijker:
de jongens zitten goed in hun vel, en hun ouders niet minder. En mama
is echt niet uit beeld! Elke dag en elk weekend zijn er goede
contactmomenten, elke zondag is als vanouds een feest dat we samen
vieren.
Prima dat niet ieder echtpaar voor deze rolverdeling kiest. Ik ben de
laatste om daar een dwingende oproep toe te doen. Maar ik zou wel
willen zeggen: vaders en moeders, er is meer mogelijk in de verdeling
van arbeid en zorg dan je misschien denkt. En: maak samen vooral díe
keuzes die bij jullie gezin en bij jullie persoonlijk passen. Dan is
elke keuze een respectabele, laten we dat vooral tegen elkaar blijven
zeggen - juist in een tijd waarin de maatschappelijke druk groot is om
voor één specifiek model (het tweeverdienerschap) te kiezen.
Nog even over de jongens: die zijn trots op hun vader en welwillend
genoeg om aan te nemen dat mama ook zinnig werk doet, daar in de
politiek. Ze lezen nog geen kranten en Pasterkamp-achtige boeken, dus
ook daarover geen zorgen. Maar ik hoop dat als ze over een paar jaar
wél een christelijke krant gaan lezen, daarin geen twijfel meer wordt
gezaaid over de legitimiteit van de dagelijkse arbeid van hun vader en
moeder. (PS: Misschien is er tegen die tijd wel een heksenjacht gaande
op bekende vaders die in de jaren tachtig hun gezin zouden hebben
verwaarloosd. Ik zal er niet één ongehoord veroordelen hoor!)
Met hartelijke groet,
Esmé Wiegman-van Meppelen Scheppink
Gepubliceerd in het Nederlands Dagblad, 12 september 2008