11 sep 20
08
Onderdeel: Wageningen UR
Nummer: N
Vissen in grote hoeveelheden kweken in bassins, en ze daarna in zee
uitzetten. Dat idee lanceert een promovendus van Wageningen
Universiteit in zijn proefschrift. Voor de tarbot, een zeldzaam
geworden platvis die zich zowel bij sportvissers als lekkerbekken in
een zekere populariteit mag verheugen, zou het werken.
âIn Japan is het uitzetten van gekweekte vis op zee al vrij normaalâ,
zegt prof. Adriaan Rijnsdorp, de aan Wageningen IMARES verbonden
hoogleraar bij wie Claus Reedtz Sparrevohn promoveert. âDat land
kweekt de exclusieve Japanse flounder en zet die uit. In Europa
gebeurt het in de binnenwater geregeld door hengelsportverenigingen,
die voor hun leden de visstand willen verbeteren. Volgens Sparrevohns
onderzoek zouden we die benadering ook kunnen gebruiken voor de
tarbot, een vis die leeft in zee.â
Kwekers hebben de afgelopen decennia in de vingers gekregen hoe ze
tarbotten kunnen verleiden tot voortplanting, en de eitjes kunnen
opkweken tot consumeerbare exemplaren. âIn de natuur sneuvelen
verschrikkelijk veel dieren als larf of als klein visjeâ, zegt
Rijnsdorp. âDie massaslachting kun je overslaan als je dieren in
gevangenschap grootbrengt en daarna uitzet. Je kunt zo op een snelle
manier de populatie verhogen.â
Sparrevohn onderzocht met veldproeven de overlevingskansen van
gekweekte tarbotten van zeventien centimeter lang. âHun
overlevingskansen waren gelijk aan die van wilde dierenâ, zegt
Rijnsdorp. âMaar omdat het meer dan een jaar duurt om ze zo groot te
laten worden is die methode te kostbaar. Het kost teveel voer, geld en
tijd. Rendabel is wel het uitzetten van jongere exemplaren met een
lengte van acht centimeter. Het probleem dat daarbij de kop opsteekt
is dat de jonge dieren vlak nadat ze zijn uitgezet een verhoogde kans
hebben te sneuvelen.â
De vissen weten nog niet hoe ze zich in de natuur moeten gedragen,
ontdekte de promovendus. Als de tarbotten echter een dag kunnen
acclimatiseren in een kooi in hun natuurlijke omgeving, zonder dat ze
daarbij risico lopen, leren de jonge dieren op de één of andere
manier wel bijtijds hoe ze zich in hun natuurlijke leefmilieu moeten
gedragen. Rijnsdorp denkt dat de methode op lokaal niveau de visstand
kan verbeteren, maar gelooft voorlopig niet dat het uitzetten van vis
het probleem van de overbevissing kan oplossen. âIn de visserij gaan
we niet goed om met ons natuurlijk kapitaalâ, zegt de hoogleraar. âWe
moeten de visserijinspanning terugbrengen. Dat moet prioriteit hebben.
Het uitzetten van kweekvis om aan te vullen wat we teveel uit de
natuur halen is geen structurele oplossing.â