Ingezonden persbericht
embargo woensdag 10 september 10.00 uur
PERSBERICHT
Nederlandse gasproductie heeft toekomst
Ontwikkeling marginale velden daarbij cruciaal
Hans Versteeg, voorzitter van NOGEPA (de Nederlandse Olie en Gas Exploratie en Productie Associatie) is positief over het niveau van de activiteiten om in kaart gebrachte kleine gasvelden te ontwikkelen en in productie te nemen 'De gasproductie uit kleine velden bleef in het jaar 2007 op ongeveer hetzelfde niveau van 38 miljard kubieke meter.(1)(1) De investeringen in zowel het verhogen van bestaande productie als het in productie nemen van nieuwe velden liggen op een goed niveau.' Hij zei dit tijdens de jaarlijkse NOGEPA lunchbijeenkomst in Den Haag op 10 september, waar ook mevrouw Maria van der Hoeven, minister van Economische Zaken te gast was.
Het aantal exploratieboringen in 2007 op het Nederlandse deel van de Noordzee was met slechts 5 boringen echter erg laag. Het is teleurstellend dat het investeringsklimaat vooralsnog niet het doen van exploratieboringen bevordert. Een positief signaal is evenwel dat er de afgelopen periode diverse nieuwe exploratievergunningen zijn verleend.
De kostprijzen van materialen en diensten zijn echter ook in 2007 weer sterk toegenomen. Door deze toename wordt het positieve effect van de hogere gasprijzen op nieuwe projecten voor een belangrijk deel teniet gedaan. De hogere gasprijzen hebben wel een positief effect op de exploitatie van bestaande velden, omdat daar de kostenstijgingen minder sterk doorwerken.
De aangetoonde en nog te produceren gasvoorraden worden op 1.400 miljard kubieke meter geschat(2)(2). Hiervan komt ongeveer 1.000 miljard kubieke meter voor rekening van het Groningen veld. Het exploratiepotentieel (gasvoorkomens die nog aangetoond moeten worden) wordt tussen 165 en 380 miljard kubieke meter geschat. Een groot deel hiervan betreft kleine gasvoorkomens die onder de huidige omstandigheden nog niet economisch winbaar zijn.
Naar verwachting zal de gasproductie uit kleine velden de komende jaren snel gaan afnemen. Het is van groot belang dat de huidige offshore infrastructuur zo lang mogelijk is in stand gehouden wordt, zodat zoveel mogelijk gas uit marginale velden en nog niet aangetoonde velden op economisch verantwoorde wijze ontwikkeld en naar land afgevoerd kan worden. Daarom zal alles in het werk moeten worden gesteld om opsporing en ontwikkeling van deze voorkomens te bevorderen, bijvoorbeeld middels fiscale stimulering en andere voor onze industrie motiverende maatregelen. Dit is van groot belang voor de samenleving, zowel vanwege het beschikbaar komen van meer gas als voor de inkomsten van de Staat (de aardgasbaten in 2007 waren ca. 13 miljard ¤). Het Ministerie van Economische Zaken onderkent dit belang(3)(3), maar na 2 jaar overleg zijn er jammer genoeg nog steeds geen resultaten geboekt.
In 2007 is ook de discussie over het ruimtegebruik op het Nederlands Continentaal Plat goed op gang gekomen. Het inpassen van windparken voor 6000MW capaciteit (totaal 1000 km2 gebied) naast de bestaande en nieuwe activiteiten van de scheepvaart, olie- en gasproductie e.d., is mogelijk. Het is belangrijk dat er een kader gecreëerd wordt waarin de verschillende belangen goed afgewogen kunnen worden. NOGEPA heeft haar visie over de ruimtelijke ordening Noordzee in een strategisch rapport samengevat en op haar website gepubliceerd. (
Over NOGEPA
De Nederlandse Olie en Gas Exploratie en Productie Associatie (NOGEPA) is de associatie van vergunninghoudende olie- en gasexplorerende en -producerende bedrijven. Bij de 15 leden en 6 geassocieerde leden van NOGEPA zijn 2500 mensen (onschone en offshore) werkzaam. Daarnaast zijn nog ca. 10.000 mensen werkzaam in deze sector via aannemers. Jaarlijks wordt door de leden van NOGEPA in Nederland 2,5 miljoen m3 olie en 70 miljard m3 gas geproduceerd. Meer informatie over NOGEPA en haar leden is te vinden op www.nogepa.nl.
Ingezonden persbericht