over aanpak van de overgewichtproblematiek
Antwoorden op kamervragen van Ouwehand over aanpak van de
overgewichtproblematiek
Kamerstuk, 9 september 2008
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
VGP-K-U-2872295
9 september 2008
Hierbij zend ik u, mede namens de Minister van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit, de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Ouwehand
(PvdD) over de aanpak van de overgewichtproblematiek (nr. 2070827080,
ingezonden 8 augustus 2008).
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Ouwehand over de aanpak van
de overgewichtproblematiek ( 2070827080).
Vraag 1
Bent u bekend met de reportage `Ons dagelijks brood: het
snackbarvarken'? 1)
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat is uw mening over de omstreden dierproeven met varkens, waarbij
onderzoek wordt gedaan naar menselijke vetzucht door middel van het
ongezond voeren van varkens waarbij slangen en buizen in het lichaam
zijn aangebracht?
Antwoord 2
Het bedoelde onderzoek richt zich op gezondheidsproblemen die bij
diabetes en hart- en vaatziekten ontstaan. Overgewicht is een
risicofactor voor het ontwikkelen van diabetes en hart- en
vaatziekten. Catheters en canules zijn aangebracht in de varkens om
darminhoud (al dan niet verteerde componenten uit de voeding) en bloed
te verzamelen zonder dat de varkens vastgehouden hoeven te worden.
Daarnaast hoeven bloedvaten niet iedere keer aangeprikt te worden
zodat het verzamelen van bloed geen stress oplevert. Verzamelen van
darminhoud gaat niet zonder een darmcanule, omdat de darm aan de
buitenkant van het dier niet te benaderen is.
Vraag 3
Deelt u de mening van de Wageningse onderzoekers dat er maar één
oplossing bestaat voor het bestrijden van overgewicht, namelijk `het
testen van fastfood op dieren, zodat we er niet meer aan ziek van
worden of dood van gaan'? Kunt u dit toelichten?
Antwoord 3
Dit is niet de mening van de onderzoekers. Voor de bestrijding van
obesitas zijn meerdere vormen van aanpak mogelijk. Het bestrijden van
obesitas is echter niet het doel van het genoemde onderzoek; dat is
namelijk het bestrijden van de gezondheidsproblemen die bij diabetes
en hart- en vaatziekten ontstaan. Een van de risico's voor het
ontwikkelen van diabetes en hart- en vaatziekten is het nuttigen van
een overmaat aan ongezonde voeding. `Fast food' wordt door de
onderzoekers niet getest; wel geneesmiddelen, gezonde voeding en
hulpmiddelen zoals stents ( buisjes die de kransslagaderen van het
hart openhouden).
Vraag 4
Welke overwegingen hebben ten grondslag gelegen aan de beslissing om
experimenten op levende varkens uit te voeren voor onderzoek naar een
levensstijl die aantoonbaar ongezond is? Bent u van mening dat een
dergelijke beslissing van de betreffende Dierexperimentencommissie
democratisch moet kunnen worden getoetst? Zo ja, bent u bereid hiertoe
de mogelijkheden te creëren?
Vraag 5
Bent u van mening dat dierproeven een maatschappelijke aangelegenheid
zijn? Zo ja, bent u bereid mogelijk omstreden dierproeven onderwerp te
maken van maatschappelijk en politiek debat voordat ze al dan niet
mogen worden uitgevoerd? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 4 en 5
Zie ook het antwoord op vraag 3: ongezonde voeding wordt in het
onderzoek niet getest.
Ik ben geen voorstander van een toets met betrokkenheid van het
algemene publiek. Dit zou ook praktisch niet uitvoerbaar zijn. In een
Dierenexperimentencommissie zijn alle relevante partijen voldoende
vertegenwoordigd. De DEC's beslissen onafhankelijk over toestemming
voor het verrichten van dierproeven. De ethische toets heeft een
belangrijke rol in de afweging die de DEC's maken. Vanaf volgend jaar
zullen de jaarverslagen meer inzicht geven in de ethische afweging die
wordt gemaakt in de DEC's.
Vraag 6
Hoe beoordeelt u de opmerking van de Wageningse wetenschappers dat de
varkens `geen last hebben' van de slangen en buizen in hun lijf? Kunt
u uiteenzetten waar deze uitspraak op is gebaseerd?
Antwoord 6
Zie het antwoord op vraag 2: gekozen is voor onderzoeksmethoden die zo
min mogelijk belastend zijn.
Vraag 7
Hoe beoordeelt u de constatering dat is aangetoond dat fastfood
verslavend werkt? Bent u bereid maatregelen te treffen op dit punt?
Antwoord 7
Het door u bedoelde onderzoek richt zich niet op fast food en dus ook
niet op de eventuele verslavende werking ervan. Het gaat de
onderzoekers om de gezondheidsbevorderende effecten van
geneesmiddelen, gezonde voeding en hulpmiddelen in relatie tot
diabetes en hart- en vaatziekten.
Vraag 8
Bent u bekend met het artikel `Verbied de roltrap en de kroket' 2),
waarin hoogleraar diabetologie Hanno Pijl oproept tot betere
maatregelen om een apert ongezonde levensstijl te verbeteren en zo de
epidemie van overgewicht te bestrijden? Hoe beoordeelt u deze oproep
ten opzichte van de Wageningse aanpak?
Antwoord 8
Ja. De fysieke en sociale omgeving is onmiskenbaar van invloed op het
ontstaan van overgewicht. Het beleid van VWS is dan ook niet alleen
gericht op het informeren van burgers over gezonde voeding en
voldoende beweging, maar ook op het scheppen van de randvoorwaarden
die de gezonde keuzen op deze terreinen mogelijk maakt.
Het door u bedoelde onderzoek richt zich, zoals ik u al meldde, niet
op overgewicht en is dus in dit verband niet relevant.
Vraag 9
Deelt u de mening dat het `onverteerbaar is dat er miljarden worden
gespendeerd aan een leefomgeving die slecht voor mensen is, en
tegelijkertijd miljarden worden uitgegeven aan geneesmiddelen die de
gevolgen daarvan moeten bestrijden'? Bent u voorts van mening, dat het
opofferen van dierenlevens voor de bestrijding van deze gevolgen net
zomin valt uit te leggen? Zo ja, welke gevolgen verbindt u hieraan? Zo
neen, waarom niet?
Antwoord 9
De keuze voor een meer of minder gezonde leefstijl is in principe de
eigen verantwoordelijkheid van de burger. Ik vind het niet onredelijk
dat geld wordt besteed aan zorg en geneesmiddelen ter bestrijding van
de gevolgen van (chronische) ziekten, ongeacht of deze veroorzaakt
worden door een ongezonde leefstijl van individuele burgers. Dat wil
niet zeggen dat ik deze gevolgen op collectief niveau aanvaardbaar
vind. Voor een gedegen en effectieve aanpak van bijvoorbeeld diabetes
is kennis nodig en daarvoor dient wetenschappelijk onderzoek te worden
uitgevoerd. Niet uit te sluiten valt dat daarvoor soms dierproeven
noodzakelijk zijn. Het is aan de eerdergenoemde DEC's om af te wegen
of het gebruik van proefdieren in een bepaald onderzoek verantwoord
is.
Vraag 10
Deelt u de mening dat er een deltaplan moet komen om de epidemie van
overgewicht en diabetes in te perken en dat impopulaire maatregelen
niet op voorhand uit de weg moeten worden gegaan? Zo ja, welke stappen
gaat u ondernemen om een dergelijk plan uit te werken? Zo neen, kunt u
toelichten waarom u de huidige preventie-initiatieven voldoende acht?
Antwoord 10
De minister van VWS zal samen met de minister voor Jeugd en Gezin en
de staatssecretaris van VWS uw Kamer in 2009 een nota doen toekomen
waarin zij het kabinetsbeleid ter bestrijding van overgewicht
uiteenzetten. Deze nota zal antwoord geven op uw bovenstaande vragen.
1) Netwerk, 5 augustus 2008
2) Trouw, 2 augustus 2008, `Verbied de roltrap en de kroket',
http://www.trouw.nl/opinie/podium/article1259719.ece
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport