Rijksuniversiteit Groningen

Thrombophilia: issue or non-issue in clinical practice?

Datum: 10 september 2008

Promotie: W.M. Lijfering, 13.15 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

Proefschrift: Thrombophilia: issue or non-issue in clinical practice?

Promotor(s): prof.dr. J. van der Meer

Faculteit: Medische Wetenschappen

Massaal testen op stollingsafwijkingen niet zinvol

Willekeurig testen op stollingsafwijkingen is niet zinvol. Dat blijkt uit onderzoek van UMCG-promovendus Willem Lijfering. De afgelopen jaren zijn meerdere, vaak erfelijke, stollingsafwijkingen ontdekt. Het testen op deze afwijkingen, zoals dat sindsdien frequent plaatsvindt, zegt in veel gevallen weinig tot niets over de kans op het optreden van ziekte.

Trombose is een veel voorkomende ziekte waarbij een stolsel ontstaat in een van de beenaderen. Wanneer dit stolsel - geheel of gedeeltelijk
- loslaat, wordt het door de bloedstroom meegevoerd en loopt het vast in de longen. De patiënt kan dan plotseling komen te overlijden. Het testen op stollingsafwijkingen is echter alleen zinvol bij patiënten bij wie op jonge leeftijd trombose vastgesteld wordt (jonger dan 30 jaar), zo toont Lijfering aan, of bij wie trombose veel in de familie voorkomt. Deze patiënten kunnen baat hebben bij langdurig gebruik van antistollingsmiddelen nadat trombose is vastgesteld.

Willekeurig testen op stollingsafwijkingen lijkt niet verstandig. Een groot aantal mensen krijgt te horen dat ze een erfelijke afwijking hebben, terwijl die afwijking geen verdere consequenties heeft op het verdere verloop van de behandeling of voorkomen van ziekte. Dit geldt ook voor de familieleden bij wie de erfelijke afwijking wordt gevonden en die zelf geen trombose hebben gehad. Voor hen kan de aanwezigheid van de afwijking wel consequenties hebben voor verzekeringen.

Willem Lijfering (Leeuwarden, 1978) studeerde Geneeskunde te Leiden. Hij verrichtte zijn onderzoek bij de sectie Haemostase en Trombose van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Het onderzoek werd (mede) gefinancierd door Zon/Mw en de Nederlandse Hartstichting. Na zijn promotie start Lijfering met de opleiding tot klinisch epidemioloog in het LUMC, Leiden. /JW