Ingezonden persbericht
PERSBERICHT
Utrecht, 8 september 2008
Welzijnsorganisaties melden sterke stijging vraag naar opvoedhulp in Utrecht
Maar willen ouders hulp van de buurman?
MOgroep Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening signaleert een sterk verhoogde vraag naar opvoedingsondersteuning: 35% over de eerste helft van 2008. Ouders kloppen eerder aan voor hulp. 'Ouders verkeren in een isolement waar het gaat om opvoeding van hun kinderen', stelt de Raad voor Maatschappelijk ondersteuning (RMO) vandaag zelfs in haar rapport 'Versterking voor gezinnen'.
'De omgeving kan ouders beter steunen en de overheid moet daarvoor voorwaarden scheppen', stelt de RMO. 'De buurt en buren, vrienden, kennissen docenten: ze moeten meehelpen opvoeden'.
MOgroep W&MD kan niet anders dan beamen dat dit mooi zou zijn. De RMO ziet een rol voor scholen, sportverenigingen en kinderdagverblijven: zij moeten ontmoetingsplekken voor ouders organiseren. En helpen met opvoedvragen.
De realiteit gebiedt te zeggen dat die vrienden en kennissen over het algemeen niet zoveel tijd hebben om zich ook nog met de kinderen in de buurt te bemoeien. Zolang het nog geen gemeengoed is in Nederland om je met andermans kinderen te bemoeien, kunnen ouders met vragen wel steeds vaker dichtbij, in de buurt, een beroep doen op de mogelijkheden die er nu al zijn. Professionals blijven nodig om mensen in buurten aan elkaar te binden, om bruggen te slaan tussen burgers.
Welzijnsorganisaties doen dat ook: ze organiseren o.a. bijeenkomsten voor vrouwengroepen in buurthuizen, en andere laagdrempelige voorzieningen voor lichte opvoedondersteuning in de eigen buurt. Peuterspeelzaalleidster, opbouwwerkers, jongerenwerkers en schoolmaatschappelijk werkers signaleren net als onderwijzers problemen, en geven hulp of advies. Peuterspeelzalen organiseren spel-inloopochtenden en koffieochtenden voor ouders met jonge kinderen. Peuterspeelzalen werken samen met vrijwilligers en gaan op huisbezoek gaan om spelenderwijs in de eigen thuissituatie met de ouders oplossingen te zoeken. Ook gemeenten bieden steeds meer als ze concreet aan de slag zijn gegaan met Centra voor Jeugd en Gezin (CJG).
Het taboe op opvoedingsproblemen lijkt kleiner te worden. Gewone ouders van gewone kinderen vinden vaker de weg naar opvoedwinkels, opvoedingsondersteuningspunten en opvoedcursussen. Ze bellen ook vaker de opvoedtelefoon of kunnen online terecht voor hulp. Opvoedondersteuning kan een sterk preventieve werking hebben: minder delinquentie, minder schooluitval, minder kindermishandeling.
Opvoeden is een hele klus anno 2008 waarin veel ouders geen beroep kunnen doen op oma's opa's en andere familieleden. Welzijnsorganisaties werken aan een laagdrempelig netwerk in de eigen buurt. Met succes, gezien de cijfers over het gebruik dat mensen ervan maken.
Perscontacten: Jennifer Elich, elich@mogroep.nl, 030 298 35 20 of 06 15 06 07 36
Meer informatie: www.mogroep.nl
---- --