Gemeente Lelystad

Kritiek op uitleg van rapport Economisch Instituut Bouwnijverheid

'Als architecten, ontwikkelaars en bouwbedrijven moeite hebben met vastgestelde welstandseisen en de regelgeving op het vlak van de ruimtelijke ordening, dan zijn het niet de ambtenaren maar is het de politiek die zij daarop moeten aanspreken. Dat zegt de Lelystadse wethouder Jop Fackeldey in reactie op het deze week gepresenteerde rapport van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid (EIB).

Democratisch vastgestelde spelregels

De gemeenteraad is het orgaan dat op voorstel van het college de spelregels vaststelt. Ambtenaren voeren deze uit. Als zij constateren dat onjuiste informatie wordt verstrekt en tekeningen niet kloppen, dan krijg je natuurlijk geen bouwvergunning. Klagen over vertraging in het proces, is dan kritiek op democratisch vastgestelde spelregels. Dan ligt de schuld niet bij ambtenaren, maar moet men bij het college of de gemeenteraad zijn, aldus de Lelystadse wethouder.

Ongenuanceerde publicatie

In opdracht van de bond van Nederlandse architecten (bNA) onderzocht het EIB de kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening op het gebied van welstandseisen, afhandeling van bouwaanvragen en het afgeven van vergunningen.

Bij de Lelystadse wethouder stadsontwikkeling en ruimtelijke ordening, Jop Fackeldey, is het niet zozeer de inhoud van het rapport als wel de manier waarop het rapport in de media werd gepresenteerd in het verkeerde keelgat geschoten. Je kunt het rapport niet samenvatten onder de kop ambtelijke onkunde als een deel van het rapport zich richt op de met elkaar vastgestelde spelregels.

Van ambtenaren mag je niet verwachten dat zij een vrije interpretatie geven aan de regels. Als de procedures bij bestemmingsplanwijzigingen als belemmerend worden ervaren, moet je de politiek daarop aanspreken en niet ambtenaren verwijten dat ze weinig flexibel en niet oplossingsgericht zijn.

Fouten

Dat er ambtelijk fouten worden gemaakt, ontkent de wethouder niet. Maar het beeld dat in sommige media werd geschetst naar aanleiding van het rapport van het EIB, herkent Jop Fackeldey niet. In ieder geval niet in Lelystad.

Tekeningen die slecht worden gelezen, documenten die zoekraken, afdelingen die langs elkaar heen werken: in de grote hoeveelheid werk zal er heus wel eens iets niet goed gaan, maar het is een scheef beeld van de werkelijkheid om dit als dagelijks voortkomende praktijk neer te zetten. In Lelystad proberen we juist zoveel mogelijk aan de voorkant de zaken al geregeld te hebben. Zo hebben we hard gewerkt aan een duidelijke Welstandsnota. We maken onderscheid tussen zogenoemde welstandsvrije gebieden en gebieden waar we hogere eisen aan welstand stellen. Op één A-viertje wordt duidelijk waaraan je moet voldoen.

De kavelpaspoorten van Warande

In het nieuw te ontwikkelen Lelystadse stadsdeel Warande (8.500 woningen) wordt gewerkt met kavelpaspoorten. Per kavel wordt aangegeven: de grootte en de prijs van de kavel, de bouwoppervlakte en gevraagde bouwstijl, toegestane bouwmaterialen, kleurgebruik en een verwijzing naar het geldende bestemmingsplan. Wethouder Jop Fackeldey nam deze week het websitedeel van www.warande.nl in gebruik waarop de kavelpaspoorten worden gepresenteerd. Vanuit de luie stoel kan iedereen inloggen en zijn/haar gewenste kavel uitzoeken.

Wethouder Jop Fackeldey: In Lelystad weten kopers, bouwers en architecten waar ze aan toe zijn. De dienstverlening aan klanten staat voorop. Mensen van de gemeentelijke organisatie weten precies wat er wel en niet kan. Zij kunnen mensen goed begeleiden en adviseren. Wij stellen zelfs een speciaal loket in waar een Warande-kwaliteitsteam met o.a. een stedenbouwkundige, een medewerker van bouw- en woningtoezicht en een bestemmingsplanjurist, spreekuur houden. Met ambtelijke onkunde moet je in Lelystad niet aankomen.
---