5 september 2008
SER-voorzitter Alexander Rinnooy Kan wil dat het Nederlandse onderwijs
internationaler wordt en beter wordt beloond voor bewezen kwaliteit.
Dat zegt hij vandaag bij de opening van het academisch jaar aan de
Saxion Hogeschool in Deventer. Niet alleen aan universiteiten moet het
aantal buitenlandse studenten omhoog, ook in het hbo zou dit goed
zijn. Verder pleit hij ervoor om pasafgestudeerden - desnoods
tijdelijk - in te zetten in het onderwijs om zo wat te doen aan het
lerarentekort.
Rinnooy Kan vindt in de eerste plaats dat het aantal buitenlandse
studenten dat promoveert aan een Nederlandse universiteit, omhoog
moet. Nu zijn dat er naar schatting zo'n 2500. Net als het
Innovatieplatform pleit hij ervoor dat er zo'n 1000 bijkomen.
Daarnaast zou het ook goed zijn als het aantal buitenlanders in het
hbo omhoog gaat. Rinnooy Kan denkt daarbij met name aan studenten uit
ontwikkelingslanden die een tijdlang in Nederland zouden kunnen
studeren om daarna hun kennis in de praktijk te brengen in hun land
van herkomst. Belangrijk daarbij is dat gezocht wordt naar
mogelijkheden om hen te stimuleren om na hun studie inderdaad terug te
keren naar het land waar ze vandaan komen.
In zijn openingsrede aan de Saxion Hogeschool in Deventer (20.000
studenten) pleit Rinnooy Kan ook voor een aanvullende
bekostigingsmethodiek voor het onderwijs die het geven van kwalitatief
goede lessen bevordert. Nu verdeelt de overheid het geld vooral op
basis van kwantitatieve gegevens, waarbij het aantal studenten dat een
onderwijsinstelling aflevert belangrijker is dan de kwaliteit van het
onderwijs.
Rinnooy Kan stelt voor om het onderwijs op een soortgelijke manier te
financieren als het wetenschappelijk onderzoek. Daar heeft de overheid
een deel van bekostiging ondergebracht bij NWO, die dat geld louter op
basis van kwaliteit verdeelt onder de verschillende universiteiten en
onderzoeksinstellingen. Op eenzelfde wijze zou een nieuw op te zetten
organisatie volgens Rinnooy Kan een deel van het geld voor het
onderwijs kunnen verdelen.
In zijn rede pleit Rinnooy Kan er ook voor om pasafgestudeerden in te
zetten in het onderwijs, ter verlichting van het lerarentekort. Zij
kunnen zo een wezenlijke bijdrage leveren aan de oplossing van een
acuut maatschappelijk probleem. Tegelijkertijd doen ze nuttige
ervaringen op die door latere werkgevers gewaardeerd zullen worden. In
Engeland en de Verenigde Staten zijn hiermee goede ervaringen
opgedaan.
Het is niet de eerste keer dat Rinnooy Kan zich met het lerarentekort
bezighoudt. Vorig jaar rond deze tijd presenteerde een commissie onder
zijn leiding een pakket aan maatregelen dat ervoor moet zorgen dat het
beroep van leraar aantrekkelijker wordt.
Sociaal-Economische Raad