kamerstuk.
Kamerbrief inzake de richtlijnen voor de Koninkrijksdelegatie naar de 63e zitting van de AVVN in New York (http://www.minbuza.nl:80/nl/actueel/brievenparlement,2008/09/Kamerbrief-inzake-de-richtlijnen-voor-de-Koninkrij.html) 04-09-2008 |
Samenvatting:
Hierbij treft u de Richtlijnen aan voor de Koninkrijksdelegatie naar de 63e
Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN).
Algemeen
De 63ste AVVN vindt plaats tegen de achtergrond van een aantal actuele en
complexe globale uitdagingen, zoals klimaatverandering, stijgende
voedselprijzen, en energieschaarste. Deze uitdagingen - alsook andere,
bijvoorbeeld op het gebied van vrede en veiligheid - vereisen meer dan ooit een
gecoördineerde en coherente aanpak. Voor het VN-systeem is hierbij als platform
voor internationaal overleg en als uitvoerder van overeengekomen maatregelen een
centrale rol weggelegd. Wil de Verenigde Naties (VN) die rol kunnen waarmaken,
dan zal niet alleen het vertrouwen van lidstaten in het VN-systeem moeten
toenemen, maar zullen de lidstaten zich ook moeten inspannen om de op diverse
terreinen heersende sfeer van onderling politiek wantrouwen te verbeteren.
Sinds zijn aantreden in januari 2007 heeft de Secretaris-Generaal van de
Verenigde Naties (SGVN), Ban Ki-moon, zich ingespannen om het vertrouwen in de
VN te herstellen, onder meer door een aantal organisatie- en
managementhervormingen te bepleiten en door te voeren. De regering van het
Koninkrijk steunt de SGVN in zijn inspanningen de organisatie efficiënter en
slagvaardiger te maken. De inzet van het Koninkrijk tijdens de 63ste AVVN moet
in het licht worden gezien van het streven de organisatie een constructieve rol
te laten spelen bij het bevorderen van de internationale rechtsorde en bij het
vinden van oplossingen voor urgente mondiale vraagstukken.
De 63ste AVVN zal ook aandacht besteden aan de Millenniumontwikkelingsdoelen
(MDG's). De internationale campagne om in 2015 de MDG's te bereiken is inmiddels
over de helft. Tijdens een topontmoeting aan het begin van de AVVN zal de balans
worden opgemaakt van de voortgang tot nu toe en zullen daar waar nodig extra
concrete inspanningen worden voorgesteld om de MDG's op tijd te kunnen behalen.
Het Koninkrijk zal ontwikkelingslanden blijven steunen bij het realiseren van de
MDG's. In dit kader zal het Koninkrijk onder andere de Schokland Akkoorden -
innovatieve, creatieve samenwerkingsverbanden tussen bedrijven, organisaties,
kennis- en overheidsinstellingen - internationaal onder de aandachtt brengen.
Deze brief gaat nadrukkelijk niet in op de agenda van de Veiligheidsraad,
waar onderwerpen op het gebied van vrede en veiligheid die op dit moment hoog op
de internationale politieke agenda staan, besproken worden. Hoewel het
Koninkrijk geen lid is, zal het zoveel als mogelijk ernaar blijven streven een
bijdrage te leveren aan de discussies in dit forum. Dit gebeurt onder andere
door te participeren in open debatten of door het co-sponsoren van resoluties.
De 63e AVVN wordt geopend op 16 september en zal worden voorgezeten door de
heer Miguel d'Escoto Brockmann (Nicaragua). De nieuwe Voorzitter heeft al
aangekondigd dat VN-hervormingen inclusief het functioneren van de AVVN,
klimaatverandering, voedselprijzen, implementatie van de VN-strategie op het
terrein van terrorismebestrijding en mensenrechten belangrijke prioriteiten
zijn.
De inzet van het Koninkrijk tijdens de AVVN wordt zoals bekend in belangrijke
mate gerealiseerd via de Europese Unie (EU). Het EU priorities paper
(bijlage 1), aangenomen tijdens de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen
op 16 juni 2008, dient bijgevolg als leidraad voor deze Richtlijnen. Uiteraard
legt het Koninkrijk binnen de prioriteitsstelling van de EU eigen accenten. Deze
brief zal hier nader op ingaan.
Mensenrechten
In overeenstemming met de prioriteiten van het Koninkrijk, stelt het EU
Priorities Paper dat gestreefd zal worden om de promotie en bescherming van
mensenrechten en fundamentele vrijheden te integreren binnen alle aspecten van
het werk van de Verenigde Naties.
De vertegenwoordiger van het Koninkrijk is dit jaar verkozen tot voorzitter
van de Derde Commissie, een orgaan dat zich als onderdeel van de Algemene
Vergadering bezighoudt met sociale, humanitaire en culturele onderwerpen,
waaronder de bevordering en bescherming van mensenrechten. Als voorzitter draagt
het Koninkrijk een extra verantwoordelijkheid voor het welslagen van deze
zitting en vanuit dat perspectief zal de inzet zijn gericht op een goed verloop
van de bijeenkomsten waarin ruimte is voor open debat over uiteenlopende
onderwerpen, hoe moeilijk die ook kunnen zijn.
In het jaar van de zestigste verjaardag van de Universele Verklaring van de
Rechten van de Mens zal het Koninkrijk zich sterk maken voor verschillende
thematische en landenresoluties, die aansluiten bij het Nederlandse
mensenrechtenbeleid. Hieronder volgen drie thematische prioriteiten van de
Koninkrijksdelegatie naar de Derde Commissie.
Het Koninkrijk zal wederom een resolutie indienen over geweld tegen vrouwen.
In verband met het Franse EU-voorzitterschap gebeurt dit dit jaar niet samen met
Frankrijk maar met België. Deze resolutie dient om opvolging te geven aan de in
2006 door het Koninkrijk en Frankrijk ingediende resolutie over de intensivering
van actie om geweld tegen vrouwen uit te bannen. Daarbij zal specifiek worden
ingegaan op de mate van implementatie door landen. De Nederlandse inzet zal
gericht zijn op het aannemen van de resolutie bij consensus.
Mede op aandringen van het Koninkrijk zal de EU opnieuw een resolutie
indienen over vrijheid van godsdienst en levensovertuiging. Juist gezien de
toenemende aandacht voor een thema als godslastering binnen de VN, is het
Koninkrijk van mening dat vrijheid van godsdienst en levensovertuiging als
fundamenteel mensenrecht opnieuw verdedigd moet worden door middel van een zo
breed mogelijk gedragen resolutie.
In nauwe samenwerking met het Franse EU-voorzitterschap zal het Koninkrijk
zich als lid van de kerngroep sterk maken voor een cross-regionale verklaring
over mensenrechten in relatie tot seksuele geaardheid en gender
identiteit. Afschaffing van strafbaarstelling van homoseksualiteit vormt de kern
van de verklaring die voortborduurt op een Noorse verklaring over mensenrechten
en seksuele geaardheid uit 2006. Het is de bedoeling dat de verklaring in
december in de plenaire vergadering van de AVVN zal worden voorgelezen namens
zoveel mogelijk landen uit alle regio's als volgende stap in een proces om
binnen de VN te komen tot agendering van mensenrechtenschendingen gerelateerd
aan seksuele geaardheid.
Naast bovengenoemde prioriteiten zet het Koninkrijk zich vanzelfsprekend
eveneens in voor andere thematische resoluties die door de EU worden
(mede-)ingediend, waaronder die over de doodstraf en over de rechten van het
kind. Ook is voor het Koninkrijk traditioneel van groot belang dat in de Derde
Commissie ook de mogelijkheid blijft bestaan om concrete mensenrechtensituaties
te bespreken. Hiertoe zal de EU in ieder geval opnieuw resoluties over de
situatie in Birma/Myanmar en Noord-Korea indienen.
Met betrekking tot het onderwerp mensenhandel benadrukt de EU dat
internationale samenwerking bij de bestrijding daarvan van groot belang is.
VN-lidstaten moeten zich daarbij in de eerste plaats richten op operationele
samenwerking en op de implementatie van bestaande mechanismen en afspraken -
zoals de bepalingen van het VN-verdrag inzake georganiseerde misdaad - en niet
op het opstellen van een nieuwe strategie. Nederland zal in het bijzonder staten
die tot dusver nalatig zijn in de bestrijding van mensenhandel - in samenwerking
met andere staten - tot een andere opstelling trachten te bewegen. Voorts zal
Nederland aandringen op betere samenwerking tussen de bij de bestrijding van
mensenhandel betrokken VN-organisaties (zoals ILO, het kantoor van de Hoge
Commissaris voor de Rechten van de Mens en UNODC), de OVSE en de Internationale
Organisatie voor Migratie (IOM).
Het Koninkrijk erkende in 2008, het Internationale Jaar van Sanitatie, dat
veilig drinkwater en sanitaire voorzieningen een mensenrecht is en zal zich
sterk maken voor brede erkenning van dit recht en effectieve realisatie daarvan
door landen.
Tenslotte dient vermeld te worden dat het Facultatieve Protocol bij het VN-
Verdrag over Economische, Sociale en Culturele Rechten ter goedkeuring aan de
AVVN voorligt. De Mensenrechtenraad heeft het Protocol goedgekeurd tijdens zijn
achtste zitting in juni jl. Nederland heeft ingestemd met het voorleggen van de
eindtekst van het Protocol aan de AVVN.
Vredesmissies en conflictpreventie
De VN speelt een cruciale rol bij vredeshandhaving door middel van
vredesmissies, soms in samenwerking met regionale organisaties zoals de
Afrikaanse Unie. Het Koninkrijk zal, waar mogelijk, de VN in deze rol steunen.
Het zal in het kader van resolutie 1325 speciaal aandacht blijven vragen voor de
positie van vrouwen in conflictsituaties.
Het Koninkrijk steunt ook de inspanningen van de VN om meer structurele
aandacht te besteden aan conflictpreventie. De reorganisatieplannen van het
departement voor politieke zaken zijn voor een belangrijk deel gericht op
versterking van de capaciteit voor conflictpreventie. Het Koninkrijk zal zich
tijdens de 63ste AVVN in onder meer de Vijfde Commissie (begrotingszaken)
opstellen als pleitbezorger van een grotere rol van de VN op dit gebied.
Klimaatverandering
Het Koninkrijk verwelkomt dat de UNFCCC klimaatonderhandelingen (United
Nations Framework Convention on Climate Change) van start zijn gegaan en
zal zich inzetten voor een positief resultaat in december 2009 te Kopenhagen.
Het Koninkrijk zet zich er voor in dat reeds tijdens de Conferentie van Partijen
bij de Conventie over Klimaatverandering te Poznan in december van dit jaar
vooruitgang kan worden geboekt.
De inzet van het Koninkrijk ten aanzien van klimaatverandering richt zich op:
Mondiale voedselcrisis
Het Koninkrijk hecht aan de oprichting van de VN Task Force on the Global
Food Crisis. De SGVN presenteerde dit VN-brede initiatief voor de aanpak
van de voedselcrisis tijdens de High Level Conference on World Food
Security, gehouden in Rome in juni 2008. Tijdens de AVVN zal de discussie
over de mondiale voedselcrisis in breder VN-kader worden vervolgd. Het
Koninkrijk zal benadrukken dat meer investeringen in landbouw, revitalisatie van
kennisoverdracht en training, evenals het steunen van de lokale economieën
noodzakelijk zijn voor een duurzame landbouwproductiviteitsverbetering en de
voedselzekerheid in ontwikkelingslanden, met name in Afrika. Ook goede
markttoegang en duurzame handelsketens zijn van groot belang, iets waarvoor
Nederland zich sterk maakt.
Systeembrede coherentie
In de discussies en ontwikkelingen op het gebied van system wide
coherence (SWC) richt de inzet van het Koninkrijk zich op de invoering en
het slagen van het 'één VN-concept'. Begin 2007 hebben acht landen (Albanië,
Uruguay, Tanzania, Mozambique, Kaapverdië, Rwanda, Pakistan en Vietnam) zich
vrijwillig aangemeld om als One UN pilotland de implementatie van de
four ones te testen. Dit betekent dat de VN-organisaties in het veld
voortaan samengebracht worden met één leider, één budget en één gezamenlijk
programma, dat in nauw overleg met het land zelf wordt opgesteld, en waar
mogelijk in één kantoor. Het intergouvernementeel debat over het panelrapport
over System Wide Coherence (SWC) werd in 2007 uitgesteld, omdat de meerderheid
van lidstaten van mening was dat eerst het debat over de Triennial
Comprehensive Policy Review (TCPR) 2004-2007 moest worden afgerond,
aangezien daar richting wordt gegeven aan de organisatie van de
VN-ontwikkelingsactiviteiten op landenniveau. Na afronding van de TCPR eind 2007
hebben er de afgelopen maanden ook informele consultatierondes plaatsgevonden
over SWC. De uitkomst van deze debatten was dat het duidelijk is dat het
SWC-proces op landenniveau onomkeerbaar is, dat er landen buiten de pilots zijn
die streven naar grotere VN-coherentie in hun land, en dat nog ongeveer 50
landen geïnteresseerd zijn om aan de slag te gaan met de invoering van de
One UN.
Tot nu toe lijkt invoering van de One UN de volgende resultaten op
te leveren:
Daarnaast lijkt er meer aandacht voor dwarsdoorsnijdende thema's als
gender en SRGR te zijn en is door de krachten te bundelen de positie
van de VN in het totale spelersveld van ontwikkelingspartners versterkt,
waardoor de VN onder andere beter in staat is de overheid te ondersteunen in de
context van begrotingssteun.
Hoewel veel landen het belang van de One UN onderstrepen, is het
klimaat (ook binnen de VN zelf) om daadwerkelijke hervormingen door te voeren
niet altijd gunstig. Het Koninkrijk zal met gelijkgezinde landen druk blijven
uitoefenen om daadwerkelijke VN-hervormingen door te voeren. In dit kader wordt
vooral met het VK en Noorwegen zeer nauw samengewerkt. Afgelopen voorjaar is
door deze drie donorlanden in samenspraak met een drietal ontwikkelingslanden
die het One UN concept reeds in de praktijk brengen (Mozambique,
Tanzania en Malawi), een stevige verklaring overeengekomen. In deze verklaring,
die dit jaar in de bestuursvergaderingen van alle VN-organisaties zal worden
uitgesproken,
wordt uiteengezet welke vooruitgang we op korte termijn wensen te zien ter
implementatie van het One UN concept, zowel op landenniveau, als in de
hoofdkantoren van alle VN-instellingen.
Gender
De vooruitgang op het terrein van de voor het Koninkrijk prioritaire MDG's 3
(gelijkheid man/vrouw) en 5 (moedersterfte) verloopt nog steeds veel te
langzaam.
Binnen de VN is de aandacht voor het bevorderen van gelijke rechten en kansen
voor vrouwen en meisjes te versnipperd. Daarom zal het Koninkrijk zich blijven
inzetten voor samenvoeging van de huidige VN-genderinstellingen tot één
krachtige organisatie, die in staat is wereldwijd de positie van vrouwen te
verbeteren. Voor het Koninkrijk is de bestrijding van geweld tegen vrouwen van
bijzonder belang. Er moet internationaal niet alleen meer aandacht voor deze
ernstige problematiek komen, maar ook meer geld.
De wereldwijd nog steeds veel te hoge moedersterfte is niet alleen een direct
gevolg van de ondergeschikte positie van vrouwen, maar ook een resultaat van
onvoldoende toegang tot sexuele -en reproductieve gezondheidsdienstten. In 2009
zal de stand worden opgenomen van implementatie van het dan 15 jaar oude
Actieplan van de Wereldbevolkingsconferentie te Caïro. In dit kader zal najaar
2009 te Caïro een conferentie met parlementariërs uit meer dan 100 landen
plaatsvinden, georganiseerd door het VN-bevolkingsfonds UNFPA en het forum voor
Afrikaanse en Arabische parlementariërs. Mede ter uitvoering van de Kamermotie
Gill'ard/Voordewind zal Nederland de dag voorafgaand aan deze conferentie een
speciale MDG 5 bijeenkomst beleggen.
Financing for Development
Eind november zal in Doha de 'Conference to review the implementation of
the Monterrey Consensus' plaatsvinden. Hoewel de agenda van de
Doha-conferentie nog niet is bepaald en de prioriteiten van het Koninkrijk mede
zullen samenhangen met de uitkomsten van de Accra- en MDG-top, zullen onder meer
de volgende accenten worden gelegd: blijven streven naar het bereiken van 0,7%
BNP voor ontwikkelingshulp; het bestrijden van illicit financial flows;
het betrekken van nieuwe donoren bij het Debt Sustainability Framework;
intensiveren van Technische Assistentie bij het beheer van buitenlandse
schulden en bij het bestrijden van vulture funds. Daarnaast zal ook
aandacht worden besteed aan de financieringsmechanismen gelieerd aan
klimaatverandering. Over de Nederlandse inzet in de Doha-conferentie zal u later
een separate brief toegaan.
International Justice
Naar aanleiding van het jaarlijkse rapport van het Internationaal Strafhof
aan de Verenigde Naties, zal het Koninkrijk ook dit jaar een resolutie inzake
het Strafhof coördineren. In deze resolutie wordt onder meer het belang van
samenwerking met het Hof benadrukt. Tijdens deze sessie zal deze resolutie mede
aandacht besteden aan de voorbereiding van de herzieningsconferentie in 2009.
Het Koninkrijk zal met de Europese Unie uitdragen dat de inzet voor die
conferentie is om het Strafhof te versterken en de universele toepassing van het
Statuut te bevorderen.
Tevens zal het Koninkrijk aandacht blijven vragen voor meer algemene
aanvaarding van de rechtsmacht van het Internationale Gerechtshof. Het totaal
aantal staten dat deze rechtsmacht heeft aanvaard, is nu 66. Het Koninkrijk
volgt in een aantal landen met aandacht de ontwikkelingen die mogelijk leiden
tot aanvaarding van de rechtsmacht, en ondersteunt die zo mogelijk.
In het algemeen blijft de bevordering van de rule of law op
nationaal en internationaal niveau een prioriteit voor de Europese Unie en het
Koninkrijk. Hiervoor is het noodzakelijk dat de coördinatie-eenheid binnen het
VN-secretariaat goed kan functioneren. Het Koninkrijk zal er naar blijven
streven dat uit het reguliere budget voldoende financiering ter beschikking
wordt gesteld.
Terrorismebestrijding
Op 4 september 2008 vindt de eerste formele review van de Wereldwijde VN
Strategie tegen Terrorisme plaats in New York. De Strategie werd op 8 september
2006 door de AVVN aan het einde van haar 60e Vergadering aangenomen. De
Strategie identificeerde destijds vier pijlers voor samenwerking:
De Counter Terrorism Implementation Task Force (CTITF) is belast met
de implementatie van de Strategie. Het Koninkrijk heeft enkele activiteiten van
de CTITF op de onderdelen radicalisering en mensenrechten financieel
ondersteund. Tijdens de AVVN zal de Nederlandse interventie zich vooral richten
op de inspanningen van de regering ter bestrijding van de radicalisering in ons
land.
Responsibility to Protect
Het Koninkrijk hecht groot belang aan de nadere uitwerking en implementatie
van het concept Responsibility to Protect (R2P). Er zal in de Algemene
Vergadering en in de Veiligheidsraad op worden aangedrongen om meer aandacht te
besteden aan deze verantwoordelijkheid, primair van overheden zelf, om
bevolkingen te beschermen tegen genocide, oorlogsmisdrijven, etnische zuivering
en misdaden tegen de menselijkheid. Het Koninkrijk verwelkomt in dit verband met
de Europese Unie het nieuwe mandaat voor de speciale vertegenwoordiger voor het
voorkomen van genocide en de aanstelling van een speciale vertegenwoordiger voor
Responsibility to Protect.
Ontwapening en non-proliferatie
Het Koninkrijk onderstreept dat internationale afspraken over ontwapening en
non-proliferatie van massavernietigingswapens essentieel zijn voor het
bevorderen van vrede en veiligheid. Het Koninkrijk zal zich, in de aanloop naar
de Toetsingsconferentie van het Non-Proliferatie Verdrag in 2010, blijven
inzetten voor vooruitgang in de andere fora waar over non-proliferatie en
kernontwapening wordt gesproken, zoals het Internationaal Atoomagentschap (IAEA,
Wenen), de Ontwapeningsconferentie (Genève) en de Eerste Commissie van de AVVN
(New York).
In de Eerste Commissie die zich met ontwapeningsvraagstukken bezighoudt, zal
het Koninkrijk zich sterk blijven maken voor de spoedige inwerkingtreding van
het Kernstopverdrag (CTBT) en zal het initiatieven om een resolutie op te
stellen over het verbod op de productie van kernsplijtstof voor
ontploffingsdoeleinden (FMCT) steunen. De indiening van de resolutie over de
Haagse Gedragscode tegen ballistische raketproliferatie (HCOC) zal ook dit jaar
actief worden ondersteund. Initiatieven ter bevordering van het veilig gebruik
van de ruimte worden aangemoedigd. Daarnaast zal het Koninkrijk dit jaar bij de
onderhandelingen in de Eerste Commissie over de tekst van een resolutie inzake
het gebruik van verarmd uranium in munitie zich er opnieuw voor inzetten dat de
tekst zodanig wordt aangepast dat vóór de resolutie kan worden gestemd.
Het Koninkrijk zal dit jaar optreden als sponsor van de Zwitserse resolutie
over de relatie tussen gewapend geweld en ontwikkeling, samen met de overige
kerngroepleden van de Geneva Declaration on Armed Violence and
Development. Voorts zullen de jaarlijks terugkerende resoluties inzake
kleine wapens en ontmijning door het Koninkrijk gesteund worden.
Eenmaal per drie jaar buigt een VN-expertgroep zich over de ontwikkeling van
het VN-Wapenregister. Ter voorbereiding op, alsook ter implementatie van de
resultaten van deze expertgroep, dient het Koninkrijk, als één van de oprichters
van het Register, traditioneel een resolutie in over transparantie in
bewapening. Tijdens de 61e AVVN werd deze resolutie met een recordaantal stemmen
en sponsoren aangenomen, en werd de reikwijdte van het Register uitgebreid. Dit
jaar zal de resolutie worden ingediend ter voorbereiding op de expertgroep die
in 2009 bijeen zal komen.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Drs. A.G. Koenders
---
Ministerie van Buitenlandse Zaken