4 sep 2008

Onderdeel: Wageningen UR
Nummer: P055

Het rapport van de Deltacommissie is onder leiding van Cees Veerman aangeboden aan premier Balkenende. Prof. Pavel Kabat van Wageningen Universiteit is een van de auteurs. In de inleiding verwijst de commissie nadrukkelijk naar de ('eerste') Deltacommissie die in 1953 werd opgericht na de Watersnoodramp. Daarmee benadrukt de commissie het belang van een nationale aanpak om de gevolgen van de klimaatverandering op te vangen.

Pavel Kabat: âDe centrale vraag die wij ons als commissie hebben gesteld is hoe wij ervoor kunnen zorgen dat ons land nog voor vele toekomstige generaties een aantrekkelijke plaats blijft om te wonen, te werken, te recreëren en te investeren. Nederland moet klimaatbestendig worden, veilig tegen overstromingen. Maar het gaat daarbij om meer dan waterveiligheid alleen. Het gaat ook om duurzaamheid, de samenhang tussen veiligheid en wonen en werken, landbouw en natuur, landschap en infrastructuur. En niet te vergeten: de energievoorziening. Wij gaan bij ons advies niet alleen uit van de bedreigingen (wij vinden dat de veiligheid 10 keer zo hoog moet worden, want de huidige normen dateren nog uit de jaren â60 van de vorige eeuw), maar ook van de kansen voor de toekomst, resulterend in een verbetering van de kwaliteit van onze leefomgeving.â

De commissie vindt dat er rekening moet worden gehouden met een zeespiegelrijzing van 0,65 tot 1,3 meter in 2100, en 2 tot 4 meter in 2200. Dit is inclusief de bodemdaling. Volgens de commissie gaat het hier weliswaar om de mogelijke bovengrenzen, maar bij een serieus veiligheidsbeleid moet je juist daarmee rekenen. Pavel Kabat: âMaatregelen moeten voor lange tijd houdbaar en effectief zijn. Maatregelen die we nu nemen mogen ons in de toekomst niet klem zetten. Als we nu investeren met alle mogelijke scenarioâs in het achterhoofd, blijft ons land tot in lengte van jaren een veilige plek om te wonen.â

In zijn rapport geeft de commissie een (voorzet voor) een groot aantal concrete maatregelen voor de Noordzeekust (kustuitbreiding heeft de voorkeur boven het aanleggen van eilanden voor de kust), het Waddengebied, Zeeland en de Zuid-Hollandse eilanden, het rivierengebied, Rijnmond en het IJsselmeergebied. De commissie pleit daarbij voor een integrale aanpak op basis van een Deltaprogramma dat juridisch verankerd moet worden in een nieuwe Deltawet. De kosten van het programma schat de commissie op zoân 1,2 tot 1,6 miljard euro per jaar tot het jaar 2050, daarna aflopend tot 0,9 à 1,5 miljard. De financiering zou veilig gesteld kunnen worden door de instelling van een Deltafonds dat onder andere gevoed wordt door de aardgasbaten.

Het rapport heeft een sterk Wageningse inbreng, waarbij een integrale benadering van de kwaliteit van het landgebruik in relatie tot klimaatverandering vooropstaat. Dit is niet verwonderlijk gezien de personele samenstelling van de commissie, die veel (ex) Wageningers en Wageningse alumni in zijn gelederen telt: prof. Cees Veerman, prof. Pavel Kabat, prof. Louise Fresco, ir. Ineke Bakker, ir. Andries Heidema, dr. Jaap van Duijn.

In een commentaar laat prof. Pier Vellinga namens de stichting Kennis voor Klimaat weten de inzichten van de commissie helder en visionair te vinden. âHet rapport geeft inspiratie aan het onderzoek dat als doel heeft Nederland klimaatbestendig te maken. Het rapport roept ook nieuwe kennisvragen op. Wij zullen deze als Wageningen UR in ons onderzoek oppakken, samen met het KNMI, TNO, Deltares, de Universiteit van Utrecht, de Vrije Universiteit en de NWO. De samenwerking tussen deze partners is gelukkig uitstekend, want de vragen zijn te groot en te divers om door één enkel instituut te worden onderzocht.â