Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

antwoorden op
Kamervragen over het levend begraven van kikkers en vissen

03 september 2008 - kamerstuk

Directie Natuur

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal


Postbus 20018

2500 EA 's-GRAVENHAGE

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum

27 juni 2008 2070823980

DN. 2008/2558 3 september 2008

onderwerp bijlagen

Kamervragen over het levend begraven van kikkers en vissen Geachte Voorzitter,

Hierbij doe ik u toekomen mijn antwoorden op vragen van het lid Thieme (PvdD) over het levend begraven van kikkers en vissen (ingezonden 27 juni 2008).


1
Kent u het bericht "Vissen en kikkers in provincie Utrecht levend begraven"?1

Ja.


2, 3 en 4
Deelt u de mening dat bij het dempen van sloten eerst gezorgd moet worden dat dieren niet levend begraven zouden kunnen worden als gevolg van het dempen? Zo neen, waarom niet?

Deelt u de mening dat de AID zou moeten optreden tegen het dempen van sloten op een wijze die het leven kost aan beschermde en onbeschermde dieren? Zo ja, hoe vaak heeft de AID in de afgelopen 3 jaar proces verbaal opgemaakt bij het dempen van sloten zonder

adequate voorzorgsmaatregelen? Zo neen, kunt u dit toelichten?

Acht u het mogelijk dat de uit Utrecht gemelde praktijk in geheel Nederland voorkomt? Zo ja, bent u bereid daartegen op te treden? Zo neen, op welke informatie baseert u zich?

Het is onvermijdelijk dat bij het dempen van sloten in het water levende dieren omkomen. Dat betekent niet dat bij dergelijke werkzaamheden geen zorgvuldigheid moet worden

betracht. Voor zover het op grond van de Flora- en faunawet beschermde soorten betreft, waarvoor geen vrijstelling geldt, is voor dergelijke werkzaamheden, waarbij dieren worden gedood en/of voortplantings- en/of vaste rust- of verblijfplaatsen worden beschadigd of vernield, ontheffing vereist.


1 http://www.agd.nl/1055397/Nieuws/Artikel/Vissen-en-kikkers-in-provincie-Utrecht-levend- begraven.htm

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
3 september 2008 DN. 2008/2558 2

Er kan ook aantoonbaar worden gewerkt in overeenstemming met een goedgekeurde gedragscode (zoals bijvoorbeeld de gedragscode van de Unie van Waterschappen).

De aan de verleende ontheffing verbonden voorschriften of de gedragscode garanderen dat zodanig zorgvuldig wordt gewerkt dat de werkzaamheden geen wezenlijke invloed hebben op de gunstige staat van instandhouding van (de populaties van) de betrokken soorten.

Voor zover het om niet beschermde soorten gaat of om soorten waarvoor in het kader van bedoelde werkzaamheden een vrijstelling geldt, is de zorgplicht van artikel 2 van de Flora- en faunawet van toepassing. Dit is een algemene fatsoensnorm die geldt voor een iedere individuele burger. Waar fatsoensnormen worden overtreden, dienen burgers elkaar daar op aan te spreken. Niet voldoen aan de zorgplicht is in de Flora- en faunawet niet straf- baar gesteld. Er zijn in deze door de AID geen processen-verbaal opgemaakt.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg


---- --