Productschap Margarine, Vetten en Olien (MVO)


03.09.2008

Eerste positieve advies van EFSA over een ziekterisicoreductieclaim

Een panel van de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) heeft over een 8-tal nieuwe gezondheidsclaims advies gegeven aan de Europese Commissie (EC). Het betreft 4 kinderclaims en 4 ziekterisicoreductieclaims. Voor 6 claims was er, aldus EFSA, onvoldoende wetenschappelijk bewijs. Voor de nieuw aangevraagde claim over de relatie plantensterolen, cholesterolverlaging en hart- en vaatziekten en voor de nieuw aangevraagde claim over de relatie tussen essentiële vetzuren (linolzuur en linoleenzuur) en de groei en ontwikkeling van kinderen was wel voldoende wetenschappelijk bewijs.

Huidige claims niet beoordeeld EFSA heeft een mening gegeven over een 8-tal nieuw aangevraagde claims die diverse bedrijven in de toekomst zouden willen gebruiken. Deze mening van EFSA heeft dus geen enkele betrekking op de huidige claims. De huidige claims van bijvoorbeeld Becel pro-activ met betrekking tot cholesterolverlaging en Blue Band zijn nu niet beoordeeld.

Claims met voldoende wetenschappelijk bewijs

Ziekteriscoreductieclaim voor plantensterolen Wat betreft de nieuw aangevraagde claim over de relatie tussen plantensterolen, cholesterolverlaging en hart- en vaatziekten adviseert EFSA de bewoording iets te nuanceren. Deze nieuw aangevraagde claim is een ziekterisicoreductieclaim (zgn. artikel 14-claim). De strekking van de ingediende claim is 'Het is bewezen dat plantensterol het cholesterolgehalte verlaagt. Verlaging van het cholesterolgehalte verlaagt het risico op hart- en vaatziekten'. Het panel adviseert de bewoording te wijzigen in 'Het is bewezen dat plantensterol het cholesterolgehalte verlaagt. Verlaging van het cholesterolgehalte kan het risico op hart- en vaatziekten verlagen'. Voor Becel pro-activ betekent dit een uitbreiding van de bestaande claim.

Kinderclaim voor essentiële vetzuren Hoewel EFSA het eens is met de wetenschappelijke onderbouwing voor de claim 'regelmatige consumptie van essentiële vetzuren is belangrijk voor een optimale groei en ontwikkeling van kinderen' geeft de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid op dit dossier toch een negatief advies aan de Europese Commissie. EFSA is het eens met de wetenschappelijke onderbouwing van het belang van essentiële vetten voor de groei en ontwikkeling van kinderen. Desalniettemin stelt EFSA tevens dat kinderen die een evenwichtige voeding eten, al voldoende van deze vetten binnenkrijgen. De hoeveelheid die de EFSA hierbij hanteert, is op het niveau waarbij net geen tekort (deficiëntie) optreedt. Unilever, die de claim heeft ingediend, gaat echter uit van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid die nodig is voor gezonde groei en ontwikkeling van kinderen en stelt dat kinderen door hun voedingspatroon niet deze optimale hoeveelheid van deze vetzuren binnenkrijgen. Over dit verschil van inzicht zal Unilever in gesprek gaan met EFSA als onderdeel van het consultatieproces.

Claims met onvoldoende wetenschappelijk bewijs Van de 8 gezondheidsclaims heeft EFSA voor 6 claims een negatief advies gegeven omdat, aldus EFSA, de claims wetenschappelijk niet voldoende onderbouwd zijn. EFSA heeft de claims beoordeeld aan de hand van verschillende normen, zoals 1) de aantallen studies die zijn uitgevoerd bij mensen om effecten aan te tonen, 2) de omvang van de uitgevoerde studies, 3) de bewijsvoering om aannemelijk te maken dat er sprake is van oorzaak/gevolg-relaties. De 6 claims die een negatief advies hebben gekregen van EFSA, voldeden niet aan de gestelde normen.

Verdere procedure
Binnenkort zal het advies over de 8-tal aangevraagde gezondheidsclaims worden besproken door de Europese Commissie. In principe zou de Commissie naar aanleiding van dit advies binnen 2 maanden een ontwerpbesluit aan het permanent comité moeten voorleggen. Vervolgens kan het Europees Parlement hier nog 3 maanden commentaar op geven. Pas in 2009 zal de Europese Commissie haar definitieve oordeel vellen.

Mediaberichtgeving
Vorige week is er vanuit de media veel verwarring ontstaan over dit advies van EFSA. Zo werd het oordeel van EFSA vaak als beslissend beschreven, terwijl EFSA een adviserende rol heeft. Verder was er onduidelijkheid of bedrijven hun huidige claims moesten intrekken, terwijl dit advies van EFSA alleen gaat over aanvragen voor nieuwe claims en er geen discussie is over de bestaande claims. Ook leek het of de ingediende claims van Unilever wetenschappelijk niet voldoende onderbouwd waren, terwijl EFSA het wetenschappelijke bewijs voldoende achtte.
Meer informatie over de claimswetgeving kunt u vinden op de website van het productschap MVO.