Gerechtelijke organisatie

Geen straf voor dodelijke steekpartij in Almere, omdat verdachte handelde uit noodweer-exces

Het gerechtshof in Leeuwarden heeft een 17-jarige jongen uit Almere, die op 14 juli 2007 een man heeft doodgestoken, geen straf opgelegd. Het gerechtshof is van oordeel dat er gelet op de omstandigheden sprake was van een noodweersituatie, waarin de jongen zijn vriend, die hem te hulp was geschoten en met het slachtoffer in gevecht was geraakt, mocht verdedigen. Maar hij ging daarbij wel te ver: hij stak het slachtoffer met een mes in de rug, terwijl dat niet in verhouding stond tot de ernst van de vechtpartij. Het hof is evenwel tot het oordeel gekomen dat die overschrijding van de noodzakelijke verdediging het gevolg is geweest van de emotionele toestand waarin hij door de reeks van gebeurtenissen ongewild terecht was gekomen. Daarom acht het hof de actie van de jongen met het dodelijke gevolg weliswaar fout en in strijd met de wet, maar verontschuldigbaar. Hij handelde uit noodweer-exces.

De bestelauto van het slachtoffer werd getroffen door een rauw ei. Verdachte, die daaraan part noch deel had gehad, werd onverwacht geconfronteerd met het slachtoffer, een oudere en forse man. De jongens die het ei hadden gegooid hadden zich al uit de voeten gemaakt. Verdachte werd uitgescholden, bedreigd met een hondenriem en hard op zijn hoofd geslagen. Zijn pas van zijn moeder gekregen fiets werd hem door het slachtoffer afgepakt en in de bestelauto gelegd. Hiertegen mocht verdachte zich verdedigen. Verdachtes lijf en goed waren in het geding, zonder dat hij deze situatie zelf had veroorzaakt of opgezocht. Verdachte reageerde toen niet.
Dat werd anders toen zijn inmiddels aangekomen vriend het voor hem opnam. Het hof acht aannemelijk dat deze vriend het - geweldloze - initiatief daartoe nam op een wijze die onder de gegeven omstandigheden begrijpelijk was. In het direct daaropvolgende gevecht tussen het slachtoffer en de vriend was het slachtoffer opnieuw de initiator. Hij deelde de eerste klap uit, naar het hof heeft aangenomen een karateslag. Het was een ongelijke strijd: de forse in vechtsporten bedreven man van 1.90 meter en 115 kilo zwaar lag of zat boven op de vriend, een dunne, tengere, slungelachtige jongeman. Verdachte wilde dat het vechten zou stoppen en heeft nadat hij eerst het slachtoffer tevergeefs een paar keer op het achterhoofd had geslagen vervolgens - gedreven door angst, frustratie, boosheid, machteloosheid en loyaliteit met zijn te hulp geschoten vriend - naar het buitenproportionele middel van steken met het mes gegrepen met de dood van het slachtoffer als gevolg.

LJ Nummer

BE9239

Bron: Gerechtshof Leeuwarden Datum actualiteit: 1 september 2008