'Europa faalt bij bescherming Irakezen. Gaat Nederland hierin mee?'

02/09/2008 13:00

VluchtelingenWerk Nederland

Amsterdam, 2 september 2008 --- 'Als je het categoriale beschermingsbeleid voor Irak afschaft, stuur je mensen terug naar levensbedreigende situaties', zegt Edwin Huizing, directeur VluchtelingenWerk. Vanmiddag om 14.00 is er een spoeddebat in de Tweede Kamer over het mogelijk afschaffen van de speciale bescherming voor vluchtelingen uit Irak. VluchtelingenWerk roept kamerleden op dit beleid te handhaven: 'Het falen van Europa mag niet bepalen hoe Nederland het doet', aldus Huizing.

Mensen ontvluchten levensbedreigende situaties en komen vervolgens terecht in Nederland en andere Europese landen, waar ze steeds minder welkom zijn. VluchtelingenWerk maakt zich kwaad over het gebrek aan Europese bescherming en nu zou ook Nederland de handdoek in de ring gooien? 'We moeten ons schamen', zegt Huizing.

De staatssecretaris van Justitie kan een categoriaal beschermingsbeleid voeren wanneer de algemene situatie in een bepaald land dusdanig slecht is, dat het volgens haar van bijzondere hardheid getuigt om mensen daar naartoe terug te sturen. Mensen die onder het categoriale beleid vallen, komen in principe voor een verblijfsvergunning in aanmerking. De beslissing om wel of geen categoriaal beleid te voeren, is gebaseerd op een ambtsbericht van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Naast informatie over de veiligheidssituatie in een land en de activiteiten van internationale (hulp)organisaties ter plekke, wordt ook het beleid in een aantal van de ons omringende landen voor asielzoekers afkomstig uit dat land beschreven. 'In de praktijk zie je steeds meer dat het beleid van de andere Europese landen doorslaggevend wordt'. Een zorgelijke ontwikkeling vindt VluchtelingenWerk.

Recent onderzoek van de VN geeft aan dat de situatie in Irak nog steeds heel erg slecht is. 'Nu de asielinstroom oploopt, zou Nederland ineens de cijfers voor veiligheid plaatsen en de speciale bescherming voor Irakezen stopzetten.' Huizing vindt het onbegrijpelijk.

Volgens de laatste cijfers van de UNHCR zijn er al 4,7 miljoen Irakezen die hun land ontvlucht zijn, het hoogste aantal sinds de invasie van Irak en het daaropvolgende interne gewapende conflict. Buurlanden Syrië en Jordanië vingen tot nu toe de meeste vluchtelingen op, maar kunnen de instroom niet meer aan en sluiten langzaamaan hun grenzen. 'Slechts één procent van de gevluchte Irakezen meldt zich in één van de 43 geïndustrialiseerde landen', zegt directeur Huizing van VluchtelingenWerk.

VluchtelingenWerk Nederland roept de kamerleden op het bestaande categoriale beleid voor Centraal en Zuid-Irak te handhaven. Daarnaast pleit de organisatie ervoor dat staatssecretaris Albayrak met haar Europese collega's meer werk maakt van bescherming van Irakezen in Europa én in de regio.