KNHS
Uitleg spelregels kwalificaties en medailleverdeling
15 augustus 2008
Olympische Spelen
Dressuurruiters beginnen weer op nul
HONG KONG (KNHS) - In de Olympische dressuurwedstrijden is sprake van
twee verschillende competities. Een teamwedstrijd en een individuele
wedstrijd. De teamwedstrijd gaat alleen over de Grand Prix en de
individuele wedstrijd wordt verreden over de Grand Prix, de Grand Prix
Spécial en de Kür. Het gezamenlijke resultaat van de drie teamruiters
in de Grand Prix wordt bij elkaar opgeteld en gedeeld door drie. Dit
leidt tot de uitslag in de landenwedstrijd, die werd gewonnen door
Duitsland. Nederland werd tweede en Denemarken legde beslag op het
brons.
De beste 25 combinaties uit de Grand Prix zijn startgerechtigd in de
Grand Prix Spécial (a.s. zaterdag), eventueel aangevuld met die
ruiters die ook op de 25ste plaats zijn geëindigd. De beste 15 van de
Grand Prix Spécial, ook weer eventueel aangevuld met die ruiters die
op de gedeelde 15de plaats zijn geëindigd, zijn startgerechtigd in de
Kür op muziek (a.s. dinsdag). De uitslag van de individuele wedstrijd
wordt bepaald door de score behaald in de Grand Prix Spécial en in de
Kür. Beide waarderingen worden bij elkaar opgeteld en gedeeld door
twee. Het in de Grand Prix behaalde resultaat telt dus niet mee in de
strijd om de individuele medailles, het geldt alleen als kwalificatie
voor de beste 25. Tijdens de Olympische Spelen is er, net als tijdens
EK's en WK's, één gouden team medaille en één individuele gouden
medaille, terwijl op EK's en W's twee individuele gouden medailles
worden uitgereikt: één in de Grand Prix Spécial en één in de Kür.
Springen
Bij het springen zijn er ook twee verschillende wedstrijden, een team
wedstrijd en een individuele competitie. Er mogen 79 combinaties aan
de start verschijnen. De eerste wedstrijd (vrijdag) is de eerste
individuele kwalificatie, maar deze telt niet mee voor het resultaat
van de landenwedstrijd. De team uitslag hiervan bepaalt wel de
startvolgorde van de landenwedstrijd, met dien verstande dat het team
dat de landenwedstrijd als beste beëindigt als laatste team start in
de eerste manche van de landenwedstrijd (zondag).
In de eerste manche van de landenwedstrijd gaan alle teams van start
op nul strafpunten. De ruiters nemen echter hun individuele punten wel
mee en na de eerste manche wordt een eerste tussenbalans opgemaakt. In
de tweede manche van de landenwedstrijd (maandag) gaan alleen de beste
acht teams van start. Dat zijn 32 ruiters. Daar worden de beste 18
individuele ruiters (die niet in een team rijden) aan toegevoegd,
waardoor er in de tweede ronde van de landenwedstrijd 50 ruiters van
start gaan. Het resultaat over de twee rondes van de landenwedstrijd,
waarbij het resultaat van de drie beste ruiters per team telt, leidt
tot de einduitslag van de teamwedstrijd en verdeelt de medailles.
Daarbij in geval van een gelijk aantal strafpunten een barrage
mogelijk.
Na de landenwedstrijd wordt opnieuw de balans opgemaakt en mogen de
beste 35 ruiters, met een maximum van drie per land, van start gaan in
de eerste ronde van de finale voor de individuele medailles
(donderdag). In deze wedstrijd beginnen zij weer met nul punten. De
beste 20 uit die eerste ronde gaan door naar de tweede ronde en wie
aan het einde de minste strafpunten over deze twee rondes heeft
opgelopen is winnaar. Ook nu weer zal in geval van gelijk eindigen als
het om medailles gaat een barrage de beslissing brengen.
Wedstrijd 1 (vrij) = de eerste individuele kwalificatie;
Wedstrijd 2 (zo/ma) = de team competitie over twee dagen, met een
mogelijk barrage, waarbij de eerste (zo) én tweede (ma) ronde
meetellen als tweede en derde kwalificatie voor de indivdiuele
prestatie;
Wedstrijd 3 (do) = de finale van de individuele wedstrijd, die ook
over twee rondes gaat en waarin een barrage de beslissing kan brengen.
KNHS Mediavoorlichting,
Jacob Melissen
Meer info zie: http://en.beijing2008.cn/sports/equestrian/
en: http://results.beijing2008.cn/WRM/ENG/Schedule/EQ.shtml
Foto: www.melissen.net en www.jmint.eu