Rijksdienst voor archeologie, cultuurlandschap en monumenten
Minister Plasterk informeert Tweede Kamer over beleid Nederlandse
Scheepsvondsten in het buitenland
11 augustus 2008
Nederlandse schepen hebben in het verleden alle wereldzeeën bevaren en
zijn op vele plekken vergaan, zoals bij Indonesië, Australië en
Zuid-Afrika, maar ook dichterbij huis: voor de Engelse kust en in het
Baltisch gebied. Nu vertegenwoordigen deze scheepswrakken een
belangrijke bron van herinnering aan onze maritieme historie. In
Nederland wordt de omgang met deze scheepswrakken door drie
departementen geregeld: door de directie Domeinen van Financiën, die
namens de Nederlandse Staat rechtsopvolger is van de VOC; door
Buitenlandse Zaken, vanwege de internationaalrechtelijke aspecten en
door OCW, vanwege de cultuurhistorische en archeologische waarde van
dit erfgoed. In 2002 is hierover beleid opgesteld: "het
interdepartementaal beleidskader Nederlandse historische
scheepsvondsten en scheepsvindplaatsen in niet-Nederlandse wateren".
Echter, bij de berging van het VOC-schip De Rooswijk werd
geconcludeerd dat het beleidskader nog niet duidelijk genoeg was over
de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de drie departementen en
is besloten het beleid verder uit te werken. Op 28 juli heeft minister
Plasterk de Tweede Kamer bericht dat het beleidskader (pdf 33 kB) is
uitgewerkt door middel van een beslisboom (67 kB), waarin stapsgewijs
is vastgelegd hoe besluitvorming moet plaatsvinden en wie daarbij
welke verantwoordelijkheid draagt, als er een melding binnenkomt over
de mogelijke vondst of de bedreiging van een wrak, waarvan de Staat
der Nederlanden rechtsopvolger is.
Daarnaast kon hij melden dat er binnenkort een commissie
scheepsvondsten wordt ingesteld waarin de drie departementen zitting
hebben. Namens de RACM zit directeur Kees de Ruiter in deze commissie.
In 2007 hebben de Engelse autoriteiten De Rooswijk een wettelijk
beschermde status gegeven vanwege de hoge wetenschappelijke waarde die
de vindplaats vertegenwoordigt. English Heritage gaat de vindplaats nu
beheren en stelt hiervoor in overleg met de RACM een managementplan
op. Voor verdere opgravingen zal bij English Heritage een vergunning
moeten worden aangevraagd waaraan (kwaliteits)eisen zijn verbonden.
Inmiddels heeft de oorspronkelijke vinden van het wrak een vergunning
gekregen om de vindplaats verder in kaart te brengen, maar zonder deze
verder te verstoren. Tegelijkertijd overlegt de RACM met English
Heritage en andere betrokkenen over de mogelijkheden tot verder
onderzoek van de scheepsvindplaats.
VOC schip de Rooswijk
Het VOC schip de Rooswijk, was op 9 januari 1740 nog maar net begonnen
aan haar tweede reis naar Batavia toen het voor de Engelse kust in een
storm terecht kwam en zonk. In 2004 ontdekte sportduiker Ken Welling
de resten van het wrak. In eerste instantie hield hij de ontdekking
geheim, maar toen hij een kist met zilverbaren met het VOC logo
aantrof, begreep hij dat het om een wrak van de Nederlandse
Oostindische compagnie moest gaan en schakelde hij de beroepsberger
Rex Cowan in. Deze had al vaker VOC schepen geborgen en nam contact op
met de Directie Domeinen, die namens de Nederlandse Staat eigendom
over VOC wrakken voert.
Grape (driepotige kookpot ) gevonden in het wrak van 'de Rooswijk'.
Grape (driepotige kookpot ) gevonden in het wrak van 'de Rooswijk'.
Er werd een contract opgesteld waarbij Nederland alle rechten op het
wrak overdroeg aan Cowan. In 2005 volgde een berging, waarbij kisten
met zilver, munten en andere voorwerpen werden opgedoken: 30% hiervan
kwam toe aan de Nederlandse Staat, de rest mocht Cowan houden. Het
Nederlandse deel werd in februari 2007 in ontvangst genomen door de
ministers Zalm en van der Hoeven. Het materiaal wordt sindsdien in een
loods in Vlissingen expositieklaar gemaakt.
Tabaksdoos gevonden in het wrak van 'de Rooswijk'.
Tabaksdoos gevonden in het wrak van 'de Rooswijk'.