Reactie op het rapport 'De paarden op, de lanen in'
11 augustus 2008 - kamerstuk
Directie Platteland
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
17 april 2008
08-LNV-B-46
DP. 2008/1051
11 augustus 2008
onderwerp bijlagen
eactie op het rapport 'De paarden op,
R
de lanen in"
Geachte Voorzitter,
In mijn Visie Paard & Landschap heb ik aangekondigd onderzoek te laten doen naar het
recreatieve paardrijden. Ik heb hiertoe in 2007 gevraagd aan de Stichting Recreatie,
Kennis- en Innovatiecentrum (KIC) om het volgende te onderzoeken:
· Het inventariseren van beschikbare kennis en cijfers over het aanbod van en de
behoefte aan recreatief paardrijden in het buitengebied.
· Het in kaart brengen van de ruimtelijke spreiding van hippische routestructuren en
overige recreatieve voorzieningen voor ruiters en menners.
· Het aangeven van lacunes in de beschikbare kennis.
Het onderzoeksrapport `De paarden op, de lanen in. Recreatief paardrijden in het
buitengebied' is inmiddels afgerond en door het KIC aan u toegestuurd. De conclusies op
hoofdlijnen op landelijk niveau zijn:
· er hoeven geen landelijke lange-afstandsroutes voor recreatief paardrijden ontwikkeld
te worden;
· opname van paardrijden in het Programma Beheer en de Natuurschoonwet is niet
realistisch;
· de openstelling van het boerenland moet gestimuleerd worden;
· toegangsregels en bewegwijzering moeten geüniformeerd worden;
T · geef extra aandacht aan de Randstad;
· er is meer onderzoek nodig naar recreatief paardrijden.
Reactie op de conclusies van het onderzoek
Het onderzoeksrapport maakt inzichtelijk welke mogelijkheden er zijn voor de recreatieve
paardensport. Tevens geeft het rapport een goed beeld van het aanbod van recreatieve
routes en paden in de verschillende provincies. De adviezen die het KIC geeft voor het
regionale niveau zal ik onder de aandacht van de provincies brengen.
Ik onderschrijf de conclusie om geen landelijke routes te ontwikkelen. Het uniformeren
van toegangsregels en bewegwijzering van regionale routes is geen rijkstaak, daarom laat
ik dit ter beoordeling door provincies.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
11 augustus 2008 DP. 2008/1051 2
Het KIC stelt dat opname van paardrijden in het Programma Beheer en de Natuurschoon-
wet niet realistisch is. Ik deel deze conclusie van het KIC, de beschikbare middelen binnen
deze instrumenten voor het verbeteren van toegankelijkheid van het landelijk gebied
worden ingezet voor wandelen en fietsen.
Door financiering van boerenpaden stimuleer ik de toegankelijkheid van boerenland. Het
gaat hier echter om wandelpaden. De Taskforce Multifunctionele Landbouw zal verkennen
hoe recreatieve en toeristische voorzieningen voor paarden kunnen worden meegenomen
in de marketing van het plattelandstoerisme.
Het is mij bekend dat er in het Groene Hart minder mogelijkheden zijn voor recreatief
paardrijden doordat er weinig ruiterpaden en routes zijn. Hiervoor is echter ook een
reden, de grondslag en kavelstructuur in het Groene Hart is dusdanig dat het aanleggen
van ruiterpaden en routes erg moeilijk is en het onderhoud zeer kostbaar. De mogelijk-
heden beperken zich tot de bestaande wegen en paden waar - door de recreatieve druk -
conflicten kunnen optreden met wandelaars en fietsers.
Tot slot adviseert het KIC om meer onderzoek naar recreatief paardrijden te doen. Ik wil
op basis van de dialoog recreatie bekijken in hoeverre extra onderzoek in het kader van de
strategische kennisagenda noodzakelijk is en kan worden uitgevoerd.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
---- --
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit