Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Kamervragen over fraude met eieren op markten


29 juli 2008 - kamerstuk

Kamerbrief waarin de minister meldt dat het Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE) een systematisch regulier controleprogramma voor de ambulante eierhandel op markten voorbereidt.

Meer informatie

Directie Landbouw

Geachte Voorzitter,

Hierbij doe ik u, mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, toekomen de antwoorden op Kamervragen van het lid Van Gent (GroenLinks) over de fraude met eieren op markten en het gebrek aan controle en handhaving van bestaande regels.


1, 3 en 4

Is het u bekend dat de fraude met eieren op markten - er worden legbatterijeieren verkocht als diervriendelijke scharrel- of uitloopeieren - onbestraft door blijft gaan? 1) Is het u bekend dat de Stichting Controle Bureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE) stelt, dat zij pas begin 2009 in staat is om een reguliere controle op de dag- en weekmarkten door te voeren?
Deelt u de mening dat dit 'gat' in de aanpak van fraude met eieren niet aanvaardbaar is en op de kortst mogelijke termijn gedicht dient te worden?

Ik zie terdege het belang van controle op de verkoop van eieren op dag- en weekmarkten. Het Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE) voert op basis van meldingen en klachten van consumenten of organisaties op dit moment fysieke controles uit op markten. Verder treft het CPE op dit moment voorbereidingen voor een systematisch regulier controleprogramma voor de ambulante eierhandel op markten. Het reguliere programma zal in de loop van dit jaar van start gaan. Daarnaast zal het CPE in de tussenliggende periode zoveel mogelijk steekproefgewijs controles uitvoeren op de naleving van de handelsnormen voor eieren op markten.
2
Deelt u de mening van de Voedsel en Warenautoriteit (VWA) dat de aanpak van deze fraude sinds september 2007 de verantwoordelijkheid is van de Stichting Controle Bureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE)?
Hiervoor verwijs ik naar het antwoord op vraag 2 uit de eerdere vragen terzake van het lid Thieme (PvdD) (brief van 1 juli 2008, Kamervraag 2070822090).

5, 6. en 7

Wat is uw oordeel over het feit dat het CPE denkt niet bevoegd te zijn in deze kwestie, omdat het een vorm van bedrog/misleiding is van marktkoopmannen, waarvoor volgens de CPE de VWA bevoegd is en blijft?
Bent u bereid om precies uiteen te zetten welke instantie volgens u bevoegd is en op welke wijze de controle en bestraffing ter hand moet worden genomen? Als de VWA bevoegd is en blijft, deelt u dan de mening dat zij ook onderzoek dienen te doen naar opmerkingen/beloften van marktkoopmannen over de vermeende diervriendelijkheid van hun eieren?

Het CPE is op grond van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 bevoegd de controle en handhaving van de Europese handelsnormenverordening voor eieren uit te voeren op onder andere markten. De handhavingsinstrumenten die het CPE ter beschikking staan, betreffen de instrumenten genoemd in afdeling 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht zoals onder meer het vorderen van inlichtingen, het onderzoeken van zaken en het zonodig monsters nemen in combinatie met de sanctioneringsinstrumenten die de Landbouwkwaliteitswet biedt zoals de mogelijkheid tot hercontrole, het geven van waarschuwingen en het tuchtrecht.
In dit verband is relevant of de aanduiding van de houderijmethode overeenkomt met de codering/stempel op de eieren. Eieren worden op markten zowel in eierdoosjes als los verkocht. Bij de verkoop via eierdoosjes heeft het CPE de bevoegdheid op te treden in het geval de gegevens over de houderijmethode niet in overeenstemming zijn met de code/stempel aanduiding van de eieren. Bij de losse verkoop gaat het CPE bij de controle na of de houderijmethode op een voor de consument goed zichtbare en duidelijk leesbare wijze is aangegeven. Bij gebleken afwijkingen kan het CPE ook hier tegen optreden. Het CPE kan hiermee echter niet voorkomen dat een marktkoopman op een later moment de eieren verpakt verkoopt in doosjes met daarop een onjuist weergegeven houderijmethode. De VWA heeft op grond van artikel 15 van de Landbouwkwaliteitswet in relatie tot artikel 26 van de Landbouwkwaliteitsregeling 2007 voor het toezicht op de naleving van de handelsnormen voor eieren een vangnetfunctie. In dit verband kan de VWA ook overtredingen van de handelsnormen voor eieren vaststellen en ter afhandeling doorgeven aan het CPE. Verder is de VWA naast de AID in dit verband bevoegd tot strafrechtelijke opsporing van overtredingen van de handelsnormen voor eieren. Het CPE heeft, in het geval voldaan is aan de vereisten van de Europese handelsnormenverordening, niet de bevoegdheid op te treden als de marktkoopman bij de verkoop aan een klant mondeling onjuiste of misleidende informatie geeft over de houderijmethode. Het mondeling verstrekken van misleidende informatie over een levensmiddel door een verkoper aan een consument is verboden op grond van artikel 29, eerste lid van het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen en artikel 20, eerste lid van de Warenwet. Het toezicht op de naleving van de Warenwet op markten wordt uitgevoerd door de VWA.
Het uitoefenen van toezicht op mondeling door een verkoper aan een klant verstrekte informatie is in de dagelijkse praktijk erg lastig. De controleur kan in de regel alleen optreden indien hij daarvan zelf getuige is (overtreding op heterdaad). Een dergelijke situatie zal zich slechts bij hoge uitzondering voordoen. Voorts is het onwaarschijnlijk dat een verhandelaar mondeling misleidende informatie zal (blijven) verstrekken, in aanwezigheid van een controleur die zojuist gemeld heeft dat hij toezicht komt houden. Het is in de praktijk daarom helaas vrijwel onmogelijk dit soort mondelinge misleiding effectief aan te pakken. Ik hecht dan ook veel waarde aan voorlichting waarbij de consument zich beter kan vergewissen welke soort eieren hij koopt. Naast voorlichtingsprogramma's van de Stichting 'Blij met een Ei' wordt aan de binnenkant van eierdoosjes standaard aangegeven met welke houderijmethode de codering op het ei correspondeert.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg


1) Persbericht Wakker Dier, 17 juni 2008